ZOA 129 de industrie in ZOA en de globalisering - werkgelegenheid - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - werkgelegenheid - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - waarde productie - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - export van auto’s - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - export van kleding - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - export van elektronica - 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering - export van computers – Hoe verklaar je de verschillen? 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering voor basiskennis: bestudeer vooral ook de leerstof van A4 hoofdstuk 1 > paragraaf 5.1 5.2 5.3 6.1 6.2 !! ( zie bijgevoegde A5 ZOA Globalisering 129x PDF in itslearning ) 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • niet elk land in ZOA is even ver met de industrie ( bestudeer nu bron 28 / pag 25 !! ) • een open economie groeit sneller dan een gesloten economie ( vaak communistische economie of militaristisch solistische leiding) • sommige landen gaan heel hard = economische tijgers = NIC’s = Newly Industrializing Countries 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • Newly Industrializing Countries • generatie 1 > Singapore HongHong Taiwan Zuid-Korea ( snelle groei vanaf 1970 ) • generatie 2 > Thailand Malaysië Filippijnen Indonesië Vietnam ( snelle groei vanaf 1980 ) • landen die gesloten waren / zijn en achter blijven: Vietnam Laos Cambodja Oost-Timor 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • verschuiving op te technologische ladder • zie: bron 28 / pag 25 • comparatieve voordelen veranderen door het ontwikkelingsstadium • door een hogere plek op de technologische ladder verlies je bepaalde voordelen ( bijv. lage arbeidskosten want je werd duurder ) • andere landen krijgen daardoor kansen 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • samenvatting verschuivingen op te technologische ladder • 1950 – 1960 heropbouw industrie japan & importsubstitutie enkele andere landen • 1960 – 1980 NIC’s generatie 1 ( lage lonen ) • 1980 – 1996 NIC’s generatie 2 nemen werk van generatie 1 over • 1997 – 1988 Aziatische beurscrisis = economie stort in • vanaf 1998 – Japan verplaatst produktie naar Indonesië en Vietnam Singapore vooral research&development (kennis-ind.) • vanaf 2009 – wereldwijde crisis > ‘goedkoopste’ landen winnen 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • nu : verschuivingen op te technologische ladder in detail ! 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering 1950- 1960: importsubstitutie maar veel nadelen : 1. te weinig kapitaal voor aanschaf machines 2. binnenlandse markt te klein & weinig koopkracht 3. hoge invoerrechten maakt dat binnenlandse bedrijven ‘lui’ worden > geen kwaliteit 4. veel landen wilden Japan navolgen maar hadden niet in de gaten dat Japan exporteerde ! naast importsubsititutie 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering 1960- 1980: exportgeoriënteerde industrialisatie : 1. MNO’s ( TNO’s ) spelen een hoofdrol 2. vooral ’footloose industries’ = niet gebonden aan 1 plek 3. subcontracting 4. free-trade-zones ( FTZ’s ) 5. export-processing-zones ( EPZ’s ) ( investeringssubsidies / belastingvoordelen ) Industrialisatie in ZOA 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering vanaf 1980: 1 verdergaande export-oriented industrialization voorbeeld > http://www.proton-edar.com.my/ 2 wereldwijde crisis zorgde voor terughoudendheid 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering Investeringen door buitenlandse ondernemingen in verschillende fasen: tot 1960: Europese investeerders. tot 1970: Amerikaanse investeerders. na 1970: Japanse investeerders (Flying Geese) http://www.toyota.co.id/welcome/ http://www.ibm.com/sg/en/ http://www.multibintang.co.id/ Industrialisatie in ZOA Investeringen door buitenlandse ondernemingen in verschillende fasen: Myanmar investeerders. Tot 1960: Europese Tot 1970: Amerikaanse investeerders. Na 1970: Japanse investeerders (Flying Geese). Japan Cambodja 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering / bron 28 stadium van ontwikkeling karakter van de export en de productie minst ontwikkelde ontwikkelingslanden (MOL’s) - alleen export van producten uit de Laos, Cambodja, Vietnam, primaire sector Myanmar -weinig export meer ontwikkelde ontwikkelingslanden -export van producten uit de primaire sector, -start arbeidsintensieve productie met laag technologisch niveau Indonesië China jonge NIC’s (door EPZ’s) - productie halffabricaten - arbeidsintensieve productie met laag technologisch niveau Maleisië, Filippijnen, Thailand rijpe NIC’s - eindproducten - productie van midden-hoog technologisch niveau Zuid-Korea, Taiwan en Hong Kong rijke industrielanden - Japan en Singapore hoog technologische productie kennisintensief (veel research) kapitaalsintensief eindproducten landen in Zuidoost en Oost Azië 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering / Aziatische crisis 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering / Aziatische crisis 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering / Aziatische crisis 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering / Aziatische crisis Feiten: -teveel investeringen in vastgoed in ZOA -daling beurzen in ZOA -veel bedrijfssluitingen door gebrek aan kapitaal Daarna: - herstel na 2000 - nieuwkomers groeien sneller dan NIC’s generatie 1 Waarom blijft generatie 1 achter ? - minder export ( vooral IT-produkten ) - hoge olieprijs > industrieprodukten van ZOA duurder - sterke concurrentie China want nu open ekonomie ! 3.2 de industrie in ZOA en de globalisering • samenvatting verschuivingen op te technologische ladder • 1950 – 1960 heropbouw industrie japan & importsubstitutie enkele andere landen • 1960 – 1980 NIC’s generatie 1 ( lage lonen ) • 1980 – 1996 NIC’s generatie 2 nemen werk van generatie 1 over • 1997 – 1988 Aziatische beurscrisis = economie stort in • vanaf 1998 – Japan verplaatst produktie naar Indonesië en Vietnam Singapore vooral research&development (kennis-ind.) • vanaf 2009 – wereldwijde crisis > ‘goedkoopste’ landen winnen