BRULOCAFICHES – Gemeentebelastingen en –retributies – Fiche 1 DE GEMEENTELIJKE AUTONOMIE Wettelijke basis Grondwet – art. 41 & 162 Nieuwe Gemeentewet – art. 117 In het kort De Grondwet en de Nieuwe Gemeentewet definiëren de bevoegdheden van de gemeentelijke overheid door te verwijzen naar het algemene en evoluerende begrip "gemeentelijk belang". Krachtens de gemeentelijke autonomie geniet deze overheid een organisatorische vrijheid (op vlak van personeel, vermogen, opstelling van de begroting). Ze heeft ook een belastingbevoegdheid om zich de nodige middelen te verschaffen om haar taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Het orgaan dat belast is met de beoordeling, de inachtneming en de behartiging van het gemeentelijk belang, is de gemeenteraad. Die kan zowel individuele als regelgevende handelingen stellen, die in de wettelijk voorziene gevallen onderworpen worden aan controle door de toezichthoudende overheid. Terwijl de gemeente op eigen initiatief mag handelen in heel wat materies, heeft ze krachtens de wet ook bepaalde bevoegdheden of net niet. Toelichting 1. Definitie van gemeentelijk belang en reikwijdte van de gemeentelijke autonomie De artikelen 41 en 162 van de Grondwet luiden als volgt: "Art. 41. De uitsluitend gemeentelijke of provinciale belangen worden door de gemeenteraden of de provincieraden geregeld volgens de beginselen bij de Grondwet vastgesteld. (...) Art. 162. De provinciale en gemeentelijke instellingen worden bij de wet geregeld. De wet verzekert de toepassing van de volgende beginselen: (...) 2° de bevoegdheid van de provincieraden en van de gemeenteraden voor alles wat van provinciaal en van gemeentelijk belang is, behoudens goedkeuring van hun handelingen in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald; 3° de decentralisatie van bevoegdheden naar de provinciale en gemeentelijke instellingen; © BRULOCALIS www.brulocalis.brussels – Studiedienst - 2016 1 BRULOCAFICHES – Gemeentebelastingen en –retributies – Fiche 1 4° de openbaarheid van de vergaderingen der provincieraden en gemeenteraden binnen de bij de wet gestelde grenzen; 5° de openbaarheid van de begrotingen en van de rekeningen; 6° het optreden van de toezichthoudende overheid of van de federale wetgevende macht om te beletten dat de wet wordt geschonden of het algemeen belang geschaad." Artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet stelt ook beknopt: "De gemeenteraad regelt alles wat van gemeentelijk belang is. (…)" De Grondwet en de andere wetgeving bieden geen wettelijke definitie van het begrip gemeentelijk belang. Er bestaat in de wetgeving ook geen exhaustieve opsomming van de gemeentelijke bevoegdheden. We kunnen er dus van uitgaan dat alles wat niet uitdrukkelijk op een ander overheidsniveau behandeld wordt, tot de bevoegdheid van de gemeente behoort. Die bijzonder soepele aanpak biedt verschillende voordelen, waaronder de organisationele autonomie van de gemeentelijke overheid en de mogelijkheid voor de gemeente om zich aan te passen en te evolueren om de burgers een optimale dienstverlening aan te bieden. 2. De grenzen van de gemeentelijke autonomie Doordat de bevoegdheden niet exhaustief opgesomd zijn en het gemeentelijk belang evolueert, beschikt de lokale overheid over een grote vrijheid, die weliswaar beteugeld wordt door het toezicht. Daar komen nog andere beperkingen bij: de naleving van het territorialiteitsbeginsel, de hiërarchie van de normen en een reeks beginselen van goed bestuur (met name gelijkheid, proportionaliteit en redelijkheid) waardoor de gemeenteorganen zich kunnen laten leiden bij het nemen van individuele of regelgevende beslissingen. Die beslissingen worden openbaar gemaakt, zoals de bekendmaking van de agenda van de gemeenteraad, de aanplakking aan de valven en de publicatie van teksten op de officiële gemeentelijke website. 2.1. Controle door de toezichthoudende overheid Bepaalde reglementen van de gemeenteraad worden onderworpen aan het algemeen toezicht (bv. politie-, belasting- en retributiereglementen), terwijl andere vooraf goedgekeurd moeten worden door de gewestelijke overheid (bv. begroting en rekeningen van gemeenten en gemeentebedrijven). zie fiche 3 – Toezicht op het gemeentereglement 2.2. Het territorialiteitsbeginsel Overeenkomstig het territorialiteitsbeginsel stopt de autonomie aan de gemeentegrens. © BRULOCALIS www.brulocalis.brussels – Studiedienst - 2016 2 BRULOCAFICHES – Gemeentebelastingen en –retributies – Fiche 1 2.3. Inachtneming van hogere normen De naleving van hogere normen moet onder verschillende invalshoeken bekeken worden. a) De gemeente een bevoegdheid ontnemen Federale wetten en ordonnanties kunnen bepaalde domeinen aan de gemeentelijke tussenkomst onttrekken. Deze beperking werd bevestigd door de Raad van State, die stelt dat de uitsluitend gemeentelijke belangen volgens de Grondwet geregeld worden door de gemeenteraad; de wet kan de beslissingsbevoegdheid van de gemeente echter beperken. (RvS, 22 maart 1983, nr 23.054, R.A.C.E., 1983, p. 621, vert.) Op het vlak van belastingen kan een federale wet de gemeenteraad bijvoorbeeld uitdrukkelijk verbieden om in een welbepaald domein belastingreglementen uit te vaardigen en wordt op die manier de in artikel 170, § 4 van de Grondwet vastgelegde fiscale autonomie ingeperkt. zie fiche 2 - De fiscale autonomie van de gemeente De gemeente kan een hogere norm echter ook aanvullen en detailleren, zonder evenwel contradicties te creëren (bv. gemeentelijke stedenbouwkundige verordening en bijzonder bestemmingsplan). b) Rekening houden met hogere normen In het kader van de uitoefening van de taken van gemeentelijk belang moeten de beslissingen van de gemeenteorganen stroken met de hogere normen, op straffe van onwettigheid. Die regel is vastgelegd in 2 wetsbepalingen: Volgens artikel 159 van de Grondwet wordt de handeling die een hogere norm schendt, bij een eventueel geschil door de rechter opzij geschoven: "De hoven en rechtbanken passen de algemene, provinciale en plaatselijke besluiten en verordeningen alleen toe in zoverre zij met de wetten overeenstemmen. " Artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet bekrachtigt de verplichting om rekening te houden met de hogere normen: "De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen (...). Die reglementen en verordeningen mogen niet in strijd zijn met de wetten, de decreten, de ordonnanties, de reglementen en de besluiten van de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen, de Gemeenschapscommissies. " Dat principe gaat nog verder: een gemeentereglement wordt beschouwd als van rechtswege opgeheven als de materie die het regelt, vervolgens door een andere wet, een decreet of een algemeen reglement geregeld wordt. (RvS, 20 december 1983, nr 23.832, Inforum 56624) © BRULOCALIS www.brulocalis.brussels – Studiedienst - 2016 3 BRULOCAFICHES – Gemeentebelastingen en –retributies – Fiche 1 c) Delegatie van een bevoegdheid aan de gemeente Als aanvulling op de bevoegdheden die de gemeente op eigen initiatief uitoefent in het kader van haar opdrachten van algemeen belang, kent de wetgever haar uitdrukkelijk bevoegdheden toe. Zo verplicht artikel 164 van de Grondwet de gemeente om registers van de burgerlijke stand bij te houden. De zo ontvangen bevoegdheden kunnen met verschillende graden van autonomie uitgeoefend worden: De gemeente die optreedt als gedeconcentreerde overheid, geniet weinig of geen organisationele autonomie, maar blijft onder rechtstreeks toezicht van de delegerende hiërarchische overheid, zonder autonome beslissingsbevoegdheid. De gemeente kan ook optreden (en dat is meestal het geval) als gecentraliseerde overheid, weliswaar onderworpen aan controle vanwege het toezicht maar met ruime autonomie, zowel op het vlak van organisatie als beslissingsbevoegdheid. 2.4. Bekendmaking en motivering van beslissingen De handelingen die gesteld worden met het gemeentelijk belang voor ogen, moeten zowel formeel als materieel gemotiveerd worden. Er worden maatregelen aan gekoppeld op het vlak van bekendmaking, teneinde ter kennis gebracht te worden van de burgers. © BRULOCALIS www.brulocalis.brussels – Studiedienst - 2016 4 BRULOCAFICHES – Gemeentebelastingen en –retributies – Fiche 1 Referenties Rechtspraak - RvS, 16 december 1988, n° 31.628, Inforum 36635 - Cass., 5 maart 1985, Pas., 1 985, I, p. 822 - RvS, 20 december 1983, n° 23.832, Inforum 56624 - RvS, 22 maart 1983, n° 23.054, R.A.C.E., 1983, p. 621 - RvS, 28 mei 1982, n° 22.292, Inforum 26701 - RvS, 10 juli 1973, n° 15.973, Inforum 26776 Rechtsleer - P. LAMBERT, Manuel de droit communal, t. I, 1998, Bruylant - I. KOVALOVSZKY, « Le pouvoir règlementaire des communes en matière de protection de l’environnement », U.C.L., Faculté de Droit, 1 989, VI, 119 (niet uitgegeven), Inforum 26220 - M. COLLIGNE, « La commune », CRISP, dossier n° 65, 2006 - P. THIEL, « Les règlements des conseils communaux. Florilège jurisprudentiel », Rev. Dr. Comm., 1997, p. 2, Inforum 113314 - M. NIHOUL, « La protection juridique de l'autonomie locale par la Cour constitutionnelle en Belgique » in En hommage à Francis DELPEREE- itinéraires d'un constitutionnaliste, Bruylant, 2007, p. 1099, Inforum 227965 - J. BOUVIER, « L'intérêt communal en chantier », Rev. Dr. Comm., 2007, p. 73, Inforum 220866 - J. BOUVIER, « L'intérêt communal en chantier » - suite, Rev. Dr. Comm., 2009, p. 7, Inforum 249231 - A. ROMER, " Le pouvoir des communes en matière fiscale: où s'arrête l'intérêt communal ? ", R.F.R.L., 2013/2, p. 134, Inforum 274654 © BRULOCALIS www.brulocalis.brussels – Studiedienst - 2016 5