staan er daardoor financieel gezien goed voor. Andere corporaties, met name in grote steden, hebben juist wel hun nek uitgestoken en flink geïnvesteerd.’ Door veranderende wet- en regelgeving, begin 2015, moeten corporaties kritisch laten zien in welke woning­ marktregio zij werkzaam zijn. Zoals in welke omgeving zij zitten, wat hun voorraad is, welke opgaves zij hebben, welke keuzes ze willen maken op het gebied van duurzaamheid, noem maar op. De centrale vraag voor de corporatie is: Hoe kunnen wij sturen op prestaties?’ Daarvoor is kennis nodig van alle complexen, flats of rijtjes­ woningen, de staat van onderhoud, typering, prijs, huurders en doelgroepen. Van daaruit kan de corporatie haar strategie formu­ leren voor de komende jaren: complexen afstoten, vernieuwen, verbeteren of door-exploiteren.’ Assetmanagement Assetmanagement, ofwel het sturen van vastgoed op complex­ niveau, is daarvoor een belangrijke voorwaarde. ‘Corporaties zijn nu bezig om hun complexbeleid uit te werken per wijk, samen met de gemeente en bewonersorganisaties. Dit begint met kennis van de vastgoedprestaties op complexniveau. Assetmanagement stimuleert de corporatie om als een goed rentmeester zuinig om te gaan met haar assets, dus al het vastgoed. Deze bewustwording over wat nodig is om de wijk positief te maken, groeit sterk. De corporatie, gemeente, commerciële partijen en eigenaar-bewoners kijken samen naar hoe zij de gezamenlijke waarde van de assets in de wijk kunnen vergroten. Dit met elkaar kijken naar het geheel is voor alle partijen een enorme opgave. Vooral voor de gemeente, want zij is geen regisseur meer, maar faciliteerder.’ ‘Assetmanagement stimuleert de corporatie om als een goed rentmeester zuinig om te gaan met haar vastgoed’ Twynstra Gudde Sturen op prestaties: het nieuwe normaal bij woningcorporaties In deze complexer wordende samenleving staan corporaties voor zware opgaven. Meer met minder, een terugtrekkende overheid, scheiden van wonen en zorg en de burger die zelf aan het stuur moet staan. In slimme allianties en samenwerkingen kunnen corporaties meer bereiken dan alleen. Maar hoe pakken zij dat aan? En hoe krijgen zij hun medewerkers zover dat zij willen samenwerken in de keten en met andere stakeholders? Door politieke en maatschappelijke consequenties van een aantal schandalen hebben corporaties enige tijd stilgestaan. Zij stonden een tijd in een slecht daglicht en het vertrouwen van de samenleving daalde tot het nulpunt. Ilta van der Mast, managing partner van de adviesgroep Ruimte, Wonen en Economie bij Twynstra Gudde: ‘Binnen de sector overheersten schrik en voorzichtigheid, met als gevolg dat veel corporaties op hun handen gingen zitten. Daarnaast voerde het kabinet de verhuurderheffing door, een financiële bijdrage van verhuurders voor het ver­ minderen van de nationale schuld en bedoeld om de woningmarkt beter te laten functioneren. Aangezien dit geheel tegen de zin van de corporaties was, gebruik­ ten sommige dit als argument om niet te investeren, ook al hadden ze daarvoor wel de middelen.’ Kritisch nadenken Van oudsher zijn er grote verschillen tussen cor­ poraties. ‘Sommige hebben de laatste twintig jaar weinig tot niets gedaan aan hun voorraad, maar De reikwijdte van integrale vastgoedsturing en assetmanagement bij woningcorporaties insights 10 ‘De betaalbaarheid is momenteel een van de belangrijkste thema’s’ Gelijkwaardigheid De professionalisering van het vastgoedbeleid heeft consequen­ ties voor de werkwijze en cultuur van de corporatie zelf. ‘Niet uitsluitend de corporatie bepaalt wat er gebeurt, maar dat doet zij samen met andere partijen, op basis van gelijkwaardigheid.’ Deze open blik naar buiten is een flinke uitdaging, stelt Van der Mast, ‘want de meeste corporaties hebben een nogal conservatief, Te weinig verhuureenheden Al vele decennia lang profiteren corporaties van lage grondprijzen. ‘Daardoor konden zij mooie complexen bouwen, waarvan de financiering werd geborgd door de overheid. Maar de corporatie is er niet voor middenen hoge inkomens, dus moeten zij het ‘luxe’ vastgoed afstoten. Enerzijds om de wet- en regelgeving te volgen en anderzijds om de druk op de woningmarkt te verlichten. Het gebeurt, maar te langzaam. Voor de midden­ inkomens is het zo langzamerhand bijna on­ mogelijk om aan een betaalbare woning te komen. Ook hebben niet alle woningcorpo­ raties belang bij het afstoten van een deel van hun bezit. Vooral kleinere corporaties, met maximaal 2.500 woningen, kunnen dat niet alleen. Zij houden te weinig verhuur­ eenheden over om hun personeelsbestand te handhaven en aan de complexe wet- en regelgeving te voldoen.’ (De Jong, 2016) De bron: Twynstra Gudde Ilta van der Mast Betaalbaarheid Hoe de woningcorporatie van de toekomst eruit ziet, is lastig te zeggen, vindt Van der Mast. ‘Maar de contouren daarvan tekenen zich af. Nog steeds staat vastgoed centraal, maar corporaties moeten anno 2017 anders denken en werken. Al sinds 2012 zien we een beweging dat corporaties zich meer richten op de prestaties van hun vastgoed en meer sturen op rendement. Dus is kennis nodig van het eigen vastgoed en alle data moeten op orde zijn. Dat is voor veel corporaties nog een enorme opgave.’ Daarnaast moeten corporaties bezig zijn met maatschappelijke prestaties, zoals leefbaarheid, duurzaamheid, huurkorting en energielabels. ‘Sluiten we aan bij de vraag van de klant, hebben we voldoende woningen beschikbaar en is ons vastgoed nog wel betaalbaar voor de doelgroep? Door de verhuurdersheffing zijn de huren verhoogd en die zouden eigenlijk omlaag moeten. De betaalbaarheid is momenteel een van de belangrijkste thema’s.’ Portfolio-strategie De aandachtsgebieden van Van der Mast zijn vastgoedsturing, strategievorming en organisatieontwikkeling. ‘Wil de corporatie sturen op vastgoedprestaties, zowel financieel als maatschappelijk, dan moet zij heldere doelen formuleren in een portfolio-strategie. personeelsbestand.’ Veel corporaties zijn dan ook gestart met cultuurtrajecten met medewerkers om de interne, onderlinge samenwerking te verbeteren. ‘Samenwerking met externe partijen lukt alleen als de interne samenwerking soepel verloopt.’ 11 insights