Overwegingen uit en naar aanleiding van de theorie Wat zegt de theorie? Vanuit de reflectiewereld, gericht op de volwassene, het volgende: “Reflectie is een vorm van bewust denken. De definitie van reflecteren is het herinterpreteren van kennis en ervaring. Je gebruikt kennis om na te denken over je ervaringen. Je ervaringen geven je nieuw inzicht in de kennis die je hebt. Door te reflecteren, word je je bewust van verschillende aspecten van je handelen. Als je iets bewust doet, dan weet je wat je doet, waarom je het doet en wat de gevolgen van je handelen zijn.” “Reflectie is een vorm van denken waarin de denkkaders opgerekt worden. Aannames, veronderstellingen en zienswijzen worden op dusdanige wijze verstoord dat denkkaders gaan ‘schuiven’. Als dit plotseling gebeurt, wordt dit een ‘aha-moment’ genoemd. Het kwartje valt als iemand opeens iets doorheeft, als er een brug geslagen wordt tussen een nieuw perspectief en de bestaande denkwijze. Een plotselinge realisatie leidt tot een herschikking van denkkaders.” “Je leert van ervaring als je erop reflecteert. Reflecteren vraagt wel een aantal eigenschappen; de nodige afstand tot jezelf, het vermogen om dingen te benoemen en dieper in jezelf te graven.”1 Maar kan een jongere tussen de 16 en 25 jaar, de gemiddelde student op het MBO, dit ook? ‘Puberbrein binnenstebuiten’ zegt hier het volgende over: “Ons menselijk brein is pas rond ons 25e levensjaar volgroeid. Tot die tijd maakt dat brein allerlei ontwikkelingen door. Actuele inzichten uit de hersenwetenschappen werpen een heel nieuw licht op het gedrag van jongeren. Jongeren voelen zich vaak overvraagd. Ze willen meer kaders en sturing dan volwassenen vaak denken. De samenleving daarentegen biedt hen steeds meer vrijheid, keuzemogelijkheden en complexiteit.” “Het is niet eerlijk om van tieners te verwachten dat ze op een volwassen manier beslissingen nemen terwijl hun hersenen nog niet af zijn.” Jay Giedd, Amerikaans hersenonderzoeker2 1 2 Boek ‘Reflectietools’ van K. benammar e.a. 1e druk 2011 Boek ‘Puberbrein binnenstebuiten van Huub Nelis & Yvonne van Stark 2 e druk 2009 Hun hersenen nog niet af? “Bij de ontwikkeling van jongeren tussen hun 10e en hun 25e zien we drie wegen die tegelijk worden bewandeld en elkaar ook beïnvloeden: de lichamelijke ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Vooral de ontwikkeling van de hersenen heeft tot nu toe nooit veel aandacht gekregen. Lange tijd dachten we dat het brein aan het einde van de kindertijd zo’n beetje wel klaar was, immers is bij een kind van 6 jaar reeds 95% van de hersenen volgroeid. Maar inmiddels weten we dat de hersenen in de tienerjaren juist een grote transformatie doormaken. Het menselijk brein is dan ook pas rond het 25e levensjaar volgroeid. De resterende 5% doet er dus 19 jaar over om te volgroeien. De ontwikkeling van het puberbrein is te vergelijken met de geleidelijke groei van een wegennetwerk. Smalle kronkelweggetjes die alleen nog te voet begaanbaar zijn, groeien uit tot steeds bredere en gladdere wegen. Daarna worden het vierbaans snelwegen waarover het verkeer met hoge snelheid de kortste route van A naar B aflegt. De hersenen van jongeren zijn continu under construction. De hersenen groeien als het ware van achteren naar voren. Al op jonge leeftijd zijn motoriek, gezichtsvermogen en emotionele systemen klaar. Deze hersendelen liggen achter in de hersenen. Vervolgens rijpt het middelste deel, dat deze functies coördineert. Maar juist de voorste hersendelen, waar het controlecentrum zetelt, hebben dan nog een lange weg te gaan. Dat heeft grote consequenties voor het gedrag op vele gebieden. Geen helikopterview-> minder verbindingen tussen hersendelen Myeline (witte stof) is nog aan het groeien rondom de uitlopers van de hersencellen. Synaptic pruning: snoeien van de verbindingen die niet of nauwelijks gebruikt worden om zodoende de meest effectieve overdrachtsroute te creëren. Lagere overdrachtssnelheid informatie Minder probleemoplossend vermogen Moeite met overzicht houden Slechtere concentratie Wisselingen in overwicht hersendelen: van rationeel naar emotioneel en omgekeerd Ratio op achterstand-> frontaalkwab in ontwikkeling Prefrontale cortex is als het ware de ‘topmanager van het brein’. Minder vermogen tot abstraheren Moeite met keuzes maken Moeite met plannen en anticiperen Moeite met prioriteiten stellen Heftige emoties-> amygdala meer de overhand De emotiegebieden nucleus accumbens, amygdala en insula worden al vroeg aangelegd en zijn stimulerende systemen. Eigenlijk moeten deze in evenwicht gehouden worden door het remmende systeem dat zich in de prefrontale cortex bevindt. Deze werkt echter nog niet volledig en daardoor ontstaan problemen. Emoties minder onder controle Negatieve emoties sneller de overhand Moeite met lezen gezichtsexpressies en hierdoor minder inlevingsvermogen Kicks-> stijging spiegel diverse hormonen Enorme stemmingswisselingen Verhoogde roekeloosheid Lagere impulscontrole Minder relativeringsvermogen Samenvattend is de balans tussen ratio en emotie zoek en heeft de frontaalkwab nog weinig te zeggen.”3 Maar eigenlijk kunnen jongeren dus niet voldoen aan de eisen die het juist reflecteren aan hen stelt? Kunnen wij dit dan wel van hen eisen? Je kunt de jongere in drie fasen indelen waarvan de jongere op het MBO in fase drie past: Fase 3: 16-22 jaar (on)verwacht (on)volwassen Late adolescenten Zijn: Steeds zelfbewuster Krijgen meer een eigen identiteit Minder gevoelig voor groepsdruk Doen: Stellen zich verantwoordelijker op, naar zichzelf en naar anderen Denken/voelen: Denken verder vooruit Zijn steeds beter in staat tot zelfreflectie Vallen af en toe onverhoeds terug in onvolwassenheid4 Uit de literatuur blijkt dat de jongere inderdaad in de eerste fasen van zijn groei naar volwassenheid nog niet kan voldoen aan alle eisen die aan hem gesteld worden. Maar naarmate de jongere ouder wordt, ontwikkelt hij zich meer en is hij meer in staat tot zelfreflectie. Je kunt er echter niet vanuit gaan dat de jongere dit dan ook direct beheerst. Zij moeten dit leren. 3 4 Boek ‘Puberbrein binnenstebuiten’ van Huub Nelis & Yvonne van Stark 2e druk 2009 Boek ‘Puberbrein binnenstebuiten’ van Huub Nelis & Yvonne van Stark 2 e druk 2009 Hoe kan ik een jongere tot 25 jaar het beste leren te reflecteren? Allereerst een paar basisregels voor docenten die lesgeven aan een jongere tot 25 jaar: Bied structuur en regels Leerlingen willen vooral een strenge en duidelijke leraar. Communiceer duidelijk je verwachtingen. Veruit de meeste leerlingen vinden het prettig als ze weten wat er aan het einde van het traject van hen verwacht wordt. Heb oog voor de individuele leerling Een leerling wil gezien worden in de massa. Je motiveert leerlingen door notie te nemen van hun vorderingen en je oprecht te verdiepen in hun beleving en ontwikkeling. Voer met iedere leerling af en toe een gesprekje. Straal passie voor je vak uit Passie, trots en enthousiasme zijn besmettelijk. Jongeren zijn, in hun zoektocht naar studie en beroep, hard op zoek naar rolmodellen en voorbeeldfiguren die enthousiasme uitstralen. Geef veel complimentjes als jongeren iets goed doen Jongeren kunnen meer met complimenten dan met straf of afkeuring. Laat ze ook in het bijzijn van hun medeleerlingen weten waar ze goed in zijn. VERGEET NOOIT: De leraar is de reisleider! Gebruik activerende vormen in de les Leren moet je leren, anders verzuip je. De docent is hierbij de zweminstructeur. Zorg dat je een goede bent.5 Daarnaast zijn er ook voorwaarden waaraan je moet voldoen om een veilig leerklimaat te creëren: 5 6 Doel van de oefening vooraf helder formuleren Veilige sfeer creëren door af te spreken dat alles binnen de groep blijft Onderzoekende, uitnodigende en gastvrije houding hebben Duidelijk zijn Luisteren zonder waardeoordeel Feedback geven en ontvangen Prikkelen met respect voor andermans grenzen Eigen grenzen aangeven6 Boek ‘Puberbrein binnenstebuiten’ van Huub Nelis & Yvonne van Stark 2 e druk 2009 Boek ‘Reflectietools’ van K. benammar e.a. 1e druk 2011