Inleiding historische kritiek – introductieles 9 okt

advertisement
Inleiding
historische
introductieles 9 okt. 2003
kritiek
–
11 september 2001 en de golfoorlog
11 september 2001 – Sarajevo 1914: begin
van een nieuw tijdperk?
7 oktober 2001: Bush kondigt acties
Afganistan aan ‘no neutral stand’
in
29 januari 2002: ‘state of the union’:
axis of evil-speech, dichotomiethese (160161)
12 september 2002: Bush voor UNO rapport
over Irak
20 september 2002: VS lanceren idee van
preventieve
oorlog
(D.
Rumsfeld,
P.
Wolfowitz).
Nieuw? 1980-88: Ronald Reagan ‘empire of
evil’ SDI (strategic defence initiative)
8 november 2002: resolutie 1441 van UNO
4
februari
2003:
Colin
Powell
voor
veiligheidsraad
18 juli 2003: zelfmoord David Kelly (UK)
Oktober 2003: Robin Cook vs. Tony Blair
Hans Blix, ex hoofd van
Unmovic
commentaar
op
rapport van David Kay (VS
regering)
I. 1 WAT IS EEN BRON ?
(17-22)
Overblijfsel - overlevering
= overblijfsel:Bibliotheek KULeuven - Whitney
Warren
rector Ladeuze - Félix Morren - fries 'Furore
Teutonico diruta, dono Americano restituta'
=
overleveringen:
mondelinge
of
geschreven
getuigenis
Typologie in functie van de intentie:
=
artefacten:
onbewust
ontstaan
onthullen
'onbewuste realiteit' (scherven in afvalput)
= audio-visuele bronnen: unwitting testimony, coup
door Tejero in Spaanse Cortes (23 febr. 1981) Gutierrez
Mellado
–
generaal
Milans
del
Bosch
(Valencia)
Types van bronnen en hun decodering:
1.1 Geschreven bronnen op de grens tussen 'Dichtung
und Wahrheit'
verhalende of literaire teksten (ego-documenten,
J. Presser) voorbeeld 'Kroongetuige' 'pour l'histoire'
door Leopold III, postume memoires, 2001: A. de
Jonghe, J. Stengers, J. Gotovitch, eerste minister
Pierlot.
diplomatische teksten (oorkonden)
sociale boekhouding
1.2 Ongeschreven bronnen
1.2.1. materiële voorwerpen:
archeologische,
munten,
manueel
vervaardigde
afbeeldingen
(kunst:
P.
Picasso),
mechanisch
vervaardigde afbeeldingen (foto en film, vb.
Manhattan, Woody Allen,1979)
1.2.2. orale tradities: interviews (cf. infra),
liederen, politiek lied Hanns Eisler (1898-1962)
'Der heimliche Aufmarsch' (uitvoerder Ernst Busch,
1900-1980)
2. ONDERSCHEID BRON - HISTORISCH WERK (22-23)
primaire vs. secundaire informatie: direct of indirect
informeren
historische studie kan ook bron worden (bij grote
schaarste)
aspect deontologie van historicus (citeren)
3.
EVOLUTIE
IN
COMPLEMENTARITEIT (24-27)
BRONNENTYPES
EN
Orale traditie - schrift - boekdrukkunst foto/film voorbeeld: amateur-kleurenfilms uit
wereldoorlog
II
(München,
1939
‘Tag
der
Deutsche Kunst’) - digitaliseren van informatie
Vooral mondelinge tradities zijn aanvulling op
geschreven bronnen, theorie: Jan Vansina (1961,
1985) Afrikaanse samenleving (eigen kritische
tests - 26).
Momenten
van
zwakheid
voor
mondelinge
tradities:
1. het traditionele misprijzen voor interview
als hist. bron
2. toch nuttig voor bepaalde sectoren
3. de trukendoos van de interviewer
4. interferentie tussen ondervrager en ondervraagde
Casus:Interviewtechniek
toegepast
door
productiekern Wereldoorlog II van BRT Maurice
De Wilde
(Ndl: 'de bezetting' Lou de Jong, Frk:'le
chagrin et la pitié')
Interview
wordt
historische
verschillende lagen:
-fatische laag: transcript
-muzische laag: toonband
-paralinguale laag: body-talk
-extra-linguale laag: achtergrond
bron
in
M. De Wilde zelf onderwerp van studie (V.
Vanden Daele): interviewtechniek op de grens
van de deontologie, vb. M. Naessens, L.
Degrelle.
4. IMPACT VAN COMMUNICATIE EN INFORMATIETECHNOLOGIE OP
PRODUCTIE VAN BRONNEN (28-34)
4.1 Snelheid en kwaliteit van de overdracht
te voet - te
electronica)
paard
-
mechanische
fase
(trein
tot
4.2. functies van de communicatiemedia
Bestemd voor een doelgroep (avvisi), gesteund door en
in dienst van belangengroepen, Gleichschaltung.
Goebbels en zijn vele navolgers: voorbeeld van Congo
naar Zaïre, of van Joseph Désiré Mobutu tot Mobutu
Sese Seko Kuku Ngbendu Wazabanga, MPR, min. Sakomhi
Inongo (lit.)
Nazi-Duitsland: Leni Riefenstahl ‘Triumph des Willens’
(1934) film van Nazi-partijdag in Nürenberg (hist.)
Media: van toeschouwers tot participanten
4.3. impact en functie van de media
Impact 'the medium is the message' (Mc.Luhan) en
censuur, voorbeelden: media construeren 'collectief
geheugen'
foto's/beelden: context en impact
-manipulatie en vervalsen: Trotski, foto's uit
ghetto van Warschau (1941-43, Jürgen Stroop)
impact:
inspelen op onbewuste associaties 'bureaucRATS' in
campagne Bush-Gore (VS, 2000) – beschuldiging van
sexual harassment ( 1988: Gary Hart – Donna Rice;
1998: Clinton-Lewinsky; 2003 : A. Schwartzenegger)
censuur: Vietnam-golfoorlog (foto My Lai – and
babies?), Golfoorlog (embedded journalists)
Casus: getuigenis R. Fisk (the Independent), gen.
Brooks, journalist M. Wolf (NY Magazine) vs. Paramilitaire spin-doctor Wilkinson.
kortsluitingen: noise (verbastering van infostroom),
noties redundantie en entropie (Shannon & Weaver)
I. 5: stockeren en produceren van informatie
(35-45)
5.1: waarom bronnen bewaren?
levend en dood archief
5.2: waarom gingen zovele bronnen verloren?
-banale gebeurtenissen: raken niet in bron
-niet bewaard, want niet belangrijk
-verloren door rampspoed
-verloren door afwezigheid van archiefdwang
-technische oorzaken
-doelbewuste vernietiging aan de bron
5.3: consulteerbaarheid
illustratie: KGB-archieven, casus V. MitrochinMI6
Bronnen
toegankelijk
onder
druk
'publieke
opinie': casus P. Lumumba (1961)
onderzoekscommissie
5.4.: stockeringsinstituten:
archieven - de Centrale der Archieven: fantasme
van 19de-eeuwse positivisten - bibliotheken historisch panopticon
Droom van het ultieme archief.
5.5: bewaarplaats is niet onschuldig
Herkomstbeginsel (vb. lijst deportaties
Westerbork 1944: A. Frank)
uit
5.6.: het drukken van historische bronnen
17de eeuw: Bollandisten, Mauristen (SaintGermain des Prés, Parijs, lid: Dom Jean
Mabillon) Acta Sanctorum.
Nationale
bronnenedities
der
19de
eeuw:
romantiek en positivisme: Monumenta Germaniae
Historica (1819), Koninklijke Commissie voor
Geschiedenis
(1834).
Nu:
electronische
databanken.
Deel II: technische analyse van de bron (51-55)
Authenticiteit - waarheid - echtheid
Dagboek Anne Frank
D. Bernauw, H. Paape, G. van der Stroom, De Dagboeken
van
Anne
Frank,
Ned.
instituut
voor
oorlogsdocumentatie (RIOD), A'dam, 2001
R. Faurisson
1. DE VELE VORMEN VAN DE VERVALSING (51-55)
1.1 intellectueel falsum - materieel falsum
Casus: valse dagboeken van Hitler - Der Stern (1983)
Hugh Trevor-Roper
archief Koblenz, perlon
Max Domarus
Konrad Kujau
1.2 pastiche:
Casus: Han Van Meegeren: Vermeer
Michelangelo - kardinaal Riario
1.3 Origineel - kopie
-origineel en pseudo-origineel
-kopie en pseudo-kopie
casus: firma Brueghel, Pieter Brueghel de jonge
(1564/65-1637/38) kopieert werk van zijn vader (+1569)
1.4 ontmaskeren van falsa
Casus: de zaak John Drewe en John Myatt
Anachronismen: Breugel 'De Storm'
dendrochronologie (60)
Breugel, infrarood-analyse
onbewaakt ogenblik van de falsaris
Casus: oorlelletje van Morelli (Lermolieff, 1874)
Edgar Wind (art and anarchy, London, 1963)
Van Dantzig
Carlo Ginzburg (ook 160-1): Arthur Conan
Doyle, Freud
Toepassing: forensische geneeskunde (vb. Saddam
Hoessein, onderzoek van dr. Dieter Buhmann, Duits
patholoog)
II. 2
CLIO'S LABORATORIUM
2.1 Paleografie (56-57)
geposeerd - cursief
capitalis elegans, unciaal
ductus
Casus: dagboek Anne Frank
Robert Faurisson
Jan Romein
Bernauw, Paape (kritische ed. 2001)
2.2 Diplomatiek (57)
kanselarij- Vrain-Lucas (zaak Chasles, 1870)
R. Hilberg, Sources of Holocaust research, New
York, 2001
2.3 Archeologie
Clio?
(57-61):
ontrouw
minnaar
van
prospectie : toeval (1991: Ötzi, Bolzano) gerichte prospectie (luchtfotografie)
detail-prospectie van een reeds ontdekte site:
geofysische methodes (Nistri-periscoop)
opgraving
(stratigrafie)interpretatie
datering
Carboon-14 methode
dendrochronologie (60)
pollenanalyse (60)
New Archaeology in antropologisch vaarwater
(61), processuele archeologie (ecologie)
2.3. Statistiek (61-66): Clio met de computer
statistische en pre-statistische faze (Ad.
Quetelet, 70)
Malthus: politiek misbruikt (vb. Vichy-regime)
Casus: Mortaliteit in Gent ‘ville tombeau’
tijdens de demografische ‘transitiefaze’ (19evroege 20e eeuw): J. Backs
Cliometrie: New Economic History (65)
II.3 Kritische diagnose van de individuele bron
3.1. herstellings- of tekstkritiek (67-75)
3.1.1.
teksttraditie:
origineel
(autograaf,
apograaf) en kopie (vidimus), ook voor niet
literaire bronnen (videobanden Dutroux, R.
Michaux)
3.1.2. casuïstiek: herstel
bewuste en onbewuste fout
originele
tekst,
3.1.3. techniek van het herstellen
- origineel voorhanden
- een kopie bewaard, conjectuur (69)
meerdere
afschriften
bewaard:
methode
Lachmann, queeste naar beste kopie, archetype,
stemma codicum (stamboom)
emendatie op basis van kwaliteit (non sunt
numerandi... 71)
3.1.4. kritiek op methode Lachmann (72-74)
-notie fout: Dom Quentin
-fataal naar tweetak: J. Bédier
-open of slaafs copiëren: M. Bloch, G. Pasquali
(lectio difficilior, lectio melior)
-phylogenetische analyse: het DNA van teksten
3.1.5. correctie en haar grenzen
3.1.6. kritisch apparaat: regest en voetnoten
(84-85)
II. 3.2. Oorsprongskritiek (75-76)
Waar, wanneer en door wie? intellectuele,
materiële, juridische auteur
Falsa, interpolatie, pseudo-kopie
niet-gedateerde stukken:
inscripties-graffiti
Villa des Roses (Elsschot)
schriftkenmerken, watermerken
3.4 Interpretatiekritiek (78, ook 134-143)
taal als wapen
ironie, metataal
en
spel:
dubbele
betekenis,
Decoderen iconografie:
-votiefbeeld van Karel de Stoute door Gerard
Loyet (Luik, 1471): H. Van der Velden, The
donor's image (2000)
-decoderen van clichés en codes: de symboliek,
Van Eyck (echtpaar Arnolfini, met hondje)
Decoderen van filmtaal: ‘the graduate’
Nichols, 1967) cf. p. 82: bewustzijnsgraad.
(M.
3.5. Gezagskritiek (78-79)
ooggetuige of niet? National Science Foundation
(USA): onderzoek 1997
3.6. Bevoegdheidskritiek (79-82)
Casus: kennis over holocaust in WO II: Wannsee
conferentie (20 januari 1942)
Glaubensunwilligkeit (Thomas Mann)
3.7. Rechtzinnigheidskritiek (82-83)
Film van Francesco Maselli over rellen in Genua
(G 8 top, 20-22 juli 2001, dood Carlo Guiliani)
DEEL III: historische bewijsvoering
III. 1 kritische juxtapositie van bronnen (89101)
een werkelijkheid, vele waarheden: de logica van de
leugen
Casus: Watergate (1972-73), Richard Nixon,
rol Washington Post (Woodward & Bernstein);
25 juni 73: getuigenis John Dean,
13 juli 1973: getuigenis Alexander Butterfield (hard
bewijs)
8 augustus 1973: ontslag Nixon
‘Watergate’ model voor Irangate, Monicagate, Irakgate?
Impact van ‘leugens’ over aanleiding tot ingrijpen in
Irak (2002-2003): impact van 11/9 en project ‘New
American Century’- kritische lectuur van huidige
situatie (David Rieff, NYT, Le Monde, nov. 2003).
Hard bewijs (91-92): Louis-Charles
Louis XVII? doktor-legist Pelletan
Capet
(+
1795):
Het zwijgen van de bron: argumentum ex silentio
Redeneringen in het positieve (95-101)
(analogie, falsificatie)
vermoeden - hypothese
feiten - hard bewijs voor hypothese, verificatie
(falsificatietechniek - K. Popper, 99)
(dialectisch proces van vooruitgang van kennis)
Casus: Libanon, Sabra en Chatila, donderdag 16
- zaterdag 18 sept. 1982
Bechir Gemayel (Falangisten)
Menahem Begin (premier Is.)
Ariel Sharon (min. defensie Is.)
Yitzak Shamir (min. buitenl. Is.)
Commissie Kahane (okt.-dec. 82)
- zaak Sharon (2001-03)
Elie Hoebeika (moord 24 jan. 2002)
Getuigenis R. Fisk (Independent)
Ooggetuige op site: Souad Drour
III.2 Vaststellen van het bewijs (102-106)
2.1. soort gebeurtenissen dat wordt bestudeerd
(voorbeelden: Libanon 1982 - intifada 2001-02)
-eenvoudig-evenementiële
materiële waarheid
statistische waarheid
psychologische waarheid
-algemeen-evenementiële
-niet-evenementiële
2.2. overvloed, schaarste en kwaliteit van de
bronnen
unieke bron (vita Caroli door Einhard) testis
unus, testis nullus
2.3. partijdigheid der bronnen
2.4. afstand tussen historicus en feit
E.A. Cohen: Sobibor
Gie van den Berghe: nut en gevaar van het
slachtofferperspectief
Daniel
Goldhagen,
Hitler's
willing
executioners.
Ordinary
Germans
and
the
Holocaust, N.Y., 1996
III.3 Welke feiten zijn belangrijk? (107-112)
3.1. eenmalig of recurrent?
3.2. grote en banale feiten
quotidienneté (Annales-school, zie ook 145-147)
3.3. harde feiten en opinies
positivisme: Ranke, Langlois & Seignobos 'pas
de documents, pas d'histoire'
mentaliteitsgeschiedenis: Annales-school
Silbermann: factoren voor meningsvorming (110)
media
persoonlijke factoren
opvoeding en onderwijs
mentaliteiten:
lage
bewustzijnsgraad,
traag
evolutieritme, collectief karakter
bron: fictie (films, cf. W. Allen, Manhattan:
imitatiegedrag;
M.
Nichols,
The
Graduate:
omslag in mentaliteit)
media: rol in vorming opinies, geruchten
Casus: Berlijn 9 nov. 1989, val van 'de Muur'
Egon Krenz (secretaris-generaal SED)
Walter Momper (burgemeester West-Berlijn,
SFB)
Helmut Kohl (Bondskanselier BRD)
Günther Jabowski (lid politbureau SED)
III. 4 Decoderen van motivaties van historische
actors (pp. 113-119)
4.1. ideologie, godsdienst
definities (godsdienst, geloof, kerk)
Functies
- band economie Max Weber (p. 124-25)
- methode: behaviourisme (Berkhofer, p.
127-28)
kritiek
op
intuïtieve
aanpak
(behavioral & situational approach)
Casussen:
USA : TV-predikanten in politiek,
verkiezingen 1988: Bush/P. Robertson
4.2. sociaal-economische situatie
4.3. biologie en ras
'ras': self-fulfilling prophecy
casus: Antisemitisme: D. Goldhagen, Hitler's
willing executioners. Ordinary Germans and the
Holocaust, N.Y., 1996
visie op Joden in Vichy-Frankrijk (Ph. Pétain)
Lievens
Saerens,
Vreemdelingen
in
een
wereldstad. Een geschiedenis van Antwerpen en
zijn joodse bevolking (1880-1944), Tielt, 2000
4.4. ecologie
longue
durée,
ecologische
en
biologische
evenwichten (voor 1300 demografische groei,
nadien: microbische eenmaking): E. Le Roy
Ladurie. Strijd tegen parasieten en microben
belangrijker dan klassenstrijd?
4.5. wetenschap en techniek
4.6. macht
Deel
IV:
de
frisse
interdisciplinariteit
wind
van
de
De 'Nouvelle histoire':
De Annales: Marc Bloch, Lucien Febvre
1 interdisciplinaire inbreng (pp. 123-134)
1.1. sociale wetenschappen
1.1.2. grote theorieën: Marx, Weber, Durkheim
1.1.3. methodes en technieken
-statistiek: Juglar, Kondratieff,
seculaire trend
(Labrousse: Franse
revolutie, p. 126)
-intuïtieve en behaviouristische aanpak
(Berkhofer)
-typologieën, soorten samenlevingen,
ideaaltypes (Pirenne: koopman-ondernemer,
verraad van de burgerij)
-psycho-analyse,
-antropologie (Clifford
Geertz,
Negara: the theatre-state in 19th c. Bali P. Arnade, Realms of rituals. Burgundian
ceremony and civic life in Ghent)
begrippenarsenaal: nood aan systematisering,
bronnenonderzoek in functie van problematiek
(deductief)
casussen: Jean Delumeau -(Le péché et la
peur)
Jacques Chiffoleau (la comptabilité de
l'au-delà)
1.1.4. risico's van interactie met sociale
wetenschappen:
anachronismen
voorbarige generalisatie
overdreven conceptualiseren 'les méchants
faits...' (Bloch)
1.2. De studie van taal, tekst en tekens
(pp. 134-143)
1.2.1. linguïstiek, semantiek et semiotiek
Coderen en decoderen: foto kanselier Schröder
(2001), foto's Auschwitz 1942
1.2.2. traditie en vernieuwing
taal leeft en beweegt, inhoudsanalyse
contentanalysis: Giscard-Mitterrand (1974)
Mitterrand-Chirac (1988)
1.2.3. semantiek
Faye, Langues totalitaires (1972)
1.2.4. semiotiek:
Burgers
van
Calais
(4
aug.
1347):
Jean
Froissart, Jean le Bel;
Auguste Rodin (1889) : Jean-Marie Moeglin, Les
bourgeois de Calais. Essai sur un mythe
historique, 2002.
1.2.5. belang van de context: Noam Chomsky,
notie 'discours'
filmtaal: 'Hannah and her sisters'(Woody Allen,
1986)
1.2.6.
hermeneutiek
(cf.
behaviouristische aanpak)
Dilthey, Gadamer, Dray, Danto
intuïtieve
vs.
1.2.7. structuralisme en poststructuralisme:
taal verschilt volgens sociale laag
F. de Saussure: parole en langue
J. Derrida, toepassing op iconografie: Goodman
Narratieve modellen: Michel Foucault (Archéologie du savoir, 1969) casus: homosexualiteit in
het verleden, Brugge, Bourgondische tijd
2. de kinderen van de interdisciplinaire
samenwerking (pp. 144-152)
2.1. weg van de illusies van Ranke
2.2. de revolutie van
'Annales'
en
de
geschiedenis
de 'Annales', de
nieuwe
sociale
Annales d'histoire économique et sociale
Annales.Economies, sociétés, civilisations
Annales. Histoire, sciences sociales
Marc Bloch: 'la société féodale' (1933-40)
Fernand Braudel: 'la Mediterranée et le
monde méditerranéen' (1947) 'Civilisation
matérielle, économie et capitalisme (XVeXVIIIe siécle)' (1967-1979)
E. Le Roy Ladurie: 'Montaillou' (1975)
G. Duby: 'Le chevalier,la femme et le
prêtre' (1981)
2.3. Nieuw links en 'new history'
Past and Present
emancipatorische kracht van
geschiedbeoefening
gender-studies
2.4.
narratieve
geschiedenis,
storia, nieuwe cultuurgeschiedenis
J.
micro-
Tollebeek
&
T.
Verschaffel
'De
vreugden van Houssaye. Apologie van de
historische interesse' (1992)
C. Ginzburg 'de kaas en de wormen' (1976)
V. De
kennis
specificiteit
van
de
historische
1. Verandering en continuïteit
1.1. de factor tijd
1.1.1. rechte-lijn theorieën (pp. 157-161)
teleologisch:
eschatologie (Augustinus), geschiedenis
is Gods heilsplan
marxisme
geschiedenis
=
permanent
proces
v.
vooruitgang
rationalisten 18e eeuw (Kant, Lessing,
Voltaire)
idealisten (Hegel, Marx)
positivisten (Comte)
laatste faze = triomf van eigen ideologie
(de Condorcet, Hegel)
nationalistische geschiedschrijving: eigen
natie als eindpunt van geschiedenis
Europa-centrisme, nationalisme: effect
van de scheiding der Nederlanden,
factor taal? (Van Meteren, Hooft,
kritiek door Geyl),
nationalisme der 19de-20e eeuw, factor
staat?
(Pirenne,
Michelet),
late
uitlopers: Braudel, P. Nora (lieux de
mémoire), Deutsche Erinnerungsorte (H.
Schulze, 2001)
traditionele
indeling:
oudheid
middeleeuwen - moderne tijden: resultaat
van renaissance
Dichotomiethese
(contrasterende
moderniseringsthese)
modellen,
Casus: effecten van 11 sept. 2001:
Jihad vs. McWorld (Benjamin Barber, 1995),
Glocaliseren
1995)
(global-local:
Roland
Robertson,
creolisering (Ulf Hannerz, Cultural complexity.
Studies in the social organization of meaning,
1992)
Samuel
(1996)
Huntingdon
‘Clash
of
civilisations’
opvattingen
van
Manuel
Castells
('The
information age. Economy, society and culture,
Oxford 1996-98),
notie ‘space of flows’;
legitimizing identity
resistance identity
project identity
1.1.2. Cyclus-theorieën (pp. 161-163)
geschiedenis = proces dat zich met wetmatigheid
herhaalt, cyclus zoals bij levend organisme
(band met cultuurpessimisme)
Polybius
Ibn Chaldoen
Oswald Spengler
Arnold Toynbee
religie)
(challenge
en
response,
rol
Optimistische visie: J.B. Vico
link met natuurfenomenen (klimaat)
1.2 Immobilisme, geschiedenis zonder tijd
N.
Wachtel,
La
vision
des
vaincus
(164)
V. 2. Oorzakelijkheid
2.1. de ongrijpbare oorzaak
Diverse
oorzaken
configureren
in
een
kristallisatiepunt:
vb.
machtsovername
door Hitler (1933)
met steun van: middenstanders
industriëlen
monarchisten
militaire kringen
nationalisten
kerkelijke kringen
arbeiders (NSDAP)
Diverse
groepen
worden
verleid
(sportpaleis Berlijn, 30 jan. 1933):
collectieve angst wordt aangesproken
(zie ook rol individu: p. 172-176)
2.2. oorzaken van verandering
2.2.1. interne dynamiek
P. Bourdieu: notie ‘habitus’
2.2.2. conflictmodel
2.2.3. evolutie of revolutie?
2.2.4. generaties
2.3 individu of anonieme massa?
J. Stengers ‘Histoire d’une grande peur:
la masturbation’ (1984): Samuel Tissot
(1760 ‘de l’onanisme’), Kinsey rapport
(1948)
Casus: oorzakelijkheid - 11 sept. 2001 en
creatie van een vijandbeeld
Kruistocht vs. Jihad
11 sept. 2001: ‘breaking news’ (CNN: link
met Taliban-regime)
terrorisme:
bestudeerbaar?
Definities?
Verschijningsvorm?
Toepassing
op
Bin
Laden
en
Al
Qaeda:
geheimhouding?
Persconferentie febr. 1998 met Al Zawahri
(Egyptische Jihad)
Situatie
Islam
in
conflict
tussen
grootmachten
(USSR
in
Afganistan),
commerciële
belangen
(beheersen
oliereserves).
Situatie
in
VS:
belangenvermenging
VS
elite
en
oliemaatschappijen (fam. Bush, Cheney,
firma Carlyle Group)
Beeldvorming in verloop van conflict:
Heilig Oorlog, Jihad, Kruistocht
A. Maalouf, Les croisades vues par les
Arabes, Parijs, 1983
B. Flori, La guerre sainte. La formation
de l’idée de croisade dans l’Occident
chrétien, Parijs, 2001
V.3.
Gebruik
geschiedenis
en
misbruik
van
de
3.1 de vele manipulatoren (177-180)
P.
Valéry
(1931)
ontgoocheling
politiek
misbruik
en
gebrek
'slagkracht' van geschiedenis
over
aan
godsdienstige en ideologische apologie
evolutie naar rationalisme
patriottisme
3.2. geschiedenis als
mensenrechten (180-190)
A.
de
Baets
historians)
vluchtheuvel
(Network
of
voor
concerned
geschiedschrijven in gevangenschap
H. Pirenne
M. Bloch/ F. Braudel
Jawaharlal Nehru
Govan Mbeki
geschiedbeoefening aan de hand van Aesopus
Ali Shariati (Iran)
geschiedschrijving als verzetsdaad
Ernst Kantorowicz (VS)
Bronislaw Geremek (Polen)
de historische zekerheid van de militant
Ludwig Quidde
Henri Grégoire
Lander Corluy, De strijd om het geheugen
van Israël. De New Historians en het
Israëlisch-Palestijns
conflict,
Leuven,
2003
Benny
Morris,
Ilan
Pappé,
Avi
Schlaim.
3.2.1.
roots
van
de
historiografie (183-184)
West-Europese
Antieke geschiedschrijving: oorsprong van
kritische houding
Grieken: Herodotos, Thucydides, Polybius
Romeinen: Caesar, Sallustius, Tacitus
Joods-Christelijke geschiedschrijving: rol
opperwezen
Augustinus 'de Civitate Dei'
late middeleeuwen: laïcisering, volkstalen
(Froissart, Philippe de Commynes)
Ibn Chaldoen
3.2.2. renaissance en verlichting: de mens
centraal (185-186)
Twee
nieuwe
ontdekkingen
tendenzen:
reformatie
en
a. reformatie en contrareformatie
verfijnen bronnenkritiek (Lorenzo Valla:
Donatio
Constantini;
Bollandisten,
Mauristen: dom Jean Mabillon)
b. ontdekkingen, weg van Europa-centrisme
Voltaire, Essai sur les moeurs et l'esprit
des nations (1756)
rede
vervangt
voorzienigheid:
Vico,
Montesquieu
3.2.3. experimenten en
(19e-20e eeuw) (186-190)
nieuwe
tendenzen
1e helft 19e eeuw: romantiek (liberaal)
Volksgeist: Herder
Carlyle, Michelet, Ranke
2e helft 19e eeuw: positivisme (lib.) (A.
Comte)
Marxisme, invloed op historisme (Pirenne,
Lamprecht)
professionalisme (Ecole des Chartes 1821):
geschiedenis wordt zaak van hoogleraren en
archivarissen
Na Wereldoorlog I: crisis en zoektocht
naar nieuwe zekerheden
-cultuurgeschiedenis
en
mentaliteiten:
Huizinga, Burckhardt
-Annales (1929)
-nieuwe sociale geschiedenis
-nieuwe politieke geschiedenis
-neo- en post-marxisme
Deel V
3.3. Objectiviteit: a noble dream? (190192)
3.4 subjectiviteit door bewuste factoren:
censuur en ideologie
3.5
subjectiviteit
factoren: attitudes
door
onbewuste
3.6 objectiviteit: bereikbaar?
De historicus als rechter: het Srebrenicarapport in Nederland (J.C.H. Blom, P.
Romijn,
ed.
Srebrenica,
een
‘veilig’
gebied.
Reconstructie,
achtergronden,
gevolgen en analyses van de val van een
Safe Area, Amsterdam NIOD, 2002, 3393
blz.)
gematigde perspectieftheorie
Casus: moord op Patrice Lumumba
president Kasavubu (pro Westers)
eerste minister P. Lumumba (links nation. MNC)
Moïse Tsjombé (Katanga, regionalist)
30 juni 1960: onafhankelijkheid
+speech Boudewijn I en Lumumba: oorzaak?
5 sept.: Lumumba door Kasavubu afgezet
chaos in Kongo, legeropstand
Amerikaanse onrust (telegram Allen Dulles, CIA
topman 26 aug. 1960: 'removal'), later bevestigd
door senaatscommissie Church (1975) studie
Madeleine Kalb 'the Congo cables' (1982),
Washington Post 8 aug. 2000: getuigenis R.
Johnson (nat. sec. council): Dwight Eisenhower
spreekt op 18 aug. 1960 van 'elimination'
Dag Hammarskjöld (VN secretaris-generaal)
Mobutu, stafchef leger - adviseur:Louis Marlière
België:
graaf
Harold
d'Aspremont
Lynden,
minister Afrikaanse zaken
Bel. adviseurs in Katanga: J. Brassine, Guy
Weber
27 nov. 60 vlucht Lumumba met Mpolo en Okito
15 jan. 61 telegram van d'Aspremont naar Tsjombé
17 jan. Tsjombé geeft kap. Gat opdracht tot
executie PL
1991: Jacques Brassine, Enquête sur la mort de
P.L.
1999: Ludo De Witte, De moord op Lumumba
2000-02: parlementaire onderzoekscommissie
Download