Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces 1 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 1: AGID-opleidingsmodules Slide 1 AGID-opleidingsmodules Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Auteur: Raghu Raghavan (De Montfort University), Assistent: Gemma Fox (De Montfort University) Ontwikkeld door: Steve Mackenzie (De Montfort Universiteit), Jonathan Yaseen (Northumbria Universiteit) 25 februari 2014 AGID - PROJECTNUMMER - 518175-LLP-1-2011-1--LU-LEONARDOLMP OVEREENKOMST 2011 – 4000/001-001 2 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 2: Copyright en disclaimer Slide 2 Copyright en disclaimer Auteursrechten: De AGID-opleidingsmodules van het AGID-Consortium vallen onder een Creative Commons Naamsvermelding-NietCommercieelGeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Gebaseerd op een project van http://agid-project.eu. Voor bijkomende voorwaarden zie: http://agidproject.eu. De gebruikte Microsoft media-elementen (zoals foto’s en clip art) vallen niet onder deze licentie. Ze werden gebruikt met de toestemming van Microsoft en vallen onder hun licentievoorwaarden (zie voor meer informatie www.microsoft.com/permission). Dat betekent dat je deze bron mag delen (kopiëren, verspreiden, vertonen) op voorwaarde dat je correct naar de module verwijst, de originele staat ervan respecteert, en het niet voor commerciële doeleinden gebruikt. Je mag deze modules dus niet aanpassen, bewerken of herwerken. Voor de volledige licentiegegevens, zie: : http://creativecommons.org/licenses/bync-nd/3.0/nl/. Naamsvermelding: Gelieve als volgt naar ons te verwijzen: AGID-Consortium, Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces, AGID-Modules, Luxemburg, 2014. Disclaimer: Deze reeks modules moet mensen er bewust van maken dat ook personen met een verstandelijke beperking ouder worden. Daarmee hopen we de aangeboden dienstverlening te verbeteren. Om je vaardigheden, kennis en kwaliteiten bij de zorg voor ouder wordende personen met een verstandelijke beperking verder te ontwikkelen, raden we je aan om na deze eerste inleiding verder te studeren. 3 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 3: Welkom Slide 3 Welkom Welkom bij deze module. Dit is de eerste van zes opleidingsmodules over het thema Ouder worden met een verstandelijke beperking. Deze reeks modules werd ontwikkeld door het AGID-Consortium, een Europese groep van universiteiten en dienstverleners uit de sociale zorgsector. Verantwoordelijke coördinator is La Fondation A.P.E.M.H. (Association de Parents d’Enfants Mentalement Handicapés) (LUX) Andere partners: ARFIE- (Association de Recherche et de Formation sur l’Insertion en Europe) (BE) CADIAI (Cooperativa Assistenza Domiciliare Infermi Anziani Infanzia) (IT) De Montfort University (GB) Les Genêts d’Or (Association Médico-sociale pour personnes handicapées et/ou dépendentes) (FR) University of Vienna (AUT) Zonnelied vzw (Dienstverleningscentrum voor volwassen personen met een handicap) (BE) Wij hopen dat je deze modules in de praktijk goed zult kunnen gebruiken. Heb je de module met succes doorlopen? Dan kun je een certificaat behalen voor alle modules van de reeks. Als dit niet je eerste module is, mag je rustig de inleidende hoofdstukken overslaan en direct naar het onderdeel Over deze module gaan. 4 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 4: Belangrijke begrippen en afspraken - Deel 1 Slide 4 Definities en begrippen - Deel 1 Voor je begint kan het nuttig zijn om de juiste terminologie te kennen. We overlopen dan ook even de betekenis die bepaalde instanties aan bepaalde termen geven. Beperking: De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) definieert het Engelse disabilities als een overkoepelende term voor (functie)stoornissen, (activiteiten)beperkingen en participatieproblemen. De Nederlandse overkoepelende term daarvoor is "functioneringsproblemen". Daarbij gaat het bij een stoornis om verminderde lichaamsfuncties of anatomische eigenschappen; bij een beperking heeft iemand het moeilijk om activiteiten of acties uit te voeren; en participatie slaat op iemands deelname aan het maatschappelijk leven. Een functioneringsprobleem is dus een complex fenomeen, een wisselwerking tussen iemands lichaam en persoonlijke kenmerken en zijn of haar leefomgeving. Het VN-verdrag over de mensenrechten voor personen met een handicap geeft daar volgende definitie van: Personen met een handicap zijn personen met permanente, langdurige, tijdelijke of kortstondige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die hen in wisselwerking met afzonderlijke fysieke, economische, sociale, culturele en persoonlijke factoren, of een combinatie daarvan, beletten om volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met anderen aan de samenleving deel te nemen. 5 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 5: Belangrijke begrippen en afspraken - Deel 2 Slide 5 Definities en begrippen - Deel 2 In deze modules gebruiken we "verstandelijke beperking", gedefinieerd zoals de AAIDD (American Association on Intellectual and Developmental Disabilities) intellectual disability omschrijft: Een verstandelijke beperking is een functioneringsprobleem dat zowel belangrijke intellectuele beperkingen kan inhouden (redeneren, leren, problemen oplossen) als een beperkt aanpassingsvermogen zoals dat tot uitdrukking komt in alledaagse sociale en praktische vaardigheden. Deze beperking ontstaat voor de leeftijd van 18 jaar. Andere definities die we in deze leeromgeving gebruiken: Oudere persoon met een beperking: Een oudere persoon met een beperking is iemand die al met de gevolgen van een beperking leefde voor hij of zij met de gevolgen van veroudering werd geconfronteerd. Gezondheidswerkers: Betaalde, speciaal opgeleide deskundigen die in brede zin betrokken zijn bij het verstrekken van gezondheid, sociale zorg of opleiding, zoals dokters, psychiaters, psychologen, maatschappelijk werkers, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, pedagogen en logopedisten. Begeleiders: Mensen die in hun rol van verzorgers en opvoeders ouder wordende personen met een verstandelijke beperking dagelijks en rechtstreeks bijstaan, ongeacht waar ze wonen. Mantelzorgers: Familieleden die de verstandelijk beperkte persoon rechtstreeks ondersteunen. 6 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 6: Belangrijke begrippen en afspraken - Deel 3 Slide 6 Definities en begrippen - Deel 3 Opgelet dat je bepaalde pathologische symptomen niet verkeerd toeschrijft aan verstandelijke beperking of veroudering. Elke noemenswaardige verandering in iemands houding, smaak of gedrag moet gemeld worden zodat de arts een correcte diagnose kan stellen. Enkele voorbeelden van mogelijke indicaties die regelmatig aan een beperking worden toegeschreven, maar evengoed kunnen wijzen op een pathologische oorzaak (zie ook module 5, Pathologische veroudering): Afzondering, ongeïnteresseerdheid, snel moe = tekenen van depressie Ongeduld, onoplettendheid, vergeetachtigheid = tekenen van dementie Onsamenhangendheid, snel moe, verlies van eetlust = tekenen van uitdroging Verlies van eetlust, prikkelbaarheid, afzondering = tekenen van pijn Afzondering, onsamenhangendheid, agressiviteit = tekenen van doofheid 7 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 7: Structuur van deze module Slide 7 Structuur van deze module Hoe gebruik je deze module? Over deze module Inleidende oefening Deel 1: Wat is veroudering? Deel 2: Maatschappelijke beeldvorming Deel 3: Ouderenbeleid Deel 4: Oud worden met een verstandelijke beperking Samenvatting en Eindtest 8 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 8: Hoe gebruik je deze module? Slide 8 Hoe gebruik je deze module? Is dit je eerste module uit deze reeks of je eerste contact met deze leeromgeving? Neem dan even de tijd om de informatie in dit deel "Hoe gebruik je deze module?" door te nemen. Je vindt hier informatie over volgende onderwerpen: Voor wie zijn de AGID-modules bestemd? Hoe werkt een AGID-module? Navigatie en Zoeken Nuttige Links Reflecteren, oefenen en testen Beoordeling en certificaat Toegankelijkheid en gebruik Softwarevereisten Systeemvereisten 9 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 9: Voor wie zijn de AGID-modules bestemd? Slide 9 Voor wie zijn de AGID-modules bestemd? De modules zijn vooral bestemd voor: Professionele begeleiders die werken met personen met een verstandelijke beperking. Ze kunnen ook zeer waardevol zijn voor: Andere mensen die werken met oudere personen met een verstandelijke beperking zoals artsen, verpleegsters, psychologen, ... en Mantelzorgers - vaders, moeders, zussen, broers, tantes, ... die voor een ouder familielid zorgen. Je kan deze module volledig zelfstandig afwerken, maar je zal er meer uithalen als je de onderwerpen en oefeningen ook met anderen bespreekt, vooral met collega's waar je nauw mee samenwerkt. Voor de denkoefeningen is het zelfs ten zeerste aan te bevelen die in groep te maken, samen met een collega of met de hulp van een mentor. Je kan deze module gebruiken: als een zuiver online hulpmiddel dat je alleen voor jezelf raadpleegt; als onderdeel van een inleidende workshop met doorlopende toegang tot de module; als onderdeel van een reeks doorlopende workshops. 10 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 10: Hoe werkt een AGID-module? Slide 10 Hoe werkt een AGID-module? Deze AGID-module bestaat uit een inleiding, een reeks inhoudelijke onderdelen en een samenvatting. Elk deel heeft een eigen kleur en bevat naast informatieve slides oefeningen om aan zelfreflectie te doen, en denkoefeningen en testen die je helpen bij je studie. We raden je aan om langzaam en systematisch te werken en vooral veel te reflecteren over de problemen die in de module aan bod komen. In het begin kun je best slide per slide gewoon in volgorde afwerken. Het menu links laat je toe om elk onderdeel van de module op elk moment opnieuw te bekijken. Alle afbeeldingen van personen zijn louter illustratief en dus niet bedoeld als reële voorstelling van de werkelijkheid. Voor bijkomende nuttige links en referenties kun je steeds terecht op de website van AGID (http://agid-project.eu/). Als je de module hebt afgewerkt, krijg je eenvoudig toegang tot alle links en media uit de module via de website van AGID (http://agid-project.eu/). 11 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 11: Navigatie en Zoeken Slide 11 Navigatie en Zoeken Navigatie Navigeren kun je met de muis in het navigatiemenu (aan de linkerkant van het scherm). Met de linkermuisknop klikken op de knoppen "Volgende" of "Vorige" rechts onderaan brengt je respectievelijk naar de volgende of de vorige slide. (Opmerking: Op oefenslides kun je enkel naar de volgende slide als je het navigatiemenu gebruikt of de knoppen "Einde", "Verder" of "Volgende"). Je kan ook door de module navigeren via volgende sneltoetsen: Pijl-links, Pijl-omhoog of Page Up: ga naar de vorige slide. Pijl-rechts, Pijl-omlaag of Page Down: ga naar volgende slide. O/T/S - Selecteer tabbladen: Outline (Overzicht), Thumbnails (Miniaturen), Search (Zoeken). Tab: met deze toets kun je van link naar link navigeren. Gebruik deze toets om naar de Bijlagen te gaan en E-mail te versturen. Enter: opent een link in een nieuw venster of tabblad. Home: ga naar de eerste slide en End: ga naar de laatste slide. Zoeken Het volledige navigatiemenu is te vinden onder het tabblad "Overzicht". Rechts daarvan vind je het tabblad "Zoeken". Hiermee kan je een woord of zin in deze module opzoeken. Je krijgt dan een lijst met links naar alle slides die dat woord of die zin bevatten. 12 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 12: Nuttige Links Slide 12 Nuttige Links Je kunt deze module helemaal afwerken zonder gebruik te maken van de aangeboden links naar websites en referenties. Die links helpen je echter wel om je veel grondiger in het onderwerp te verdiepen. Alle links in deze module die naar webpagina's verwijzen, zijn blauw. De verschillende links in deze module verwijzen naar: websites of pagina's zoals http://agid-project.eu/ of de website van het AGID-Project; documenten op externe websites en AGID-documenten; oefenbladen; andere slides in deze module; e-mailadressen. Als de module een verklarende woordenlijst bevat, dan zijn de overeenkomstige links pastelblauw. Alle links werkten op het moment van publicatie. Blijkt een link toch onbruikbaar, stuur dan een e-mail naar APEMH via [email protected] met vermelding van het slidenummer en de url. We trachten de module dan zo vlug mogelijk bij te werken. 13 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 13: Reflecteren, oefenen en testen Slide 13 Reflecteren, oefenen en testen Op verschillende plaatsen in de module zijn reflectie-oefeningen en testen ingebouwd. Je kunt je antwoorden op de testen afdrukken en bewaren. Als je de oefeningen 'opnieuw' maakt (zowel de denkoefeningen als de testen), worden je eerdere antwoorden overschreven. Bij de reflectie-oefeningen krijg je de optie een oefenblad af te drukken om op te werken. Opmerking: Het kan handig zijn om notities te nemen en enkele van je denkpistes neer te pennen. 14 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 14: Beoordeling en certificaat Slide 14 Beoordeling en certificaat De studie Terwijl je deze module doorneemt, zullen we je af en toe vragen even aan zelfreflectie te doen of een korte oefening te maken. Die zijn enkel bedoeld om te studeren. Ze tellen niet mee bij de definitieve beoordeling en de daaropvolgende certificatie. Je mag de inhoud van deze module tijdens je studie rustig met je collega's bespreken, we moedigen dat zelfs aan. Maar voor de definitieve beoordeling, de Eindtest, moet je wel verklaren dat jij en jij alleen die hebt ingevuld. De beoordeling Nadat je de module hebt ingestudeerd, kun je de Eindtest afleggen. Om voor die test te slagen heb je een score van 80% nodig. Ben je geslaagd? Dan kan je een certificaat afdrukken dat je de cursus met succes beëindigd hebt. Je mag de test zo vaak maken als je wil. De waarde Een certificaat is i) een verklaring van jezelf dat je tijd hebt geïnvesteerd om een inleidende basiskennis over het onderwerp te verwerven, iets wat je kan helpen in je taak als verzorger; en ii) het biedt een formele erkenning dat je die tijd inderdaad geïnvesteerd hebt. 15 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 15: Toegankelijkheid en gebruik Slide 15 Toegankelijkheid en gebruik Technische vereisten Om in deze online leeromgeving te werken heb je ADOBE Flash Player nodig. Je browser moet de nieuwste versie daarvan ondersteunen. Deze module is vooral een visuele presentatie die je met de muis of de toetsen kunt bedienen (zie: Navigeren en Zoeken). Ondersteunende programma's Je kunt eventueel ook met andere formaten werken. Ondersteunende programma's (waarvan er minstens een beschikbaar is op de AGIDwebsite): Microsoft PowerPoint: Om de inhoud van de tekstslides te bewaren gebruiken we PowerPointnotities. Veel softwarepakketten kunnen daarmee overweg zodat de toegankelijkheid verbetert. Adobe PDF: Adobe Reader beschikt over een aantal interessante functies om o.a. tekst te vergroten en kleuren aan te passen. Voor meer informatie kun je steeds terecht in het helpbestand van jouw Adobe Reader. 16 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 16: Softwarevereisten Slide 16 Softwarevereisten Het belangrijkste programma om het online leerplatform van de AGIDmodules te kunnen gebruiken is Adobe Flash. Dat moet geïnstalleerd zijn in de webbrowser die je gebruikt om naar de AGID-website te surfen en de AGID-modules te bekijken. Download Adobe Flash Populaire webbrowsers waarmee je de AGID-website en onze modules kan bezoeken: Microsoft Internet Explorer 7.x of hoger (bezoek de Internet Explorer downloadpagina) Mozilla Firefox 3.x of hoger (bezoek de FireFox Downloadpagina). Google Chrome (bezoek de Google Chrome Downloadpagina) Safari (bezoek de Safari Downloadpagina) Opera (bezoek de Opera Downloadpagina) Wil je de inhoud van de modules, de oefenbladen of ander referentiemateriaal op een andere manier bekijken, installeer dan een van volgende twee programma's: voor het Adobe PDF-format: Adobe reader (bezoek de Adobe Reader Downloadpagina) of Microsoft PowerPoint Viewer voor het Microsoft PowerPoint formaat (bezoek de Microsoft PowerPoint Viewer downloadpagina) Het AGID-Consortium is niet aansprakelijk voor eender welk verlies of eender welke beschadiging, rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg van 17 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces het gebruik van deze online module of van de software van een derde partij. 18 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 17: Systeemvereisten Slide 17 Systeemvereisten Je hebt een internetverbinding nodig. Adobe heeft Adobe® Flash® Player 9 uitgebreid getest op de volgende configuraties: Windows®, Intel® Pentium® II 450 MHz of sneller (of een equivalent), 128 MB RAM Macintosh, PowerPC® G3 500 MHz of sneller of Intel Core™ Duo 1.33 GHz of sneller, 128 MB RAM Linux®, Modern processor (800 MHz of sneller), 512 MB RAM, 128 MB grafisch geheugen Bron: Systeemvereisten op de website van Adobe 19 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 18: Over deze module Slide 18Over deze module Voor je deze module begint te studeren, kun je best even het deel "Over deze module" doornemen, samen met de leidraad op de AGID-website. Dit deel bevat: een overzicht van de module de doelstellingen van de module de leerdoelen van de module een overzicht van de structuur van de module De geschatte tijdsduur om deze module af te werken: 6-8 uur. 20 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 19: Overzicht Slide 19 Overzicht Dankzij betere geneeskunde en gezondheidszorg boekte ook de zorgsector veel vooruitgang: de levensverwachting van mensen met een verstandelijke beperking stijgt. (IASSID, 2002) Aangezien zij voor dezelfde leeftijdsgebonden ziekten en ouderdomskwalen vatbaar zijn als andere ouderen hebben ze ook dezelfde behoeften, zowel op medisch en sociaal als op emotioneel gebied. Door hun handicap hebben zij echter ook nood aan specifieke gezondheidszorg en extra maatschappelijke ondersteuning. Ze zijn vaak kwetsbaarder voor bepaalde ziekten en aandoeningen, voelen zich eerder geïsoleerd, eenzaam en hulpeloos, stellen probleemgedrag dat hun gezondheid en welzijn kan ondermijnen, en ook hun persoonlijke verzorging vereist doorgaans meer hulp en ondersteuning. Deze vergrijzende bevolkingsgroep vormt voor veel zorgverleners een heel nieuwe uitdaging. Om de juiste aangepaste zorg en ondersteuning te kunnen bieden en aan de soms complexe behoeften van hun zorgnemers te voldoen, moet je dan ook niet alleen de leeftijdsgebonden problemen van de algemene bevolking begrijpen, maar ook en vooral die van mensen met een verstandelijke beperking. 21 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 20: Structuur van de module Slide 20 Structuur van de module In Deel 1 - Wat is veroudering? - bakenen we het verouderingsproces af en introduceren we een aantal begrippen over 'goed' of 'succesvol' ouder worden. Aan de hand van vignetstudies en reflectie krijg je in dit deel meer inzicht in: Het verouderingsproces. Goed/succesvol/actief ouder worden. Actief ouder worden met een verstandelijke beperking. Deel 2 - Maatschappelijke beeldvorming - beschrijft onze sociale opvattingen over ouderen en de impact daarvan op de dienstverlening. Het deel omvat: Leeftijdsdiscriminatie. Hoe leeftijdsdiscriminatie de dienstverlening beïnvloedt. Hoe we dit kunnen verhelpen. In het derde deel - Ouderenbeleid - leer je over de nood aan goede beleidsmaatregelen die de rechten van ouderen beschermen. We besteden dan aandacht aan: Schending van de mensenrechten. De gevolgen van het beleid op de praktijk. 22 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 21: Structuur van de module - Vervolg Slide 21 Structuur van de module - Vervolg Deel 4 - Ouder worden met een verstandelijke beperking - geeft je meer inzicht in de typische problemen van ouderen met een verstandelijke beperking en hoe je deze bevolkingsgroep kan helpen om succesvol oud te worden. We besteden dan aandacht aan: De meest gangbare problemen bij het ouder worden met een verstandelijke beperking. Het zorgresultatenmodel: ook ouderen met een verstandelijke beperking kunnen succesvol oud worden. Gevolgen in de praktijk De module wordt afgerond met een samenvatting van de belangrijkste punten. Daarna krijg je de kans om de kennis die je in deze module hebt opgedaan te testen. 23 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 22: Doelstellingen van de module Slide 22 Doelstellingen van de module Met deze module willen we begeleiders de nodige kennis verschaffen over het verouderingsproces en de gevolgen daarvan voor mensen met een verstandelijke beperking. Daarom zullen we het hebben over volgende thema's: Basiskennis over het verouderingsproces. De manier waarop het verouderingsproces mensen met een verstandelijke beperking beïnvloedt. De biologische, psychologische en sociale problemen die gepaard gaan met veroudering. Gezond en succesvol ouder worden vanuit verschillende perspectieven. Deze module moet begeleiders een goede basiskennis aanreiken over het verouderingsproces en de gevolgen ervan zodat ze mensen met een verstandelijke beperking kunnen helpen gezond en succesvol oud te worden. 24 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 23: Leerdoelen Slide 23 Leerdoelen In deze module leer je: de basis over ouder worden en het verouderingsproces, specifiek bij mensen met een verstandelijke beperking; reflecteren over het verouderingsproces en het concept van ouder worden; de verschillende opvattingen over veroudering; gezond actief ouder worden in een sociale context plaatsen; de maatschappelijke beeldvorming van veroudering onder de aandacht brengen; mensen met een verstandelijke beperking helpen om gezond en actief oud te worden. De specifieke leerdoelen vind je op de titelpagina van elk onderdeel. Bekijk thema's en leerdoelen voor: Deel 1 Deel 2 Deel 3 Deel 4 25 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 24: inleidende kennismakingsoefening Slide 24 Deze slide bevat een inleidende kennismakingsoefening. Heb je de inleiding gelezen? Beantwoord dan onderstaande acht vragen. Inleiding We beginnen deze module met een kennismakingsoefening om je al even te laten nadenken over ouder worden en het verouderingsproces. Je kan de vragen op de volgende slides beantwoorden in de daarvoor bestemde tekstvakken of enkele aantekeningen maken op Oefenblad 1. Klik op "Volgende" om naar de vragen te gaan. Welke beelden schieten je zoal te binnen als je aan ouderen denkt? Hieronder zie je een aantal afbeeldingen van oudere mensen. Geven die volgens jou negatieve of positieve stereotypen weer? Op welke manier? 3. Ben je anders gaan denken over ouder worden naarmate je zelf ouder werd. Zo ja, op welke manier? 4. We bekijken het even vanuit een ander perspectief! Denk aan een oudere persoon die je kent en vraag je af in welke mate die persoon al dan niet beantwoord aan de stereotype voorstelling van een ouder iemand. Noteer welke typische of atypische kenmerken je bij die persoon waarneemt. 5. Ten slotte raden we je aan om een tijdje met een oudere persoon te praten over zijn of haar leven en hoe hij of zij zichzelf ziet. Noteer daarna op deze pagina welke inzichten je tijdens dat gesprek hebt opgedaan. Op de volgende slides gaan we dieper in op ouder worden en het verouderingsproces. Druk je antwoorden af zodat je achteraf je notities nog kunt raadplegen. OPMERKING: Je kan later altijd opnieuw bekijken hoe je ideeën over dit onderwerp geëvolueerd zijn. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". 26 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 27 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 25: Inleidende oefening Slide 25 Inleidende oefening - Meerkeuze-oefening Waar of niet waar? Beantwoord onderstaande 10 vragen met Waar of Niet waar Inleiding In deze voorbereidende oefening maak je kennis met de thema's die in deze module aan bod komen. Je krijgt deze oefening slechts een keer. Werk ze volledig af voor je verder gaat. Je kan jouw antwoorden op de vragen en de correcte antwoorden steeds opnieuw bekijken. Je krijgt dezelfde of een gelijkaardige oefening opnieuw aan het einde van de module. Klik op "Volgende" om naar de vragen te gaan. Ouderdom begint op 65. Succesvol ouder worden is afhankelijk van hoe lang je leeft: iemand van 90 werd succesvoller ouder dan iemand die slechts 75 werd. Dankzij de vergrijzing komt leeftijdsdiscriminatie in onze westerse maatschappij niet veel meer voor. Een kwaliteitsvolle zorgverlening bieden is een manier om iets te ondernemen tegen leeftijdsdiscriminatie. Leeftijdsdiscriminatie is een van de meest voorkomende problemen waarmee ouderen wereldwijd te kampen hebben. Er zijn recent een aantal beleidswijzigingen doorgevoerd die zich richten op een beter leven voor ouderen met een verstandelijke beperking. Oudere mensen met leerstoornissen zijn meestal vrij begaafd en gezond en functioneren over het algemeen goed. 28 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Ouderen met een verstandelijke beperking worden doorgaans beter en sterker ondersteund door bemiddelaars en kunnen bogen op een groter informeel sociaal netwerk dan hun jongere tegenhangers. De meeste volwassenen met een verstandelijke beperking worden door hun ouders verzorgd. Je kunt niet meten of ouderen met een verstandelijke beperking al dan niet succesvol ouder worden. Antwoorden: 1 Niet waar, 2 Niet waar, 3 Niet waar, 4 Waar, 5 Waar, 6 Waar, 7 Waar, 8 Niet waar, 9 Waar, 10 Niet waar Jouw score: punten Dit was een inleidende kennismakingsoefening over de thema's die in deze module aan bod komen. Aan het einde van deze module krijg je deze of een gelijkaardige oefening opnieuw. Je kan jouw antwoorden op de vragen altijd opnieuw bekijken. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". 29 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 26: Deel 1: Wat is veroudering? Slide 26 Deel 1: Wat is veroudering? Aan de hand van vignetstudies en oefeningen krijg je in dit deel een overzicht van volgende thema's: Het verouderingsproces. Goed/succesvol/actief ouder worden. Ouder worden met een verstandelijke beperking. Leerdoelen Als je de theorie en de oefeningen in dit deel hebt doorgenomen, ken je: de factoren die een invloed hebben op het verouderingsproces en de persoonlijke gevolgen die dat bij iemand teweegbrengt; de factoren die verbonden zijn met goed/succesvol/actief ouder worden en het belang ervan; de toepassing van actief ouder worden bij mensen met een verstandelijke beperking. 30 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 27: Deel 1: Oefening 1 Slide 27 Deel 1: Oefening 1 1. Vul de zin aan met het juiste antwoord uit onderstaande keuzemogelijkheden. Ouderdom begint op: Geen enkel antwoord is correct 2. Welke van onderstaande beweringen is niet waar? Oudere mensen leven in andere omstandigheden (bv. inwonend bij familie, in bejaardentehuizen). Ouderen houden van vrijetijdsbesteding en houden er verschillende hobby's op na. Oudere mensen zijn in staat om van seksualiteit te genieten en kunnen verschillende seksuele voorkeuren hebben. Ouderen hebben geen baan of werken niet. Oudere mensen kennen verschillende niveaus van 'kwetsbaarheid' ten gevolge van hun leeftijd en/of andere oorzaken. De bewering "Ouderen hebben geen baan of werken niet" is niet waar. Jouw score: punten Deze vragen toonden je dat je veroudering eerder moet zien als een proces dan als een opzichzelfstaande gebeurtenis. Op de volgende slides gaan we daar dieper op in. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 31 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 28: 1.1 Wat is veroudering? Slide 28 1.1 Wat is veroudering? Het AGID-project dankt zijn naam aan de Engelse titel van het project, Ageing and Intellectual disability. Volgens de Oxford English Dictionary is ageing: "the process of growing old". Verouderen staat dus voor het hele verouderingsproces. Het is essentieel dat we ouder worden beschouwen als een voortdurende ontwikkeling, niet als een eenmalige gebeurtenis. De meeste westerse culturen zien mensen vanaf 65 als oud. Dat heeft echter eerder te maken met de leeftijd waarop we pensioengerechtigd worden dan met een echt chronologisch onderscheid tussen een volwassene en een oudere volwassene. (WHO, 2013) Aangezien het verouderingsproces enorm verschilt van persoon tot persoon, heb je 60-jarigen die zichzelf al heel oud voelen, terwijl er evengoed mensen zijn die zich op hun 70ste nog jong voelen. Verschillende factoren beïnvloeden iemands verouderingsproces, o.a.: Levensstijl. Levensverhaal. Vroegere informele en formele ondersteuning. Genetische aanleg. Stimulerende en/of beperkende omgevingsfactoren. 32 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 29: 1.2 Ouderen vormen een heterogene groep Slide 29 1.2 Ouderen vormen een heterogene groep Veel mensen hebben een vooringenomen beeld van ouderen en denken vaak dat ze allemaal een boel kenmerken gemeen hebben. In werkelijkheid vormen ze echter een zeer heterogene groep: Ze zijn tussen 50 en 110 jaar oud. Hun groep omvat mannen en vrouwen wiens genderidentiteit kan variëren. Je hebt rijke en welgestelde oudjes, maar evengoed arme senioren. Met een verschillende culturele achtergrond. Met verschillende godsdiensten en/of geloofsovertuigingen. Met een verschillende etnische achtergrond, vaak ook afkomstig uit zeer uiteenlopende migrantengroepen. Ze leven in verschillende omstandigheden (bv. inwonend bij familie, in bejaardentehuizen, zelfstandig alleenwonend). Ze besteden hun vrije tijd graag zinvol en houden er veel verschillende hobby's op na. Ze kunnen van hun seksualiteit genieten en verschillende seksuele voorkeuren hebben. Ze bevinden zich allemaal in een andere gezondheidstoestand (zowel geestelijk als lichamelijk). Ze werken, zijn gepensioneerd, hebben een part-time baan, doen aan vrijwilligerswerk, kortom: ze vervullen zeer verschillende rollen in onze maatschappij. 33 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Het feit dat ze zo'n gevarieerde groep vormen, betekent ook dat er, naargelang hun leeftijd en/of omwille van andere oorzaken, verschillende niveaus van 'kwetsbaarheid' bestaan. 34 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 30: 1.3 Het verouderingsproces Slide 30 1.3 Het verouderingsproces Hoewel veroudering vaak als een uitgemaakt proces wordt gezien, zijn er ook mensen die geloven dat het allemaal niet zo vast ligt: "Verouderen is geen vastomlijnd (op leeftijd of genen gebaseerd) biologisch of chronologisch proces, maar een subjectieve en sociale ervaring met een open einde. De persoonlijke beleving van je eigen verouderingsproces kan heel erg verschillen naargelang de betekenis die je je eigen lichaam toedicht en de manier waarop je in het leven staat en jezelf ziet." Gebaseerd op Hepworth, 2000 Ouder worden is dus een combinatie van lichamelijke, psychische en sociale veranderingen die ons op verschillende manieren beïnvloeden. Zo ziet de ene persoon zijn pensionering als een positieve verandering (Koen heeft nu veel meer vrije tijd om zich aan zijn hobby's te wijden), terwijl de ander deze mijlpaal als een negatieve verandering ervaart (Anja voelt zich nu opeens overbodig en waardeloos en mist de structuur in haar leven). De manier waarop je tegen dergelijke veranderingen aankijkt, bepaalt in grote mate hoe goed je je kunt aanpassen en dus hoe goed je met veroudering kunt omgaan. 35 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 31: 1.4 Verschillende begrippen Slide 31 1.4 Verschillende begrippen Sommigen hebben het over actief ouder worden (zoals de WHO), anderen over gezond ouder worden, zinvol ouder worden, succesvol, productief, competent, … Al die begrippen gaan dieper in op het verouderingsproces en bieden inzicht in de manier waarop mensen zich succesvol aan hun veroudering aanpassen. Het zijn begrippen die je doen nadenken over het verouderingsproces en ze worden allemaal gebruikt om mensen te helpen naarmate ze ouder worden hun levenskwaliteit te behouden of zelfs te verbeteren. Op de volgende slides gaan we dieper in op een aantal van die concepten: Een goede oude dag. Succesvol ouder worden. Actief ouder worden. Gezond ouder worden. 36 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 32: Deel 1: Oefening 2 Slide 32 Deel 1: Oefening 2 Meerkeuze-oefening Een goede oude dag. Een goede oude dag wordt in verband gebracht met vier factoren: een goede lichamelijke gezondheid, materiële zekerheid, netwerken van familieleden en verwanten, en sociaal verkeer (Fry e.a., 1997). De volgende slides bevatten een aantal beweringen over deze onderwerpen. Je krijgt steeds de keuze uit twee opties om aan te vullen. Klik op 'VOLGENDE' om verder te gaan. 1. Een goede lichamelijke gezondheid verwijst naar: Het vermogen om deel te nemen aan zelfgekozen activiteiten, en voldoende energie, kracht en vitaliteit om die activiteiten te blijven uitoefenen. Het vermogen om deel te nemen aan een specifiek trainingsprogramma met oefeningen die ontworpen zijn om gezond en in goede conditie te blijven en fysiek te blijven functioneren. 2. Materiële zekerheid verwijst naar: Geld, recht op uitkeringen en vergoedingen, voldoende middelen om zonder extra overheidssteun te kunnen leven. Geld, recht op uitkeringen en vergoedingen, voldoende middelen om een bepaalde levensstandaard te behouden. 3. Netwerken van familieleden en verwanten: De aanwezigheid van iemands naaste familieleden en hun vermogen om de persoon in kwestie ondersteuning, zorg, advies, informatie en een gevoel van bevestiging en eigenwaarde te bezorgen. 37 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces De sociale structuren in de onmiddellijke omgeving waarmee ouderen verbonden zijn en die hen ondersteuning, zorg, advies, informatie en een gevoel van bevestiging en eigenwaarde bezorgen. 4. Sociaal verkeer verwijst naar: Levensaspecten die ervoor zorgen dat mensen positieve feedback ontvangen, ze gaan zich dan goed voelen over zichzelf, voelen zich een deel van de maatschappij. Ze zijn burgers die over keuzevrijheid beschikken en hebben het gevoel de belangrijke dingen in hun leven onder controle te hebben. Levensaspecten die mensen aanmoedigen om zich eerder op externe factoren te richten dan op zichzelf, bv. door anderen te helpen via vrijwilligers- of liefdadigheidswerk en maatschappelijk betrokken te zijn bij gemeenschaps- en buurtprojecten. De juiste antwoorden: 1) Het vermogen om deel te nemen aan zelfgekozen activiteiten, en voldoende energie, kracht en vitaliteit om die activiteiten te blijven uitoefenen; 2) Geld, recht op uitkeringen en vergoedingen, voldoende middelen om een bepaalde levensstandaard te behouden; 3) De sociale structuren in de onmiddellijke omgeving waarmee ouderen verbonden zijn en die hen ondersteuning, zorg, advies, informatie en een gevoel van bevestiging en eigenwaarde bezorgen; 4) Levensaspecten die ervoor zorgen dat mensen positieve feedback ontvangen, ze gaan zich dan goed voelen over zichzelf, voelen zich een deel van de maatschappij. Ze zijn burgers die over keuzevrijheid beschikken en hebben het gevoel de belangrijke dingen in hun leven onder controle te hebben. Jouw score: punten Je hebt nu even kunnen reflecteren over wat een goede oude dag zou kunnen betekenen. Op de volgende slide gaan we daar dieper op in. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 38 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 33: 1.4.1 Een goede oude dag Slide 33 1.4.1 Een goede oude dag Een goede oude dag wordt in verband gebracht met vier factoren: een goede lichamelijke gezondheid, materiële zekerheid, netwerken van familieleden en verwanten en sociaal verkeer. (Fry e.a., 1997) Een goede lichamelijke gezondheid: Het vermogen om deel te nemen aan zelfgekozen activiteiten, en voldoende energie, kracht en vitaliteit om die activiteiten te blijven uitoefenen. Materiële zekerheid: Geld, recht op uitkeringen en vergoedingen, voldoende middelen om een bepaalde levensstandaard te behouden. Netwerken van familieleden en verwanten: De sociale structuren in de onmiddellijke omgeving waarmee ouderen verbonden zijn en die hen ondersteuning, zorg, advies, informatie en een gevoel van bevestiging en eigenwaarde bezorgen. Sociaal verkeer verwijst naar: Levensaspecten die ervoor zorgen dat mensen positieve feedback ontvangen, ze gaan zich dan goed voelen over zichzelf, voelen zich een deel van de maatschappij. Ze zijn burgers die over keuzevrijheid beschikken en hebben het gevoel de belangrijke dingen in hun leven onder controle te hebben. 39 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 34: 1.4.1.1 Casus: Gladys Slide 34 1.4.1.1 Casus: Gladys Gladys is 68 en woont samen met haar gezonde 71-jarige man in hun eigen huis. Hoewel ze voor de rest zelf ook gezond is, heeft Gladys wel wat last van milde artritis in haar handen en knieën. Ze zijn allebei gepensioneerd en kunnen comfortabel van hun pensioen leven. Gladys vindt het leuk om elke dag minstens een uur in de tuin te werken en ze wandelt tweemaal per week naar de plaatselijke dorpswinkel (ongeveer 400 meter). Ze hebben twee dochters: een is geëmigreerd maar ze bellen wel regelmatig met haar en de ander woont in de buurt en brengt hen om de twee weken een bezoekje. Gladys deed vroeger vrijwilligerswerk bij de plaatselijke liefdadigheidswinkel, maar onlangs moest die winkel dicht en op dit moment heeft ze nog geen ander interessant buurtproject gevonden om zich voor in te zetten. Op de volgende slide vind je een aantal vragen over Gladys en haar situatie. 40 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 35: Deel 1: Oefening 3 Slide 35 Deel 1: Oefening 3 De goede oude dag van Gladys Gladys' verhaal - Geheugensteuntje Gladys is 68 en woont samen met haar gezonde 71-jarige man in hun eigen huis. Hoewel ze voor de rest zelf ook gezond is, heeft Gladys wel wat last van milde artritis in haar handen en knieën. Ze zijn allebei gepensioneerd en kunnen comfortabel van hun pensioen leven. Gladys vindt het leuk om elke dag minstens een uur in de tuin te werken en ze wandelt tweemaal per week naar de plaatselijke dorpswinkel (ongeveer 400 meter). Ze hebben twee dochters: een is geëmmigreerd maar ze bellen wel regelmatig met haar en de ander woont in de buurt en brengt hen om de twee weken een bezoekje. Gladys deed vroeger vrijwilligerswerk bij de plaatselijke liefdadigheidswinkel, maar onlangs moest die winkel dicht en op dit moment heeft ze nog geen ander interessant buurtproject gevonden om zich voor in te zetten. Op de volgende slide vind je een aantal vragen over Gladys en haar situatie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Is dit een voorbeeld van een goede oude dag? Ja of neen? 2. Welke van de vier onderstaande factoren moet beter om Gladys' levenskwaliteit te verbeteren? Sociaal verkeer Netwerken van familieleden en verwanten. Materiële zekerheid. Een goede lichamelijke gezondheid. 41 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces De correcte antwoorden: 1) Neen, 2) Sociaal verkeer Jouw score: punten Je hebt nu even kunnen nadenken over wat een goede oude dag eigenlijk inhoudt. Op de volgende slides gaan we dieper in op het concept succesvol ouder worden. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 42 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 36: 1.4.2 Succesvol ouder worden Slide 36 1.4.2 Succesvol ouder worden Door de jaren heen hebben Lawton en Nahemow ons een aantal inzichten bijgebracht over succesvol ouder worden, zoals: Succesvol verouderen staat in verband met op latere leeftijd actief blijven. Zo moet je bereid zijn om in een nieuwe rol te stappen, bij de maatschappij betrokken blijven en sociale relaties in stand kunnen houden (Lawton en Nahemow, 1973). Actief blijven alleen is echter niet genoeg. Ook cognitieve uitdagingen zijn belangrijk. Zij laten ouderen namelijk toe hun kennis en kunde te tonen (Lawton e.a., 1995). Last but not least is ook de omgeving van belang: die mag niet te veeleisend zijn, maar ook niet te weinig stimuleren (Nahemow, 1990). Een uitgebreid overzicht over succesvol ouder worden vind je op de website http://healthyandsuccessfulaging.wordpress.com/papers/. 43 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 37: 1.4.2.1 Casus: Ronnie Slide 37 1.4.2.1 Casus: Ronnie Ronnie is 76 en baatte voor zijn pensionering een ijzerwinkel uit. Op dit moment woont hij samen met zijn 77-jarige vrouw in een flatgebouw met een conciërge. Sinds ze naar dit appartement verhuisden, raakte hij al met een aantal medebewoners bevriend. Samen met twee van hen organiseert hij elke week een koffiekransje in de gemeenschapsruimte van het gebouw. Ze zien elkaar ook eens per week tijdens een lunch in de plaatselijke pub. Ronnie hield vroeger enorm van boeken lezen en kruiswoordpuzzels maar zijn ogen zijn zo erg achteruitgegaan dat hij dat niet meer kan. Hij brengt veel van zijn vrije tijd tegenwoordig met zijn vrouw door, pratend over wat er op tv is, of hij zit met zijn vrienden in de gemeenschappelijke delen van het gebouw. Op de volgende slide vind je een aantal vragen over Ronnie en zijn situatie. 44 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 38: Deel 1: Oefening 4 Slide 38 Deel 1: Oefening 4 Ronnie en succesvol ouder worden Een geheugensteuntje: Ronnie Ronnie is 76 en baatte voor zijn pensionering een ijzerwinkel uit. Op dit moment woont hij samen met zijn 77-jarige vrouw in een flatgebouw met een conciërge. Sinds ze naar dit appartement verhuisden, raakte hij al met een aantal medebewoners bevriend. Samen met twee van hen organiseert hij elke week een koffiekransje in de gemeenschapsruimte van het gebouw. Ze zien elkaar ook eens per week tijdens een lunch in de plaatselijke pub. Ronnie hield vroeger enorm van boeken lezen en kruiswoordpuzzels maar zijn ogen zijn zo erg achteruitgegaan dat hij dat niet meer kan. Hij brengt veel van zijn vrije tijd tegenwoordig met zijn vrouw door, pratend over wat er op tv is, of hij zit met zijn vrienden in de gemeenschappelijke delen van het gebouw. Op de volgende slides vind je een aantal vragen over Ronnie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Welke ervaringen in het leven van Ronnie zijn goede voorbeelden van succesvol ouder worden? Geef alle levensdomeinen op die daarvoor in aanmerking komen. Zijn betrokkenheid bij zijn lokale gemeenschap. Zijn deelname aan activiteiten die zijn cognitieve vermogens uitdagen. Zijn sociale contacten. Zijn aanpassing aan zijn pensionering. Welk levensdomein moet beter om Ronnie succesvol ouder te laten worden? 45 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Zijn betrokkenheid bij zijn lokale gemeenschap. Zijn deelname aan activiteiten die zijn cognitieve vermogens uitdagen. Zijn sociale contacten. Zijn aanpassing aan zijn pensionering. Correcte antwoorden: 1) Zijn betrokkenheid bij zijn lokale gemeenschap, zijn sociale contacten en zijn aanpassing aan zijn pensionering. 2) Zijn deelname aan activiteiten die zijn cognitieve vermogens uitdagen. Jouw score: punten Je hebt nu even de kans gehad om na te denken over succesvol ouder worden. Op de volgende slides gaan we dieper in op een ander aspect van verouderen: actief ouder worden. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 46 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 39: Deel 1: Oefening 5 Slide 39 Deel 1: Oefening 5 Op de vorige slide vertelden we je al dat actief zijn en blijven bijzonder belangrijk is om succesvol ouder te worden, maar wat is actief ouder worden nu precies? In 2002 stelde de Wereldgezondheidsorganisatie dat als je ouderen een actieve oude dag met een behoorlijke levenskwaliteit wil bezorgen, je hen een aantal zaken moet kunnen bieden. Kies uit onderstaande zaken de drie hoofdzaken waarvan je denkt dat ze actief ouder worden stimuleren (we vergelijken je antwoorden daarna met de definitie van de WHO). De mogelijkheid om aan meer activiteiten deel te nemen Toegang tot gezondheidszorg Omgang met jongere mensen Veiligheid Betere pensioenregeling Toegang tot gratis openbaar vervoer Toegang tot de arbeidsmarkt Correct antwoord: de mogelijkheid om aan meer activiteiten deel te nemen, toegang tot gezondheidszorg en veiligheid. Jouw score: punten Deze oefening heeft je meer inzicht gegeven in de algemene aandachtspunten die gepaard gaan met actief ouder worden. Op de volgende slides kun je je kennis verder uitdiepen. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". 47 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 48 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 40: 1.4.3 Actief ouder worden Slide 40 1.4.3 Actief ouder worden De WHO (2002) definieert actief ouder worden als "het proces om de kansen op gezondheid, participatie en veiligheid te optimaliseren, met als doelstelling de levenskwaliteit bij het ouder worden te verbeteren." Het is daarbij van belang te weten dat ‘actief’ hier niet enkel verwijst naar fysieke activiteit, maar naar een blijvende betrokkenheid bij sociale, spirituele, economische, culturele, en maatschappelijke activiteiten, burgerzin en participatie aan de arbeidsmarkt. Een fysieke beperking is dus niet noodzakelijk een hindernis om actief oud te worden, de persoon in kwestie kan op verschillende andere manieren actief zijn: gepensioneerden of ouderen die ziek of beperkt zijn, kunnen op een actieve manier binnen hun familie, vriendenkring of buurt een bijdrage aan de samenleving leveren. Actief ouder worden is erop gericht ieders levensverwachting en levenskwaliteit te verhogen, ook van mensen die kwetsbaar, gehandicapt of hulpbehoevend zijn. Volgens de WHO kan verouderen een positieve ervaring zijn als dat langere leven gepaard gaat met voortdurende mogelijkheden en kansen op het gebied van gezondheid, participatie en veiligheid. Als zorgverlener is het dan ook jouw taak om ervoor te zorgen dat je cliënten deze kansen kunnen grijpen. Meer informatie over actief ouder worden vind je op Active Ageing: A Policy Framework, WHO (2002) 49 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 41: 1.4.3.1 Casus: Petra Slide 41 1.4.3.1 Casus: Petra Een toonbeeld van actief ouder worden: Petra is 61 en licht verstandelijk beperkt. Ze gaat naar een lokaal dagcentrum voor mensen met een verstandelijke beperking. Daar brengt ze haar tijd niet alleen door in haar eigen basisgroep met vier andere oudere dames, ze vindt het ook heel leuk om de tuiniersgroep te helpen. Ze werkt actief mee en geeft regelmatig de andere groepsleden en de begeleiders advies over groenten kweken, iets wat ze als kind altijd al samen met haar vader deed. Zo helpt Petra bijvoorbeeld groenten telen voor het jaarlijkse zomerfestival waarvan de opbrengst naar het dagcentrum gaat en wint ze regelmatig de verkiezing van de Grootste Ui op het oogstfeest van de plaatselijke kerkgemeenschap waar ze lid van is. 50 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 42: Deel 1: Oefening 6 Slide 42 Deel 1: Oefening 6 Petra en actief ouder worden Petra's verhaal - Geheugensteuntje Petra is 61 en licht verstandelijk beperkt. Ze gaat naar een lokaal dagcentrum voor mensen met een verstandelijke beperking. Daar brengt ze haar tijd niet alleen door in haar eigen basisgroep met vier andere oudere dames, ze vindt het ook heel leuk om de tuiniersgroep te helpen. Ze werkt actief mee en geeft regelmatig de andere groepsleden en de begeleiders advies over groenten kweken, iets wat ze als kind altijd al samen met haar vader deed. Zo helpt Petra bijvoorbeeld groenten telen voor het jaarlijkse zomerfestival waarvan de opbrengst naar het dagcentrum gaat en wint ze regelmatig de verkiezing van de Grootste Ui op het oogstfeest van de plaatselijke kerkgemeenschap waar ze lid van is. Op de volgende slide vind je een vraag over Petra's situatie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Waarom biedt tuinieren Petra een bijzonder grote kans om goed actief ouder te worden? Het houdt haar lichamelijk actief. Haar beperking verhindert haar niet om aan de activiteit deel te nemen. Ze vindt het leuk en zinvol. Correct antwoord: Ze vindt het leuk en zinvol. Jouw score: punten 51 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Je hebt nu kunnen nadenken over een aantal zaken die bijdragen tot positief ouder worden. Op de volgende slide hebben we het over gezond ouder worden en gaan we dieper in op ouder worden met een verstandelijke beperking. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 52 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 43: 1.4.4 Gezond ouder worden Slide 43 1.4.4 Gezond ouder worden De WHO schetst een aantal praktische zaken die gezond ouder worden stimuleren, waaronder: De levensverwachting verhogen door een goede gezondheid te promoten en de oorzaken van een slechte gezondheid aan te pakken, in het bijzonder door al vroeg in het verouderingsproces (vanaf 50 jaar) een andere levensstijl aan te nemen. Een aan de leeftijd aangepaste omgeving creëren door mobiliteit, infrastructuur, milieuvervuiling, huisvesting, openbare ruimten en overheidsdiensten te verbeteren. Gezondheidsvoorziening en sociale dienstverlening verbeteren door de zorg beter te coördineren, op personeelstekorten te anticiperen en overheidssubsidies te bestendigen. Enkele andere aanbevelingen: De pensioenleeftijd optrekken en de arbeidsparticipatie verhogen tot 75%. Een Europese eenheidsmarkt verwezenlijken voor gezondheidsproducten en -diensten. 53 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 44: 1.5 Ouder worden met een verstandelijke beperking Slide 44 1.5 Ouder worden met een verstandelijke beperking Bovenstaande begrippen bieden een basis om de levenskwaliteit van ouderen in het algemeen te verbeteren, maar ze zijn niet altijd relevant voor mensen met een verstandelijke beperking. Zo is een stimulerende omgeving doorgaans belangrijk voor een goede oude dag, maar sommige mensen met een bepaalde verstandelijke beperking (bv. autisme) verkiezen omwille van hun problemen met zintuiglijke informatieverwerking net een vrij neutrale omgeving. Het eindrapport van de WHO, in het Nederlands Veroudering en verstandelijke handicap: Verbetering van de levensverwachting en bevordering van gezond oud worden, noemt zes resultaten die ouderen gezonder oud kunnen laten worden: Praktische vaardigheden, vrijetijdsbesteding en zaken die de levenskwaliteit verhogen (iemand toelaten tussen verschillende activiteiten te kiezen en de gebruikelijke mogelijkheden te benutten); Een beter of duurzamer voedingspatroon en een algemene gezondheidstoestand waarbij activiteiten niet door lichamelijke problemen worden gehinderd; Een gevarieerd levensritme (met zelfgekozen activiteiten); Erkennen dat uitdagingen en productiviteit ook op latere leeftijd moeten blijven bestaan; Een uitgebreid en goed verankerd sociaal netwerk; Regelmatige deelname aan het gewone gemeenschapsleven binnen de samenleving, met zelfgekozen vrienden of kennissen. Zie Veroudering en verstandelijke handicap, WHO (2000) 54 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 45: 1.6 Casus: Andraiz Slide 45 1.6 Casus: Andraiz In dit praktijkvoorbeeld zie je hoe zorgdiensten gezond, actief ouder worden kunnen stimuleren bij mensen met een verstandelijke beperking. De 60-jarige Andraiz woont in een klein groepshuis voor verstandelijk beperkte personen. Zes maanden geleden werd er bij Andraiz osteoartritis vastgesteld. Die aandoening bezorgde hem veel pijn en beïnvloedde zijn hobby's en dagelijkse bezigheden. Bijgevolg werd hij een pak minder actief, met zijn humeur ging het van kwaad naar erger, en hij kreeg overgewicht. Het personeel in de voorziening gaf hem aangepaste medicatie om de pijn te verzachten, iets wat ze regelmatig opnieuw bekijken, en een aantal hulpmiddelen om de druk op zijn gewrichten te verminderen. Ze zorgden ook voor een uitgebalanceerd dieet en maakten een aangepast bewegingsplan op. Door al deze maatregelen ging Andraiz' humeur er ondertussen erg op vooruit en werd hij opnieuw actiever. Hij is afgevallen en heeft zijn pijn beter onder controle. Zijn vroegere vrijetijdsbesteding werd lichtjes aangepast zodat hij er opnieuw van kan genieten en hij houdt er nu een actievere, gezondere en succesvolle levensstijl op na. 55 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 46: Deel 1: Oefening 7 Slide 46 Deel 1: Oefening 7 Bill: oplossingen voor actief ouder worden In het praktijkvoorbeeld van Adraiz kon je zien hoe een goede zorgverlening mensen met een verstandelijke beperking kan helpen om gezond en actief ouder te worden. Nu is het jouw beurt om over een gegeven situatie na te denken en oplossingen voor te stellen. Dat kan aan de hand van de casus van Bill. Bill is een 64-jarige man met het syndroom van Down. Hij woont met vier anderen in een groepshuis en brengt regelmatig een dag per week door bij de plaatselijke liefdadigheidsinstelling waar hij de jeugdwerkers helpt met het organiseren van naschoolse activiteiten in de buurt. De laatste zes maanden nam Bills gewicht gestaag toe. Ondertussen is hij dan ook ook pak te zwaar geworden. Onlangs stelde de dokter diabetes type 2 vast. Als onderdeel van zijn behandeling kreeg Bill het advies om wat te vermageren. Hoe kun je Bill helpen een gezond en actief leven te leiden? Maak notities in het tekstvak op de volgende slide of gebruik Oefenblad 2 om enkele opmerkingen te noteren. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Hoe kun je Bill helpen een gezond en actief leven te leiden? Je bent bijna aan het einde van dit deel. Om goed te onthouden wat je in dit deel hebt geleerd, kun je de oefening op de volgende slide maken. Daarna krijg je ook nog een samenvatting van dit hoofdstuk voor we verder gaan. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 56 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 47: Deel 1: Oefening 8 Slide 47 Deel 1: Oefening 8 Gelieve op de volgende slide de korte test in te vullen om dit deel af te sluiten. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Schrijf in onderstaand tekstvak in je eigen woorden op hoe je over veroudering denkt. Je kan ook steeds Oefenblad 3 gebruiken om enkele aantekeningen te maken. Hoe kun je ouder worden het best omschrijven? Als een eenmalige gebeurtenis of als een proces? Verouderen impliceert vooral: Biologische veranderingen. Psychologische veranderingen. Sociale veranderingen. Alle bovengenoemde veranderingen. Actief ouder worden betekent: Op een voor jezelf zinvolle manier actief zijn binnen de gemeenschap. Zo lang mogelijk zoveel mogelijk fysiek actief kunnen blijven. Zo lang mogelijk blijven werken. Een actief sociaal leven behouden. Mensen met een verstandelijke beperking kunnen omwille van hun aandoening(en) meestal niet succesvol ouder worden. Waar of niet waar? 57 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Mensen met een verstandelijke beperking hebben er naarmate ze ouder worden bijzonder weinig aan dat je nog nieuwe uitdagingen voor hen bedenkt. Waar of niet waar? Nu je aan het einde van dit deel gekomen bent, mag het geen probleem zijn om in onderstaand tekstvak vijf punten op te schrijven die je kunnen helpen om ouderen met een verstandelijke beperking een betere zorgverlening te bieden. Je kan ook steeds Oefenblad 3 gebruiken om enkele aantekeningen te maken. De juiste antwoorden: 2) Als een proces; 3) Alle bovengenoemde veranderingen; 4) Op een voor jezelf zinvolle manier actief zijn binnen de gemeenschap; 5) Niet waar; en 6) Niet waar. Jouw score: punten Je bent aan het einde van dit hoofdstuk gekomen. Op de volgende slide krijg je nog een laatste samenvatting van dit deel en dan gaan we verder met het tweede deel over de maatschappelijke beeldvorming rond verouderen. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 58 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 48: 1.8 Samenvatting van deel 1 Slide 48 1.8 Samenvatting van deel 1 Samenvatting Ouder worden is een proces dat bij iedereen anders verloopt. Ouderen vormen dan ook een heterogene groep. Er zijn een aantal begrippen die mensen kunnen helpen op een positieve manier te verouderen en hun levenskwaliteit ook op latere leeftijd nog te verbeteren (bv. een goede oude dag, succesvol ouder worden, actief ouder worden). Actief ouder worden slaat niet alleen op fysieke activiteit, maar ook op sociale, economische, spirituele, culturele en maatschappelijke activiteit. Veel van deze concepten kunnen ook toegepast worden bij ouderen met een verstandelijke beperking, al zullen er soms aanpassingen moeten gebeuren om aan hun specifieke behoeften tegemoet te kunnen komen. Verder in deze module: De maatschappelijke beeldvorming rond verouderen en hoe die de zorgverlening beïnvloedt. De behoefte aan beleidsmaatregelen die de rechten van ouderen beschermen. De specifieke behoeften van ouderen met een verstandelijke beperking en hoe je deze bevolkingsgroep kan stimuleren om succesvol ouder te worden. 59 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 49: Deel 2: Maatschappelijke beeldvorming rond verouderen Slide 49 Deel 2: Maatschappelijke beeldvorming rond verouderen Dit deel beschrijft de opvattingen van onze maatschappij over ouderen en de impact daarvan op de dienstverlening. Het deel omvat: Leeftijdsdiscriminatie. Hoe leeftijdsdiscriminatie de dienstverlening beïnvloedt. Hoe we dit kunnen rechtzetten. Leerdoelen Als je de theorie en de oefeningen in dit deel hebt doorgenomen, ken je: De maatschappelijke beeldvorming rond veroudering en het probleem van leeftijdsdiscriminatie. De gevolgen van leeftijdsdiscriminatie op de dienstverlening. Manieren om op leeftijdsdiscriminatie te reageren. 60 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 50: 2.1 Maatschappelijke beeldvorming Slide 50 2.1 Maatschappelijke beeldvorming De maatschappelijke beeldvorming rond verouderen verwijst naar de relaties tussen de verschillende opvattingen over ouderdom, het beeld dat we hebben over ouder worden en de zorg voor en behandeling van ouderen. Het is: "Een voedingsbodem voor overtuigingen en opvatingen die een bepaalde bevolkingsgroep identificeert op basis van leeftijd en de leden van die groep afschildert in een negatieve, stereotype terminologie die niet alleen meer angst voor het verouderingsproces veroorzaakt maar bovendien de degeneratie van ouderen nog in de hand werkt" (Hughes, 1995) Deze discriminatie op basis van ouderdom noemen we leeftijdsdiscriminatie. Een dergelijke negatieve kijk op veroudering is typisch westers en deels het gevolg van het belang dat we in onze westerse cultuur en samenleving hechten aan individualisme en productiveit. Naarmate iemand ouder wordt en minder in staat is om volledig zelfstandig te leven (als gevolg van ziekte/beperking/inkomensverlies) en als een minder productief lid van de samenleving wordt beschouwd (als gevolg van pensionering), wordt die persoon voor onze maatschappij minder waardevol geacht (Gergen & Gergen, 2000). 61 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 51: 2.2 Leeftijdsdiscriminatie Slide 51 Deel 2.2 Leeftijdsdiscriminatie Ray, Sharp en Abrams (2006) beschrijven drie soorten discriminatie: Negatieve discriminatie die openlijk schade berokkent - directe discriminatie. Positieve discriminatie om iemand te beschermen - geeft de doelgroep een voorkeursbehandeling. Ondervertegenwoordiging - passieve, indirecte discriminatie door bv. bepaalde groepen over te slaan. 62 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 52: Deel 2: Oefening 1 Slide 52 Deel 2: Oefening 1 Ray, Sharp en Abrams (2006) beschrijven drie soorten discriminatie: Negatieve discriminatie die openlijk schade berokkent - directe discriminatie. Positieve discriminatie om iemand te beschermen - geeft de doelgroep een voorkeursbehandeling. Ondervertegenwoordiging - passieve, indirecte discriminatie door bv. bepaalde groepen over te slaan. Op de volgende slide krijg je een aantal scenario's voorgeschoteld. Om welk type van leeftijdsdiscriminatie gaat het? Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Een gezonde, bewame 65-jarige man die in de marketingsector werkt, wordt ontslagen. Zijn bazen vinden namelijk dat hij op zijn leeftijd "geen voeling meer" kan hebben met zo'n jonge sector. Welk soort discriminatie wordt hier toegepast? Negatieve discriminatie Positieve discriminatie Ondervertegenwoordiging Hoewel een aanzienlijk deel van de bevolking ouder is dan 65, spendeert een ziekenfonds in het Verenigd Koninkrijk zijn budgetten voornamelijk aan pediatrische gezondheidszorg. Welk soort discriminatie wordt hier toegepast? Negatieve discriminatie Positieve discriminatie 63 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Ondervertegenwoordiging Een 60-jarige vrouw solliciteert voor een baan en krijgt die ook, ondanks het feit dat er een aantal beter gekwalificeerde sollicitanten waren die ook nog eens meer relevante ervaring konden voorleggen. Het bedrijf wil namelijk niet bekendstaan als een firma die ouderen discrimineert. Welk soort discriminatie wordt hier toegepast? Negatieve discriminatie Positieve discriminatie Ondervertegenwoordiging Correcte antwoorden: 1) Negatieve discriminatie; 2) Ondervertegenwoordiging; 3) Positieve discriminatie. Jouw score: punten Je kent nu een aantal leeftijdsdiscriminerende factoren. Op de volgende slide gaan we dieper in op de gevolgen van leeftijdsdiscriminatie voor de zorgverlening. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 64 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 53: 2.3 Gevolgen van leeftijdsdiscriminatie Slide 53 2.3 Gevolgen van leeftijdsdiscriminatie Het is een algemeen gegeven dat de bevolking vergrijst. Wereldwijd zorgen een hogere levensverwachting en dalende geboortecijfers ervoor dat we met z'n allen ouder worden (WHO, 2013). Nu er zoveel meer ouderen zijn dan vroeger, de pensioenleeftijd overal wordt opgetrokken en iedereen steeds langer aan het werk blijft, zou je denken dat er niet meer op basis van leeftijd wordt gediscrimineerd. Toch zien we overal de gevolgen van leeftijdsdiscriminatie: In sociale en economische beleidsmaatregelen die ouderen discrimineren. Zo werd pas in oktober 2011 de verplichte pensioenleeftijd in het Verenigd Koninkrijk (65) afgevoerd waardoor ouderen er nu voor kunnen kiezen om langer te werken. In de algemene opvattingen en waarden over ouderen en de manier waarop die bepalen hoe we met hen omgaan en hen behandelen, zowel op persoonlijk als op professioneel gebied. Meervoudige discriminatie - Onze standpunten inzake ouderdom staan in wisselwerking met andere aspecten van maatschappelijke identiteit zoals ras, geslacht, seksuele geaardheid en invaliditeit. Zo stellen Walker en Walker (1998) dat ouderen met een verstandelijke beperking niet enkel te maken hebben met leeftijdsdiscriminatie maar ook met discriminatie op basis van hun beperking en door de gevolgen van die combinatie dubbel nadeel ondervinden. Dit dubbele gevaar heeft tot gevolg dat de verwachtingen dalen en wettigt een onaangepaste zorgverlening (Walker e.a., 1996). 65 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 54: 2.4 Leeftijdsdiscriminatie en dienstverlening Slide 54 2.4 Leeftijdsdiscriminatie en dienstverlening Leeftijdsdiscriminatie en de maatschappelijke beeldvorming rond ouderen liggen vaak aan de basis van de dienstverlening en de zorg die ze krijgen en kunnen die dan ook op verschillende manieren negatief beïnvloeden. Zo zijn veel sociale diensten contraproductief door hun afhankelijkheidscultuur die ouderdom automatisch associeert met onvermijdelijke achteruitgang, passiviteit en een teruggetrokken 'leven' (Biggs, 1993). Deze bekrompen opvatting zien we ook terug de ouderenzorg, iets wat doorgaans wordt beschouwd als een taak die lagere kwalificaties en minder kennis of vakbekwaamheid vereist dan werken met andere bevolkingsgroepen. Denk maar aan de vele sociale diensten die vanuit die visie aan de behoeften van ouderen tegemoetkomen en vooral de nadruk leggen op het 'routine'werk. Ze voorzien vaak enkel in kortetermijnoplossingen met standaard hulpmiddelen en zorgpaketten. Dat kan leiden tot negatieve vooronderstellingen en opvattingen zoals: De aanname dat je heel gemakkelijk in de behoeften van ouderen kunt voorzien, m.a.w. het is niet nodig om speciaal voor hen personeel op te leiden. Negatieve beeldvorming rond ouderen en hun zorgverleners. Aan de basis hiervan ligt de lage status die aan oudere mensen wordt toegekend, wat op zijn beurt de lage status van hun begeleiders en verzorgers versterkt. Zo stelden Walker en Walker (1998): "van zodra iemand louter op basis van zijn of haar leeftijd van de ene dienstverlener naar de andere overstapt, verschuift de dienstverlening van het ondersteunen van zelfstandigheid naar het opnieuw genereren van afhankelijkheid" (p.127). 66 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 55: 2.5 Leeftijdsdiscriminatie aanpakken Slide 55 2.5 Leeftijdsdiscriminatie aanpakken Al deze aannames over dienstverlening voor ouderen zijn ook toepasbaar op ouderen met een verstandelijke beperking: de vooroordelen die ouderen discrimineren op basis van leeftijd en de afhankelijkheidscultuur die de discriminerende fundamenten van de ouderenzorg nog verstevigen, leiden ertoe dat ouderen met een verstandelijke beperking vaak niet echt met beide benen in het leven kunnen staan en in afzondering leven (Thompson, 2002). Net zoals je bij oudere mensen met een verstandelijke beperking kunt zeggen dat ze 'dubbel nadeel' ondervinden (Walker & Walker, 1998), geldt dat ook voor de diensten die op hen gericht zijn. Gelukkig zijn deze negatieve opvattingen en vooroordelen langzamerhand aan het veranderen en kunnen we een aantal dingen doen om daarbij te helpen: De mensenrechten van ouderen en mensen met een beperking steunen en handhaven. Werken in overeenstemming met het beleid inzake gezondheid en ouderenzorg, d.w.z.: respect opbrengen voor hun rechten, hun waardigheid en hun onafhankelijkheid en hen helpen een actief, participatief leven te leiden. Gemotiveerd personeel aanwerven met voldoende kennis over de gezondheids- en zorgbehoeften van ouderen en/of voorzien in voortdurende, relevante opleiding voor het bestaande personeel. Kwaliteitszorg leveren aan de hand van een persoonsgerichte dienst- en zorgverlening. 67 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 56: Deel 2: Oefening 2 Slide 56 Deel 2: Oefening 2 Gelieve op de volgende slide de korte test in te vullen om dit deel af te sluiten. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. De westerse cultuur is geneigd ouderen niet naar waarde te schatten. Waar of niet waar? Dankzij de vergrijzing is leeftijdsdiscriminatie geen probleem meer. Duidt in onderstaande lijst alle beweringen aan die van toepassing zijn Op leeftijd discriminerende vooroordelen en aannames kunnen binnen de zorgdiensten leiden tot: een afhankelijkheidscultuur gebrek aan personeelsopleiding negatieve opvattingen over ouderen negatieve opvattingen over begeleiders Oudere mensen met een verstandelijke beperking ondervinden dubbel nadeel als gevolg van (selecteer de 2 zaken die van toepassing zijn): discriminatie op basis van hun leeftijd. discriminatie op basis van hun leeftijd. het feit dat ze zorgdiensten nodig hebben. discriminatie op basis van hun beperking. Opleiding voorzien voor begeleiders is een manier om vooroordelen als gevolg van leeftijdsdiscriminatie te counteren. Waar of niet waar? 68 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Nu je aan het einde van dit deel gekomen bent, mag het geen probleem zijn om in onderstaand tekstvak vijf punten op te schrijven die je kunnen helpen om ouderen met een verstandelijke beperking een betere zorgverlening te bieden. Je kan ook steeds Oefenblad 4 gebruiken om enkele aantekeningen te maken. Correcte antwoorden: 1) Waar; 2) Niet waar; 3) gebrek aan personeelsopleiding; 4) discriminatie op basis van hun leeftijd en discriminatie op basis van hun beperking; 5) Waar Jouw score: punten Je bent aan het einde van dit hoofdstuk gekomen. Op de volgende slide krijg je nog een laatste samenvatting van dit deel en dan gaan we verder met het derde deel over het beleid inzake veroudering. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 69 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 57: 2.6 Samenvatting van deel 2 Slide 57 2.6 Samenvatting van deel 2 Samenvatting De maatschappelijke beeldvorming rond verouderen verwijst naar de relaties tussen de verschillende opvattingen over ouderdom, het beeld dat we hebben over ouder worden en de zorg voor en behandeling van ouderen. Ouderen worden in onze huidige maatschappij niet erg gewaardeerd. Discriminatie op basis van leeftijd, leeftijdsdiscriminatie, is dan ook een wijdverbreid gegeven. Die maatschappelijke leeftijdsdiscriminatie brengt niet alleen binnen de zorgdiensten een afhankelijkheidscultuur voort, het bezorgt ouderen en hun verzorgers ook een bijzonder lage sociale status. Toch zijn er een aantal manieren waarop we leeftijdsdiscriminatie kunnen tegengaan. Verder in deze module: De behoefte aan beleidsmaatregelen die de rechten van ouderen beschermen. De specifieke behoeften van ouderen met een verstandelijke beperking en hoe je deze bevolkingsgroep kan stimuleren om succesvol ouder te worden. 70 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 58: Deel 3: Ouderenbeleid Slide 58 Deel 3: Ouderenbeleid In dit deel zullen we het hebben over de nood aan beleidsmaatregelen die de rechten van ouderen beschermen. We besteden daarbij aandacht aan: Mensenrechten voor ouderen. Het huidige beleid. De gevolgen van het beleid op de praktijk. Leerdoelen Als je de theorie en de oefeningen in dit deel hebt doorgenomen, ken je: De problemen waarmee ouderen geconfronteerd worden op het gebied van mensenrechten en de behoefte aan beschermende beleidsmaatregelen. Recente, belangrijke beleidsmaatregelen inzake veroudering. De impact van een dergelijk beleid op de praktijk. 71 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 59: 3.1 Nood aan ander beleid Slide 59 3.1 Nood aan ander beleid De wereldbevolking vergrijst. World Population Ageing, een rapport van de Verenigde Naties uit 2009, zegt: "Aangezien de bevolking wereldwijd almaar ouder wordt, verhoogt ook de nood aan meer en betere informatie en is er meer onderzoek naar vergrijzing nodig. Om beleidsmakers te helpen hun doelstellingen en programma's op te stellen, in te voeren en te evalueren, de bevolking bewuster te maken en meer steun te krijgen voor beleidsveranderingen, is kennis namelijk essentieel." Voor verdere informatie, zie: World Population Ageing (Working Paper), UN (2009). Waarom betekent een vergrijzende bevolking een ander beleid? Zoals je in het eerste deel al zag, veranderen onze behoeften naarmate we ouder worden. Het beleid moet die verandering weerspiegelen en aan de behoeften van een steeds groter aantal ouderen tegemoet kunnen komen. Daarom moeten bepaalde beleidsdomeinen herbekeken worden: Gezondheidszorg. Huisvesting. Pensioenen. Toegang tot zorgdiensten, inclusief woonzorgcentra. Werkgelegenheid en pensionering. 72 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 60: 3.2 Uitdagingen op het gebied van mensenrechten Slide 60 3.2 Uitdagingen op het gebied van mensenrechten De vergrijzing van de bevolking zorgt voor steeds meer mensenrechtenkwesties. De Verenigde Naties werden dan ook genoopt tot actie. Hun werkgroep voor ouderenrechten stelt dat het recht op de best mogelijke fysieke en mentale gezondheid de kern moet uitmaken van het mensenrechtendebat. Andere gebieden omvatten: Leeftijdsdiscriminatie werd gedefinieerd als een van de vaakst voorkomende problemen waar ouderen wereldwijd mee te maken hebben. Meervoudige discriminatie: een combinatie van verschillende discriminatiegronden. Ouderen zijn vatbaarder voor meervoudige discriminatie dan de rest van de bevolking. Dat is vooral het geval bij oudere vrouwen en is ook van toepassing op ouderen met een verstandelijke beperking. Leeftijdsdiscriminatie en vooroordelen werden bovendien erkend als oorzaak van verschillende mensenrechtenschendingen, inclusief het feit dat ze ouderendiscriminatie nog verergeren. Ook geweld en ouderenmishandeling was een belangrijk aandachtspunt. Toegang tot rechtspleging: de noodzaak van ondersteunende maatregelen voor de wettelijke zelfbeschikking van ouderen in verband met bijvoorbeeld gezondheidsbehandelingen, eigendom en nalatenschap. Recht op sociale bescherming: ouderen hebben recht op een aangepaste sociale zekerheid. Zie UN Progress and Challenge for the protection of the Rights of older persons: An International Perspective, UN (2011) 73 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 61: 3.3 Casus: Kate Slide 61 3.3 Casus: Kate Kate is een 88-jarige vrouw die de eerste tekenen van dementie vertoont. Ze woont in een verzorgingstehuis en heeft geen levende familieleden meer. Onlangs beklaagde ze zich erover dat er juwelen uit haar kamer verdwenen waren en ze beschuldigde het personeel van diefstal. Ze uitte de wens om de zaak op te helderen en wilde graag formeel een klacht indienen maar de manager van de zorginstelling veegde het voorstel van tafel en ging ervan uit dat Kate zelf haar juwelen op een verkeerde plaats had gelegd. 74 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 62: Deel 3: Oefening 1 Slide 62 Deel 3: Oefening 1 De mensenrechten van Kate Kates verhaal - Geheugensteuntje Kate is een 88-jarige vrouw die de eerste tekenen van dementie vertoont. Ze woont in een verzorgingstehuis en heeft geen levende familieleden meer. Onlangs beklaagde ze zich erover dat er juwelen uit haar kamer verdwenen waren en ze beschuldigde het personeel van diefstal. Ze uitte de wens om de zaak op te helderen en wilde graag formeel een klacht indienen maar de manager van de zorginstelling veegde het voorstel van tafel en ging ervan uit dat Kate zelf haar juwelen op een verkeerde plaats had gelegd. Op de volgende slide vind je een vraag over Kates situatie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Welke van Kates mensenrechten staat hier onder druk? Leeftijdsdiscriminatie Meervoudige discriminatie Geweld en mishandeling Toegang tot gerechtspleging Het juiste antwoord is toegang tot gerechtspleging. Jouw score: punten Je hebt nu de kans gehad om even na te denken over een aantal mensenrechtenkwesties waar ouderen met een verstandelijke beperking 75 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces vaak mee te maken krijgen. Op de volgende slides gaan we daar dieper op in. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 76 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 63: 3.4 De verklaring van Graz Slide 63 3.4 De verklaring van Graz De verklaring van Graz is een document dat werd opgemaakt door (en voor) een aantal Europese betrokkenen uit de zorg- en gehandicaptensector: ouderen, mensen met een verstandelijke beperking, zorgverleners, wetenschappers en beleidsmakers. Volgens het document hebben beleidsmaatregelen totnogtoe geen rekening gehouden met de behoeften van mensen met een verstandelijke beperking. Een aantal aanbevelingen die gedaan worden: Specifieke zorgprogrammma's ontwikkelen die een goede gezondheid en ziektepreventie bij ouderen met een beperking stimuleren. De nationale wetgevingen moeten ondersteunend informatiebeleid en besluitvorming door ouderen met een beperking propageren. Een persoonsgerichte aanpak implementeren die rekening houdt met de mensenrechten en ouderen met een beperking toelaat hun leven te leiden en deel te nemen aan de maatschappij. Zorgpersoneel en andere zorgverleners officiële opleidingsprogramma's aanbieden, bijscholing en informatie over ouder worden met een beperking (kennis, vaardigheden en waarden), vanuit het perspectief van mensenrechten en burgerparticipatie. Proactief te werk gaan en anticiperen op specifieke ondersteuning voor ouder wordende personen met een beperking die thuis verzorgd worden door ouder wordende begeleiders. Meer informatie vind je via de Verklaring van Graz. 77 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 64: 3.5 Recente beleidsmaatregelen Slide 64 3.5 Recente beleidsmaatregelen Naarmate betere gezondheidszorg en sociale dienstverlening de levensduur van mensen met een beperking verlengen, zullen beperkingen, zowel fysieke als mentale, steeds vaker op de agenda van het ouderenbeleid staan. Het is echter een vrij nieuwe uitdaging en het huidige beleid is dan ook ontoereikend. Toch werden er al een aantal beleidsmaatregelen genomen om deze problematiek het hoofd te bieden, o.a. in het VK: In juli 2013 verleende het Engelse ministerie van Volksgezondheid subsidies voor de bouw van 3544 nieuwe, betaalbare woningen voor ouderen of gehandicapten. Deze huizen worden specifiek ontworpen om de toekomstige bewoners te helpen zelfstandig te leven: aangepaste badkamers, leuningen, rolstoeltoegankelijke kasten, weinig of geen trappen, ... In juni 2012 publiceerde de Britse regering een witboek, Caring for our future, met een aantal voorstellen om de zorg- en welzijnssector te hervormen, zoals: Als lokale autoriteiten al in een vroeg stadium steun bieden, stimuleren ze zelfstandigheid en kunnen ze eventuele tussenkomsten in noodsituaties mogelijk vermijden of uitstellen. De criteria voor steunverlening moeten voor het hele land gelijkgesteld worden in plaats van de verschillende lokale regelgevingen die nu bestaan. Betere ondersteuning voor zorgverleners, zoals voor instellingen die hun persoonlijke budget naar eigen goeddunken mogen beheren. Nieuwe nationale normen voor de basisopleiding van zorgverleners en begeleiders, meer gericht op waardigheid en respect. Meer informatie over deze hervormingsvoorstellen vind je op de website van Caring for our future: http://caringforourfuture.dh.gov.uk 78 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 65: 3.6 Gevolgen in de praktijk Slide 65 3.6 Gevolgen in de praktijk Als deze voorgestelde beleidswijzigingen en aanbevelingen worden opgevolgd, zal de levenskwaliteit van ouderen met een verstandelijke beperking op een aantal manieren verbeteren. Bijvoorbeeld: Als het accent verschuift naar het ondersteunen van zelfstandig leven, dan kunnen meer mensen met een verstandelijke beperking in hun eigen huis geholpen worden. Een betere ondersteuning van mantelzorgers en niet-professionele zorgverleners zal leiden tot een betere kwaliteitszorg. Betere opleiding voor zorgverleners en begeleiders zal leiden tot een betere kwaliteitszorg. Een persoonsgerichte aanpak, gebaseerd op het respecteren van de mensenrechten, zal leiden tot een betere behandeling en minder discriminatie van oudere mensen met een verstandelijke beperking. Specifieke gezondheidsbevorderende en preventieve maatregelen zullen leiden tot een betere gezondheid voor ouderen met een verstandelijke beperking. 79 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 66: 3.7 Casus: Judith Slide 66 3.7 Casus: Judith Judith is een 57-jarige vrouw en licht verstandelijk beperkt. Ze woont in het Verenigd Koninkrijk in een klein huis samen met haar jongere zus en zwager. Nu Judith ouder wordt, ijvert haar familie er erg voor dat ze haar onafhankelijkheid en actieve levensstijl niet verliest. 80 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 67: Deel 3: Oefening 2 Slide 67 Deel 3: Oefening 2 Judith en beleid Judiths verhaal - Geheugensteuntje Judith is een 57-jarige vrouw en licht verstandelijk beperkt. Ze woont in het Verenigd Koninkrijk in een klein huis samen met haar jongere zus en zwager. Nu Judith ouder wordt, ijvert haar familie er erg voor dat ze haar onafhankelijkheid en actieve levensstijl niet verliest. Op de volgende slide vind je een vraag over Judiths situatie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Hoe kunnen de recente beleidsmaatregelen Judith en haar familie helpen om dit te bereiken? Selecteer alle antwoorden die van toepassing zijn. Door financiële ondersteuning voor Judiths familie, zodat ze voor haar kunnen zorgen. Door Judith een plaats in een woonzorgcentrum te bezorgen. Door Judith een betaalbare woning aan te bieden, aangepast aan haar noden. Door te zorgen dat begeleiders die worden aangenomen om voor Judith te zorgen goed opgeleid zijn. De correcte antwoorden zijn: Judiths familie financiële ondersteuning garanderen zodat ze voor haar kunnen zorgen, Judith een betaalbare, aangepaste woning aanbieden, en zorgen dat begeleiders die worden aangenomen om voor Judith te zorgen goed opgeleid zijn. Jouw score: punten 81 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Je bent bijna aan het einde van dit deel. Om goed te onthouden wat je in dit deel hebt geleerd, kun je de oefening op de volgende slide maken. Daarna krijg je ook nog een samenvatting van dit hoofdstuk voor we verder gaan. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 82 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 68: Deel 3: Oefening 3 Slide 68 Deel 3: Oefening 3 Gelieve op de volgende slide de korte test in te vullen om dit deel af te sluiten. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Om de uitdagingen van de vergrijzing het hoofd te kunnen bieden zijn beleidsaanpassingen nodig. Waar of niet waar? Welke van onderstaande mensenrechtenschendingen is niet direct typisch voor ouderen? Toegang tot gerechtspleging Meervoudige discriminatie Geweld en mishandeling Vrijheid van meningsuiting In de verklaring van Graz worden een aantal voorstellen gedaan. Welke? Officiële, relevante opleidingen voor zorgpersoneel. Specifieke zorgprogramma's die een goede gezondheid bij oudere mensen met een verstandelijke beperking stimuleren. Ouderen met een verstandelijke beperking helpen zelf hun eigen beslissingen te nemen. Specifieke ondersteuning voor ouderen met een verstandelijke beperking die samenwonen met ouder wordende mantelzorgers. Recente beleidsmaatregelen negeren de behoeften van oudere mensen met beperkingen. Waar of niet waar? 83 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Recente beleidsmaatregelen kunnen ertoe leiden dat meer ouderen met een verstandelijke beperking ondersteund worden om zelfstandig in hun eigen huis te wonen. Waar of niet waar? Nu je aan het einde van dit deel gekomen bent, mag het geen probleem zijn om in onderstaand tekstvak vijf punten op te schrijven die je kunnen helpen om ouderen met een verstandelijke beperking een betere zorgverlening te bieden. Je kan ook steeds Oefenblad 5 gebruiken om enkele aantekeningen te maken. De correcte antwoorden: 1) Waar; 2) Vrijheid van meningsuiting; 3) Alle voorstellen staan erin; 4) Niet waar; 5) Waar Jouw score: punten Je bent aan het einde van dit hoofdstuk gekomen. Op de volgende slide krijg je nog een laatste samenvatting van dit deel en dan gaan we verder met deel vier over verouderen met een verstandelijke beperking. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 84 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 69: 3.8 Samenvatting van deel 3 Slide 69 3.8 Samenvatting van deel 3 Samenvatting De vergrijzing van de bevolking brengt veel nieuwe uitdagingen met zich mee. Om die het hoofd te bieden zijn beleidswijzigingen nodig. De Verenigde Naties erkennen nu dat ouderen te maken hebben met een aantal specifieke schendingen van hun mensenrechten. Maar oudere mensen met een verstandelijke beperking vielen bij de beleidsmakers tot nu toe vaak uit de boot. De verklaring van Graz over ouder worden met een verstandelijke beperking bracht daar verandering in. Zo werden in het VK recent nog een aantal nieuwe beleidsmaatregelen genomen. Deze beleidsveranderingen hebben gevolgen voor de praktijk en zullen niet alleen een invloed hebben op de ouderen met de verstandelijke beperking zelf, maar ook op hun families, hun begeleiders en hun dienstverleners. Verder in deze module: De specifieke behoeften van ouderen met een verstandelijke beperking en hoe je deze bevolkingsgroep kan stimuleren om succesvol ouder te worden. 85 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 70: Deel 4: Ouder worden met een verstandelijke beperking Slide 70 Deel 4: Oud worden met een verstandelijke beperking Dit hoofdstuk geeft je meer inzicht in de typische problemen van ouderen met een verstandelijke beperking en hoe je deze bevolkingsgroep kan helpen om succesvol ouder te worden. We besteden daarbij aandacht aan: De belangrijkste gangbare problemen bij het ouder worden met een verstandelijke beperking. Het zorgresultatenmodel: ook ouderen met een verstandelijke beperking kunnen succesvol oud worden. Gevolgen in de praktijk. Leerdoelen Als je de theorie en de oefeningen in dit deel hebt doorgenomen, kun je: De meest gangbare problemen en aandachtspunten voor mensen met een verstandelijke beperking beschrijven. Het zorgresultatenmodel om succesvol ouder te worden toepassen op je werk zodat je mensen met een verstandelijke beperking kunt ondersteunen. De behoeften van oudere mensen met een verstandelijke beperking begrijpen en eraan tegemoetkomen. 86 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 71: 4.1 Ouder worden met een verstandelijke beperking Slide 71 4.1 Ouder worden met een verstandelijke beperking Dankzij de vooruitgang in de gezondheidszorg en betere sociale voorzieningen worden mensen met een verstandelijke beperking in de ontwikkelde landen doorgaans ouder dan vroeger. De IASSID (International Association for the Scientific Study of Intellectual Disability) stelt: "Mensen met een verstandelijke beperking, wereldwijd op ongeveer 60 miljoen geschat, vormen een van de grootste bevolkingsgroepen met een levenslange handicap. Degenen met een lichte beperking wonen meestal ook nog op oudere leeftijd zelfstandig, maar mensen met een ernstigere beperking blijven levenslang afhankelijk van familie of liefdadigheid. Naarmate ze ouder worden hebben ze zelfs nog meer ondersteuning nodig. Deze bevolkingsgroep verdient dan ook extra aandacht." (IASSID, 2002) De IASSID brengt zes belangrijke punten over ouder worden met een verstandelijke beperking onder de aandacht: Ouderen met een verstandelijke beperking hebben dezelfde behoeften als andere ouderen. Het staat vast dat ook bij mensen met een verstandelijke beperking de levensverwachting stijgt. Ouderen met een verstandelijke beperking worden steeds vaker op verschillende manier gestigmatiseerd. Miljoenen volwassenen met een verstandelijke beperking wonen nog bij hun familie. Volwassenen met een verstandelijke beperking worden vaak uitgesloten bij de inplanning van voorzieningen. 87 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Zorg- en dienstverlening voor ouderen helpen leeftijdsgerelateerde aandoeningen verminderen en stimuleren gezond en actief ouder worden. Zie het factsheet van de IASSID op IASSID Ageing Fact Sheet (2002) 88 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 72: 4.2 Gezondheidsprofiel en behoeften Slide 72 4.2 Gezondheidsprofiel en behoeften De verschillen tussen de behoeften van ouderen met een verstandelijke beperking en die van andere ouderen zijn heel erg persoonlijk en afhankelijk van iemands specifieke aandoening. Toch zien we ook bij ouderen met een verstandelijke beperking een aantal tendensen: Een betere gezondheidszorg en zorgverlening zorgen ervoor dat veel meer mensen met leerstoornissen een hoge leeftijd bereiken. De grootste toename is te zien bij mensen met eerder lichte leerstoornissen en minder ernstige lichamelijke beperkingen, en vooral bij vrouwen. Ouderen met leerstoornissen zijn doorgaans vrij begaafd en gezond en functioneren goed. Leeftijdsgerelateerde lichamelijke aandoeningen die bij deze bevolkingsgroep vaak voorkomen zijn artritis en reuma, hart- en longziekten, stofwisselingsstoornissen en infecties. De belangrijkste mentale problemen: depressie, angst en dementie. Dementie bijvoorbeeld, is bij ouderen met leerstoornissen minstens even wijdverspreid dan bij andere ouderen van dezelfde leeftijd. Bij mensen met het syndroom van Down komt het vaker voor. De kans op dementie neemt toe met de leeftijd. Voor wat betreft toegang tot aangepaste gezondheidszorg zijn er een aantal dienst- en beperkingsgebonden hindernissen. Zo screent de eerstelijnsgezondheidszorg mensen met leerstoornissen niet automatisch naarmate ze ouder worden. Hoewel onderzoek aantoont dat vroege diagnose en ondersteuning op jonge leeftijd de symptomen kunnen verlichten, worden maar weinig ouderen met leerstoornissen doorverwezen naar de psychiatrie. 89 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 73: 4.3 Gangbare sociale problemen Slide 73 4.3 Gangbare sociale problemen Niet alleen de gezondheidsbehoeften van mensen met een verstandelijke beperking kunnen verschillen van die van andere mensen van hun leeftijd. Als gevolg van hun beperking moeten mensen met een verstandelijke beperking, ongeacht hun leeftijd, ook allemaal het hoofd bieden aan bepaalde maatschappelijke problemen. Bijvoorbeeld: Mensen met een verstandelijke beperking leven eerder aan de rand van de samenleving dan dat ze er actief deel van uitmaken. Ze krijgen minder kansen en mogelijkheden om een actief leven te leiden dan andere ouderen. Ze leven doorgaans eerder in gemeenschappelijke wooncentra of samen met familie of vrienden dan alleen in hun eigen huis. In sommige gevallen vertonen ze als gevolg van hun aandoening storend gedrag, iets wat het voor familieleden, vrienden en begeleiders nog moeilijker maakt om voor hen te zorgen. (Bigby, 2005) 90 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 74: 4.3.1 Casus: Thom Slide 74 4.3.1 Casus: Thom Thom is een 58-jarige man met het syndroom van Down. Hij woont in een zorgcentrum en geniet een goede gezondheid. Het personeel is zijn toekomstige zorgplan aan het opstellen. Daarbij stellen ze zich volgende vragen: Welke van de volgende lichamelijke aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Type 2-diabetes Osteoporose Beroerte Levercirrose Welke van de volgende psychische aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Schizofrenie Dwangneurose Depressie Anorexie Thom zal dement worden want hij lijdt aan het syndroom van Down. Waar of niet waar? Merk op dat Thom alleen een grotere kans maakt ('waarschijnlijk') om deze aandoeningen te ontwikkelen. Dat wil niet noodzakelijk zeggen dat hij ze 91 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces ook effectief zal krijgen, noch dat hij geen andere aandoeningen kan krijgen. 92 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 75: Deel 4: Oefening 1 Slide 75 Deel 4: Oefening 1 Thom en het syndroom van Down Thoms verhaal - Geheugensteuntje Thom is een 58-jarige man met het syndroom van Down. Hij woont in een zorgcentrum en geniet een goede gezondheid. Het personeel is zijn toekomstige zorgplan aan het opstellen. Daarbij stellen ze zich volgende vragen: Welke van de volgende lichamelijke aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Welke van de volgende psychische aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Zal Thom dement worden? Hij lijdt tenslotte aan het syndroom van Down. Merk op dat Thom alleen een grotere kans maakt ('waarschijnlijk') om deze aandoeningen te ontwikkelen. Dat wil niet noodzakelijk zeggen dat hij ze ook effectief zal krijgen, noch dat hij geen andere aandoeningen kan krijgen. Op de volgende slides kun je deze vragen over Thom beantwoorden. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Thom zal dement worden want hij lijdt aan het syndroom van Down. Waar of niet waar? Welke van de volgende lichamelijke aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Type 2-diabetes Osteoporose 93 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Beroerte Levercirrose Welke van de volgende psychische aandoeningen zal Thom waarschijnlijk ontwikkelen? Schizofrenie Dwangneurose Depressie Anorexie De correcte antwoorden: 1) Niet waar; 2) Type 2-diabetes; 3) Depressie Jouw score: punten Je hebt nu de kans gehad om te reflecteren over een van de aspecten van ouder worden met een verstandelijke beperking, namelijk potentiële lichamelijke en geestelijke problemen. In de rest van dit deel bekijken we nog een aantal andere problemen waarmee je rekening moet houden. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 94 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 76: 4.3.2 Specifieke sociale problemen Slide 76 4.3.2 Specifieke sociale problemen Ouderen met een verstandelijke beperking moeten het hoofd bieden aan een aantal extra problemen en uitdagingen: Hoewel ze even snel verouderen als de rest van de bevolking, kunnen ze, afhankelijk van hun beperking, een iets kortere levensduur hebben dan de anderen (bv. bij mensen met het syndroom van Down ligt de levensverwachting lager). Door hun levensstijl is het risico op een slechtere gezondheid groter, in het bijzonder voor zaken die afhankelijk zijn van beweging, gezonde voeding en de sociaaleconomische status. De cijfers tonen meer psychische stoornissen. Dat is vooral het gevolg van een verhoogd risico op de ziekte van Alzheimer bij downpatiënten. Ze zijn vaak minder aan het werk of zitten minder in dagopvangscentra dan hun jongere tegenhangers. Ze worden doorgaans minder goed ondersteund door bemiddelaars en hebben een kleiner sociaal netwerk dan hun jongere tegenhangers. Ze worden bijzonder vaak gediscrimineerd omwille van hun leeftijd. Het zorgpersoneel verwacht van hen minder groei, ontwikkeling en vaardigheden en meer afhankelijkheid dan van hun jongere tegenhangers. (Bigby, 2005) 95 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 77: 4.4 Aandachtspunten voor begeleiders Slide 77 4.4 Aandachtspunten voor begeleiders Het is ook het vermelden waard dat niet alleen de ouder wordende persoon met de verstandelijke beperking met deze problemen te maken krijgt. Op de volgende slides krijg je een aantal voorbeelden van aandachtspunten die betrekking hebben op de persoon die ouder wordt, de familie die voor hem zorgt, en de zorgdiensten die in hun behoeften moeten voorzien. Het is essentieel dat personeelsleden die werken met ouderen met een verstandelijke beperking niet enkel de noden en wensen van hun cliënten in overweging nemen maar ook rekening houden met de familie en met zichzelf. Al deze zaken moeten in overweging genomen worden, samen met de potentiële problemen waarmee iedereen bij het ouder worden kan te maken krijgen (bv. gezondheid en lichaamsfuncties die achteruitgaan). 96 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 78: 4.4.1 De verstandelijk beperkte persoon zelf Slide 78 4.4.1 De verstandelijk beperkte persoon zelf Iemand die ouder wordt De persoon die ouder wordt krijgt te maken met een aantal problemen i.v.m. zijn of haar gezondheid en sociale zekerheid. Aandachtspunten Verschuiving van zorgprogramma's voor mensen met een beperking naar zorgprogramma's voor ouderen, waardoor iemand bv.van zorgcentrum moet veranderen en bestaande relaties worden verbroken. Veilgheid en 'zich veilig voelen'. Financiële zekerheid. Pensionering. Mobiliteitsproblemen, vooral op het platteland. Toegang tot diensten. De kwaliteit van de geleverde diensten. Gebrek aan ondersteuning, bv. respijtzorg en thuisverpleging. Gebrek aan informatie en besef/kennis over wat er gebeurt. Persoonsgerichte planning. Meervoudige discriminatie. 97 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 79: 4.4.2 Familieleden Slide 79 4.4.2 Familieleden Familieleden Ook mensen die voor een familielid zorgen (ouder, broer, zus of andere verwanten of vrienden) krijgen met een aantal problemen te maken naarmate hun familielid of vriend ouder wordt en naarmate ze zelf ouder worden. Aandachtspunten Isolement naarmate de zorglast groter wordt. Financiële zekerheid. Mobiliteit. Veiligheid en zekerheid. De eigen vorderende leeftijd: hoe lang kunnen ze nog steun bieden? Bezorgdheid over de toekomstige zorgbehoeften van hun familielid (bv. binnen de familie of in een zorgcentrum?) Verhoogde kwetsbaarheid van de zorgende familieleden. Verhoogde kwetsbaarheid van de persoon met de verstandelijke beperking. 98 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 80: 4.4.3 Zorgdiensten Slide 80 4.4.3 Zorgdiensten Zorgdiensten Voor instellingen en voorzieningen voor ouderen met een verstandelijke beperking is het aanbieden van een goede, aangepaste zorgverlening een hele uitdaging. Aandachtspunten Opleiding en ontwikkeling moeten zorgen dat het personeel tegemoet kan komen aan de behoeften van ouderen met een verstandelijke beperking. Er zijn te weinig middelen om te anticiperen op de vergrijzing van verstandelijk beperkte mensen. Een persoonsgerichte zorgplanning moet ook ouderen als doelgroep hebben. Dagcentra voor ouderen moeten ook voorzieningen treffen voor mensen met een verstandelijke beperking, bv. een 'stille' kamer. Een verstandelijke beperking is een criterium om niet in aanmerking te komen voor bepaalde woonvormen. Het personeel in de doorsnee bejaarden- en verpleegtehuizen heeft extra opleiding en ondersteuning nodig. Meer gestructureerde inspectieprogramma's nodig. Bij de zorg voor dementerenden en in de palliatieve zorgverlening is specifieke opleiding noodzakelijk. Verschillende zorgdiensten moeten meer en beter samenwerken, bv. de zorgdiensten voor kankerpatiënten, palliatieve zorgverlening en diensten voor mensen met een verstandelijke beperking. 99 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Meer en betere kennis en informatie over ouderenzorg. 100 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 81: 4.5 Ouders Slide 81 4.5 Ouders Aangezien mensen met een verstandelijke beperking almaar ouder worden, zullen ook in de toekomst nieuwe zorgproblemen ontstaan. Een van de grootste uitdagingen op dat gebied is dat de meeste mensen met een verstandelijke beperking verzorgd worden door hun ouders: een Brits onderzoek wees uit dat 89% van de volwassenen met leerstoornissen binnen hun gemeenschap woonden en door familieleden geholpen werden. Zowat 25% van die zorgverleners waren zelf ouder dan 70 en vrijwel niet op de hoogte van aangepaste diensten tot er een crisis uitbrak (Robinson en Williams, 2002). Om dergelijke families voor dat kritieke punt te kunnen bereiken, moet er binnen de lokale gemeenschap toegankelijke hulpverlening en welzijnszorg in de buurt zijn. Naarmate de levensverwachting van mensen met een verstandelijke beperking toeneemt, zullen veel mentaal gehandicapte ouderen hun ouders overleven. Ze moeten dan de overstap maken naar woonzorgvoorzieningen of verpleegtehuizen op een moment dat ze ook al het verlies van hun ouders te verwerken hebben. Dat zijn ingrijpende veranderingen in het leven waar iedereen het moeilijk mee zou hebben, ongeacht enige beperking. Het is jouw taak als begeleider om hier bijzonder gevoelig voor te zijn. Jij bent tenslotte degene die dagelijks met deze mensen omgaat. 101 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 82: 4.6 Casus: Mabel Slide 82 4.6 Casus: Mabel De 55-jarige Mabel heeft een ernstige verstandelijke beperking. Ze woont thuis bij haar ouders, allebei zeventigers. Geen van beiden wilde Mabel naar een verzorgingstehuis en ze hebben dan ook altijd thuis voor haar gezorgd. Ze maken zich echter steeds meer zorgen over de toekomst: wie zal er voor Mabel zorgen als zij het niet meer kunnen of er niet meer zijn? Wat ze in de media zien maakt hen vreselijk bang want de zorginstellingen worden er bijzonder negatief neergezet. Maak aantekeningen over onderstaande zaken en deel ze met je team/baas: De zorgmogelijkheden voor Mabel en haar ouders, nu en in de toekomst. Hoe zou je Mabel op dit moment kunnen helpen? Hoe zou je Mabels ouders op dit moment kunnen helpen? Bespreek de verschillende agenda's (van Mabel en haar ouders) en hoe die je acties beïnvloeden). 102 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 83: Deel 4: Oefening 2 Slide 83 Deel 4: Oefening 2 Toekomstige zorgverlening voor Mabel Mabels verhaal - Geheugensteuntje De 55-jarige Mabel heeft een ernstige verstandelijke beperking. Ze woont thuis bij haar ouders, allebei zeventigers. Geen van beiden wilde Mabel naar een verzorgingstehuis en ze hebben dan ook altijd thuis voor haar gezorgd. Ze maken zich echter steeds meer zorgen over de toekomst: wie zal er voor Mabel zorgen als zij het niet meer kunnen of er niet meer zijn? Wat ze in de media zien maakt hen vreselijk bang want de zorginstellingen worden er bijzonder negatief neergezet. Maak op de volgende slides (of op Oefenblad 6) een aantal notities over de volgende thema's en deel ze met je team/baas. De zorgmogelijkheden voor Mabel en haar ouders, nu en in de toekomst. Hoe zou je Mabel op dit moment kunnen helpen? Hoe zou je Mabels ouders op dit moment kunnen helpen? Bespreek de verschillende agenda's (van Mabel en haar ouders) en hoe die je acties beïnvloeden). Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. De zorgmogelijkheden voor Mabel en haar ouders, nu en in de toekomst. Hoe zou je Mabel op dit moment kunnen helpen? Hoe zou je Mabels ouders op dit moment kunnen helpen? Bespreek de verschillende agenda's (van Mabel en haar ouders) en hoe die je acties beïnvloeden). 103 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Je hebt nu het thema toekomstige zorgverlening kunnen bestuderen, een bijzonder belangrijk onderwerp. Op de volgend slides bespreken we een zorgresultatenmodel voor ouderen met een verstandelijke beperking en krijg je nog meer oefeningen om je kennis op dit gebied te ontwikkelen. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 104 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 84: 4.7 Ook mensen met een verstandelijke beperking kunnen succesvol ouder worden Slide 84 4.7 Ook mensen met een verstandelijke beperking kunnen succesvol ouder worden In het eerste deel heb je een aantal begrippen en opvattingen geleerd over succesvol ouder worden. In hoeverre zijn die methodes ook echt toepasbaar op ouderen met een verstandelijke beperking? Aangezien de criteria voor succesvol ouder worden in die theorieën vaak net gebaseerd zijn op de afwezigheid van ziektes en/of beperkingen en de aanwezigheid van sterke cognitieve vermogens en productieve activiteit, zal op die manier 'succesvol ouder worden' voor ouderen met een verstandelijke beperking vaak buiten het bereik liggen. Dat betekent echter niet dat zij niet succesvol ouder kunnen worden, enkel dat de gangbare methoden voor hen niet altijd van toepassing kunnen zijn. In plaats daarvan zijn er speciaal voor hen een aantal specifieke modellen en methodes ontworpen, bv. het zorgresultatenmodel (zie volgende slide). 105 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 85: 4.7.1 Zorgresultatenmodel Slide 85 4.7.1 Zorgresultatenmodel Heller beschreef in 2004 een zorgresultatenmodel voor ouderen met een verstandelijke beperking, gebaseerd op de invloed die omgevingsfactoren en persoonlijke ondersteuning kunnen hebben op de uiteindelijke resultaten. Die resultaten worden berekend op basis van: Zelfstandigheid. Levenskwaliteit. Lichamelijk en emotioneel welzijn. Sociale inclusie. De wisselwerkingen tussen persoonlijke en omgevingsfactoren beïnvloeden deze resultaten. Persoonlijke factoren zijn vaardigheden zoals eigenschappen en vermogens die iemand helpen om binnen de maatschappij te functioneren. Omgevingsfactoren bevatten de eisen en voorwaarden die het dagelijks leven ons stelt. Een goed aangepaste omgeving bevat drie belangrijke kenmerken: Mogelijkheden om aan iemands behoeften te voldoen. Mogelijkheden om lichamelijk, sociaal en cognitief welzijn te cultiveren. Mogelijkheden om iemand een gevoel van stabiliteit, voorspelbaarheid en controle te geven. 106 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 86: 4.8 Casus: Nehal Slide 86 4.8 Casus: Nehal Nehal is een 64-jarige man met een matige autismespectrumstoornis en leermoeilijkheden. Hij kan niet praten maar is wel in staat om via gebaren en symbolen te communiceren. Hij kan zich zonder al te veel hulp zelf wassen, aankleden en eten, maar geeft er de voorkeur aan om anderen dit voor hem te laten doen. Nehal maakt graag een wandelingetje in de buurt en vindt het leuk om uit eten te gaan maar als hij te veel geprikkeld wordt, raakt hij soms bang en in de war. Daardoor komt hij in drukke, openbare plaatsen af en toe fysiek vrij agressief uit de hoek. Nu zijn ouders te oud worden om hem nog de steun en zorg te bieden die hij nodig heeft, moet Nehal nu, nadat hij zijn hele leven bij zijn ouders heeft gewoond, de overstap maken naar een zorgcentrum in de buurt. Zijn ouders hebben er goede hoop op dat hij het met de hulp van het personeel gemakkelijker zal hebben om zich buiten te begeven, waardoor het gemeenschapsleven voor hem toegankelijker zal worden. 107 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 87: Deel 4: Oefening 3 Slide 87 Deel 4: Oefening 3 Nehal en het zorgresultatenmodel Nehals verhaal - Geheugensteuntje Nehal is een 64-jarige man met een matige autismespectrumstoornis en leermoeilijkheden. Hij kan niet praten maar is wel in staat om via gebaren en symbolen te communiceren. Hij kan zich zonder al te veel hulp zelf wassen, aankleden en eten, maar geeft er de voorkeur aan om anderen dit voor hem te laten doen. Nehal maakt graag een wandelingetje in de buurt en vindt het leuk om uit eten te gaan maar als hij te veel geprikkeld wordt, raakt hij soms bang en in de war. Daardoor komt hij in drukke, openbare plaatsen af en toe fysiek vrij agressief uit de hoek. Nu zijn ouders te oud worden om hem nog de steun en zorg te bieden die hij nodig heeft, moet Nehal nu, nadat hij zijn hele leven bij zijn ouders heeft gewoond, de overstap maken naar een zorgcentrum in de buurt. Zijn ouders hebben er goede hoop op dat hij het met de hulp van het personeel gemakkelijker zal hebben om zich buiten te begeven, waardoor het gemeenschapsleven voor hem toegankelijker zal worden. Op de volgende slides kun je een aantal vragen over Nehal beantwoorden. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Op welk van de vier resultaten concentreren Nehals ouders zich? Levenskwaliteit Zelfstandigheid Sociale inclusie Lichamelijk en emotioneel welzijn 108 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Op welke manier kan het personeel van het zorgcentrum volgens het zorgresultatenmodel een aangepaste omgeving scheppen voor Nehal? Selecteer alle antwoorden die van toepassing zijn. Door met Nehal een vaste dagelijkse routine te bespreken en in te voeren. Door Nehal toe te laten zijn tijd door te brengen op om het even welke manier hij wil. Door Nehals persoonlijke verzorging op zich te nemen want dat heeft hij immers het liefst. Door Nehal aan te moedigen zoveel mogelijk zelf voor zijn persoonlijke verzorging in te staan want op die manier stimuleren ze zijn zelfstandigheid. Correcte antwoorden: 1) Sociale inclusie; 2) Door met Nehal een vaste dagelijkse routine te bespreken en in te voeren en door hem aan te moedigen om zelf voor zijn persoonlijk verzorging in te staan, waardoor ze zijn zelfstandigheid stimuleren. Jouw score: punten In de oefening op de volgende slide gaan we dieper in op het zorgresultatenmodel. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 109 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 88: Deel 4: Oefening 4 Slide 88 Deel 4: Oefening 4 Zorgresultatenmodel Denk even aan je eigen zorgnemers. Hoe zou je het zorgresultatenmodel kunnen gebruiken om aan hun behoeften tegemoet te komen? Maak over elk van volgende punten aantekeningen op de volgende slides (of gebruik Oefenblad 7): 1. Iemands persoonlijke kenmerken. 2. De omgevingsfactoren. 3. Hoe beïnvloeden beide factoren elk van de volgende resultaten? Zelfstandigheid. Levenskwaliteit. Lichamelijk en emotioneel welzijn. Sociale inclusie. 4. Hoe kunnen deze factoren aangepast worden om elk van de volgende resultaten te verbeteren? Zelfstandigheid. Levenskwaliteit. Lichamelijk en emotioneel welzijn. Sociale inclusie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. 110 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Deze oefening gaf je de kans om uitgebreid na te denken over het zorgresultatenmodel. Nu we het einde van dit deel naderen, willen we je nog even tonen dat ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking om te beginnen gewoon mensen zijn. De volgende slides gaan daar verder op in en bespreken enkele gevolgen daarvan voor de praktijk. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 111 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 89: 4.9 Ouderen met een verstandelijke beperking doorgronden Slide 89 4.9 Ouderen met een verstandelijke beperking doorgronden Vergeet nooit dat de mensen die je verzorgt en begeleidt in de eerste plaats mensen zijn. Een aantal van hun behoeften, wensen en angsten zijn vergelijkbaar met die van leeftijdsgenoten, andere zullen net verschillen van persoon tot persoon. Walsh en Le Roy (2004) onderzochten dit en verzamelden van 167 oudere vrouwen met een verstandelijke beperking uit 18 landen hun ervaringen met verouderen. Enkele resultaten: Veel vrouwen hadden het over zaken die ook naar voren komen in onderzoek bij de hele bevolking. Belangrijk voor het welzijn: gezondheid, gezin en financiële zekerheid. Sommige vrouwen vonden ook religie belangrijk. Huisdieren brengen troost en gezelschap. Reden voor bezorgdheid: hun beperking, familieleden, gezondheid, financiën en de toekomst. Angsten: angst voor de dood, overlijden en ziekte van familieleden. Veel vrouwen hadden het over gemiste kansen en verlangen naar een huwelijk en intimiteit. Ergste gebeurtenis van het afgelopen jaar: o.a. diefstallen, valincidenten, verwondingen en onaangename behandelingen. De meeste vrouwen zagen de toekomst realistisch in. Sommigen willen niet meer dan in dezelfde familiale omgeving te kunnen blijven leven, anderen zien het iets groters en hopen op een veiligere en vredigere wereld. Een van de belangrijkste vaardigheden om iemand te helpen succesvol ouder te worden is kunnen uitzoeken wat er voor hem of haar persoonlijk 112 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces belangrijk en zinvol is. Geen enkel zorgmodel kan je dat vertellen. De beste manier om daar het antwoord op te vinden is het aan de persoon zelf vragen of, als dat niet mogelijk is, aan zijn of haar familie of vrienden. 113 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 90: 4.10 Gevolgen in de praktijk Slide 90 4.10 Gevolgen in de praktijk Het is essentieel dat ouderen met een verstandelijke beperking gerespecteerd en vindingrijk kunnen blijven. Persoonlijke continuïteit en iets blijven betekenen zijn namelijk belangrijk om succesvol oud te worden. Het is dan ook uitkijken voor factoren die iemands levensloop kunnen verstoren of onderbreken. Weten hoe je deze factoren kunt voorspellen, voorkomen of verbeteren, is het halve werk. Een voorbeeld van een te voorspellen factor is de overgang naar een andere zorginstelling. Die voorspelbaarheid betekent dat er meer dan tijd genoeg is om iemand op deze verandering voor te bereiden. Een voorbeeld van een te voorkomen factor: als je in een vroeg stadium anticipeert op potentiële gezondheidsproblemen, kun je die preventief behandelen, bv. de griepprik. Een voorbeeld van een factor die vatbaar is voor verbetering is het verlies van een naaste. Dat kun je niet voorspellen of voorkomen, maar als je er fijngevoelig mee omgaat, kan je wel het rouwproces vooruithelpen. Mensen helpen om biografische gaten op te vullen, de gaten in hun biografie te aanvaarden of hen leren omgaan met een ontwricht verleden kan voor hen moeilijk en zelfs traumatisch zijn. Denk maar aan mensen die vroeger opgesloten zaten of de vele vrouwen met een verstandelijke beperking die in het verleden geaborteerd werden. Begeleiders moeten zich daar bewust van zijn, evenals van hun eigen beperkingen en indien nodig hun cliënten doorverwijzen naar een gezondheidswerker. Vindingrijkheid en veerkracht verdwijnen niet met het ouder worden. Respecteer en stimuleer deze kenmerken liever want ze zijn onmisbaar voor het behoud van een positief zelfbeeld. Mensen helpen om succesvol oud te worden vereist zowel aandacht voor hun sterktes als voor hun zwaktes. Je aandacht evenwichtig verdelen tussen hun talenten en behoeften, houdt ook in dat je de interne processen begrijpt die ze gebruiken om zich aan te passen naarmate ze ouder worden (Grant, 2005). 114 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 91: 4.10.1 Casus: Helene Slide 91 4.10.1 Casus: Helene Helene is een 68-jarige vrouw met een lichte verstandelijke beperking. Ze is klinisch depressief en slikt daar antidepressiva voor. Ze woont in een zorgcentrum en krijgt elke twee weken bezoek van haar nicht Julia. Julia brengt dan steeds haar twee jonge kinderen mee. Hoewel Helene van deze bezoekjes geniet en dol is op de kinderen, heeft het personeel gemerkt dat haar depressie de dagen onmiddellijk daarna altijd lijkt te verergeren. Een van haar begeleiders, voor Helene een echte vertrouwenspersoon, praat er met haar over. Tijdens dit gesprek vertrouwt ze hem toe dat ze als jonge vrouw een baby had maar dat die haar werd afgenomen en naar kinderzorg is gegaan. Hoewel ze het erg leuk vindt om haar familie te zien en graag tijd met de kinderen doorbrengt, brengen de bezoekjes van haar nicht ook pijnlijke herinneringen naar boven over het kind dat ze zelf kwijtraakte. 115 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 92: Deel 4: Oefening 5 Slide 92 Deel 4: Oefening 5 Helene - Omgaan met ouder wordende personen met een verstandelijke beperking Helenes verhaal - Geheugensteuntje Helene is een 68-jarige vrouw met een lichte verstandelijke beperking. Ze is klinisch depressief en slikt daar antidepressiva voor. Ze woont in een zorgcentrum en krijgt elke twee weken bezoek van haar nicht Julia. Julia brengt dan steeds haar twee jonge kinderen mee. Hoewel Helene van deze bezoekjes geniet en dol is op de kinderen, heeft het personeel gemerkt dat haar depressie de dagen onmiddellijk daarna altijd lijkt te verergeren. Een van haar begeleiders, voor Helene een echte vertrouwenspersoon, praat er met haar over. Tijdens dit gesprek vertrouwt ze hem toe dat ze als jonge vrouw een baby had maar dat die haar werd afgenomen en naar kinderzorg is gegaan. Hoewel ze het erg leuk vindt om haar familie te zien en graag tijd met de kinderen doorbrengt, brengen de bezoekjes van haar nicht ook pijnlijke herinneringen naar boven over het kind dat ze zelf kwijtraakte. Op de volgende slides vindt je een vraag over Helenes situatie. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Wat zou Helenes begeleider in deze situatie moeten doen? De dingen op hun beloop laten. Helene geniet immers van de bezoekjes op het moment zelf en haar gemoedsgesteldheid is na een paar dagen alweer normaal. Julia vragen om de kinderen niet meer mee te brengen want het berokkent Helene verdriet. Een afspraak maken met Helenes huisarts om haar dosis antidepressiva te verhogen. 116 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Een afspraak maken met Helenes huisarts om toegang te krijgen tot psychische bijstand/counseling. Het correcte antwoord: een afspraak maken met Helenes huisarts om toegang te krijgen tot psychische bijstand/counseling. Jouw score: punten Ook deze oefening hielp je reflecteren over de manier waarop je omgaat met een ouder wordende persoon met een verstandelijke beperking. We gaan verder met een aantal aandachtspunten i.v.m. herinneringen, dromen en doelstellingen. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 117 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 93: 4.10.2 Herinneringen Slide 93 4.10.2 Herinneringen Wat je vooral moet onthouden als je voor ouderen met een verstandelijke beperking zorgt, is dat ze een zeer diverse groep vormen. Elke persoon kijkt op latere leeftijd terug op zijn eigen unieke levenservaringen en heeft zijn eigen unieke verwachtingen en angsten voor de toekomst. Ze zijn niet allemaal even hulpbehoevend en de nood aan ondersteuning en diensten verschilt van persoon tot persoon. Naarmate mensen ouder worden, breidt bovendien hun levenservaring nog uit en worden herinneringen een steeds groter deel van hun leven. Begeleiders en zorginstellingen kunnen uit die herinneringen een heleboel te weten komen over hun cliënten. Het is belangrijk dat ze ervan leren. Doen ze dat niet of weten ze die herinneringen niet naar waarde te schatten, dan kunnen ze vaak een momentopname van iemands huidige gedrag niet plaatsen. Het is bijzonder moeilijk om iemand te helpen succesvol ouder te worden als je niet weet of begrijpt wat die persoon belangrijk vindt, en het is bijzonder moeilijk om daarachter te komen als je iemands verleden niet leert kennen. 118 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 94: 4.10.3 Dromen en doelstellingen Slide 94 4.10.3 Dromen en doelstellingen We mogen er niet zomaar van uitgaan dat mensen stoppen met dromen over de rest van hun leven naarmate ze ouder worden. Mensen met een verstandelijke beperking kregen bovendien vaak niet dezelfde kansen als andere mensen. Veel zaken die anderen als vanzelfsprekend beschouwen, zoals onderwijs, werk, een actief sociaal leven of een gezin stichten, zijn hen ontzegd. Zij dromen steeds vaker ook van nieuwe mogelijkheden die vroeger niet bestonden of niet voor hen waren weggelegd, een verblijf in een dagcentrum bijvoorbeeld. Dat is voor hen een goede manier om nieuwe mensen te ontmoeten en vrienden te maken, misschien zelfs nieuwe vaardigheden te leren. Je moet je dan ook bewust zijn van de realiteit van dromen voor mensen met een verstandelijke beperking. Dat zal je niet alleen helpen je manier van werken met hen te verbeteren door je zorgaanpak actiever en stimulerender te maken, het verandert ook de manier waarop je 'ouderen' en mensen met een beperking bekijkt. 119 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 95: 4.10.4 Casus: Miriam Slide 95 4.10.4 Casus: Miriam Miriam is een 67-jarige vrouw. Ze is erg autistisch, praat niet en vertoont probleemgedrag. Ze woonde altijd bij haar ouders thuis maar hun leeftijd begint op te spelen en ze moesten zich almaar meer inspannen om voor haar te zorgen. Enkele maanden geleden besloten ze dan ook om Miriam naar een zorgcentrum te brengen. Toen ze samen met het centrum een zorgplan uitwerkten, vertelden ze dat Miriam altijd belangstelling heeft getoond voor muziek en dat ze als kind graag op de piano van haar tante speelde. Het zorgpersoneel merkte inderdaad dat Miriam heel vaak naar muziek luistert en ontdekte dat haar probleemgedrag de kop opsteekt als ze daarbij gestoord wordt (bv. omdat de cd overslaat, iemand de muziek afzet of andere mensen in de kamer te veel lawaai maken). Miriam heeft de wens geuit om naar een concert te gaan, maar het personeel vreest nu dat die omgeving haar probleemgedrag zal uitlokken. 120 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 96: Deel 4: Oefening 6 Slide 96 Deel 4: Oefening 6 Miriam en haar dromen Miriams verhaal - Geheugensteuntje Miriam is een 67-jarige vrouw. Ze is erg autistisch, praat niet en vertoont probleemgedrag. Ze woonde altijd bij haar ouders thuis maar hun leeftijd begint op te spelen en ze moesten zich almaar meer inspannen om voor haar te zorgen. Enkele maanden geleden besloten ze dan ook om Miriam naar een zorgcentrum te brengen. Toen ze samen met het centrum een zorgplan uitwerkten, vertelden ze dat Miriam altijd belangstelling heeft getoond voor muziek en dat ze als kind graag op de piano van haar tante had gespeeld. Het zorgpersoneel merkte inderdaad dat Miriam heel vaak naar muziek luistert en ontdekte dat haar probleemgedrag de kop opsteekt als ze daarbij gestoord wordt (bv. omdat de cd overslaat, iemand de muziek afzet of andere mensen in de kamer te veel lawaai maken). Miriam heeft de wens geuit om naar een concert te gaan, maar het personeel vreest nu dat die omgeving haar probleemgedrag zal uitlokken. Op de volgende slides kun je een aantal vragen over Miriam beantwoorden. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Kan Miriams droom realiteit worden? Ja of neen? Hoe kan het personeel Miriam helpen om deze droom te realiseren? Selecteer alle antwoorden die van toepassing zijn. De begeleiders die ze het meest vertrouwt en waar ze het liefst mee werkt, nemen Miriam mee naar een klein, plaatselijk concert. De begeleiders die ze het meest vertrouwt en waar ze het liefst mee werkt, nemen Miriam mee naar een groot concert. 121 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Miriam uitleggen dat een concert heel druk kan zijn, maar dat ze altijd weg kan als ze dat wil. Miriam uitleggen dat een concert te druk zou zijn, en haar in de plaats een dvd van een concert geven. De correcte antwoorden: 1) Ja; 2) De begeleiders die ze het meest vertrouwt en waar ze het liefst mee werkt, nemen Miriam mee naar een klein, plaatselijk concert en leggen haar uit dat een concert heel druk kan zijn, maar dat ze altijd weg kan als ze dat wil. Jouw score: punten Met deze oefening heb je even kunnen nadenken over hoe je op een realistische manier de dromen van een oudere persoon met een verstandelijke beperking kunt waarmaken. Om dit hoofdstuk af te sluiten, krijg je nog een laatste algemene oefening over alles wat je in dit deel hebt geleerd. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 122 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 97: 4.11 Onderling van elkaar afhankelijke factoren die de levenskwaliteit beïnvloeden Slide 97 4.11 Onderling van elkaar afhankelijke factoren die de levenskwaliteit beïnvloeden Schema van de 6 belangrijkste onderling van elkaar afhankelijke factoren die de levenskwaliteit van ouderen met een verstandelijke beperking beïnvloeden. Met persoonlijke identiteit en eigenwaarde in het midden, zie je verbanden naar persoonlijke zorg en hulp, zinvolle dagelijkse bezigheden en een gemeenschapsleven, omgevingsfactoren, zelfbeschikking en controle, en zinvolle relaties. Het schema toont zes aandachtspunten waarmee je rekening moet houden bij de zorg voor iemand met een verstandelijke beperking. De pijlen tonen hoe elke factor alle andere beïnvloedt en op zijn beurt door alle andere beïnvloed wordt. Zo worden iemands identiteit en eigenwaarde niet alleen (positief of negatief) gevormd door zijn relaties, zorg, persoonlijke hulp, dagelijkse bezigheden, gemeenschapsleven, omgevingsfactoren, zelfbeschikking en controle, het werkt ook omgekeerd: iemands identiteit en gevoel voor eigenwaarde hebben een (positieve of negatieve) invloed op al die dingen. 123 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 98: Deel 4: Oefening 7 Slide 98 Deel 4: Oefening 7 Gelieve op de volgende slide de korte test in te vullen om dit deel af te sluiten. Klik op "VOLGENDE" om verder te gaan. Welke van onderstaande beweringen over ouderen met een verstandelijke beperking in vergelijking met andere ouderen is niet waar? Ze lopen meer risico op een slechte gezondheid, vooral op het gebied van levensstijl, zoals zaken die te maken hebben met beweging, voeding en sociaaleconomische status. Ze zijn vaak minder aan het werk of zitten minder in dagopvangscentra dan hun jongere tegenhangers. Ze worden doorgaans minder goed ondersteund door bemiddelaars en hebben een kleiner sociaal netwerk dan hun jongere tegenhangers. Ze leven iets langer. Bij de zorg voor ouderen met een verstandelijke beperking, kan isolement een probleem worden naarmate de zorglast stijgt. Voor wie geldt dit? De persoon met de verstandelijke beperking. Familieleden die voor iemand zorgen. Zorgdiensten. Volgens het zorgresultatenmodel voor ouderen met een verstandelijke beperking moet een goede zorgomgeving over een aantal eigenschappen beschikken. Over welke drie kenmerken gaat het? Mogelijkheden om aan iemands behoeften te voldoen. Mogelijkheden om lichamelijk, sociaal en cognitief welzijn te cultiveren. 124 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Mogelijkheden om iemand een gevoel van stabiliteit, voorspelbaarheid en controle te geven. Volledige keuzevrijheid voor de mensen die er wonen. Vindingrijkheid en veerkracht verminderen naarmate we ouder worden. Waar of niet waar? Herinneringen ophalen is een belangrijk onderdeel in het leven van veel ouderen met een verstandelijke beperking en het personeel moet dan ook proberen er zoveel mogelijk over aan de weet te komen en te leren uit de herinneringen van de mensen die ze verzorgen. Waar of niet waar? Nu je aan het einde van dit deel gekomen bent, mag het geen probleem zijn om in onderstaand tekstvak vijf punten op te schrijven die je kunnen helpen om ouderen met een verstandelijke beperking een betere zorgverlening te bieden. Je kan ook steeds Oefenblad 8 gebruiken om enkele aantekeningen te maken. Correcte antwoorden: 1) Ze leven iets langer; 2) Familieleden; 3) Mogelijkheden om aan iemands behoeften te voldoen, mogelijkheden om lichamelijk, sociaal en cognitief welzijn te cultiveren, en mogelijkheden om iemand een gevoel van stabiliteit, voorspelbaarheid en controle te geven; 4) Niet waar; 5) Waar. Jouw score: punten Je bent aan het einde van dit hoofdstuk gekomen. Na de samenvatting van dit deel, kun je best de inhoud van de hele module nog eens herhalen. Als je daarmee klaar bent, mag je de Eindtest maken. Om je antwoorden opnieuw te bekijken, klik op "Bekijk antwoorden". Om je resultaten af te drukken, klik op "Print antwoorden". Opmerking: Als je oefeningen 'opnieuw' maakt, worden je eerdere antwoorden overschreven. 125 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 99: 4.12 Samenvatting van deel 4 Slide 99 4.12 Samenvatting van deel 4 Samenvatting Oudere mensen met een verstandelijke beperking zijn net als ieder ander in de eerste plaats mensen met eigen, persoonlijke behoeften, problemen, uitdagingen, verwachtingen en dromen. Ze hebben om te beginnen dan ook dezelfde behoeften als elke andere oudere. Afhankelijk van hun beperking hebben ze daarbovenop hun eigen specifieke noden die van persoon tot persoon kunnen verschillen. Het zijn niet alleen de mensen met een verstandelijke beperking die naarmate ze verouderen voor bepaalde uitdagingen komen te staan, ook de mensen die voor hen zorgen, of dat nu familieleden, vrienden of professionele zorgverleners zijn. De meeste mensen met een verstandelijke beperking wonen thuis bij hun ouders of andere familieleden. Nu hun levensverwachting toeneemt, zijn er almaar meer mensen met een verstandelijke beperking die hun ouders overleven en moet er uitgekeken worden naar andere zorgmogelijkheden. De gangbare modellen voor succesvol ouder worden zijn niet altijd zomaar toepasbaar op deze bevolkingsgroep. Om te kunnen bepalen in welke mate zij succesvol oud worden, bestaan er dan ook specifieke modellen voor mensen met een verstandelijke beperking, zoals het zorgresultatenmodel. Het is essentieel om het belang van herinneringen bij ouderen met een verstandelijke beperking niet te onderschatten. Iemands favoriete herinneringen kennen is namelijk een goede manier om te weten te komen wat die persoon belangrijk vindt. Oudere personen met een verstandelijke beperking hebben net als andere mensen hun eigen dromen en doelstellingen. Om iemand een goede oude 126 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces dag te bezorgen, is het van belang hem of haar te helpen deze dromen zoveel mogelijk waar te maken. 127 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 100: Samenvatting van de module Slide 100 Samenvatting van de module 128 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 101: Aandachtspunten Slide 101 Aandachtspunten Aandachtspunten uit deze module: Ouder worden is een proces dat bij iedereen anders verloopt. Er zijn een aantal begrippen die mensen kunnen helpen op een positieve manier te verouderen en hun levenskwaliteit ook op latere leeftijd nog te verbeteren (bv. een goede oude dag, succesvol ouder worden, actief ouder worden). Discriminatie op basis van leeftijd wordt leeftijdsdiscriminatie genoemd en is in onze maatschappij wijdverspreid. Maatschappelijke leeftijdsdiscriminatie brengt niet alleen binnen de zorgdiensten een afhankelijkheidscultuur voort, het bezorgt ouderen en hun verzorgers ook een bijzonder lage sociale status. Er bestaan een aantal manieren om leeftijdsdiscriminatie tegen te gaan, bijvoorbeeld door aangepaste, persoonsgerichte kwaliteitszorg te bieden. 129 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 102: Aandachtspunten uit deze module - Vervolg Slide 102 Aandachtspunten uit deze module - Vervolg De vergrijzing van de bevolking brengt veel nieuwe uitdagingen met zich mee. Om die het hoofd te bieden zijn beleidswijzigingen nodig. De verklaring van Graz over ouder worden met een verstandelijke beperking bevat een aantal beleidsmaatregelen die in heel Europa gevolgd worden en ouderen met een verstandelijke beperking toegang tot kwaliteitszorg moeten garanderen. Beleidsveranderingen hebben uiteraard gevolgen voor de praktijk en zullen niet alleen een invloed hebben op de ouderen met de verstandelijke beperking zelf, maar ook op hun families, hun begeleiders en hun dienstverleners. Het zijn ook niet alleen de mensen met een verstandelijke beperking die naarmate ze verouderen voor bepaalde uitdagingen komen te staan, ook de mensen die voor hen zorgen, of dat nu familieleden, vrienden of professionele zorgverleners zijn. De gangbare modellen voor succesvol ouder worden zijn niet altijd zomaar toepasbaar op deze bevolkingsgroep. Om te kunnen bepalen in welke mate zij succesvol oud worden, bestaan er dan ook specifieke modellen voor mensen met een verstandelijke beperking, zoals het zorgresultatenmodel. Het is essentieel om het belang van herinneringen bij ouderen met een verstandelijke beperking niet te onderschatten. Iemands favoriete herinneringen kennen is namelijk een goede manier om te weten te komen wat die persoon belangrijk vindt. Ouderen met een verstandelijke beperking hebben net als andere mensen hun eigen dromen en doelstellingen. Om iemand een goede oude dag te bezorgen, is het van belang hem of haar te helpen die dromen zoveel mogelijk waar te maken. 130 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 103: Bibliografie A - F Slide 103 Bibliografie A - F "Ageing" in Oxford Dictionary. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://oxforddictionaries.com/definition/english/ageing AgeUK, Default retirement age: Frequently asked questions. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://www.ageuk.org.uk/work-andlearning/discrimination-and-rights/default-retirement-age---frequentlyasked-questions/ Alzheimer’s Society, Learning disabilities and dementia, 2011. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://www.alzheimers.org.uk/site/scripts/download_info.php?fileID=1763 Bigby, C. (2005) Growing old. In Grant, G., Goward, P., Richardson, M. and Ramcharan, P. (Eds.) Learning Disability: A life Cycle Approach to Valuing People. Open University Press: Maidenhead, UK. Centre for Policy on Aging, Policies on aging, 2013). Geraadpleeg op 4 februari 2014 via http://www.cpa.org.uk/cpa/policies_on_ageing.html Department of Health, Caring for our future: Reforming care and support, 2013. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://caringforourfuture.dh.gov.uk/ Fry C.L., Dickerson-Putnam J., Draper P. e.a., "Culture and the meaning of old age" in Sokolovsky J. (red.), The Cultural context of Ageing: Worldwide Perspectives, Bergin and Garvey, Westport, CT, VS, 1997. Geraadpleegd op 4 februari 2014. 131 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 104: Bibliografie G - L Slide 104 Bibliografie G - L Gergen, K.J. & Gergen, M.M., "The new aging: Self-construction and social values" in Schaie K.W. (red.), Social Structures and Aging, Springer, New York, 2000. Grant G., "Healthy and successful ageing" in Grant G., Goward P., Richardson M. en Ramcharan P.(red.), Learning Disability: A life Cycle Approach to Valuing People, Open University Press, Maidenhead, VK, 2005. The Graz Declaration on Disability and Aging, 2006. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://www.dielebenshilfe.at/fileadmin/inhalte/pdfs/GRAZDECLARATION_fi nal.pdf Hatzidimitriadou E. en Milne A., "Providing care for Older people with learning disabilities" in Carnaby, Steven en Cambridge, Paul, (red.), Intimate and personal care with people with learning disabilities, Jessica Kingsley, London, 2006, pp.160-180. Heller T., "Ageing with developmental disabilities: emerging models for promoting health, independence and quality of life" in Kemp B.J. en Mosqueda L. (red.), Ageing with a Disability: what a Clinician need to know, Johns Hopkins University Press, Baltimore, 2004. Hepworth M., Stories of Ageing, Open University Press, Buckingham, 2000. Lawton M. en Nahemow L., "Ecology and the Ageing Process" in Eisdorfer C. en Lawton M. (red.), Psychology of Adult Development and Ageing, American Psychological Association, Washington DC, 1973. Lawton M., Moss M. en Duhamel L.M., "The quality of daily life among elderly care receivers" in Journal of Applied Gerontology, volume 14, nr.2, 1995, pp.150-71. 132 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Gergen, K.J. & Gergen, M.M. (2000). The new aging: Self-construction and social values. In Schaie, K. W. (Ed.) Social Structures and Aging. Springer: New York. Grant. G. (2005) Healthy and successful ageing. In Grant, G., Goward, P. , Richardson, M. & Ramcharan, P. (Eds.) Learning Disability: A life Cycle Approach to Valuing People. Open University Press: Maidenhead, UK. The Graz Declaration on Disability and Aging (2006). Retrieved August 10, 2013 from http://www.dielebenshilfe.at/fileadmin/inhalte/pdfs/GRAZDECLARATION_fi nal.pdf Hatzidimitriadou, E. & Milne, A. (2006) Providing care for Older people with learning disabilities. In: Carnaby, Steven and Cambridge, Paul, (eds.) Intimate and personal care with people with learning disabilities. London, U.K.: Jessica Kingsley. pp. 160-180. Heller, T. (2004) Ageing with developmental disabilities: emerging models for promoting health, independence and quality of life. In Kemp, B.J. and Mosqueda, L. (Eds.) Ageing with a Disability: what a Clinician need to know. Johns Hopkins University Press: Baltimore. Hepworth, M. (2000) Stories of Ageing. Open University Press: Buckingham. Lawton, M. and Nahemow, L. (1973) Ecology and the Ageing Process. In Eisdorfer, C. & Lawton, M. (Eds.) Psychology of Adult Development and Ageing. American Psychological Association: Washington DC. Lawton, M., Moss. M. & Duhamel, L.M. (1995) The Quality of Daily Life Among Elderly Care Receivers. Journal of Applied Gerontology, 14, 2, 15071. 133 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 105: Bibliografie M - Z Slide 105 Bibliografie M - Z Nahemow L., The ecological theory of ageing: how has it been used? Voorgelegd aan de American Psychological Association op het Boston symposium on Environment and Ageing, 1990. Ray S., Sharp E., en Abrams D., 2006. Zoals aangehaald in Clark A., Ageism and age discrimination in social care in the United Kingdom: A review of the literature, 2009. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://www.cpa.org.uk/information/reviews/CPA%20ageism_and_age_discrimination_in_social_care-report.pdf Thompson D., "Growing older with learning disabilities: the GOLD programme" in Tizard Learning Disability Review, Volume 7, nr.2, 2002, pp.19-26. Walker A., Walker C. en Ryan T., "Older people with learning difficulties leaving institutional care – a case of double jeopardy" in Ageing and Society, nr.16, 1996, pp.125-50. Walker A. en Walker C., "Normalisation and ‘normal’ ageing: the social construction of dependency among older people with learning disabilities" in Disability and Society, Volume 13, nr.1, 1998, pp.125-42. Wereldgezondheidsorganisatie, Ageing and Intellectual Disabilities – Improving Longevity and Promoting Health Ageing: A Summative Report, WHO, Genève, 2000. Wereldgezondheidsorganisatie, Active Ageing: A Policy Framework, WHO, 2002. Wereldgezondheidsorganisatie, Definition of an older or elderly person, 2013. Geraadpleegd op 4 februari 2014 via http://www.who.int/healthinfo/survey/ageingdefnolder/en 134 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 106: Eindtest Slide 106 Eindtest Waar of niet waar? Beantwoord onderstaande 10 vragen met Waar of Niet waar De Eindtest voor deze module kun je afleggen via de AGID-website: http://agid-project.eu/ Op de pagina van deze module vind je daar een link naar de test. Informatie over de test vind je hieronder. Inleiding Dit is je eindopdracht. Beantwoord deze vragenreeks met een klik op de juiste knop(pen). Door deze eindtest af te leggen, verklaar je dat jij en jij alleen deze vragen hebt beantwoord. Als bekend wordt dat je deze test niet alleen hebt afgelegd, staan je eer en integriteit op het spel. Maak deze test dus helemaal alleen zonder hulp. Voor alle andere oefeningen is het uiteraard toegelaten om het materiaal en de oefeningen met anderen te bespreken, dat is net onderdeel van het leerproces. Maar deze eindtest moet kunnen uitmaken welke kennis je hebt opgedaan en hoeveel je begrepen hebt. Wees dus eerlijk! Om een certificaat te bekomen dat je geslaagd bent, heb je een score van 80% nodig. Je krijgt 30 minuten voor de test. Ben je niet geslaagd? Je kunt de eindtest opnieuw maken nadat je de leerstof in deze module herhaald hebt. Klik op "Volgende" om naar de vragen te gaan. Het is van groot belang dat je het lesmateriaal voldoende herhaalt. Als je niet geslaagd bent, is het dan ook onmogelijk om de antwoorden van deze taak te bekijken. Veel succes Gg 135 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Eer Eewr Rew Rewre Wrew Rwe Rew Rwrw erer AGID-Module 1: Het verouderingsproces Geslaagd Niet geslaagd Jouw score: punten Aanal punten nodig om te slagen: punten Gefeliciteerd! Je hebt deze module met succes afgerond. Je kan jouw antwoorden op de vragen altijd opnieuw bekijken. Je bent helaas niet geslaagd voor deze test. Herhaal de leerstof en probeer daarna de test opnieuw te maken. 136 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 107: Wat nu? Slide 107 Wat nu? Nu je de module beëindigd hebt, zouden we het erg op prijs stellen als je even de tijd wil nemen ons jouw feedback over onze modules te bezorgen. Je kan dat doen door de vragenlijst op de feedbackpagina van onze website in te vullen: http://agid-project.eu/feedback. Alvast ongelooflijk bedankt! Was dit je eerste module? Aarzel dan niet om ook de andere modules uit de reeks te proberen: Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Module 2: Persoonsgerichte planning Module 3: Sociale netwerken en communicatie Module 4: Emotionele zelfregulatie voor begeleiders Module 5: Pathologische veroudering Module 6: Professionele zorgverlening: een hele prestatie Je kan al deze modules en andere leerhulpmiddelen over Ouder worden met een verstandelijke beperking vinden op onze website (http://agidproject.eu). Neem zeker een kijkje en aarzel niet om hulp en advies te vragen via het contactformulier op onze site. 137 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 108: Bijlagen: Oefenbladen Slide 108 Bijlagen: Oefenbladen In deze module worden volgende oefenbladen gebruikt: Oefenblad 1: Het verouderingsproces Oefenblad 2: Een gezond en actief leven Oefenblad 3: Veroudering begrijpen Oefenblad 4: Betere zorgverlening stimuleren Oefenblad 5: Zorgmogelijkheden Oefenblad 6: Toekomstige zorgvoorziening Oefenblad 7: Zorgresultatenmodel 138 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 109: Oefenblad 1: Het verouderingsproces Slide 109 Oefenblad 1: Het verouderingsproces 139 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 110: Oefenblad 2: Een gezond en actief leven Slide 110 Oefenblad 2: Een gezond en actief leven 140 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 111: Oefenblad 3: Veroudering begrijpen Slide 111 Oefenblad 3: Veroudering begrijpen 141 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 112: Oefenblad 4: Betere zorgverlening stimuleren Slide 112 Oefenblad 4: Betere zorgverlening stimuleren 142 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 113: Oefenblad 5: Zorgmogelijkheden Slide 113 Oefenblad 5: Zorgmogelijkheden 143 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 114: Oefenblad 6: Toekomstige zorgvoorziening Slide 114 Oefenblad 6: Toekomstige zorgvoorziening 144 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 115: Oefenblad 7: Zorgresultatenmodel Slide 115 Oefenblad 7: Zorgresultatenmodel 145 Module 1: Ouder worden en het verouderingsproces Slide 116: Oefenblad 8: Beter zorgvoorziening Slide 116 Oefenblad 7: Zorgresultatenmodel 146