Bart Raymaekers Centrum voor Ethiek, Sociale en Politieke Filosofie, HIW 04 februari 2016 Universiteit Derde Leeftijd Bijzondere cyclus Het denken op nieuwe wegen: het project van de moderniteit 1. De geboorte van een nieuwe tijd - Vanaf de zestiende eeuw: diepgaande transformatie plaats in de westerse cultuur. Een nieuw klimaat breekt op vele gebieden door: in de kunst, de religie, de economie, de politiek, en niet het minst in de filosofie en de wetenschappen (denk aan de vele uitvindingen en ontdekkingen). Vb. Michelangelo De schepping (Sixtijnse kapel, 1508-1512).. Daniel Defoe Robinson Crusoe (1719). - - - - Ook de filosofie richt haar aandacht op de mens. Vaak wordt die beweging omschreven als ‘de ontdekking van het subject’. Dat wil zeggen dat de mens zichzelf ontdekt als een bewust denkend en handelend ‘ik’. Wanneer? Bewust gestart nieuw project. Nieuwe filosofie en/of nieuwe wetenschap (Copernicus, Kepler, Galilei, Huygens, Pascal, Newton). Newtons Philosophiae Naturalis Principia Mathematica (De wiskundige principes van de natuurfilosofie, 1687) (contrast met Comte , 19de eeuw; wetenschap ‘verovert’ filosofie) Renaissance en humanisme o Desiderius Erasmus (ca. 1466-1536), Thomas Morus (1478-1535), Juan Luis Vives (1493-1540) en Justus Lipsius (1547-1606). o de godsdienstige vernieuwingsbewegingen Maarten Luther (1483-1546) en Johannes Calvijn (1509-1564).. Het geloof van het individu (het subject) wordt de beslissende factor. o Concreet betekent dat dat filosofen (zoals bv. Descartes, Spinoza en Leibniz) grote systemen gaan bouwen, waarin God, de kosmos en de mens een plaats toebe deeld krijgen. Verlichting (Aufklärung, Enlightenment, Siècle des Lumières) - kritische karakter: kritisch zijn en een kritische houding aannemen wordt het grote motto (niet toevallig hebben alle hoofdwerken van Kant de term ‘kritiek’ in hun titel). emancipatorische tendens, zowel op theoretisch als op praktisch gebied. De mens moet nu zelf denken (het bekende motto van Kant luidt ‘sapere aude!’; durf te denken). De vooruitgangsgedachte is de derde grote pijler van de verlichting. In deze periode vindt de gedachte ingang dat de hele wereld – en zeker de beschaafde wereld – op weg is naar een betere tijd. Encyclopédie, ou dictionnaire raisonné des sciences, des arts et des métiers (17511780). de Franse Revolutie (1789) ‘vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid’ - tegenbeweging: de romantiek. Hamann (1730-1788) en Herder (1744-1803 2. Een nieuw type van weten Maar wat maakt het moderne weten nu zo radicaal verschillend van oudheid en middeleeuwen? Wat is er zo nieuw aan? 2.1 De differentiatie van het weten: Het succes van de wetenschap - Het premoderne weten is één. Modern: nieuwe methodologie, waarbij het experiment, de wiskundige bewijsvoering en de empirische toetsing van de onderzoeksresultaten centraal staan, - verbluffende successen! Baruch de Spinoza (1632-1677; zie p.##) Ethica, more geometrico demonstrata (Ethica, in Thomas Hobbes - Leviathan (1651 ) 2.2 De dragende rol van het subject - In het spoor van de ontwikkeling van de nieuwe wetenschappen krijgt in de moderne tijd de basis van alle kennis een plaats in het subject. - Die wending naar het subject voltrekt zich overigens niet alleen binnen het weten. Alle verhoudingen tot de werkelijkheid (economische, religieuze, politieke, juridische) worden in de moderniteit begrepen als ontstaan uit en gefundeerd in de menselijke subjectiviteit. Op die manier ontpopt de mens zich tot het eigenlijke ’subiectum’ (letterlijk: onderliggende) van de werkelijkheid.. Kants ‘copernicaanse revolutie’ bestaat er namelijk in de mogelijkheidsvoorwaarden van objectiviteit niet aan de kant van het object te zoeken, maar aan de kant van het subject. Het subject-zijn is een opgave. In het moderne weten is het subject: op een actieve wijze oorsprong en fundament van het weten. een opdracht die het subject moet vervullen om in werkelijkheid subject te zijn. Kant: Beantwortung der Frage: Was ist Aufklärung? (1784) kan hiervan getuigen. In de aanvang van dat essay definieert Kant de verlichting als volgt: Verlichting is het uittreden van de mens uit de onmondigheid die hij aan zichzelf te wijten heeft. Onmondigheid is het onvermogen zich van zijn verstand te bedienen zonder de leiding van een ander.[...] Sapere aude. Heb de moed, je van je eigen verstand te bedienen! is daarom de zinspreuk van de verlichting (Was ist Aufklärung?, § 1).