BIJLAGE Subsidiabele kosten voor omkadering- en inschakelingspremies Deze bijlage omvat een toelichting bij de kosten die kunnen ingebracht worden voor het verwerven van de omkadering- en inschakelingspremies. Alle kosten en opbrengsten voor het werkervaringsproject dienen apart geregistreerd te worden in de boekhouding. Zij vormen de sui-generisafdeling. De subsidiabele kosten hiervan kunnen deel uit maken van het omkaderingsdossier. Deze dienen met bewijsstukken aan het Subsidieagentschap bezorgd te worden ter verantwoording van de verkregen voorschotten voor het voorbije kalenderjaar. 1. Personeelskosten: Welke kosten? De promotor kan loonkosten inbrengen van eigen personeelsleden die de begeleiding en opleiding doen van de werknemers in het werkervaringsstelsel. Tenzij hiervoor een uitzondering werd toegestaan worden enkel de loonkosten van effectieve begeleiders toegestaan. Dit kunnen zowel contractuele als statutaire personeelsleden zijn. Enkel de loonkosten in functie van begeleiding kunnen ingebracht worden. Het VSA schat redelijkerwijs in dat er niet meer dan een verhouding van 1 begeleider op 5 doelgroepwerknemers nodig zijn om de nodige omkadering te bieden. Om gesubsidieerd te worden moeten deze kosten additioneel zijn ten opzichte van andere subsidies en bewezen worden. De individuele rekeningen moeten ter controle aan de administratie overgemaakt worden. Indien het personeelslid de voorbije jaren nog niet gefinancierd werd dient eveneens het arbeidscontract overgemaakt te worden. Ook bij wijzigingen van het arbeidscontract maakt u dit over. De aanvaarde loonkosten omvatten: Brutoloon Eindejaarspremie Vakantiegeld Patronale lasten Andere loonkosten zoals, woon-werkverkeer, fietsvergoedingen, groepsverzekeringen, hospitalisatieverzekeringen, maaltijds- en ecocheques, premies/vergoedingen voor prestaties. Worden niet aanvaard: Provisies voor vakantiegeld,…. Ontslagpremies Zitpenningen Forfaitaire onkosten (bv. voor telefoon,…) Bedrijfswagen Kosten eigen aan de werkgever (arbeidsongevallen, B.A., vakbondspremie, kosten soc. secr., geneeskundig onderzoek, …) Loonkosten waarvoor men reeds een persoonsgebonden financiering ontvangt. 1 Hoe in te brengen? U kan de loonkosten in uw omkaderingsdossier inbrengen via het tabblad ‘Personeelskosten’. Hier dient u per ingezet personeelslid alle gevraagde informatie in te vullen in de gele cellen. De bedragen van de toewijzing naar het omkaderingsdossier worden automatisch berekend (totale loonkost * benuttingspercentage ) en de sommatie hiervan wordt overgebracht naar het tabblad ‘ALGEMEEN’. In te vullen rubrieken: Naam: voor- + achternaam van het personeelslid Functie: de functie welke het personeelslid uitvoert binnen uw organisatie (indien leerwerkbedrijf, ook naam van de organisatie weergeven) Arbeidsprestatie: percentage van tewerkstelling (1 tot 100%) volgens de arbeidsovereenkomst (voltijds – deeltijds) Brutoloon: brutoloon + betaalde feestagen, gewaarborgd loon, haard- en standplaatsvergoedingen, … Eindejaarspremie: Vakantiegeld: zowel enkel als dubbel vakantiegeld Patronale lasten: vnl. RSZ-werkgever Lasten verminderingen: o.a. sociale maribel en structurele verminderingen, in deze tabel moeten deze als positief getal ingegeven worden (worden in mindering gebracht bij de sommatie van de totale loonkost) Andere loonkosten: o.a. woon-werkverkeer, fietsvergoedingen, groepsverzekeringen, hospitalisatieverzekeringen, maaltijds- en ecocheques, premies/vergoedingen voor prestaties Benuttingspercentage: percentage van zijn arbeidsprestatie dat het personeelslid begeleiding uitvoerde voor dit dossier (van 1 tot 100%) 2. Werkingskosten Welke kosten? Bovenop de directe werkingskosten voor huur en opleidingen wordt er nog een forfaitaire werkingskost toegekend ten bedrage van 20% op de som van de ingebrachte loon- en werkingskosten. Deze kosten omvatten voornamelijk de kosten die niet rechtstreeks verbonden zijn met de doelgroepwerknemers of met het begeleidend personeel maar wel nodig zijn voor het uitvoeren van het werkervaringsproject (o.a. aandeel nutsvoorzieningen, aandeel kosten voor management en ondersteunende diensten). Bij de huurkosten moet het gaan om extra kosten voor het gebruik van gebouwen, lokalen, toestellen, … die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan het project en aantoonbaar zijn via contracten/facturen. De eerste keer dat u een huurkost inbrengt dient u eveneens het contract mee te sturen als stavingsstuk. Interne huuraanrekening van gebouwen in eigen bezit is niet subsidiabel. Ook kosten die wettelijk ten laste zijn van de eigenaar (bv. voor herstellingen) zijn niet subsidiabel. De opleidingskosten moeten betrekking hebben op gerichte opleidingen voor doelgroepwerknemers en/of omkaderingspersoneel. De prestatievergoedingen voor externe opleidingen zijn beperkt tot 125 euro per uur (all-in). 2 Verplaatsingskosten van begeleiders, alsook verplaatsingskosten van de doelgroepwerknemers naar de opleiding zijn subsidiabel. Werkervaringsprojecten die gericht zijn op technische opleidingen kunnen ook redelijke kosten voor grondstoffen, hulpstoffen en verbruiksmaterialen, voor specifieke werkkledij en veiligheidsmateriaal en voor specifieke afvalverwerking van technische opleidingsmaterialen inbrengen. Ook hier dienen alle kosten aangetoond te worden met de mogelijke stavingsstukken zoals facturen of boekhoudkundige stukken. Kosten voor aankopen hoger dan 250 euro die via afschrijvingen in de boekhouding vermeld (dienen te) worden komen niet in aanmerking als subsidiabele kosten. Hoe in te brengen? Deze kosten kunnen in het omkaderingsdossier ingebracht worden via het tabblad ‘Werkingskosten’. Per specifieke kost (huur of opleiding) dient u alle gevraagde informatie in te vullen in de gele cellen. De bedragen van de ingebrachte kosten worden automatisch berekend (kostprijs * benuttingspercentage (1 tot 100 %)) en de sommatie hiervan wordt overgebracht naar het tabblad ‘ALGEMEEN’. In te vullen rubrieken bij de huurkosten: Omschrijving: vermelding van gebouw, lokaal, toestellen, … met vermelding van functie/plaats binnen het project Nummer stavingsstuk: contract, factuur, boekhoudstuk, … Kostprijs: factuurbedrag, kostprijs Benuttingspercentage: percentage dat verdeelsleutel weergeeft voor dit dossier (van 1 tot 100%) In te vullen rubrieken bij de opleidingskosten: Omschrijving: benaming van de opleiding (of omschrijving van de kost) Nummer stavingsstuk: contract, factuur, boekhoudstuk, … Aantal uren: aantal gevolgde opleidingsuren (niet bij verplaatsingskosten/ kosten interne technische opleiding) Kostprijs: factuurbedrag, kostprijs Benuttingspercentage: percentage dat de verdeelsleutel weergeeft voor dit dossier (van 1 tot 100%) Het supplement forfaitaire kosten van 20% op de som van de ingebrachte loon- en werkingskosten wordt dan automatisch berekend in het tabblad ‘ALGEMEEN’. 3