Inleiding Elk volk wordt getekend door het land waarin het woont. Door de grond die het bebouwt, door de natuur waartegen het worstelt om zijn bestaan. Israël is voor velen het land der vaderen. Drie wereldgodsdiensten stammen uit dit land: het jodendom, de islam en het christendom. Vandaag leven de belijders van deze godsdiensten in soms pijnlijke situaties naast mekaar binnen de beperkte ruimte van het land der vaderen. Maar ook buiten de grenzen van Israël zien miljoenen mensen naar dit land als naar een tweede vaderland. Een groot deel van de wereldbevolking gelooft immers dat de geschiedenis die zich daar heeft afgespeeld voor hen heilsgeschiedenis is, met een actuele waarde. Israël is een mooi land. Geen ander land kon beter gekozen worden als woonplaats voor een God. Het heeft een lange kustlijn langs de Middellandse Zee en het heeft een klimaat dat je kan vergelijken met ZuidSpanje. De zomer is lang, warm en zonder regen. Hij duurt van april tot oktober. De winter duurt van november tot maart; dan vallen er regenbuien, afgewisseld met lange perioden van zonneschijn. Palestina is een klein land, kleiner dan België. Israël heeft een bewogen geschiedenis. In 70 na Christus werd Jeruzalem verwoest. In 130 werden de joden door de Romeinen uit hun stad en land verdreven. Hierdoor raakten zij over heel de wereld verspreid. Sinds de stichting van de nieuwe staat Israël keren vele joden naar hun Beloofde Land terug. Werkopdrachten 1. Welke 3 wereldgodsdiensten leven in dit land samen? 2. Wat is het verschil tussen het jodendom en christendom? 1. Het huidige Israël Met een oppervlakte van 22.770 km² is Israël ongeveer half zo groot als Nederland. Er is maar 21 procent van het land echt bebouwbaar, de rest is bergen en woestijn. Het aantal inwoners is iets meer dan 6 miljoen waarvan 182.000 Israëli's in de West Bank wonen, 20.000 in de Hoogten van Golan, 7.000 in Gaza en 176.000 in Oost Jeruzalem. Dit zijn bezette gebieden die niet aan de staat Israël waren toebedeeld na de tweede wereldoorlog, maar later in bezit zijn genomen. Godsdienst 80 procent van de inwoners van Israël zijn joods. Een derde van deze Joden komt oorspronkelijk uit Europa of Amerika 15% uit Afrika, 13% uit Azië en 21% is in Israël zelf geboren. 15% van de inwoners zijn moslim, veelal Palestijnen en 2 procent is christen. Jeruzalem De hoofdstad Jeruzalem is voor veel mensen een belangrijke stad. Voor de Joden is dit de stad van David, de hoofdstad van Israël. Voor de Moslims is deze stad belangrijk omdat hier de profeet Mohammed in een droom naar toe is gereisd en voor de Christenen is de stad weer belangrijk omdat Jezus hier heeft geleefd en ook is gestorven. De stad is dan ook verdeeld in verschillende delen. 2. Geschiedenis van Israël Doorheen de geschiedenis heeft Palestina reeds heel wat benamingen gehad: Jezus werd in 6 voor Christus geboren in Palestina; er sluipt dus een fout in onze tijdrekening. In die tijd werd het land bezet door……………………………… Zij bezetten het land in 63 V.C. Dat had voor gevolg dat de Israëlieten belastingen moesten betalen aan de Romeinse keizer …………………………………….. (Lc.2,1) De keizer had iemand aangesteld om in zijn plaats over Palestina te regeren. Dat was ………………………….. (Lc. 1,5) 3. Palestina in Jezus’ tijd. Judea Het is een hoog land met talrijke bergruggen, die af en toe door diepingesneden beekjes doorkruist worden. De dalen zijn meestal zonder water. Slechts op enkele plaatsen (Jeruzalem en Bethlehem) vindt men grote dalbekkens met goede grond. Omdat Judea meer steppe en woestijnachtig is, vooral in het oosten (woestijn van Judea) is het meer op kudden aangewezen. In de tijd van Jezus woonden de Judeeërs in het godsdienstig centrum van het land. Zij hadden de tempel. De geleerde Rabbi’s en veel strenge farizeeërs woonden hier. Deze eisten dat iedereen de wet van Mozes en de vele voorschriften zouden onderhouden. Het leven moest immers door en door joods blijven. Alle joden, ook die uit het buitenland (= diaspora joden) keken met trots en ontzag naar de Judeeërs. Vandaag nog leeft er te Jeruzalem een groep joden die zeer nauwlettend de wet onderhouden. Ook de hoofdstad Jeruzalem is gelegen in het heuvelland Judea en is de heilige stad voor joden, christenen en islamieten. Stad van joden: Jeruzalem was het hart van Palestina. David maakte haar tot hoofdstad. Salomon liet er de tempel bouwen. Deze was dan ook het centrum van de godsdienstbeleving.Bij de herhaalde verwoestingen van de stad bleef de westelijke muur van het tempelplein overeind. Vandaag nog is deze westelijke muur, de Klaagmuur, het centrum van de joodse godsdienstbeleving; Stad van christenen: zoals elke vrome jood bezocht Jezus vaak de tempel. In deze stad werd hij gekruisigd, begraven en is hij verrezen. Voor de christenen is deze stad belangrijk precies omdat er zoveel herinneringen zijn aan Jezus. Het is ook vanuit Jeruzalem dat de apostelen aan hun zendingsopdracht begonnen. Hier hadden ook de eerste kerkvergaderingen plaats. Stad van islamieten: volgens de godsdienstige overlevering en de geschriften van de islam is Mohammed te Jeruzalem vanop de tempelberg ten hemel opgevaren. Op deze plaats werd in 691 de Rotskoepel ingewijd. Vandaag nog is deze moskee het centrum van de islamitische godsdienstbeleving. De Jordaan De Jordaan vormt de oostelijke grensscheiding. Hij ontspringt in het Hermongebergte en verbindt de twee meren. In het water van de Jordaan werd Jezus door Johannes de Doper gedoopt. De Dode Zee De Dode Zee is een zeer groot lang meer: 16 op 80 km. Wanneer men hier aan de oever staat bevindt men zich op het laagste gedeelte van het aardoppervlak: 400m beneden zeeniveau. Het diepste punt van de Dode Zee ligt nog eens 400m dieper. Het water van de Dode Zee komt hoofdzakelijk van de Jordaan. Door de grote hitte verdampt het water zeer snel zodat het overblijvende water een zeer hoog zoutgehalte heeft. Daarom blijft men erop drijven en kunnen vissen er niet in leven. De woestijn van Juda. De Negevwoestijn Deze woestijn strekt zich uit tussen Jeruzalem en Jericho naar het zuiden toe. Hier zou Jezus gevast hebben. Hierdoor liep de weg van Jeruzalem naar Jericho waar Jezus het verhaal van de barmhartige Samaritaan laat afspelen. Te Massada (Dode Zee) liet koning Herodes eens zijn versterkte burcht bouwen op een hoog rotsplateau. Te Qumran werden de beroemde Dode Zee rollen gevonden. De naam “negev” betekent zuiden. Deze woestijn ligt inderdaad ten zuiden van Israël. Het is een rots-en bergwoestijn. Grote vlakten worden nu in cultuur gebracht met water uit het meer van Galilea en de Jordaan: waar eens dorre zandvlakten lagen bevinden zich nu jonge aanplantingen. De Sinaïwoestijn Ze ligt ten zuiden van de Negev. Het is er woest bergland en woestijngebied.Het is hier dat Mozes van oase tot oase trok toen hij zijn volk uit Egypte redde om ze naar het beloofde land te leiden. De Belangrijkste provincie is ……………………omwille van de hoofdstad……………………………… De joden die hier woonden beschouwden zichzelf als de beteren. Deze stad wordt………………………………………………… Genoemd omdat zij een godsdienstig centrum is voor………………………………… ………………………………………………………………………………………………. Voor joden is ze belangrijk omwille van………………………………………………… Voor de christenen is zij belangrijk want……………………………………………….. In Jeruzalem woonden vooral………………………………………… die de wet uiterlijk zeer streng naleefden. Deze provincie is hoofdzakelijk dor en droog. De grenzen worden gevormd door: W:………………………………………………… O:………………………………………………… Z:………………………………………………… N:………………………………………………… Enkele belangrijke plaatsen: ………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………..………… ………………………………………………………………………………..………………… ………………………………………………………………………………………………… Galilea Het heuvelige Galilea is het vruchtbaarst. Hier valt ook het meeste regen. Men kweekt hier vooral graan, druiven, vijgen en dadels. Langs het Meer is de visvangst het belangrijkst. In de tijd van Jezus waren de Galileeërs een krijgszuchtig volk. Lafheid kenden ze niet en ontevredenheid werd gemakkelijk uitgevochten. Er waren vooral vissers. Hun beroep was zwaar maar winstgevend. Onder de Galileeërs waren ook veel handelaars en ambachtslieden. Hierdoor gingen ze vaak om met niet-joden. Daarom werden ze door de vrome joden als minder goed beschouwd. Het Meer van Galilea is vrij groot: 12 op 20 km. Het is zeer visrijk. Het is ingesloten in gebergten: voor vissers gevaarlijk omdat hierdoor een ingesloten wind plots hevige storm kan veroorzaken. De noordelijke provincie heet………………………. Het is een groene, vruchtbare streek. De inwoners hielden zich vooral bezig met ……………………….. en………………………….. Daardoor hadden zij contact met niet-joden en werden zij door vrome joden als……………………………………… beschouwd. Belangrijke plaatsen: Nazareth:…………………………………………………………………………………. Kafarnaüm:……………………………………………………………………………… Kana:…………………………………………………………………………………….. Naïn:…………………………………………………………………………………….. Samaria Samaria is zeer heuvelachtig en weinig vruchtbaar. Op de hellingen past men terrasbouw toe en kweekt men druiven. Eén van de talrijke bergtoppen is de berg Gerizim. In de tijd van Jezus verweet men de Samaritanen geen rasechte joden te zijn. Ze waren ontstaan uit de vermenging van Israëlieten met kolonisten die door de koning van Syrië gestuurd waren. Ze werden door de judeeërs als ketters beschouwd. Bij de heropbouw van de tempel te Jeruzalem hadden de joden de medewerking van de Samaritanen afgewezen. Daarom bouwden ze een eigen tempel op de berg Gerizim. De derde provincie………………………….. wordt indien mogelijk door joden vermeden. De inwoners worden heidenen genoemd. Dat danken ze aan een gebeurtenis in 721 VC. Toen werd het land bezet door Assyrië waardoor een mengvolk ontstond. Wat uit Samaria kwam, was onrein (Joh.4,1-22)