Vijf jaar lang meer dan 40% rendement per jaar

advertisement
V o o r
d e
è c h t e
b e l e g g e r
Profs Q1/08
Beleggingsfondsen
Structured Products
ETF’s en trackers
Hedge funds
“Vijf jaar lang
meer dan
40% rendement
per jaar”
Peter Håkansson, fondsbeheerder East Capital Eastern European Fund
Beleggingsfondsen
Trends
INHOUD
Profs Q1/08
3
Beleggingsfondsen
4 Trends
10 De drempel van dertig
Hedge funds
12 De ambassadeur van Oost-Europa
Stijgers, dalers, transfers en andere opvallende
nieuwtjes uit het hart van de financiële professie.
Het Threadneedle Accelerando Fund onderscheidt
zich door een zeer geconcentreerde portefeuille.
Fondsmanager Dan Ison stuurt het fonds vooral
richting energie en grondstoffen.
16 Leveraged stamboom
Leveraged Capital Holdings is de Oude Dame onder de
fund-of-hedge-funds, maar heeft nog niets van haar
bite verloren. Fondsmanager Rick Sopher legt uit hoe
LCH de hypotheekcrisis al geruime tijd zag aankomen.
48 Real Life Hedge
Kwantitatief beleggen in Voorburg. Deel één van een
feuilleton over de lotgevallen van beginnend hedge
fund DQS.
Peter Håkansson blijft een hartstochtelijk pleitbezorger van Oost-Europa als meest kansrijke beleggingsregio. Rusland is zijn favoriet voor 2008 en nog grotendeels onontgonnen. “Heb je wel eens van Blagoveshchensk gehoord?”
50 Fonz’ Focus
Waarom beleggers niet te vroeg met de witte vlag
moeten zwaaien.
24 De Nederlandse markt – Q3
Structured Products
14 Marcel Tak
Beleggingsfondsen kampen met uitstroom, maar de
vraag naar structured products stijgt. Specialist Marcel
Tak legt uit waarom de rol van de beleggingsadviseur
daarom belangrijker dan ooit is.
Columns
De omvang van de Nederlandse markt, de opvallendste resultaten en alle gegevens over de in- en
outflows in Nederlandse beleggingsfondsen.
26 Lipper Leaders
Research-huis Lipper classificeert fondsen volgens
hun prestaties op diverse vlakken. IEX Profs zoekt
tussen de enorme berg data naar de nieuwe èn de
gevallen Leaders.
33 Fondsoverzicht
9 Mag ik de oude regels terug?
Jacques Potuit
Hoezo zorgt Mifid voor diversiteit en marktwerking?
Het effect zal juist verambtelijking en kartelvorming
zijn.
Wat waren de beste vierhonderd beleggingsfondsen
in de eerste drie kwartalen van dít jaar? Een compleet overzicht van vijftig sectoren, inclusief de prestaties in oktober en november.
31 130/30 is een modegril
Mark Baak
Fondsen die 130% long en 30% short beleggen zijn
een positief verschijnsel, maar het zullen geen
blijvertjes zijn.
ETF’s en Trackers
20 Grondstoffenoffensief
Advertorials
18 Structured products van ABN Amro Markets.
22 Versneld beleggen met Limited Speeders van Citi.
46 Eurex introduceert inflatie-futures.
I E X
P r o f s
Het belegd vermogen in de Exchange Traded Commodities, ofwel grondstoffentrackers, van ETF Securities groeit wekelijks met 50 tot 60 miljoen euro.
En zelfs volgens de sceptici is de opwaartse trend in
commodities nog lang niet ten einde.
Q 1 / 0 8
Trends
4
Vastgoed in de uitverkoop
O
f u met vastgoed iets verdiende in 2007 hangt helemaal
af van waar u zat. Uw eigen
huis is vast meer waard geworden.
En als u in Aziatisch vastgoed heeft
belegd kunt u waarschijnlijk ook lachen. Maar dan. De stijgende rente en
de kredietcrisis zorgden, na een goed
begin van het jaar, voor zware tegenvallers in Europa en Amerika. De Ne-
derlandse (directe) fondsen staan gemeten tot 1 december flink in de min:
Wereldhave noteert -27%, Nieuwe
Steen -19%, Corio -7% en Vastned Retail staat – ondanks een overnameverhaal – op een min van 9%. Dim
Vastgoed (0,5%), Middle Europe Real
Estate (9%) en Triodos Vastgoedfonds
(10%) staan trouwens wel in de plus
en in de Top-10 van de in Nederland
Top-10 vastgoedfondsen
Hoog en droog in India
W
aar zit je veilig als de westerse markten in paniek raken? Tot een paar maanden
geleden hadden maar weinig mensen op die vraag ‘India’ geantwoord.
Maar in de wereldeconomie van
2008 gelden andere regels dan voorheen. Tot halverwege de zomer waren Nederlandse aandelen – en bijna iedere westerse beurs – nog een
keurige, gestaag groeiende belegging,
maar na de top op 16 juli (AEX 561,9)
bleek die stijging slechts de aanloop
voor een woeste achtbaanrit die tot
december voortduurde. Gemeten tussen de top van 16 juli en de (voorlopige) low van 1 november (AEX 483,5)
verloor de AEX-index 14%.
Mooie aanleiding om eens in de Lipper-fondsendatabase te kijken welke fondsen tussen die twee data juist
het bést presteerden. Het hele universum in Nederland verkrijgbare beleggingsfondsen verloor gemiddeld
4,8%, maar ongeveer een derde van de
fondscategorieën wist die periode gemiddeld wèl met winst af te sluiten.
Indiafondsen zetten zelfs een plus
van ruim 22% op het bord, gevolgd
door Chinafondsen (17%), Hongkongfondsen (13%) en fondsen in de gouden edelmetalensector (13%). Het állerbeste fonds tijdens de periode was het
Himalayan Fund, dat maar liefst 46%
opliep. Het wordt gevolgd door maar
liefst vier grondstoffen-trackers (crude oil, WTI oil, tarwe en petroleum).
Overigens is het slechtste fonds tussen juli en november ook een grondstoffen-tracker. De ETFS Zinc was zo
vriendelijk om met een rendement
van -34% de laatste plaats weg te kapen voor de neus van het ABN Amro
Small Companies Netherlands Fund,
dat 33% inleverde tijdens de dip.
De huis-, tuin- en keukenanalyse ligt
voor de hand: kredietcrisis of niet, de
tandem Emerging Markets-Grondstoffen dendert momenteel onverstoorbaar voort en is een volwaardi-
ge motor van de wereldeconomie geworden. Eén die ook op eigen kracht
kan draaien. Da’s prettig voor fondsbeleggers, want er zijn in die categorieën tegenwoordig ook volop fondsen te koop.
Opvallend overigens: onder de tien
slechtste regio’s tussen medio juli
en eind november vinden we tussen
minder verrassende underperformers
als vastgoed en financials ook de landenfondsen van Italië, België, Zweden
en Nederland (smallcaps).
Q1
Top-10 sectoren 16 juli – 21 november
Equity India
Equity China
Equity Hong Kong
Equity Sector Gold&Prec Metals
Equity Greater China
Commodities
Hedge/Long/Short Equity
Bond EUR Inflation Linked
Equity Brazil
Bond CAD
22,2%
17,5%
13,4%
13,0%
11,2%
7,9%
6,9%
5,1%
4,8%
4,1%
Flop-10 sectoren 16 juli – 21 november
Equity Italy
Equity Japan
Equity Japan Sm&Mid Cap
Equity Belgium
Equity EuroZone Sm&Mid Cap
Real Estate Global
Equity Sector Banks&Financial
Equity Netherlands Sm&Mid Cap
Equity Sector Real Est Europe
Equity Sweden
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
-15,9%
-17,4%
-17,6%
-18,0%
-19,2%
-19,4%
-19,5%
-20,4%
-22,3%
-22,4%
Credit Suisse Equity (Lux) Asian Property B
Morgan Stanley Asian Property A USD
Schroder ISF Asia Pacific Property Sec A Acc
Triodos Vastgoedfonds NV
Middle Europe Real Estate NV (MERE)
ABN AMRO Property Securities Far East NV
DIM Vastgoed
Henderson HF Global Property Equities A2 USD
MSMM Global Real Estate Securities B
Eurocommercial Properties NV
27,54%
24,63%
22,52%
9,63%
8,87%
5,86%
0,48%
-2,43%
-2,90%
-3,35%
Beleggingsfondsentaal
Merkenbouwers hebben nog veel
zendingswerk te verrichten in beleggingsfondsenland, want de namen waar de nieuwste vehikels
mee worden uitgerust kun je nu
niet direct als pakkend omschrijven.
Iets als ‘Latin American Equity’ is
nog wel te begrijpen, maar daarna
volgen meestal nog een handvol geheimzinnige toevoegingen als ‘A’, ‘B’,
‘dis’ of ‘acc’. Een klein fondsenwoordenboek.
ABC – Beleggingsfondsen worden
ingedeeld in verschillende klassen.
Elke klasse behorende bij een bepaald fonds heeft dezelfde strategie
en beleggingsperspectieven, maar
de aandeelhouders, beheersfee en
-kosten kunnen verschillen. Dat is
waarom er verschil kan zitten in het
rendement van één en het zelfde
fonds met meerdere klassen.
A – Staat voor fonds in de klasse (of
class) ‘A’. Aanbieders van deze fondsen kunnen (extra) transactiekosten
rekenen.*
B – Dit houdt in dat beleggers mogelijk nog een fee moeten betalen
als zij hun positie in het fonds (terug)verkopen aan het fondsmanagement. Als beleggers de aandelen lang genoeg in portefeuille houden, kunnen de kosten tot nul teruggebracht worden. Vaak worden er
dan bij aanschaf geen kosten in rekening gebracht, waardoor het hele
startbedrag belegd wordt. Het wordt
ook wel ‘back-end-load’ genoemd.
C – Aanbieders van een beleggingsfonds met een ‘C’ erachter, kunnen
ook een back-end load hanteren en
een zogenoemde 12b-1 fee. Dit is een
jaarlijkse fee die het fonds gebruikt
voor distributie of andere diensten
naar aandeelhouders. Bij ‘B’-fondsen
kan deze fee ook gehanteerd worden, het verschil tussen ‘B’ en ‘C’ is
dat de fee lager is dan bij ‘B’ of ‘A’.
ACC – Beleggingsfondsen die dit
achter de naam hebben staan, betalen geen dividend, maar herinvesteren de winst weer in het fonds. (Acc
staat voor ‘accumulate’). Rendement
verzilveren doet u bij dit soort fondsen dus door te verkopen.
Closed-end – Mag niet zomaar
nieuwe aandelen uitgeven en kan
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
5
verkrijgbare vastgoedfondsen. Van
de tien staan er overigens maar zeven op winst.
Wat nu in 2008? De beheerders van in
Azië beleggende fondsen gaan, niet
verrassend, uit van een verdere groei
in de sector. In Europa kunnen overnames mogelijk zorgen voor fantasie.
De vorig jaar veel te dure winkelfondsen zijn behoorlijk afgestraft, terwijl
het nog steeds lastig is om aantrekkelijk geprijsd winkelvastgoed te vinden.
Na de overname van Rodamco eerder
dit jaar, zinspeelde het IEX Beursblog
al over de volgende kandidaat: Corio.
Het kleinere zusje van Rodamco, maar
met een mooiere portefeuille dan bijvoorbeeld Vastned en goed bezig in
nieuwe markten zoals Turkije. En nu
wil het fonds de kantoren definitief de
deur uit doen. Grote schoonmaak voor
de (uit)verkoop?
Q1
dicht gaan voor nieuw geld. De prijs
hangt af van vraag en aanbod en
wordt niet – mede – gebaseerd op de
intrinsieke waarde.
DIS – Betaalt (distribueert) dividend
aan de aandeelhouders, per kwartaal of per jaar.
I – Beleggingsfondsen waarachter
een ‘I’ staat zijn alleen beschikbaar
voor institutionele beleggers. Institutionele beleggers moeten ook officieel aantonen dat zij professioneel
beleggen voordat zij deze aandelen
kunnen aanschaffen.
Inc. – Betaalt dividend uit aan de
aandeelhouders, per kwartaal of per
jaar en meestal cash.
Instl. – Zie I
Open-end – Beleggingsfonds dat
nieuwe aandelen mag uitgeven als
er nieuw geld in het fonds stroomt.
Een open-end fonds handelt altijd
rond de intrinsieke waarde.
X of XD – Een manier in de krant
om aan te geven dat een aandeel of
beleggingsfonds net ex-dividend is
gegaan.
* Per fondsaanbieder kan de uitleg
van een term verschillen.
Trends
6
Transfers in de financiële sector
zijn bij Renaissance dan bij de bank
die vanwege zijn absurde bonussen
ook wel Goldmine Sachs wordt genoemd?
Komen & gaan
Echt merkwaardig was de heuse banencarroussel van een drietal Nederlandse Europa-managers. Rob Radelaar vertrok van Robeco naar ING Investment Management. Dimitri Willems ging van datzelfde ING Investment Management naar Kempen
Capital Management. En tot slot ging
Marco van Lent van Kempen Capital
Mangement naar… Robeco. Zouden
ze ook alle drie meer zijn gaan verdienen? In dat geval is het een geniale truc van de drie.
Pieter Wind
S
chuivende kopstukken, zo aan
het eind van het jaar. Beleggersgezicht Pieter Wind van ING Private Banking verkast naar ING Asset
Management. Een kleine stap voor
een man, maar een grote sprong voor
een ING’er. En half december sloten
we met een glaasje in de hand een
tijdperk af bij het afscheid van een
van Nederlands meest ervaren en
uitgesproken fondsmanagers. Joop
Bresser, fondsmanager van het Delta Lloyd Rente Fonds gaat met vervroegd pensioen (zeker Delta Lloyd?),
maar we hopen – en rekenen er stiekem een beetje op – dat hij zijn visie
op de rentemarkt wil blijven spuien
op IEX.nl. Bressers soortelijk gewicht
blijkt al uit het feit dat hij wordt opgevolgd door maar liefst twéé fondsmanagers. Sandor Steverink – afkomstig van SNS Asset Management
– en Arnold Gast – Portfoliomanager Vastrentende Waarden bij Delta Lloyd – maken er een duobaan van
bij het rentefonds.
Vastgoedbankier Jeppe de Boer
(ex- ABN Amro en ex-CB Richard Ellis) was bij Goldman Sachs onder andere betrokken bij de fusie tussen
Rodamco Europe and Unibail in juni van dit jaar. Nu verlaat hij Goldman om hoofd Investment Banking
Real Estate te worden bij Renaissance Capital. Dat is een Russische investeringsbank, die zich richt op opkomende vastgoedmarkten. Daar is nu
meer geld te verdienen dan in de volwassen vastgoedmarkten in Europa
en de Verenigde Staten. Zou er voor
De Boer ook meer geld te verdienen
Joop Bresser
Over Goldman Sachs gesproken: dat
is een van de weinige banken die immuun lijkt voor de kredietcrisis, die
in New York aardig wat slachtoffers
maakt. Nu rollen de koppen daar ook
net iets eerder en sneller dan bij ons.
Met name bij de hedge funds was
het raak. Managers die het in de kredietcrisis niet droog wisten te houden, hadden het zwaar. Bij Dresdner
Kleinwort waren de druiven dubbel
zuur voor Mark Richardson, hoofd
credit & equity derivatives, en zijn
collega Neil Walker. Zij waren allebei namelijk nog maar net in dienst
van de Duitse bank. Het vertrek van
beide managers valt samen met
een afschrijving van Allianz Group
(moeder van Dresdner) van 575 miljoen euro.
Ook nog een opvallende non-transfer
deze maand: Paul Koster blijft wèl
op zijn post. Op verzoek van de Raad
van Toezicht en bestuursvoorzitter
Hans Hoogervorst blijft hij tot 1 april
2008 aan als bestuurder van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). De
hele AFM-top dreigde tegelijk uit te
fladderen, met als gevolg dat Hoogervorst, net nieuw bij de AFM, niemand
zou hebben om
hem goed in te
werken. Anne
Willem Kist, de
derde bestuurder
bij de AFM, is recent vertrokken
na een akkefietje met zijn privébeleggingen. Q1
Wilt u ook een
transfer vermeld
zien in IEX Profs?
Mail uw (pers)
bericht aan [email protected]
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
Opinie
9
Oude regels terug!
De eerste effecten van de nieuwe Europese Mifid-richtlijnen voor de worden
langzaam zichtbaar. Erg positief vind ik deze verandering niet. Het doel wordt
volledig voorbijgeschoten. door Jacques Potuijt
M
ifid? Zegt dit acroniem u al iets? Als
ik het hoor ben ik geneigd te verstaan “mijn fiets” en krijg ogenblikkelijk associaties met voetbalhooligans die tijdens wedstrijden met het Duitse Manschaft
luidkeels “mijn fiets terug”, scanderen. Maar anders dan een misplaatste herinnering aan een
lang vervlogen oorlogsverleden staat de term
voor de meer prozaïsche “Markets in Financial
Instruments Directive”.
Deze nieuwe Europese
richtlijn voor de Europese
effectenbranche werd 1 november van kracht en beoogt simultaan een ratjetoe van doelstellingen te realiseren. Het initiatief ertoe
werd genomen onder het
gesternte van de in 2003 gehouden Lissabonronde. Europese regeringsleiders kondigden
toen af dat de Europese Unie (EU) in 2010 ’s wereld meest concurrerende economie moest zijn.
slechts op een hilarische reactie mag rekenen,
wordt hetzelfde systeem nu wel voor de financiële vrijheid van de Europese burger toegepast.
Maar we zijn er nog niet. Als de geschiktheid
en de passendheid zijn vastgesteld. mag de order worden uitgevoerd. Let wel, niet door simpele doorsturing naar de beurs maar door op zoek
te gaan naar de beste prijs. Hoe die stand komt?
Mifid beoogt simultaan een
ratjetoe van doelstellingen
te realiseren
Onder andere werd besloten om binnen het
EU-gebied uniforme rechtsbescherming voor
beleggers en een level playing field voor de
aanbieders van financiële producten te creëren. Een loffelijk streven maar in de uitwerking
werd het doel ver voorbijgeschoten.
Hilarische reactie
Zo moeten Nederlandse banken en brokers
die al aan strenge regels van de Wet op het
Financieel Toezicht waren onderworpen,
nu vaak heel gevoelige informatie uit de
privé-sfeer van hun cliënten, verzamelen en
bijhouden. Pas als een klant qua kennisniveau,
opleiding, beroep, transactiehistoriek en
financiële draagkracht geschikt wordt
bevonden en het financiële product in zijn
bijzondere omstandigheden als passend wordt
beoordeeld, mag de order worden uitgevoerd.
Ooit was het idee wijdverspreid dat voor de uitoefening van actief kiesrecht een zekere opleiding en financiële gegoedheid essentieel waren. Terwijl herinvoering van censuskiesrecht
in enig lidstaat van de EU hoogstwaarschijnlijk
I E X
P r o f s
Banken mogen voortaan tegengestelde effectenorders van klanten intern matchen zodat slechts
het saldo voor afwikkeling naar een beurs behoeft te worden doorgestuurd. Negen grote Europese banken, die nu al claimen tezamen de helft
van de Europese aandelenhandel in handen te
hebben, staan klaar om in Project Turqoise de effectenorders onderling te matchen.
Diversiteit en markwerking
Hoezo diversiteit en marktwerking? Juist verambtelijking en kartelvorming gaan hier hand
in hand. De eerste effecten van de nieuwe regelgeving zijn dat brokers, om de extra administratieve rompslomp betaalbaar te houden, ervoor kiezen te fuseren. In de Nederlandse markt stapten Binck en Alex al in het huwelijksbootje. Het speelveld mag dan misschien
nu geëffend zijn, de spelers klitten bijeen.
Ik voorspel dat een generatie verder een heldere geest zal pleiten voor de afwikkeling van effectentransacties op een beurs die volledig onafhankelijk staat van financiële dienstverleners.
Voorts dat slechts financiële producten zorgvuldig worden gescreend en dat die toegankelijk zijn voor een ieder die geld op de bank heeft
staan en over voldoende verbaal vermogen beschikt om een effectenorder telefonisch of per
internet op te geven. Niet mijn fiets, maar mijn
oude beursregels wil ik terug! Q1
Q 1 / 0 8
Beleggingsfondsen
10
11
Publiekswissel
Samengevat:
•Bijna een kwart van het
fondsvermogen is belegd in
energie en grondstoffen.
•Maximaal dertig aandelen in portefeuille.
•Zwaarste wegingen zijn
voor BG Groep, ASML en H&M.
Het Threadneedle Accelerando Fund onderscheid zich door een heel beperkt aantal
aandelen in portefeuille en een keurig rendement van meer dan 25% per jaar sinds
oprichting in 2004. Dan Ison is in september aan het roer komen te staan en hij stuurt het
fonds vooral richting energie en grondstoffen. door Michiel Pekelharing
V
oetbal en beleggen liggen
soms heel dicht bij elkaar.
Net als coaches soms de overstap maken naar een andere
club, wisselen fondsmanagers ook regelmatig van positie. Zo stapte Dan
Ison in september over van Clareville Capital naar Threadneede, waar hij
Phil Cliff opvolgt als beheerder van
het Pan-European Accelerando Fund.
Ison komt over van Clareville Capital, waar hij de vrijheid had om longen shortposities in te nemen voor het
Pegasus-hedgefund. Deze ervaring
komt hem naar eigen zeggen goed
van pas, aangezien hij geleerd heeft
om zowel als koper als verkoper naar
een aandeel te kijken in plaats van alleen als koper wat gebruikelijk is voor
een manager van een aandelenfonds.
Ison trekt de vergelijking tussen voetbal en beleggen zelfs nog een stap verder door: “een trainer bepaalt de basisopstelling van elf spelers en heeft
daarnaast ook nog een aantal voetballers uit zijn selectie op de bank en
op de tribune zitten”, zegt Ison: “bij
een beleggingsfonds gaat dat net zo.
De basisopstelling zijn de grote posities in portefeuille en de bankspelers
hebben een lagere weging en het is
de bedoeling dat die aandelen door
kunnen groeien naar een basisplaats.
De tribuneklanten zijn ten slotte aandelen die je als fondsmanager in de
gaten houdt omdat ze in aanmerking
komen om in de portefeuille te worden opgenomen.”
Meteen aan de slag
Na zijn aantreden heeft Ison al een
flink aantal wijzigingen in de selectie doorgevoerd: “sommige institutionele beleggers bouwen automatisch hun positie in een fonds af zodra er een nieuwe manager komt”, al-
dus Ison: “om geld vrij te maken ben
treerde portefeuille: “dertig aandelen
je als nieuwkomer dan gedwongen
is het echt het maximum”, zeg Ison:
om een aantal posities te verkopen. “een officieel minimum is er niet,
Daarnaast ben ik in de eerste weken
maar UCITS 3-richtlijnen betekenen
vooral bezig geweest om de porte- dat een positie niet groter mag zijn
feuille volgens mijn beleggingsvisie
dan 10% zodat ongeveer vijftien aanin te richten.” Bijna een kwart van het
delen het minimum is.” Eind oktober
fondsvermogen is nu belegd in ener- bestond het fonds uit 27 aandelen
gie en grondstoffen. Dat is een slordi- en Ison voelt zich heel prettig bij een
ge 6% meer dan de benchmark (MSCI
kleine selectie: “als ik een paar goede
“Als ik een paar goede
beslissingen maak, zie je dat
meteen terug in het rendement”
Pan European index) en nog veel
meer dan de weging van 14,2% die het
fonds had voor de komst van Ison: “ik
probeer met de posities in mijn portefeuille verschillende trends te bespelen”, vertelt hij: “de belangrijkste
is een groeiende vraag vanuit de opkomende economieën zoals China.
Dit is een van de redenen waarom
energie en grondstoffen een veel grotere weging in het Accelerando Fund
hebben gekregen. Andere trends die
ik probeer te bespelen zijn structurele groei op de langere termijn en het
toenemende aantal overnames.”
Concentreren
Behalve energie en basismaterialen
heeft Ison het belang in cyclische sectoren zoals industrie, technologie en
duurzame
consumentengoederen
uitgebouwd. Dat is vooral ten koste
gegaan van financials – waarvan de
weging is teruggebracht van bijna
20% naar nog geen 12% – en van defensieve aandelen.
Het Threadneedle Accelerando Fund
onderscheid zich van veel andere fondsen door een heel geconcen-
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
“De basisopstelling
zijn de grote posities
in portefeuille en de
bankspelers hebben
een lagere weging”
beslissingen maak, zie je dat meteen
terug in het rendement. In een heel
grote portefeuille hebben een aantal
succesvolle stockpicks maar een beperkte invloed.”
Grootste posities
De tien grootste posities vormen bijna de helft van de portefeuille en
eind oktober had BG Group de zwaarste weging: “het gasconcern heeft
niet alleen de hoogste volumegroei
binnen de branche, maar vult ook de
reserves sneller aan dan branchegenoten”, vertelt Ison: “daar komt bij dat
het bedrijf een aantrekkelijke overnameprooi kan worden voor een van
de grote olieconcerns.” Hij heeft ook
een prominente plaats in zijn selectie ingeruimd voor een Nederlandse
onderneming: “ASML is na BG Group
de grootste positie in mijn portefeuille. Op technologisch gebied heeft het
elektronicaconcern afstand genomen van de concurrentie en die voorsprong gaat alleen maar groter worden. Dat vertaalt zich in hogere verkoopprijzen en een stijgende marge.
Bovendien onderstreept het recente
dividend aan dat ASML er echt werk
van maakt om de kaspositie te delen
met de aandeelhouders.”
Het laatste aandeel wat Ison aanstipt
is H&M: “als de toekomstige winsten verrekend worden met de hui-
dige rentestand, kom je ongeveer op
de beurskoers. Dat betekent dat er op
het huidige koersniveau geen enkele
rekening wordt gehouden met groei
en die is er wel degelijk. In Nederland
is de omzet bijvoorbeeld met 12% gestegen door de introductie van een
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
internetwinkel. In Duitsland en Oostenrijk worden dadelijk ook dit soort
winkels geopend en bovendien profiteert H&M van een dalende dollar
aangezien de fabrieken van het kledingbedrijf vooral in dollarlanden
staan.”
Q1
Beleggingsfondsen
12
13
Oost west, Oost best
Nu de westerse beurzen ineens minstens zoveel risico lijken te herbergen als dat
in emerging markets zet dat de rendementen van Peter Håkansson nog scherper in
het spotlicht dan ze al stonden. En de Oost-Europagoeroe van East Capital verwacht
nog veel meer groei. Ironisch genoeg precies in die sector waar Amerika en Europa
even de buik vol van hebben: het kredietwezen. door Pieter Kort
D
e kredietcrisis te verwerken kregen, gebeurde er in
Oost-Europa iets bijzonders.
In plaats van extra hard te
worden afgestraft, wat meestal het
lot van emerging markets is in barre
tijden, werd de voorsprong van OostEuropafondsen op de Europese index
juist groter. Als grote beleggers risico’s gaan afbouwen zijn posities in
emerging markets, die traditioneel
als het meest riskant worden gezien
vaak als eerste de klos. Maar dit keer
was het anders, stelt Peter Håkansson. “Je kon in de afgelopen jaren al
zien dat emerging markets minder
gevoelig werden voor problemen in
het westen. Ik wachtte al een tijdje op
het moment dat zo’n crisis echt geen
gevolgen meer heeft.”
Brazilië of China. Die twee economieën zijn sterk afhankelijk van export en investeringen door bedrijven
en de staat. De particuliere consumptie is er nog steeds niet erg groot. In
Oost-Europa is de particuliere consumptie juist de grote trigger voor
de economische groei. De handel met
de Verenigde Staten is 4% van de totale handel. Ze zijn de welvaartsachterstand op het westen snel aan het
inhalen. En het aantrekkelijke van de
regio is dat het relatief geïsoleerd is
van de rest van de wereld. De groei
komt van binnenuit.”
Hoe kan het dat de Oost-Europese economie de laatste jaren zo hard is gaan
groeien, terwijl het de eerste tien jaar
na de val van de muur ontzettend veel
problemen had met de invoer van het
Meer dan 40%
kapitalistische model?
De beheerder van het East Capital “Oost-Europa komt van ver. Het binEastern European Fund (en het Rus- nenlands product van de meeste lanland- en Balkanfonds van dezelf- den is net terug op het niveau van
de aanbieder) is op doorreis om zijn
1989. Het is in de jaren negentig heel
fondsen onder de aandacht te bren- zwaar geweest voor die economieën.
gen. Zijn impsante trackrecord helpt
aardig mee. Over de laatste vijf jaar
boekte hij gemiddeld meer dan 40%
rendement per jaar. Dat is 9% per
jaar meer dan de ook al indrukwekkend presterende Oost-Europa index.
“Ik was in november, toen de koersen
in het westen weer hard daalden, op
een roadshow voor negentig beleggers”, verhaalt Håkansson. “Zij wilden heel graag over Oost-Europa praten. Want het is inmiddels wel duidelijk dat deze regio nauwelijks gevoelig is voor de negatieve effecten van
kredietproblemen of hoge olieprijzen. We zien een duidelijke ontkoppeling tussen emerging markets en de
westerse economie. Voor Oost-Europa gaat dat nog sterker op dan voor
“In Oost-Europa
is de particuliere
consumptie
juist de grote
trigger voor
de economische
groei”
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
Er zijn een paar oorzaken waarom ze
de laatste jaren wel sneller zijn gaan
groeien. Eén is de uitbreiding van de
Europese Unie, wat een flinke stimulans heeft gegeven. Een andere trigger is Estland geweest. Als we bij East
Capital nieuwe medewerkers krijgen,
stuur ik ze eerst op trainingskamp
naar Estland. Terwijl bijna alle landen
grote problemen hadden met het invoeren van een markteconomie, heeft
Estland de meest radicale hervormingen durven doorvoeren. Eerst hebben
ze een vlakke belasting ingevoerd
voor particulieren en voor ondernemingen. Voor particulieren was die
20%, voor ondernemingen 0%. Dat is
een cruciale gangmaker voor de inter-
ne groei geweest. Andere landen heb- het wel het hoogst wat we ooit hebben dat voorbeeld nu gevolgd. In Roe- ben gehad.”
menië is nu een flat tax van 16%, in
Rusland zelfs 13%. Je moet je ook be- Waar ziet u in de regio nu de mooiste
•Oost-Europa is nauwelijks
denken dat het bruto binnenlands
perspectieven?
gevoelig voor negatieve
product per hoofd van de bevolking “Mijn favoriete sectoren op het moeffecten van kredietoveral nog maar een fractie is van wat
ment zijn banken in Turkije en Rus
problemen.
het bij ons is. Die achterstand gaan ze
land, detailhandel en wat ik ook erg
inhalen, en snel.”
interessant vind zijn bepaalde nuts•Rusland krijgt een hele
bedrijven. Met name elektriciteitsbesterke beurs na de
In Rusland bestaat er veel onzekerheid
drijven. De privatisering daarvan is
verkiezingen
over de verkiezingen en de periode na
nu aan de gang. Wat ik bijvoorbeeld
•Favoriet zijn: banken in
Poetin. De koersen lijden daaronder.
nauwgezet volg is de introductie van
Turkije en Rusland, detailHoe gaat dat aflopen?
waterkrachtcentrales. Een paar be“Rusland wordt verkeerd begrepen. drijven zijn dat nu aan het doen. Ik
handel en nutsbedrijven.
Vorig jaar herfst zei ik dat Turkije niet
zie daar heel veel potentieel. Maar
begrepen werd. Daar gebeurde ook
de banken vormen ook een hele interessante groeimarkt. Sberbank is mijn grootste posi- China. Daar hebben we ook een bank.
tie. Dat is de grootste bank
En ook daar is de groei enorm. Westvan Rusland. Er is een enor- Europese banken kijken trouwens ook
me boom in particuliere le- heel scherp naar die ontwikkeling. Ik
ningen aan de gang. Men- verwacht wel wat overnames in deze
sen ontdekken hypotheken
sector de komende tijd.”
en krediet. Kun je nagaan
wat een markt dat is. De
Gaat de Russische overheid dat toelagemiddelde hypotheek per
ten?
huishouden is in Rusland “Ik denk niet dat je bang hoeft te zijn
50 euro. De Russische hy- voor al te protectionistische sentipothekenmarkt is met 130
menten in Rusland. Die economie is
niets in de aanloop naar twee ver- miljoen mensen maar een fractie gro- echt open nu en dat zal zo bljven.”
kiezingen. In 2007 is Turkije de bes- ter dan die van Estland, waar een honte markt geweest. Nu krijgt Rusland
derdste van de mensen wonen. De
Emerging markets hebben de naam
de slechte pers. En waarom? Dit jaar
economie in Rusland krijgt er op die
om grillig en risicovol te zijn. Waar zit
is de groei groter dan ooit. De staat
manier nog een extra aanjager bij, in
hem dat risico nu in?
geeft veel uit, want het is een verkie- de vorm van kredietverlening. Het in- “Natuurlijk zijn er risico’s. Die schuizingsjaar. De olieprijs ging sterk om- teressante is dat je dat ziet gebeuren
len vooral in externe factoren als de
hoog, maar de beurs is vlak gebleven. in heel Rusland, niet aleen in Moskou. wereldeconomie. En er spelen nog alIk verwacht geen grote politieke ver- We hebben een bank in portefeuille
tijd bepaalde politieke risico’s. Maar
anderingen. We zullen een hele sterke
in Magadan, een stad van 250.000 in- dat zijn kortetermijneffecten. In turbeurs zien in Rusland na de verkiezin- woners aan de zee van Ochotsk. Daar
bulentie zien we steeds weer dat het
gen. Omdat de koersen zo weinig heb- groeit het net zo hard. Ken je Blag- herstel in landen als Rusland vlot verben gedaan de laatste tijd is Rusland
oveshchensk? Dat is een stad van
loopt. Dus op de lange duur spelen die
nu zelfs een van de goedkoopste aan- 250.000 inwoners, langs de grens met
factoren nauwelijks een rol.” Q1
delenmarkten ter wereld.”
Samengevat:
“Mijn favoriete
sectoren
zijn banken in Turkije
en Rusland en
detailhandel”
Toch heeft u met een weging van 50%
minder Rusland in portefeuille dan
de index…
“De index is misleidend. Er zitten maar
vier landen in: Rusland, Polen, Tsjechië en Hongarije. Wij hebben aandelen uit 28 landen in portefeuille. Dat
is het verschil. Rusland is 70% van de
index en 70% daarvan is olie-gerelateerd. Dat is meer een energiefonds
dan een regio-index. Wij hebben minder weging in Rusland en in olie, al is
Fonds
East Capital Eastern European Fund
Fondsvermogen
1,1 miljard euro
Belegt in
Oost-Europese aandelen
Rendement
EC Eastern Europe
MSCI Oost-Europa
2007
15,70%
7,60%
12 maanden
25,70%
13,10%
3 jaar
39,80%
33,30%
5 jaar
40,30%
31,30%
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
Structured Products
14
15
Intensive care
Beleggen in kant-en-klare beleggingsproducten lijkt de ideale oplossing voor
particuliere beleggers. Toch is beleggen in deze gestructureerde producten voor
deze groep beleggers niet zo eenvoudig als het lijkt. Beleggingsadviseurs zijn
dan ook zeker van toegevoegde waarde. door Marcel Tak
G
estructureerde producten,
zoals notes en certificaten,
worden steeds populairder. Dat is eenvoudig waar
te nemen. Maandelijks zien tientallen beleggingsproducten het levenslicht, de één met een nog mooier rendementsperspectief dan de ander. Althans, volgens de brochure. Onderzoek bevestigt de trend dat beleggers
steeds vaker hun oog op gestructureerde notes en certificaten laten vallen. Volgens gegevens van adviesbureau McKinsey is de instroom van
nieuw geld naar beleggingsfondsen
nihil, terwijl de belangstelling voor
notes en certificaten stijgt. De markt
van gestructureerde producten is nu
ongeveer 30 miljard euro groot. Dat
is nog veel minder dan het bedrag
dat met beleggingsfondsen gemoeid
gaat (circa 100 miljard), maar als de
trend zo doorgaat, wordt het verschil
snel kleiner.
Zelf nabootsen
Marcel Tak is special
products-specialist.
In de rubriek
‘10 van Tak’ ontleedt
en recenseert hij
op IEX.nl alle nieuw
uitgegeven notes en
certificaten.
Juiste keuze
De toenemende populariteit van financiële producten verbaast mij
niets. Voor particuliere beleggers kunnen notes en certificaten veel voordelen hebben. Eén van de belangrijkste
is dat particuliere beleggers, zonder
dat zij beschikking hebben over veel
tijd of kennis van zaken, beleggingsposities kunnen innemen, die anders
alleen voor professionals zijn weggelegd. Vooral als ingespeeld kan worden op een bepaalde visie hebben
gestructureerde producten vaak een
toegevoegde waarde. De belegger die
bijvoorbeeld optimistisch is ten aanzien van de opkomende economieën,
maar ook niet al te veel risico wil lopen, zou zonder gestructureerde producten deze visie niet in rendement
kunnen omzetten. De notes en certificaten die gericht zijn op deze veelbelovende economieën, zoals die van
aan zijn klant uitlegt. Met de constatering dat een note een 90% hoofdsomgarantie heeft en inspeelt op de
beurs van China is niet het hele verhaal verteld. Hoe wordt het rendement precies berekend? Kent de note
een vaste participatie via een optieconstructie of wordt een CPPI-structuur gebruikt?
Brazilië, Rusland, India, China en andere landen, helpen de (particuliere)
belegger uit de brand. Op eenvoudige wijze kunnen één of meerdere van
deze notes aan de portefeuille worden toegevoegd.
Toch is beleggen in notes voor de particuliere belegger niet zo eenvoudig
als het lijkt. Het belangrijkste probleem is hoe uit het grote aanbod
het juiste product te kiezen. De kwaliteitsverschillen tussen de verschillende financiële producten zijn groot.
Bovendien is niet elke note voor iedere belegger geschikt. Daarnaast zal de
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
belegger moeten beoordelen in hoeverre het product binnen de totale portefeuille past. In deze gevallen
komt de toegevoegde waarde van de
beleggingsadviseur om de hoek kijken. Want met de opkomst van de
kant-en-klare financiële constructies
is de rol van de adviseur zeker niet uitgespeeld. Integendeel, die is belangrijker dan ooit en ik denk dat een door
een professionele adviseur beheerde
portefeuille uitstekend kan bestaan
uit een (groot) aantal gestructureerde
producten. Maar dan moet wel aan
een aantal voorwaarden zijn voldaan.
Belangrijk is dat de adviseur de werking van het financiële product goed
De adviseur heeft de taak de beleggingsconsequenties van de gebruikte methode goed uit te leggen. Het
is vooral belangrijk de verschillende scenario’s te schetsen in relatie tot
mogelijke prestaties van de note. De
adviseur dient daarvoor uiteraard de
brochure, en waar nodig het prospectus, goed door te nemen. Ziet u daarbij door de bomen het bos niet dan is
10 van Tak, mijn rubriek over gestructureerde producten op IEX.nl, natuurlijk een handig hulpmiddel. Als de
werking van het product voor de beleggingsadviseur en zijn cliënt duidelijk is, rijst de volgende vraag. Is de
constructie niet op een eenvoudige
manier zelf in elkaar te zetten? Dat is
een belangrijke vraag, want de klant
betaalt bij het opnemen van notes en
certificaten in zijn portefeuille dubbele kosten: die van het gestructureerd
product en die van zijn adviseur. Het
gestructureerde product moet dus
wel een duidelijke toegevoegde waarde hebben en niet eenvoudig zelf zijn
te construeren. Een enkele keer zie ik
100% garantienotes op de AEX in een
professioneel beheerde portefeuille.
Ik heb daar mijn vraagtekens bij. Is de
adviseur niet zelf in staat met opties
een soortgelijke constructie in elkaar
te zetten?
Geen goed alternatief
Als de constructie duidelijk is en niet
makkelijk zelf na te bootsen, dan is
de volgende stap om te beoordelen of
de note in de portefeuille van de cliënt past. Twee elementen spelen een
rol: het portefeuillerisico en het rendement. Veel gestructureerde producten hebben een gehele of gedeeltelijke garantie en zijn daarmee (deels)
vergelijkbaar met obligaties. In brochures van gestructureerde producten wordt de rol van spreiding vaak
benadrukt om risico te matigen,
maar bij een portefeuille die voornamelijk bestaat uit garantieproducten
is dat met betrekking tot risicomanagement van de hoofdsom niet van
belang. Daarentegen is het wel belangrijk het debiteurenrisico in de gaten te houden. Als één partij interessante notes uitgeeft die allemaal in
de portefeuille worden opgenomen,
kan een te eenzijdig risico op deze
partij ontstaan. (Gedeeltelijke) garantieproducten zijn met betrekking tot
het hoofdsomrisico (bijna) net zo zeker als obligaties, maar met betrekking tot het rendement onzeker. Het
niet vaststaande rendement is de
prijs voor de mogelijkheid dat uiteindelijk een hoger resultaat wordt
behaald dan dat op een obligatie. Te
veel producten in een beleggingsportefeuille met een onzeker rendement
kan onder ongunstige omstandigheden tot teleurstellingen over het totale beleggingsresultaat leiden. Garantienotes zijn dan ook zeker geen volledig alternatief voor obligaties.
Mooie beloning
Alvorens tot definitieve aanschaf
over te gaan is het verstandig om te
kijken of eerder uitgegeven notes
een aantrekkelijk alternatief zijn. Een
zoektocht naar deze notes op de secundaire markt kan pareltjes opleveren en dat geeft de mogelijkheid aan
de adviseur echt te scoren. Dit geldt
des te meer omdat de initiële kosten
van financiële producten die al een
paar jaar geleden zijn uitgegeven, er
(voor een belangrijk deel) al zijn uitgelopen. Het probleem van dubbele kosten speelt dan veel minder. Als
de note eenmaal is aangekocht is de
6
Nieuwe structured products*
5
Samengevat:
•Particuliere beleggers kunnen met gestructureerde
producten posities innemen
die anders alleen voor professionals zijn weggelegd.
•De beleggingsadviseur heeft
zeker toegevoegde waarde.
• Let op de dubbele kosten.
rol van de adviseur niet uitgespeeld.
Veel producten zijn gemaakt om tot
de aflosdatum aan te houden, maar
het kan verstandig zijn tussentijds te
verkopen. Met name garantieproducten die goed hebben gepresteerd komen daarvoor in aanmerking, omdat de oorspronkelijke garantie (op
de hoofdsom) vaak nauwelijks meer
waarde heeft. Of daadwerkelijk tot
verkoop moet worden overgegaan
hangt af van de ontwikkeling van
de onderliggende waarde in relatie
tot de verkoopprijs. Gestructureerde
producten zijn mede populair vanwege het gemak voor de (particuliere) belegger. Voor de beleggingsadviseur die zijn cliënt goed wil informeren, adviseren en begeleiden bij de
aanschaf van deze producten geldt
dat voordeel niet. Hij zal een hoop
werk hebben om met deze producten
voor zijn klant een mooi rendement
te behalen. Maar als dat, in combinatie met een beheerst risico, lukt, is dat
voor iedereen, zeker ook voor de adviseur, een mooie beloning voor de geïnvesteerde tijd.
Q1
250
Aantal uitgiftes per jaar
200
4
150
3
100
2
50
1
0
2002
2003
2004
2005
2006
0
2002
2003
* In miljarden dollars - Bron (beide grafieken): Autoriteit Financiële Markten.
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
2004
2005
2006
Hedge Funds
16
17
Sopher, so good
Al 38 jaar bovengemiddelde resultaten en ook nog eens de kredietcrisis zien
aankomen. Wat is het geheim van Leveraged Capital Holdings? door Pieter Kort
N
oem eens een fonds van For- sterdam, om te kunnen vragen wat
tis dat al jarenlang boven- ons nu al een tijdje bezighoudt.
gemiddelde rendementen
laat zien? Heel goed, For- LCH belegt alleen in Amerikaanse
tis Obam, maar nu nóg zo’n fonds…?
hedge funds. De 29% rendement in
Ervaren fondsbeleggers kennen de
de laatste twaalf maanden kan dus
naam Leveraged Capital Holdings
maar één ding betekeken: u heeft de
(LCH) als een van de oudste, zo niet
kredietcrisis zien aankomen.
hèt oudste, fund-of-funds ter wereld. “Ja, dat was een belangrijke factor. EiHet neemt een prominente plek in in
genlijk zagen we deze ontwikkeling
de Fortis-vloot, weliswaar niet met de
twee jaar geleden al aankomen. Toen
bekendheid van Obam, maar dat zal
zijn we onze eerste posities gaan inte maken hebben met het feit dat het
nemen bij managers waarvan wij
vooral wordt gezien als hedge fund
dachten dat ze de situatie begrepen.
en dat het een gezamenlijk initiatief
Een jaar geleden hebben we die sigis van Fortis MeesPierson en de firma
nificant opgehoogd. In ons jaarverLCF Edmond de Rothschild .
LCH is het geesteskind van de Zwitserse bankier Georges Karlweis, die
het fonds in 1969 lanceerde. Karlweis
bedacht dat het interessant kon zijn
om te investeren in een relatief nieuwe groep beleggingsvehikels die in
Amerika opgang deed, onder andere door het werk van ene George Soros. Nog altijd is LCH exclusief belegd in Amerikaanse hedge funds, al
heeft het fonds sinds enige jaren ook
een Europees (European Capital Holdings) en een Aziatisch (Asian Capital Holdings) zusje gekregen. Georges Karlweiss is in 2001 afgetreden,
maar onder zijn opvolger Rick Sopher
blijft de prestatiecurve van het fonds
indrukwekkend. Teruggerekend tot
1969 heeft het fonds voor iedere procent daling van de markt een daling
van 0,2% laten zien en voor iedere procent stijging van de markt een
toename van 1,5%.
slag over 2006 hebben we al aangegeven dat er op de krediet- en hypotheekmarkt een gevaarlijke situatie
aan het ontstaan was. Er is erg agressief geleend. De problemen waren tot
dan gemaskeerd door sterke groei en
oplopende huizenprijzen. Maar de
bomen groeien niet tot in de hemel.
Als je dat vaststelt, weet je dat er veel
geld kan worden verloren, maar óók
gewonnen. Wij hebben gekozen om
te investeren in fondsen met shortposities op de subprime-markt. Dat
heeft dit jaar eenderde van ons rendement opgeleverd. Het was qua risicorendementsverhouding simpelweg
“We zijn nu op zoek
naar managers die kunnen
vaststellen wanneer de
bodem is bereikt”
Je kunt met slechtere cijfers thuiskomen. Ook in 2007, voor veel hedge
funds – en andere beleggers – een pittig jaar, staat LCH met speels gemak
bovenin alle performance-overzichten.
Reden om Rick Sopher even te onderscheppen bij een kort bezoek aan Am-
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
een van de beste mogelijkheden die
de markt te bieden had. Je gaat short
in een lening met een zeer zwakke zekerheid. Die zekerheden gingen het
op zeker moment begeven, met alle
gevolgen vandien.”
beste beleggers en we wilen dat de
fondsmanagers waar we in beleggen zelf hun geld er in hebben zitten.
Hun beloning moet gelijk lopen aan
die van ons. Daarnaast beleggen we
vooral in managers waarvan we verwachten dat ze survivors zijn. Als er
onverwachte schokken zijn, moeten
ze niet worden weggevaagd. Maar
omdat fund managers meer gespecialiseerd zijn geworden heeft het beleggingscomité van Leveraged Capital Holdings zich een meer actieve
rol in het positioneren van het fonds
moeten aanmeten. Die aanpak leidt
ons in verschillende marktfases naar
verschillende managers. De laatste
twee jaar zijn we vooral op zoek naar
managers die voordeel kunnen halen
uit een kredietcrisis. Nu is het juist
belangrijk om flexibele managers te
vinden die kunnen inschatten wanneer de bodem is bereikt.
Samengevat:
•LCH is exclusief belegd in
hedge funds.
•Investeren in de beste
beleggers die zelf hun geld
in het fonds hebben zitten.
•Long in bedrijven die
wereldwijde groei laten zien
en short in bedrijven die
niet concurrererend zijn.
Hoe kijkt u nu naar de markt, nu de
eerste dreunen inmiddels zijn uitgedeeld?
“We zitten in een periode waarin de
kredietproblemen nog door het systeem moeten. De aanpak van de centrale banken heeft ervoor gezorgd dat
de ergste klappen vooralsnog wat
zijn verzacht. Maar ik voorzie nog
meer turbulentie. Het systeem heeft
de industriële bedrijven zonder groeihet evenwicht nog niet hervonden.
strategie. Dat is het grote thema in
As je gelooft dat het wereldwijde syveel van onze portfolios.
steem nog wel wat financiële schokken zal beleven, dan zijn wij goed geIs het in een drukke en zwaar beconpositioneerd daarvoor. Wij kunnen
curreerde funds-of-funds markt niet
op diverse manieren geld verdienen.
lastig om de weinige echte goede maWe hebben bijvoorbeeld fondsen die
nagers te vinden?
short zitten in banken en andere fi- Welke strategieën hebben uw voor“Er zijn zeer veel hedge funds en fundnanciële instellingen met verborgen
keur?
of-funds bijgekomen. Maar ik vind
problemen, waar de klap harder zal “We hebben een fonds dat zich alleen
dat de kwaliteit van de managers
aankomen dan de markt verwacht. maar met macro-strategieën bezig- op het moment erg goed is. Wij leuDat doen we door managers van het
houdt, dat heet Trading Capital Hol- nen op ons bewezen screening- prohoogste kaliber te selecteren. We pro- dings. Het is goed gepositioneerd
ces. In het beleggingscomité van de
beren een situatie te creëren waar- voor volatiele markten en staat dit
Capital Holdings zitten eigenaren en
in de upside in potentie oneindig is, jaar op +30%. Bij de andere capital
topmannen van financiële institumaar waarin we aan de downside
holdings-fondsen is long/short de
ten. We vormen een extreem ervaren
wel de nodige protectie hebben.”
basis. De kern van de strategie is het
en dynamische groep. Ieder nieuw
vinden van liquide, ondergewaar- fonds wordt ook door ons bezocht.
De hedge fund-industrie is fors gedeerde aandelen en het shorten van
Met dat groepje beoordelen we de cagroeid en veranderd de afgelopen 38
niet- of slecht concurrerende bedrij- paciteiten van de manager en de rejaar. Betekent dat dat ook de aanpak
ven. Op het moment kiezen we voor- sultaten, maar we bekijken ook of de
van LCH is veranderd?
al voor longposities in bedrijven die
portfolio nog is ingericht op de huiJa en nee. De pricipes die we hante- wereldwijde groei laten zien, dus niet
dige toestand van de markt. Die inren voor onze beleggingen zijn door
alleen lokaal bezig zijn. En shortposi- schatting maken en daar de goede
de jaren eigenlijk niet veranderd. We
ties in bedrijven die simpelweg niet
managers bij vinden is het meest uitzoeken op elk gebied naar de aller- concurrererend zijn. Vaak verouder- dagende aan dit werk.” Q1
Fonds
Leveraged Capital Holdings
Belegt in
Amerikaanse long/shorten macrofondsen
Rendement
Fonds
European Capital Holdings
Fonds
Asian capital Holdings
Belegt in
Europese long/short- en
macrofondsen
Belegt in
Aziatische long/short- en
macrofondsen
Rendement
Rendement
2007
25,1%
2007
1,9%
2007
24,7%
1 jaar
30,9%
1 jaar
15,6%
1 jaar
31,0%
3 jaar*
17,8%
3 jaar*
13,6%
3 jaar*
18,4%
5 jaar*
13,5%
5 jaar*
11,4%
5 jaar*
16,5%
Bron: Lipper; * = gemiddeld per jaar
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
ETF’s en trackers
20
21
Brits grondstoffenoffensief
I
Vlucht in grondstoffen
De groei in volume laat zich makkelijk vertalen in geld. Het beheerd vermogen groeit volgens Hector McNeill
– managing partner bij ETF Securities –
wekelijks met 50 tot 60 miljoen euro.
Simpelweg omdat de ETC’s de meest
directe vorm van beleggen in grondstofprijzen is. Eind 2006 had ETF Securities 250 miljoen dollar onder beheer,
elf maanden later is de grens van 2
miljard dollar gepasseerd. “Vooral in
de zomermaanden ging het enorm
hard.” Beleggers vluchtten in die volatiele maanden uit gewone aande-
len en in grondstoffen. Goud, zilver,
platina en palladium. Vooral de geringe correlatie met de aandelen- en
obligatiemarkt maakt grondstoffen
tot een groot succesnummer, stelt
McNeill. “Beleggers vrezen inflatiedruk, dollardalingen en de kredietcrisis en wijken uit naar goud en andere edelmetalen.” Grappig genoeg zijn
ook de agri-trackers in trek.“In Italië
had je deze zomer pasta-stakingen, in
het Verenigd Koninkrijk protesten tegen de hoge broodprijzen en dan was
er de voedselprijsinflatie in China. Beleggers zochten daarom een hedge in
agri-beleggingen.” Particuliere beleggers zijn goed voor 30% van het belegde vermogen in ETF’s. De andere 70%
komt voor rekening van de professie.
Speculeren die ook op prijsstijgingen
van sojabonen? Sure. Maar de ETF’s
worden ook gebruikt om de stijgende
voedselprijzen in China af te dekken.
Zo behoort volgens McNeill een Londens hedge fund tot het clientèle, die
de tracker op lean hogs (varkens, ofwel magere speklapjes), gebruiken als
hedgewapen tegen de voedselinflatie.
Dat zorgt in elk geval voor een aanvulling van het wapenarsenaal om
inflatie te lijf te gaan. Maar natuurlijk wijst McNeill erop dat er ook ETF’s
voorhanden zijn voor de meer traditionele hedgestrategieën, zoals olie
en goud. Ten overvloede misschien:
met ETF’s volgt u de koersontwikkeling van de onderliggende waarde. U
belegt dus niet rechtstreeks (zoals bij
sommige futures) in de goederen. U
hoeft dus niet bang te zijn een vrachtwagenchauffeur met een lading speklapjes (of levend vee) voor uw voordeur aan te treffen.
Natuurlijke schaarste
Geen concurrentie
De wind waait stevig in de rug van deze serie producten, beseft McNeill. De
fundamentals voor grondstoffen en
soft commodities zijn bijna allemaal
even rooskleurig. “De lage correlatie
met de aandelenmarkt en obligaties
maakt het een mooi instrument om
risico te spreiden. Daarnaast liggen
de rendementen historisch gezien in
Groei vermogen onder beheer van 01-08-05 tot en met 06-11-07
2.250
2.000
1.750
1.500
1.250
•ETC’s is de meest directe
lijn met aandelen en gelden grondstoffen als een goede hedge tegen
inflatie. Bovendien is de vraag groot
en blijvend door de enorme behoefte uit China en India. De natuurlijke
schaarste van harde grondstoffen en
de moeilijke en soms gevaarlijke exploratie zorgen er daarnaast voor dat
de prijzen hoog blijven.” Grondstoffen zorgen – en daar gaat het uiteindelijk om – ook nog eens voor een hoger rendement op de beleggingsportefeuille. “Wie 8% belegt in de Dow
Jones AIG Commodity Index behaalt
0,5% meer rendement bij een gelijk
risico.” Dat is natuurlijk een klassiek
gevalletje met rendementen uit het
verleden je eigen kant oprekenen en
biedt
9% geen enkele garantie voor de
toekomst.
De meest directe vorm van beleggen in grondstofprijzen is via ETC’s. Hector McNeill
– managing partner bij ETF Securities verklaart het succes. door Peter van Kleef
ets meer dan een jaar geleden introduceerde het Britse ETF Securities zich op Euronext Amsterdam
met twee olieprijstrackers. Eentje op de Brent en eentje op de West
Texas Intermediate (WTI). Het was
een bescheiden openingszet van wat
uitmondde in een ware vloedgolf aan
ETC’s – Exchange Traded Commodities. Of, in gewoon Nederlands, grondstoffentrackers. Inmiddels hebben
meer dan vijftig ETC’s hun weg gevonden naar diverse Europese beurzen waarbij Amsterdam na Londen
duidelijk favoriet is bij ETF Securities.
Hun eigen groei vinden de Britten fenomenaal en daar is ook wel iets voor
te zeggen. Niet alleen het aantal producten, maar ook het handelsvolume
laat een steile groeicurve zien. De timing van de grondstoffentrackers is
dan ook heel behoorlijk geweest. Een
slim staaltje verkoop- en marketingtechniek, want wie commodities wil
verhandelen, moet dat nu doen. ETF
Securities is in dat gat in de markt gesprongen en zal daar nog geen spijt
van hebben. ETF is inmiddels de Europese marktleider in het aanbod ETC’s.
Samengevat:
De voordelen van de ETC’s zijn redelijk voor de hand liggend. Relatief lage kosten en hoge verhandelbaarheid.
Toch lijkt het succes van ETF Securities niet eens zo zeer in die aspecten
te liggen als wel in het feit dat ze in
de juiste markt op het juiste moment
zijn gestapt. Bovendien is er geen instrument dat één-op-één kan concurreren met de ETC’s – hooguit de turbo’s van ABN Amro. Die hebben echter dankzij de hefboom en stoploss
een heel ander risicoprofiel. Een en
ander betekent niet dat de Britten
nu op hun lauweren rusten. Ook aan
de commodity boom komt een einde.
Maar wees gerust, tegen die tijd hebben ze bij ETF Securities allang inverse ETF’s. Dan kunt u die hele rit naar
beneden ook nog eens rijk worden.
Rendement portefeuille met en zonder grondstoffen
olie
I E X
8,0%
8%
7,4%
Portefeuille met aandelen, obligaties en 0% grondstoffen
6%
5%
0,02
P r o f s
Q 1 / 0 8
4
1 Sectorbreed mandje*
2 Energie
3 Landbouw
4 Veehouderij
5 Edelmetalen
3%
26%
34%
2%
32%
3%
Commodities enDow Jones AIG Ex-Energy
6,0%
08-’05 11-’05 02-’06 05-’06 08-’06 11-’06 02-’07 05-’07 08-’07 11-’07
3
Portefeuille met grondstofaandelen
500
0
5
* Mandje met aandelen uit: Dow Jones AIG All
1.000
250
6
2
Portefeuille met grondstoffen
7%
750
1
6 Grondstoffen
10%
8,8%
grondstoffen
Sectorverdeling per 12-09-2007
Volgende bubbel
Ondertussen blijft wel de
kanttekening staan dat als u met
ETC’s de portie grondstoffen voor
uw portefeuille samenstelt, u zelf
de strategische wegingen bepaalt.
Bovendien hebt u geen toegevoegde
waarde in de vorm van een
fondsmanager. Is dat nodig? In de
huidige grondstofrally misschien
niet, maar in moeilijke markten
moet u zich afvragen of u zelf deze
keuzes wilt blijven maken, of het
uitbesteedt aan fondsmanagers
met een jarenlang goed trackrecord,
9%
metalen
vorm van beleggen in
grondstofprijzen.
•ETC’s hebben relatief lage
kosten en hoge verhandelbaarheid.
•De geringe correlatie
met de aandelen- en obligatiemarkt maakt grondstoffen succesvol.
0,04
0,06
0,08
0,10
0,12
0,14
Y-as: jaarlijks rendement, X-as: risico (jaarlijkse standaarddeviatie)
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
zoals bijvoorbeeld het World Mining
Fund van Blackrock Merrill Lynch.
Daar betaalt u dan wat extra’s voor
aan kosten, maar u haalt er ook
expertise mee in huis. Misschien is
dat al helemaal geen gek idee, als
we ons realiseren dat grondstoffen
door veel experts gezien worden als
de volgende bubbel op de financiële
markten. Q1
Beleggingsfondsen
Obligaties
Aandelen
Mixfondsen
Geldmarkt
Overige
Totaal
Jan
16.078,2
34.395,7
12.450,7
415,2
2.299,3
65.639,0
Feb
16.096,7
34.082,7
12.334,3
413,4
2.228,0
65.155,1
Maart
15.893,6
34.507,4
12.553,0
408,1
2.198,5
65.560,5
April
15.589,5
35.646,4
12.676,7
474,1
2.244,5
66.631,2
Mei
13.616,2
36.611,8
12.775,6
481,7
2.264,4
65.749,6
Juni
13.239,5
36.516,4
13.406,9
460,8
2.254,7
65.878,2
Bron: Lipper FERI
Juli
13.195,6
35.546,8
13.193,1
457,7
2.187,1
64.580,3
Aug
13.030,9
34.618,6
13.168,9
457,0
2.126,8
63.402,2
Sept
12.926,6
34.661,4
13.178,8
408,3
2.100,1
63.275,2
Fondscategorie
Aandelen wereldwijd
Mixfonds gebalanceerd
Obligaties euro
Aandelen Nederland
Fund of Funds Dynamisch
Aandelen vastgoed
Aandelen Europa
Aandelen Euroland
Mixfondsen conservatief
Obligaties wereldvaluta
Gegarandeerde fondsen
Fund of Funds gebalanceerd
Mixfondsen dynamisch
Aandelen Verre Oosten inc Japan
Fund of Funds Landenfondsen
Aandelen Europa mid- en smallcaps
Aandelen duurzaam
Aandelen Financiële sector
Fund of Funds wereldwijde aandelen
Bedrijfsobligaties europ
Aandelen Milieu/ecoischlog
High yieldobligaties euro
Aandelen basismaterialen/energie
Aandelen IT
Aandelen Centraal/Oost Europa
Fund of Hedge Funds
Fund of Funds Obligaties
Fund of Funds Aandelen Europa
Geldmarktfondsen euro
Aandelen consumentengoederen
Q1
12.865,3
10.041,3
11.917,8
7.062,5
3.813,8
3.382,1
2.488,8
1.634,1
1.501,5
1.287,3
1.230,0
1.017,8
828,8
656,8
709,8
731,7
664,4
817,0
786,8
739,5
539,9
764,9
398,8
570,2
456,9
428,3
445,3
433,2
408,1
474,1
Q2
13.886,4
10.724,7
10.222,1
7.638,9
3.767,2
2.767,9
2.448,9
1.714,0
1.468,9
1.288,4
1.166,8
1.023,7
851,5
644,4
735,2
783,8
707,4
743,8
732,8
642,4
585,8
627,9
544,8
537,3
506,3
441,1
481,1
437,6
457,7
376,1
Q3
13.835,4
10.724,7
10.061,2
7.340,2
3.771,7
2.572,0
2.263,9
1.650,8
1.454,0
1.264,5
1.138,7
1.016,0
869,7
750,6
729,5
712,6
700,6
699,4
664,5
621,7
581,4
558,7
557,7
534,9
504,8
476,1
467,7
411,2
408,3
358,1
Bron: Lipper FERI
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
Go with the flow
Netto in- en uitstroom per fondscategorie
(in miljoen euro)
Aandelen wereldwijd
Obligaties euro
Aandelen Nederland
Sectorfondsen vastgoed
Aandelen Europa
Geldmarkt euro
Mixfondsen conservatief
Aandelen Europa Small- & Midcaps
Sectorfondsen Financieel
Garantiefondsen
Sectorfondsen IT
Mixfondsen gebalanceerd
Sectorfondsen consumptiegoederen
Aandelen Japan
Sectorfondsen Industrie
Sectorfondsen Gezondheid
Sectorfondsen Telecom/Media
Beschermde fondsen
Sectorfondsen Nutsbedrijven
Sectorfondsen Basismaterialen/energie
Sectorfondsen Biotech
Obligaties dollar
Aandelen Verre Oosten ex. Japan
Aandelen technologie
Aandelen Centraal/Oost-Europa
Aandelen Noord Amerika
Mixfondsen dynamisch
Themafondsen
Aandelen wereldwijd mid- & smallcaps
Aandelen Emerging Markets
Aandelen Duurzaam
Obligaties Wereldvaluta
Converteerbare Obligaties en Opties
Fund of Hedge Funds
Aandelen Verre Oosten inc. Japan
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
0
Beheerd vermogen in Nederlandse fondsen per asset-categorie (miljoen euro)
Top 20 fondscategorieën (in miljoen euro beheerd vermogen)
50
Meer dan de helft in aandelen
Waarin belegt Nederland?
-50
In het derde kwartaal boekte de AEXeen verlies van 1,3%. Een jaar eerder leverde dat kwartaal nog 9,9% winst op.
De situatie is dan ook flink veranderd.
Toch heeft de Nederlandse index in
het derde kwartaal beter de wereldwijde dip doorstaan dan de Amerikaanse Dow Jones, die 2,4% inleverde.
Hoe deden beleggingsfondsen het?
Op de keper beschouwd ook niet onaardig. Gemiddeld genomen boekten
alle fondsen die in Nederland te koop
zijn een verlies in het derde kwartaal
van 1,2%. Dat was een jaar geleden nog
-150
Performance
Regio’s en sectoren
-100
Hoewel de kredietcrisis invloed had
binnen vrijwel alle regio’s, valt het
op dat beleggers hun blik verschoven naar Azië, waar de resultaten ondanks alles sterk bleven. De fondscategorie waar de grootste netto instroom
werd gemeten in het derde kwartaal
was dan ook niet verrassend in Aziatische aandelen. Daar stroomde per
saldo 64 miljoen euro naartoe. Nederlandse beleggers ontwikkelden sinds
juni ook een grotere interesse in alternatieve beleggingen; fund-of-hedgefunds zagen het beheerd vermogen
met 32 miljoen euro groeien.
Wat betreft uitstroom werden de categorieën Aandelen wereldwijd en
Obligaties Europa het zwaarst geraakt met een netto vermogensverlies van respectievelijk 390 en 371 miljoen euro. De oorzaak zat hem, het
wordt eentonig, in de kredietcrisis.
Beleggers zijn gevoeliger voor de risi-
De MSCI World viel in het derde kwartaal zelfs met 3,2%.
-200
Zware teruggang
Obligatiefondsen hadden het ook
zwaar. Deze fondsen leverden 400
miljoen euro vermogen in gedurende
het derde kwartaal. Dat is in lijn met
de al eerder ingezette trend; eerder
in dit jaar had het obligatiesegment
ook al te maken met een continue uitstroom van geld. De geldmarktfondsen – en dan in het bijzonder fondsen
Grootste verliezers
Mei
-400
I
co’s in de wereldaandelenmarkt en de
toegenomen krediet- en liquiditeitsrisico’s hakte danig in op de obligatiemarkt. De twee-na-grootste verliezer was de categorie Aandelen Nederland, waar per saldo 214 miljoen euro uitstroomde in het derde kwartaal.
Ook vastgoed is niet meer in trek. Met
de onroerendgoedmarkt onder druk
op veel plaatsen, trokken beleggers bij
elkaar 198 miljoen euro terug uit deze markt. Over heel 2007 bedraagt de
uitstroom uit obligatiefondsen in Nederland ongeveer 1 miljard euro, terwijl de aandelenfondsen 600 miljoen
euro zagen wegstromen. Welke sector
profiteerde daarvan? De grootste winnaar is de categorie Mixfondsen. Die
bleek met name in juni heel populair;
tot het eind van het derde kwartaal
noteerden de mixfondsen in 2007 een
instroom van 675 miljoen euro.
Maart
meest bekaaid af. Deze fondsen hadden het meest te stellen met de liquiditeitskrapte op de markt, waardoor
de waarderingen fors afnamen. De categorie Small- en midcaps Nederland
leverde 7,9% in in het derde kwartaal.
Opvallend genoeg een zwaardere daling dan de Amerikaanse tegenvoeters doormaakten (-5,8%). Op sectorniveau profiteerden goud- en edelmetalenfondsen van het vlucht-naar-kwaliteit-effect, met een winst van bijna
13%. Grootste verliezers zijn –wederom – Vastgoed en Financiële dienstverleners (-7,5%). Voorheen hielden
ook emerging markets het niet droog
als de westerse wereld onderuit glibberde, maar die tijden zijn veranderd.
In het derde kwartaal verloren Europese aandelenfondsen 4,2%, Nederlandse aandelenfondsen 1,6%, Amerikaanse aandelen 3,3% en wereldwijde aandelenfondsen 2,7%. De categorie Emerging Markets wereldwijd
stoomde in het derde kwartaal juist
vrolijk door met een rendement van
+8,0% , terwijl Emerging Markets Europa +3,1% winst bijschreef. Q1
-250
67000
66500
66000
65500
65000
64500
64000
63500
63000 Januari
In het derde kwartaal stroomde er – kredietcrisis, bedankt – 2,6 miljard euro uit
Nederlandse beleggingsfondsen. De winnaars van het kwartaal waren Aziëfondsen
en fund-of-hedge-funds. door Pieter Kort
die in de geplaagde CDO-markt (Collateralized Debt Obligations) investeerden – hadden veel te stellen met
de problemen rond de subprime-hypotheken. Deze sector noteerde dan
ook een teruggang in het beheerd
vermogen met 50 miljoen euro.
een winst van
4,2%. Alle assetclasses kwamen
in de rode cijfers
terecht, waarbij
va s t g o e d f o n d sen de zwaarste klappen kregen (-5,4%, tegenover +6,9% in Q3
2006). De obliJuli
September
gatie- en aandelenfondsen dipten respectievelijk met 0,7% en 1,5%.
De positieve uitschieters zaten in regio’s en sectoren. Fondsen met exposure in Azië presteerden het best.
De categorie Aandelen China pluste zelfs 31% in één kwartaal tijd. Aandelen Hong Kong deed het ook prima
met +16,4% en Aandelen India boekte +11,6% winst. Aan de minkant kwamen small- en midcapfondsen er het
Beheerd vermogen Nederlandse fondsenmarkt (in miljoen euro)
-300
De winnaars en
verliezers van Q3
n het derde kwartaal kreeg de fondsindustrie de wereldwijde kredietturbulente voor de kiezen. Ook de
Nederlandse fondsen, zoveel wordt
uit de cijfers duidelijk. In het derde kwartaal leverden de Nederlandse fondsen 2,6 miljard euro aan belegd vermogen in. Dat kwam door papieren verliezen op de beleggingen,
maar ook door een netto uitstroom
uit de fondsen. Researchhuis Lipper
registreerde een netto uitstroom van
maar liefst 1,7 miljard euro in het derde kwartaal. Het zwaarst getroffen
werden de aandelenfondsen. Beleggers trokken meer dan een miljard
euro uit die fondsen terug. Gecombineerd met een gelijktijdige daling van
de beurskoersen leverde dat in aandelenfondsen een daling van het belegde vermogen van 1,8 miljard euro op.
25
63 miljard onder beheer
-350
24
Beleggingsfondsen
26
27
Lessen in leiderschap
De snelst groeiende is niet altijd de beste. Research-huis Lipper helpt de juiste
beleggingsfondsen vinden door middel van het ‘Lipper Leader’-systeem.
door Pieter Kort
E
r zijn veel methodes om ranglijsten van beleggingsfondsen te maken. Gewoon op volgorde van rendement zetten, op beheerd vermogen, of een officiële
ranking van een gerespecteerde instelling hanteren. Die
zijn er – à la Michelin – met sterren, of kronen. Wat ze bijna allemaal gemeen hebben is dat ze de zaak per definitie simplificeren. Groepeer je fondsen op één jaar rendement? Of drie? Of vijf? Komt op die manier ook een heel
risicomijdend, steady groeifonds bovendrijven, als je dat
zoekt? En hoe zit het eigenlijk met de kosten?
Vijf keer vijf
Om ook die vragen zo goed mogelijk te kunnen beantwoorden heeft fondsenresearch-huis Lipper de ‘Lipper Leader’-ranking uitgevonden. Lipper deelt het hele fondsenuniversum op in vijf delen. De slechtste 20% krijgt score
1, de 20% daarna score 2, enzovoort. De beste 20% van alle
fondsen mag zichzelf Lipper Leader noemen.
Dat lijkt op het eerste gezicht een nog grovere methode
dan de sterrenrankings, maar Lipper hakt de fondsenindustrie niet zomaar in vijven, dat doet het ook nog eens in
vijf verschillende disciplines: totaal rendement, consistentie van het rendement, de fondskosten, vermogensbehoud
en (in Amerika) fiscale efficiency. Op die manier is het een-
voudig om te selecteren wat, bijvoorbeeld, de beste fondsen zijn in termen van absoluut rendement èn kostenniveau. Of op gebied van vermogensbehoud èn consistentie.
Om er nog een extra dimensie aan toe te voegen, deelt
Lipper zijn Leader- en andere scores uit over periodes van
drie, vijf en tien jaar. In iedere discipline worden de fondsen dus over drie verschillende periodes geclassificeerd. En
die drie periodes worden ook nog eens gecombineerd tot
een overall rating. Natuurlijk, een paar sterren achter een
fondsnaam is eenvoudiger te begrijpen, maar wie iets dieper onder de motorkap van een beleggingsfonds durft te
kijken en iets beter weet wat hij wil als belegger, kan uit
het Lipper-arsenaal precies die ratings zoeken waar hij iets
aan heeft. Hoe consistent was het fonds over de laatste vijf
Fortis Obam
Totaal rendement
Consistentie
Vermogensbehoud
3 jaar
Leader
Leader
4
5 jaar
Leader
Leader
3
10 jaar
Leader
Leader
3
overall
Leader
Leader
3
Delta Lloyd Deelnemingen Fonds
3 jaar
5 jaar
10 jaar
overall
Totaal rendement
Consistentie
Vermogensbehoud
Leader
4
4
Leader
Leader
Leader
Leader
2
Leader
Leader
4
Leader
houd – oftewel niet al teveel negatieve uitschieters in het
resultaat – vindt op de lange termijn bij het Postbank Aandelenfonds – met een score van 4 over alle periodes – meer
nachtrust dan bij Fortis Obam, dat alleen in de laatste drie
jaar tot die score kwam. Bij Delta Lloyd was op lang termijn de kans op tussentijdse zeperds het kleinst van de
drie fondsen.
Q1
Vermogensbehoud
Postbank Aandelenfonds
Lipper Leaders op het gebied van vermogens-behoud
zijn meer dan andere fondsen in dezelfde assetclass in staat geweest om het fondskapitaal in stand
te houden in diverse marktomstandigheden. Dit is
een maatstaf die belangrijk is voor beleggers die de
kansen op verlies zo laag mogelijk willen houden en
die minder geïnteresseerd zijn in de absolute hoogte
van het rendement. De Lipper-score wordt berekend
door de mate waarin een fonds verliezen weet te
vermijden af te zetten tegen andere fondsen in
dezelfde asset-class. De beste 20% over 3, 5 en 10
jaar krijgen de titel Lipper Leader over die periode.
Op basis van een gewogen gemiddelde van de score
in de drie periodes berekent Lipper ook een overall
score voor vermogensbehoud.
I E X
Totaal rendement
Consistentie
Vermogensbehoud
3 jaar
5 jaar
10 jaar
overall
3
3
4
3
3
4
3
2
4
3
3
4
Mixfondsen wereldwijd – conservatief
Sivek Global Low
Aandelen Verenigd Koninkrijk (UK)
SEI SGMF UK Equity GBP
Sectorfondsen Niet-cyclische Comsumptiegoederen
StreetTRACKS MSCI Europe Consumer Staples ETF
ING (L) Invest European Food & Beverages
Aandelen wereldwijd
Rorento
Jyske Invest Income Strategy
Q 1 / 0 8
De turbulentie op de beurzen heeft de Lipper
Leader-rankings flink door elkaar geschud
eder kwartaal presenteren wij u de belangrijkste verschuivingen in de Leader-categorieën. Daar moeten we
noodgedwongen selectief in zijn, want de turbulentie
van deze herfst en nazomer heeft de fondsenmarkt flink
door elkaar gehusseld. Alleen al op het criterium ‘totaalrendement’ mogen meer dan tweehonderd nieuwe fondsen zich sinds het derde kwartaal ‘Leader’ noemen. En
moesten dus ook meer dan tweehonderd fondsen die titel afstaan. Ook op het gebied van consistentie was het
Lipper Leader-huis een complete duiventil met meer dan
tweehonderd promoties en degradaties.
Dexia Index EMU
SEI SGMF European ex UK Equity
MLGSP European Large Cap Core
Fidelity Inst Select European Equity
Fidelity Inst Pan-European
Wat is de score?
Fondsenrevolutie
I
Nagel Institutional Invest Equity Selection
Aandelen België
P r o f s
Lipper Leaders op het gebied van totaal rendement
hebben superieure rendementen geboekt vergeleken
met een groep van soortgelijke fondsen. Het is een
maatstaf die het best geschikt is voor beleggers die
het risico niet schuwen en op zoek zijn naar fondsen
met de beste rendementen in het verleden. Waar
deze maatstaf niet echt naar kijkt, is het risico op
koersverlies.
Om deze score te berekenen wordt het totale rendement in verschillende perioden (3, 5 en 10 jaar) van
een fonds afgezet tegen dat van soortgelijke fondsen. De beste 20% krijgt de status Lipper Leader.
Op basis van een gewogen gemiddelde van de score
in de drie periodes berekent Lipper ook een overall
score voor Total Return.
Twintig beleggingsfondsen vormen gezamenlijk
de absolute top. Ze zijn, gemeten over drie jaar,
Lipper Leader in vier verschillende categorieën:
totaalrendement, consistentie van het
rendement, kosten en vermogensbehoud.
jaar? Is het kostenniveau ten opzichte van de concurrentie verbeterd door de jaren heen? Wie is er op korte termijn
vooral goed in totaal rendement èn vermogensbehoud?
Voorbeeld? Laten we eens kijken naar een paar van de populairste Nederlandse aandelenfondsen en zien hoe die
scoren. Gemeten naar puur rendement behoren Fortis
Obam en het Delta Deelnemingen Fonds tot de top in hun
categorie. Het Postbank Aandelenfonds bevindt zich op
dat gebied in de middenmoot. Fortis Obam boekt die rendementen ook nog eens met een voorbeeldige consistentie, iets waar het fonds van Delta Lloyd, dat in Nederlandse
small- en midcaps belegt, net wat meer moeite mee heeft.
Een belegger die meer geïnteresseerd is in vermogensbe-
Totaal rendement
De eredivisie
Aandelen Europa
Lipper Leaders
Lipper Leaders
Petercam Equities Belgium
Obligaties wereldwijd
Obligaties Europa
Petercam Bonds EUR
Ikano European Bond
MLGSP Euro Short Term
Aberdeen GlobalSpectrum Euro Corporate Bond
Petercam L Bonds EUR Quality
Aberdeen GlobalSpectrum Euro Bond
Dexia Allocation Belgian Bonds
I E X
Op zich is het wel interessant om te kijken wie zich de laatste maanden het meest heeft onderscheiden op het thema ‘vermogensbehoud’. Nu zelfs obligatiefondsen moeite
hebben om geen water te maken, zijn beleggers verwoed
op zoek naar andere veilige havens. Zo’n 150 fondsen die
zich trots Lipper Leader op het gebied van vermogensbehoud mochten noemen vielen in het derde kwartaal door
de mand en moesten het een (of meer) divisies lager zoeken. Omdat de bovenste 20% van het universum zich Leader mag noemen, kwamen er dus ook weer 150 fondsen bij
in die topcategorie.
Q1
P r o f s
Q 1 / 0 8
Beleggingsfondsen
28
Totaalrendement
Nieuwe Leaders
Lipper Leaders
Kosten
Aandelen emerging markets
Natixis Emerging Europe
Fortis L Equity Best Selection Asia
Fortis L Equity World Emerging Instl
Gartmore SICAV Emerging Markets
Jyske Invest Emerging Market Equities
Pioneer Funds Emerging Markets Equity
Schroder ISF Emerging Markets
ING (L) Invest Latin America
Lipper Leaders op het gebied van kosten zijn
fondsen die met succes hun kostenniveau binnen
het fonds en bij aan- en verkoop hebben weten
te minimaliseren vergeleken met een groep van
soortgelijke fondsen. Samen met bijvoorbeeld de
Totaalrendement-score kunnen met deze maatstaf
fondsen worden gevonden die bovengemiddelde
resultaten combineren met lager dan gemiddelde
kosten.
De Lipper-score wordt berekend door het complete
kostenniveau (total expenses) van een fonds af te
zetten tegen het gemiddelde van de peer group. De
beste 20% over 3, 5 en 10 jaar krijgen de titel Lipper
Leader over die periode. Op basis van een gewogen
gemiddelde van de score in de drie periodes berekent Lipper ook een overall score voor kosten.
Aandelen wereldwijd
Allianz Holland Wereld Fonds
Allianz RCM Global Sustainability
Fidelity Inst Select Global Equities
Fortis L Strategy High Growth World
Franklin Global Growth
Franklin Templeton Global Growth&Value
KBC Equity Generation
Aandelen Europa
AXA WF European Opportunities
Fidelity Funds - European Growth
Fidelity Inst Select European Equity
Goldman Sachs Europe Portfolio
Jyske Invest European Equities
Mellon Pan European Equity
MLIIF European Fund
MLIIF European Growth Fund
Parvest Europe Growth
WinFund European Equity Portfolio
AXA Rosenberg Europe Ex UK Equity Alpha
Gartmore SICAV Continental European
MLIIF Continental European Flexible Fund
Achmea Euro Aandelenfonds
Centraal Beheer Achmea Euro fonds
MLIIF Euro-Markets Fund
Vermogensbehoud
Nieuwe Leaders
Aandelen wereldwijd
Lipper Leaders
Consistent rendement
Lipper Leaders op het gebied van consistentie
laten superieure rendementen zien wanneer er
wordt gecorrigeerd voor risico. Voor beleggers die
consequente prestaties van een fonds belangrijker
vonden dan de absolute hoogte van het rendement is
dit een nuttige maatstaf. Om de scores te berekenen
corrigeert Lipper de rendementen van de fondsen met
de volatiliteit, gerelateerd aan soortgelijke fondsen.
Er worden scores berekend over een periode van 3, 5
en 10 jaar. Op basis van een gewogen gemiddelde van
de score in de drie periodes berekent Lipper ook een
overall score voor consistentie.
I E X
ABN AMRO Model Fund 6
ABN AMRO Sustainable Global Equity
Allianz RCM Global Equity
Aviva Morley Global Equity Focus
CIF Global Equity
Dexia Equities L World
Dexia Equities L World Welfare
Dexia Sustainable World
Fidelity Funds - Inst Global Focus
Fidelity Inst Select Global Equities
Fortis L Equity World Instl
Franklin Global Growth
Ikano Global Equity
ING (L) Invest Sustainable Growth
ING Dynamic Mix V
KBC Equity Generation
KBC Equity Global
Legg Mason Global Equity
MFS Meridian Funds Global Equity
Morgan Stanley Global Brands
Pioneer Funds Global Equity
Pioneer Funds Global Ethical Equity
Robeco Global Equities
Sarasin Sustainable Equity - Global
UBS (Lux) Equity Fund - Eco Performance
Vanguard Global Stock Index
WinFund International Diversified PF
P r o f s
Q 1 / 0 8
Opinie
31
130/30 is een modegril
U wordt vast ook bedolven onder aankondigingen van de start van nieuwe
130/30-fondsen. Eerlijk gezegd denk ik niet dat deze fondsen het op lange termijn
gaan redden. Dat neemt niet weg dat de opkomst van deze fondsen toch een
positief verschijnsel is. door Mark Baak
E
en 130/30-fonds is ergens een soort
hedge fund, maar dan wel eentje met
een strikt mandaat. Positief aan de opkomst van deze fondsen is dat ze een
steeds groter beleggend publiek bekend maken
met hedge-technieken. Voor wie nog niet weet
hoe dit soort fondsen werken: voor iedere 100
euro die een belegger inlegt, wordt er voor 130
euro long belegd (dus aandelen gekocht) en voor 30
euro short belegd (aandelen
verkocht). De netto positie
van het fonds wordt hierdoor op 100% long gehouden. Eigenlijk zijn 130/30fondsen dus een soort long
only plus-beleggingen. Het
idee hierachter is dat de manager van het
fonds meer mogelijkheden heeft om actief te
beleggen.
managers die wèl toegevoegde waarde leveren.
Het invoeren van een performancegerelateerde vergoeding lijkt me bij zo’n fonds dan ook
op zijn plaats.
Hé, het is een hedge fund
Wat houden we dan over? Een fonds met een
flexibel mandaat waarbij de manager beloond
Meer vrijheidsgraden
moeten in theorie betere
beleggingen opleveren
Waarom niet 150/50?
Wie kiest voor 130/30-fondsen doet dat omdat hij van mening is dat de manager van het
fonds zijn extra vrijheidsgraden om zal zetten
in een betere belegging. Maar als u inderdaad
vindt dat die extra vrijheidsgraden zorgen voor
een betere belegging, waarom beperkt u zich
dan tot de strikte verhouding 130 long en 30
short? De bruto (160) en netto (100) exposure
liggen hiermee immers altijd vast. Dat ontneemt de fondsmanager de mogelijkheid om
waarde toe te voegen door de bruto of netto exposure aan te passen aan de marktomstandigheden.
wordt op basis van behaalde (out)performance.
De belegger zal verder graag zien dat de manager zijn beleid zo inricht dat hij streeft naar absolute returns. Zijn we dan niet heel dicht bij de
kenmerken van een klassiek hedge fund aangekomen, als verbeterde versie van een 130/30fonds?
Ik denk dat het die kant op gaat en dat
130/30-fondsen slechts een tussenstap en
een modegril zijn. De vrijheidsgraden van
130/30-fondsen zijn simpelweg nog te beperkt
om dit fondstype een overlevingskans te bieden. Vrees dus niet: er komt zo goed als zeker
een eind aan die stroom 130/30-aankondigingen in uw inbox. Q1
Maar goed, het is een eerste stap in de goede
richting. Meer vrijheidsgraden moeten in theorie betere beleggingen opleveren. Niet iedere manager zal om kunnen gaan met die extra vrijheid en u betaalt natuurlijk alleen voor
I E X
P r o f s
Q 1 / 0 8
Beleggingsfondsen
33
Top 400
Beleggingsfondsen
In het derde kwartaal van 2007 kwam er een eind aan de relatieve rust op
de westerse beurzen. Dat had nogal wat gevolgen voor de prestaties van
beleggingsfondsen. In samenwerking met dataleverancier Lipper stelde IEX Profs een
overzicht samen van de 400 beste fondsen in maar liefst 50 sectoren. De fondsen
zijn gerangschikt op hun rendementen in 2007 tot en met het derde kwartaal.
Daarnaast staan de – vaak extreem uiteenlopende – resultaten in de twee maanden
daarna weergegeven, plus de cijfers over één, drie en vijf jaar.
Aandelen Nederland
2007 t/m Q3
NN Nederland Fonds
RVS Aandelen Fonds
ING Bank Dutch Polis
Teslin Midlin
ING (L) Invest Dutch Equity
TU Holland Fonds
Postbank Nederlandfonds
Delta Lloyd Nederland
AEGON Index Plus Fund
Levob AEX+ fonds
StreetTRACKS AEX Index ETF
Allianz Holland Fund
AEGON Equity Holland Fund
Allianz Aandelen Fonds
iShares AEX
FBTO Nederland Aandelenfonds
Centraal Beheer Achmea Nederland fonds
AXA Aandelen Nederland
Avero Achmea Nederland Aandelenfonds
Dexia Equities L Netherlands
12
maanden
Q4 t/m 30 november
13,2
13,2
13,1
13,0
12,7
12,6
12,4
12,1
12,1
12,0
12,0
11,8
11,7
11,7
11,6
11,4
11,4
11,0
10,8
10,8
-5,2
-5,2
-5,2
-3,7
-5,9
-5,3
-5,3
-6,3
-5,7
-7,4
-7,7
-11,0
-6,9
-6,9
-5,9
-7,3
-7,3
-6,4
-7,5
-7,7
3 jaar
11,2
11,2
11,1
11,2
10,3
10,4
10,2
9,5
9,6
6,8
7,1
3,6
8,5
8,3
8,9
6,3
6,3
7,6
5,6
6,1
5 jaar
68,3
68,3
67,4
67,7
60,2
64,6
64,2
67,5
66,0
60,1
60,6
56,7
72,1
65,3
55,1
63,3
61,0
81,4
65,2
55,1
60,0
57,8
76,7
56,9
57,7
57,7
59,6
54,5
55,9
52,7
52,8
59,1
47,4
51,2
Aandelen Nederland small- & midcap
2007 t/m Q3
Delta Deelnemingen Fonds
Orange
Teslin Darlin
Teslin Todlin
Orange Oranje Participaties
ABN AMRO Small Companies Netherlands
Triodos Cultuurfonds
13,0
10,5
10,3
8,7
4,4
3,6
-1,8
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-4,4
-10,2
-13,5
-6,4
-11,1
-12,0
1,7
Q 1 / 0 8
14,2
4,5
-1,1
9,3
-2,6
-3,4
-0,6
3 jaar
5 jaar
110,4
106,8
76,0
82,0
82,0
91,8
318,7
201,1
185,7
167,5
230,3
227,2
Beleggingsfondsen
Beleggingsfondsen
34
35
Aandelen wereldwijd
Aandelen Europa
2007 t/m Q3
Allianz-dit Global EcoTrends
Fortis OBAM
DWS Invest New Resources
Fortis L Equity Environmental Sustainability World
Artemis Intl Global Equity
DWS Invest Sustainability
Carmignac Investissement
ING Global Growth
DWS Invest Global Equities
Sarasin OekoSar Equity - Global
SKAGEN Global
OHRA Aandelen Fonds
CAAM Funds Global Resources & Industry
Janus Global Research A USD
Franklin Global Growth
Jyske Invest Aggressive Strategy
Petercam Equities World
Fidelity Inst Global Focus
KBC Equity Generation
Credit Suisse Equity (Lux) Global Security
12
maanden
Q4 t/m 30 november
35,5
32,2
22,2
20,3
18,0
17,6
17,2
16,2
16,0
15,8
15,1
14,9
14,7
14,4
13,5
12,5
10,7
10,2
10,2
10,0
7,4
-1,7
1,6
1,1
-4,1
-3,3
0,5
-0,7
-1,4
-2,8
-2,9
-1,1
-3,5
-2,5
-4,8
-4,2
-3,0
-1,7
-2,4
-2,3
3 jaar
52,0
34,4
29,1
26,7
5 jaar
118,1
16,9
19,4
17,9
18,6
17,7
16,5
16,1
12,2
12,5
13,0
12,3
10,5
10,1
10,5
8,1
134,4
34,9
96,3
68,8
58,9
43,0
141,1
72,5
68,2
95,7
52,6
227,4
42,5
53,6
87,9
58,0
50,1
46,4
46,1
94,1
58,9
46,5
Aandelen wereldwijd exclusief VS
2007 t/m Q3
JPM Global ex-US Select Small Cap A Acc EUR
MFS Meridian Funds Research InternationalUSD
Putnam International (Non US Core) Equity Fund
Calvert International Equity Fund
Dexia Quant Equities World ex-USA
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-4,1
-2,9
-6,1
-7,7
-6,1
3 jaar
17,2
4,8
0,3
-3,0
-3,1
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
27,2
9,6
8,6
8,1
7,1
4,1
4,1
3,8
3,5
1,1
I E X
19,3
13,7
13,6
13,0
12,2
11,8
11,8
11,5
11,1
11,0
11,0
11,0
11,0
10,9
10,7
10,4
10,1
10,1
10,0
10,0
6,3
-8,0
-2,9
-3,4
-0,4
-5,4
-6,6
-3,4
-6,9
-13,2
Q 1 / 0 8
33,2
4,4
8,1
8,1
11,3
1,9
1,1
5,7
-0,1
-7,4
2007 t/m Q3
5 jaar
93,5
133,8
42,1
39,4
38,6
47,4
Aandelen wereldwijd small- & midcap
OHRA Milieutechnologie Fonds
IdB Multi Manager Emerging Companies
MLIIF Global Opportunities Fund A2 USD
MLIIF Global SmallCap Fund USD
OekoWorld OekoVision Classic
Schroder ISF Global Smaller Companies
INVESCO Global Small Cap Equity USD
KBC Equity New Shares
Franklin Global Small-Mid Cap Growth
Templeton Global Smaller Companies USD
Petercam L Equities Europe Triton
Fidelity Funds - European Aggressive
Dexia Equities B EMU Growth
MLGSP European Large Cap Core
MLIIF Euro-Markets Fund
Robeco European Opportunities
Nordea 1 European Equity Fund
iShares DJ Euro STOXX Growth
Pioneer Funds Euroland Equity
DWS Invest European Equities
Allianz Europees Fonds
MLIIF European Focus Fund
DWS Invest Top Europe
Allianz Holland Europe Fund
iShares DJ Euro STOXX Value
WP Stewart Europe
HSBC GIF Euroland Equity AC EUR
iShares FTSEurofirst 80
Achmea Euro Aandelenfonds
GAM Star Continental European Equity GBP Acc
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-7,0
0,1
-0,2
-0,5
-0,7
-7,2
-1,9
2,6
-1,1
-0,4
-2,1
-1,8
-1,3
-2,1
-0,4
-3,4
-1,0
0,6
-2,5
-0,7
3 jaar
18,1
15,9
17,1
17,5
15,3
7,8
12,5
18,2
14,3
16,4
13,3
13,5
14,6
13,2
14,8
11,2
14,2
14,5
10,5
14,5
5 jaar
88,6
147,0
80,8
70,5
93,5
56,5
58,7
63,8
94,6
62,6
82,8
106,1
73,0
67,0
65,3
85,0
80,3
39,7
68,9
67,7
65,3
77,8
36,4
91,2
105,3
110,9
Aandelen Noord-Amerika
15,9
4,4
3,5
1,6
-0,8
2007 t/m Q3
2007 t/m Q3
3 jaar
5 jaar
116,7
44,5
44,0
44,3
65,9
111,5
87,4
83,2
69,6
97,1
42,8
74,3
43,9
27,6
71,6
112,6
64,0
61,6
Janus US All Cap Growth USD
Franklin US Opportunities USD
Janus US Twenty USD
ABN AMRO Columbia Securities
Legg Mason Growth USD
Henderson HF American Equity USD
Pictet F (LUX)-US Eq Selection
Gartmore SICAV US Opportunities EUR
Morgan Stanley US Equity Growth USD
Dexia Equities L Nasdaq
ABN AMRO US Opportunities USD
KBC Equity Nasdaq
Threadneedle American Select
UBS (Lux) Equity Sicav - USA Growth
ABN AMRO US Equity Growth USD
MLGSP North American Large Cap Growth USD
RIC II US Growth
Loomis Sayles US Large Cap Growth (USD)
Lehman Brothers US Large Cap Growth USD
INVESCO US Growth Equity
I E X
13,7
13,2
12,9
12,5
11,1
11,0
10,9
10,5
10,5
9,2
9,1
9,0
9,0
8,2
8,1
6,5
6,3
6,0
5,9
5,8
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-1,8
-5,5
1,4
0,7
-5,7
-1,7
-0,6
-4,4
-2,7
-3,2
0,1
-3,5
-5,1
-3,2
0,2
-0,7
-4,1
-1,2
-0,6
-4,7
Q 1 / 0 8
12,9
6,7
14,7
12,4
5,5
10,7
10,3
5,6
6,8
4,1
8,8
3,7
3,0
4,6
9,4
6,2
2,6
4,9
6,3
1,8
3 jaar
5 jaar
36,6
31,4
47,7
51,1
14,4
36,5
26,7
42,2
38,7
58,7
26,5
16,3
31,0
15,6
16,7
15,8
15,3
32,0
28,5
25,9
8,6
17,7
13,5
18,0
24,1
17,3
-0,5
4,3
11,9
15,0
Beleggingsfondsen
Beleggingsfondsen
36
37
Aandelen Europa small & midcaps
2007 t/m Q3
Petercam Equities European Small & Midcaps
Dexia Equities B EMU Small Caps
DWS Invest European Small/Mid Cap
JPM Europe Micro Cap
Threadneedle Pan European Smaller Companies
HSBC GIF Euroland Equity Smaller Cos
DWS Provesta
Fidelity Funds - European Smaller Cos
AXA WF Europe MicroCap
JPM Europe Dynamic Small Cap
Aandelen Verre Oosten exclusief Japan
12
maanden
Q4 t/m 30 november
14,8
12,7
11,9
11,2
11,0
9,7
9,6
9,5
8,8
8,8
-7,0
-9,2
-2,6
-11,3
-4,0
-8,6
-8,4
-4,8
-5,7
-6,1
3 jaar
13,3
9,1
15,7
6,0
13,5
7,2
5,9
11,6
10,3
9,2
5 jaar
105,0
84,3
77,2
84,2
2007 t/m Q3
235,8
134,5
163,3
Aandelen Noord-Amerika small- & midcaps
2007 t/m Q3
SGAM Fund Equities US Mid Cap Growth
Lehman Brothers US Small Cap Growth USD
Goldman Sachs US Growth Opps Pf Base Curr USD
Threadneedle American Smaller Companies
MLGSP North American Mid Cap GrowthUSD
WIP US Aggressive Growth Fd USD
Franklin US Small-Mid Cap Growth
Janus US Venture USD
MLGSP North American Small Cap Growth USD
JPM US Small Cap Growth USD
12
maanden
-4,2
-2,5
-7,7
-7,6
-9,0
-6,0
-9,4
-2,8
-7,8
-8,4
3 jaar
11,6
10,8
3,1
3,8
1,4
1,2
-2,7
5,4
-2,3
-1,6
5 jaar
2007 t/m Q3
31,0
46,1
20,6
30,3
25,0
35,4
19,2
49,7
14,1
21,7
21,6
37,7
45,3
25,5
75,3
32,8
Aandelen Verre Oosten
12
maanden
Q4 t/m 30 november
28,3
26,6
22,9
19,6
19,1
18,7
18,6
17,5
15,4
13,8
-5,8
-4,4
-2,1
-2,3
-2,6
-2,3
-3,6
-5,0
-1,2
-4,2
3 jaar
2007 t/m Q3
I E X
59,9
50,5
52,1
50,3
43,7
44,8
37,9
40,0
41,7
43,8
Credit Suisse Systematic Alpha (Lux) Eq Japan
SGAM AI Equisys Fund Japan
Franklin Templeton Japan JPY
Investec Japan Net GBP
Morgan Stanley Japanese Value Equity JPY
Schroder ISF Japanese Equity Alpha
JF Japan Alpha Plus USD
HSBC GIF Japanese Equity JPY
Parvest Japan
Principal GI Japanese Equity Investor
AIG Japan New Horizon
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-6,7
-6,0
-11,9
-8,7
-4,5
-8,2
-7,2
-7,1
-5,5
-7,5
-7,2
0,7
-0,2
-0,9
-1,1
-2,8
-3,4
-3,8
-4,2
-4,6
-4,6
5 jaar
2007 t/m Q3
22,8
29,7
25,7
21,3
21,2
21,7
18,4
14,7
19,3
14,8
89,9
102,4
130,4
85,5
83,1
50,7
84,6
69,6
107,4
39,8
39,1
36,4
29,6
26,2
12,9
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-8,8
-7,1
-7,1
-6,4
-7,9
-5,1
Q 1 / 0 8
32,5
37,6
29,6
25,0
19,8
10,2
AXA Rosenberg Japan Small Cap Alpha JPY
LODH Invest - Japanese Small & Mid Caps
Martin Currie GF Japan Mid-Cap JPY
Schroder ISF Japanese Smaller Companies
Pictet F (LUX)-Japanese Mid-Small Cap
107,5
142,3
164,6
142,4
228,2
202,7
165,4
111,0
124,8
130,9
139,4
3 jaar
-5,1
-9,4
-5,7
-2,3
-10,5
-8,6
-7,7
-7,0
-8,4
-7,8
3 jaar
5 jaar
106,1
118,4
117,6
269,1
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-7,1
-8,5
-10,2
-12,5
-12,6
5 jaar
1,1
24,1
28,9
10,6
17,7
23,5
22,1
27,4
33,6
32,6
36,4
43,6
42,4
52,3
-9,5
-5,5
-5,6
-7,3
-5,4
3 jaar
-14,9
-13,8
-14,4
-18,0
-15,4
5 jaar
5,9
7,8
15,2
-6,4
12,7
62,3
33,5
22,9
Aandelen China
2007 t/m Q3
Aandelen Verre Oosten small- & midcaps
HSBC GIF Asia ex Japan Equity Smaller Cos USD
INVESCO Asia Opportunities Equity
AXA Rosenberg Pacific Ex Japan Sm Cap AlphaUSD
DWS Invest Asian Small/Mid Cap
Schroder ISF Asian Smaller Companies
Aberdeen Global-Asian Smaller Companies
-3,2
-1,2
-2,2
0,2
-1,1
-1,2
-6,5
-2,9
-1,7
0,1
5 jaar
Aandelen Japan small & midcaps
2007 t/m Q3
Magna Asia EUR
CAAM Funds Asia Pacific Renaissance (USD)
DWS Invest Top 50 Asia
ABN AMRO Asia Pacific High Income Equity
Allianz Holland Pacific Fund
SGAM Fund Equities Asia Pacific Rim
Fidelity Funds - Asia Pacific Growth & Inc
Finles Lotus Fonds
Fidelity Funds - Pacific
iShares DJ Asia/Pacific Select Dividend
52,6
46,6
46,3
42,2
40,4
39,5
38,5
37,9
37,6
37,5
3 jaar
Aandelen Japan
Q4 t/m 30 november
16,8
13,5
12,1
11,1
10,9
8,2
7,9
7,1
5,9
5,4
MLGSP Asia Ex Japan Equity USD
Templeton Asian Growth USD
Fidelity Funds - South East Asia
CAAM Funds Asian Growth (USD)
JF Asia Alpha Plus USD
Investec Asia ex Japan Net
INVESCO Newly Industrialised Countries USD
Allianz RCM Asia Pacific EUR
Fortis L Equity Asia Cap
Threadneedle Asia
12
maanden
Q4 t/m 30 november
Robeco Chinese Equities EUR
Schroder ISF China Opportunities
INVESCO PRC Equity USD
Jyske Invest Chinese Equities
UBS (Lux) Equity Fund - Greater China
Dexia Equities B Red Chips
SGAM Fund Equities China
JF China USD
Martin Currie GF Greater China
ABN AMRO China Equity USD
70,7
70,3
64,6
63,9
62,0
59,1
58,8
58,1
57,7
55,5
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-4,0
-0,7
-3,9
-3,6
-2,8
-4,6
-4,3
-1,2
-4,7
-4,2
Q 1 / 0 8
82,9
95,2
77,8
83,0
76,9
75,1
73,2
82,9
65,7
75,3
3 jaar
5 jaar
212,1
311,7
218,4
231,3
193,7
383,8
206,8
223,8
133,8
217,6
240,6
325,8
357,5
340,8
Beleggingsfondsen
38
Aandelen India
2007 t/m Q3
Himalayan Fund
CAAM Funds India
AIG Global Funds - AIG India Equity
INVESCO India Equity
DWS India
12
maanden
Q4 t/m 30 november
36,5
36,5
31,1
29,6
29,5
17,7
13,7
13,7
13,3
7,9
3 jaar
5 jaar
57,5
57,1
53,6
235,5
409,7
42,9
196,9
379,9
Aandelen emerging markets wereldwijd
2007 t/m Q3
Robeco Emerging Stars Equities EUR
Goldman Sachs BRICs Portfolio Base USD
Jyske Invest Emerging Market Equities
Schroder ISF BRIC
JPM Emerging Markets Value USD
Allianz RCM BRIC Equity EUR
KBC Equity Bric
DWS Invest BRIC Plus
Gartmore SICAV Emerging Markets EUR
Pioneer Funds Emerging Markets Equity E
12
maanden
Q4 t/m 30 november
41,6
37,9
35,4
34,3
33,7
32,3
31,1
31,0
30,3
28,9
-1,0
2,5
2,9
2,5
-1,5
5,3
3,7
4,0
-0,9
0,8
3 jaar
47,1
53,0
46,6
50,4
36,2
50,6
47,0
47,0
36,9
36,9
5 jaar
154,7
237,9
121,1
190,2
144,8
151,8
240,4
233,6
Aandelen emerging markets Europa
2007 t/m Q3
Fortis L Equity Turkey
Jyske Invest Turkish Equities
KBC Equity Turkey
East Capital Turkish
Magna Turkey EUR
East Capital Balkan
Petercam Equities European Convergence
JPM Eastern Europe Equity EUR
UBS (Lux) Equity Fund - Central Europe
Morgan Stanley Emer Eur, Mid East&Nth Af Eq
12
maanden
Q4 t/m 30 november
50,9
46,3
45,8
43,2
41,0
39,2
21,3
20,6
17,3
16,1
-2,4
-5,2
-3,6
-3,2
-3,5
-7,6
0,5
5,0
0,3
6,4
3 jaar
55,4
49,7
48,4
43,8
42,4
37,0
31,4
35,1
22,4
34,2
5 jaar
178,2
178,8
124,8
171,9
322,1
256,0
318,2
Aandelen emerging markets Latijns Amerika
2007 t/m Q3
CAAM Funds Latin America Equities (USD)
Gartmore SICAV Latin American EUR
JPM Latin America Equity USD
Credit Suisse Equity (Lux) Latin America
Jyske Invest Latin American Equities
35,1
31,0
30,7
30,5
29,8
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
0,8
-1,6
0,9
-0,1
-2,0
Q 1 / 0 8
47,4
39,6
42,2
39,2
39,4
3 jaar
5 jaar
236,8
214,5
226,6
206,3
202,2
486,8
437,2
379,1
378,3
Beleggingsfondsen
40
Aandelen emerging markets Verre Oosten
2007 t/m Q3
Fortis L Equity Best Selection Asia
Absolute Asia AM Emerging Asia Fd (USD)
Sarasin EmergingSar-Asia
Schroder ISF Emerging Asia
Fidelity Funds - ASEAN
INVESCO ASEAN Equity USD
12
maanden
Q4 t/m 30 november
38,0
27,0
22,5
21,1
20,4
18,8
-0,2
-2,9
-3,9
-1,6
2,5
-3,0
3 jaar
45,9
28,9
23,1
23,0
27,9
21,5
5 jaar
133,6
102,3
96,2
110,8
94,9
77,5
164,0
136,3
167,4
140,8
118,5
Sectorfondsen Banken & Financials
2007 t/m Q3
EasyETF Euro Insurance
KBC Equity Asset Management
Davis Financial
ING (L) Invest European Banking & Insurance
Fidelity Funds - Financial Services
12
maanden
Q4 t/m 30 november
2,0
-0,7
-2,6
-3,6
-3,6
-10,1
-0,8
-7,8
-5,5
-7,1
3 jaar
-3,7
4,4
-6,1
-5,2
-7,4
5 jaar
54,2
59,1
16,9
39,4
46,7
59,9
68,1
20,9
52,1
54,3
Sectorfondsen Biotechnologie
2007 t/m Q3
Pictet F (LUX)-Biotech
OHRA Medical Technology Fonds
UBS (Lux) Equity Fund - Biotech
JPM Global Life Sciences USD
Fortis L Equity Biotechnology World
12
maanden
Q4 t/m 30 november
9,4
6,2
1,9
0,9
0,6
0,1
-5,8
-3,0
-4,0
-5,0
3 jaar
10,7
2,2
-3,5
-6,1
-5,1
5 jaar
49,3
13,2
10,5
2,5
18,6
61,9
30,3
-3,8
-4,5
33,1
Sectorfondsen Gezondheid & Farmacie
2007 t/m Q3
MLIIF World Healthscience FundUSD
Janus Global Life Sciences USD
LODH Invest - Healthcare Expertise
KBC Equity Pharma Growth
Threadneedle Global Healthcare
12
maanden
Q4 t/m 30 november
8,3
6,9
6,4
2,1
2,0
0,1
1,5
2,5
-0,7
-3,1
3 jaar
10,1
6,1
9,7
3,7
-0,5
5 jaar
29,4
23,4
31,5
18,6
25,1
18,7
19,2
9,0
19,0
18,9
Sectorfondsen Grondstoffen
2007 t/m Q3
MLIIF World Mining Fund USD
JPM Global Natural Resources
Carmignac Portfolio Commodities
ING Basic Materials
Baring Global Resources USD
48,7
31,6
31,5
31,3
28,2
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
0,8
-2,4
-2,8
-1,2
-0,4
Q 1 / 0 8
54,3
31,4
28,9
35,1
34,0
3 jaar
5 jaar
207,0
369,8
140,9
92,1
135,5
197,1
Beleggingsfondsen
Beleggingsfondsen
42
43
Commodityfondsen
2007 t/m Q3
Sectorfondsen Industrie Algemeen
2007 t/m Q3
Fidelity Funds - Industrials
Dexia Equities B European Industrials
Dexia Equities L Europe Indust & Transp Sect
StreetTRACKS MSCI Europe Industrials ETF
Fortis L Equity Industrials Europe
12
maanden
Q4 t/m 30 november
16,4
14,3
13,8
11,5
10,5
-1,8
-2,7
-2,6
-0,7
-2,9
3 jaar
18,0
18,1
17,8
17,7
13,7
5 jaar
94,4
102,5
101,2
95,4
81,5
131,4
142,6
142,1
153,3
133,6
Sectorfondsen IT & Telecom
12
maanden
Q4 t/m 30 november
23,5
20,6
19,4
17,0
15,9
15,2
14,7
14,2
14,0
14,0
-5,3
-2,4
1,9
-1,4
-2,9
-0,1
-3,5
-12,4
5,9
-0,9
3 jaar
20,6
17,4
28,2
17,6
16,3
21,6
11,4
3,9
26,7
21,5
5 jaar
45,3
43,4
70,2
71,9
33,3
79,3
35,5
24,6
46,8
77,4
34,5
33,3
80,1
61,7
50,1
83,7
37,5
21,3
72,2
121,8
Sectorfondsen Nutsbedrijven & Energie
2007 t/m Q3
OHRA New Energy Fonds
KBC Eco Alternative Energy
MLIIF New Energy Fund USD
AXA WF Junior Energy EUR
Credit Suisse Equity (Lux) Future Energy EUR
12
maanden
Q4 t/m 30 november
34,3
26,6
24,2
20,5
17,2
10,8
10,9
8,4
-0,3
4,0
3 jaar
50,7
43,4
38,8
23,3
24,0
5 jaar
114,1
145,8
124,0
118,0
175,6
167,1
2007 t/m Q3
4,2
0,4
0,0
-1,5
-2,0
-2,2
-3,5
-3,7
-3,9
-4,0
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-11,0
-8,3
-6,7
-7,5
-8,7
-9,0
-9,0
-10,4
-7,8
-9,3
Q 1 / 0 8
-4,3
-5,3
-2,8
-6,1
-7,6
-7,4
-8,7
-11,0
-8,3
-9,9
2007 t/m Q3
-10,7
4,0
-15,8
10,8
-2,0
8,3
5,1
3,3
11,4
0,4
3 jaar
5 jaar
3 jaar
5 jaar
36,9
29,9
-8,2
32,0
16,4
14,2
16,0
15,9
23,1
9,7
Jyske Invest Growth Strategy
Ikano All Seasons
Comgest Monde
Petercam L Balanced High Risk
ABN AMRO MMF Dynamic Profile
3 jaar
5 jaar
23,2
65,2
158,6
13,5
7,9
6,8
6,5
5,9
114,3
83,1
59,4
121,4
-2,0
0,4
-8,4
-5,4
-2,2
15,7
10,1
0,8
3,6
5,7
87,6
94,9
34,5
38,5
31,6
39,1
35,0
Mixfondsen wereldwijd – gebalanceerd
2007 t/m Q3
Jyske Invest Dynamic Strategy
Jyske Invest Balanced Strategy
Allianz Combinatie Fonds
OHRA Totaal Fonds
Petercam L Balanced Low Risk
12
maanden
Q4 t/m 30 november
10,2
7,2
6,3
5,8
5,0
-1,4
-0,4
-3,3
-0,2
0,3
3 jaar
11,9
8,9
4,5
6,2
7,2
5 jaar
48,0
32,9
25,3
29,5
54,4
37,8
29,6
Mixfondsen wereldwijd – conservatief
Franklin Templeton Strategic Income
Jyske Invest Stable Strategy
JPM Global Capital Preservation
Sivek Global Low
Fortis L Absolute Return Stability
12
maanden
Q4 t/m 30 november
4,6
4,1
3,7
3,6
2,8
-0,5
0,3
1,2
-0,8
-0,4
3 jaar
4,8
5,4
6,7
3,1
3,2
5 jaar
28,1
32,2
16,6
8,7
29,9
Mixfondsen Europa – agressief
2007 t/m Q3
56,1
47,2
12
maanden
Q4 t/m 30 november
2007 t/m Q3
Vastgoedfonden wereldwijd
Robeco Hoog Dividend Onroerend Goed
JPM Global Real Estate Securities EUR
NN Vastgoed Fonds
Sarasin Real Estate Equity - Global
AXA WF Aedificandi Global
Postbank Vastgoedfonds
ING Onroerend Goed Aandelen
JPM Global Real Estate Securities USD
Franklin Global Real Estate Euro
OHRA Onroerend Goed Fonds
58,4
24,7
20,3
19,9
19,5
19,1
17,1
16,8
16,8
16,3
Mixfondsen wereldwijd – agressief
2007 t/m Q3
EasyETF Euro Technology
LODH Invest - Infology
Jyske Invest Telecom Equities
JF Pacific Technology USD
OHRA Internet Fonds
Fidelity Funds - Telecommunications
Henderson HF Global Technology USD
StreetTRACKS MSCI Europe Information TechnologyETF
StreetTRACKS MSCI Europe Telecom Services ETF
UBS (Lux) Equity Fund - European Smaller Techno
ETFS Wheat
ETFS Soybeans
ETFS Copper
ETFS Soybean Oil
ETFS Grains
ETFS Heating Oil
ETFS Gasoline
UBS (Lux) - Rogers Int Commodity Index
ETFS Brent Oil
Robeco Commodities
12
maanden
Q4 t/m 30 november
Allianz Holland Selectie Fonds
Allianz Holland Euro Selectie Fonds
PIMCO GIS EuroStocksPLUS Total Return
Triodos Fair Share Fund
AEGON Europees Mix Fund
8,5
6,9
6,9
5,2
4,5
I E X
12
maanden
Q4 t/m 30 november
P r o f s
-1,2
-0,9
1,2
0,3
-1,2
Q 1 / 0 8
9,6
8,2
10,7
5,3
5,8
3 jaar
5 jaar
40,9
38,4
49,9
53,2
15,3
43,0
63,7
Beleggingsfondsen
Beleggingsfondsen
44
45
Obligaties emerging markets
2007 t/m Q3
Mixfondsen Europa – gebalanceerd
2007 t/m Q3
Fidelity Funds - Euro Balanced
Centraal Beheer Achmea Euro Mixfonds
Achmea Euro Mixfonds 50/50
FBTO Euro Mixfonds
Avero Achmea Euro Mixfonds
12
maanden
Q4 t/m 30 november
5,4
4,8
4,7
4,6
4,2
-0,5
-0,9
-0,9
-1,0
-1,1
3 jaar
7,0
4,8
4,8
4,7
4,0
5 jaar
40,1
32,9
32,8
29,6
30,4
61,1
48,7
49,1
45,4
43,9
Mixfondsen Europa – conservatief
2007 t/m Q3
NN Protected Mix Fonds 70
F&C HVB Stiftungsfonds
Dexia Sustainable European Balanced Low
KB Lux Diversified Securities - 25/75
AXA Portfolio
8,1
6,2
5,8
5,8
5,7
5,3
5,3
5,2
4,5
3,7
-0,6
2,5
-0,6
-0,9
1,7
0,2
0,6
-0,9
0,8
2,1
3 jaar
9,9
10,3
9,2
8,3
8,3
7,3
7,7
6,0
9,7
5 jaar
30,9
38,8
22,4
18,0
16,2
24,9
34,6
29,1
Obligaties Verre Oosten
12
maanden
Q4 t/m 30 november
7,1
3,4
1,9
1,7
1,6
Investec Emerging Markets Debt Inc Gross
KBC Bonds Central Europe
Jyske Invest Emerging Local Market Bonds
INVESCO Emerging Local Currencies Debt
Evli Ruble Debt
Fortis L Bond World Emerging Local
Credit Suisse Bond (Lux) Emerging Europe
KBC Renta Forintrenta
KBC Bonds Euro Candidates
Pioneer SF Slovak Short Term SKK
12
maanden
Q4 t/m 30 november
0,0
0,7
-0,5
-0,6
0,3
3 jaar
9,9
4,4
1,5
0,5
2,2
5 jaar
40,9
18,3
18,1
11,8
21,5
2007 t/m Q3
53,0
37,2
29,8
17,9
34,3
Obligaties wereldwijd
Templeton Asian Bond USD
Pictet F (LUX)-Asian Local Curr Debt
Schroder ISF Asian Bond
Credit Suisse Bond (Lux) Asia
ABN AMRO Asia Bond USD
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-1,2
-1,6
-2,0
-2,9
-4,4
-4,0
-2,3
-2,5
-0,3
-2,2
3 jaar
-2,8
-2,7
-4,6
-2,8
-5,1
5 jaar
4,3
0,0
8,6
-3,0
Obligaties dollar
2007 t/m Q3
DWS Invest Total Return Bonds
SKAGEN Tellus
ASN Novib Fonds
AXA WF Development Debt
Templeton Global Total Return USD
Threadneedle Absolute Return Bond Ret Gross Acc
DWS Invest Global Bonds LC
Jyske Invest Income Strategy
MLGSP Total Return Euro II S1 EUR
Templeton Global Bond Euro A Acc EUR
12
maanden
Q4 t/m 30 november
5,1
3,8
3,1
2,1
2,0
1,4
1,2
0,9
0,7
0,7
0,4
-2,5
0,5
0,7
-3,3
-0,6
0,5
0,8
-2,7
-1,0
3 jaar
6,1
2,0
3,7
3,0
0,3
0,7
1,1
1,6
-2,3
0,0
5 jaar
2007 t/m Q3
9,4
9,5
7,3
15,7
11,5
17,5
-0,2
10,6
0,3
5,5
-0,2
13,1
Obligaties Europa
Vanguard US Government Bd Index
DWS Invest USD Bonds
Nordea 1 Dollar Bond Fund
Credit Suisse Bond (Lux)
Parvest US Dollar Bond
PIMCO GIS Total Return Bond
Dexia Bonds USD Government C Cap
LODH Invest - Dollar Bloc Bond P A
UBS (Lux) Bond Sicav - USD Select B
Credit Suisse Portfolio (Lux) Fixed Inc (US$) B
12
maanden
Q4 t/m 30 november
-3,1
-3,1
-3,2
-3,2
-3,2
-3,2
-3,2
-3,4
-3,5
-3,6
0,2
-2,7
0,0
0,0
0,6
0,3
1,1
0,2
-0,4
-0,7
3 jaar
-3,1
-6,2
-3,4
-3,5
-3,1
-3,2
-2,6
-3,6
-3,9
-4,6
5 jaar
4,4
-0,9
2,7
2,5
2,9
4,4
4,2
3,0
1,1
-0,6
-16,3
-18,4
-16,9
-18,0
-18,8
-14,0
-17,3
-17,7
-16,2
Hedgefondsen
2007 t/m Q3
KBC Renta Nokrenta
Threadneedle Target Return Gross GBP
CAAM Funds European Bond
Pioneer Funds Euro Maturity Bond
Pioneer SF Vintage Euro Low
Pioneer Funds Euro Strategic Bond
MFS Meridian Funds Euro Reserve
Pioneer Funds Total Return Defensive
PIMCO GIS EuriborPLUS E
Credit Suisse Bond (Lux) Target Return (Euro) B
I E X
12
maanden
Q4 t/m 30 november
7,4
3,6
3,2
2,6
2,1
2,0
1,8
1,7
1,7
1,5
P r o f s
-4,1
1,7
0,1
0,7
0,7
-0,6
0,4
0,6
0,7
-1,6
Q 1 / 0 8
1,6
4,8
3,4
3,2
2,9
1,8
2,3
1,9
2,5
0,4
3 jaar
2007 t/m Q3
5 jaar
3,6
13,4
6,5
23,0
11,1
4,0
6,4
13,8
KB Lux Special Opps Long/Short Equity USD
Vermeer Mid Volatility
Attica Long/Short Selector
Prisma Plus Fonds
Theta Multistar Medium Volatility
Parworld Quam 10
ING Multi-Strategies Topaz
Attica Market Neutral Selector
ING Multi-Strategies Onyx
Permal Natural Resources USD
10,3
10,1
9,4
9,3
8,6
7,3
5,7
5,2
4,3
4,1
I E X
P r o f s
12
maanden
Q4 t/m 30 november
Q 1 / 0 8
3,0
3,7
3,7
16,8
16,7
16,4
3,0
0,5
1,8
1,3
1,2
1,6
14,5
9,4
9,1
7,0
6,3
6,3
3 jaar
5 jaar
41,1
57,4
87,2
39,8
21,7
10,3
15,9
36,8
49,1
24,2
30,0
Hedge funds
48
Real Life Hedge, afl. 1
Vanuit een omgebouwde garage van een Voorburgse vila bespelen John Hoek
en Kees Collee de kapitaalmarkt. IEX Profs verhaalt in feuilletonvorm over de real
life-lotgevallen van een beginnend hedge fund. Deel 1: de moeizame start.
door Pieter Kort
Kees Collee en John Hoek
E
en beheerd vermogen van 50
tot 100 miljoen euro, dat is het
streven van hedge fund-managers Kees Collee en John Hoek,
die eind 2006 begonnen met hun
DQS Fund. De naam staat voor Dutch Quantitative Strategies, een redelijk arbitrair gekozen naam, al komen,
zo zegt Collee met een knipoog, in die
naam wel de initialen van mede-oprichter Dick Siekman voor. Voorlopig staat de teller nog op ruim 2 miljoen euro, waarvan een groot deel eigen geld, maar de fundmanagers verwachten dat de resultaten van het
fonds uiteindelijk wervend genoeg
zullen zijn om een gestage stroom
nieuwe klanten binnen te halen.
Eigen geld
“We krijgen er iedere maand wel een
paar bij,” zegt John Hoek, die zijn
loopbaan tot dusver vooral in de derivatenhandel doorbracht. Ook Collee is een voormalig optiehandelaar,
maar hij verliet de vloer al vele jaren geleden om zich te wijden aan
het ontwerpen van handelsmodellen. Die modellen vormen nu de kern
van DQS Fund. Circa twintig door Collee ontworpen modellen geven dagelijks koop- en verkooporders op di-
verse markten af en die worden door
het fonds stringent uitgevoerd. Door
de verscheidenheid aan modellen is
de onderlinge correlatie minimaal en
dat zou op termijn moeten leiden tot
goede resultaten die weinig of geen
relatie met de markt vertonen. Collee
handelt al jaren met eigen geld en liet
de rendementen door een accountant
controleren. Met die trackrecord in de
hand (gemiddeld 38,5% per jaar van
2002 tot en met 2005) besloten Hoek,
Collee en Siekman in 2005 er een
hedge fund van te maken.
Tegenvaller
Dat was lastiger dan het leek, stellen ze achteraf vast. “Alleen het maken van het prospectus duurde al 8 à
12 maanden,” zegt Collee. “Ieder keer
wordt er wat veranderd, of is er weer
iets nieuws waar je naar moet kijken.”
Het fonds heeft een minimale inleg
van 100.000 euro en valt dus buiten
het directe toezicht van de Autoriteit
Financiële Markten (AFM), maar, zegt
Hoek, “we hebben ons toch geconformeerd aan de regels van de AFM.”
In eerste instantie probeerden Hoek
en Collee een vliegende start te maken door seed capital binnen te halen
van een grote investeerder, maar dat
viel tegen. “Volgens een onderzoek is
een investeringsbeslissing in hedge
funds voor 35% afhankelijk van de
breed van de fondsmanagers en maar
voor 30% afhankelijk van de trackrecord”, zegt Hoek. “In ons CV ontbreken namen als Goldman Sachs en
Merrill Lynch. Sommige partijen die
in eerste instantie heel enthousiast
waren haakten om onduidelijke redenen toch af.”
Hoog risicoprofiel
In 2006 besloten Hoek, Collee en Siekman om er dan maar een fonds voor
gemene rekening van te maken en
te mikken op een startkapitaal van
3 miljoen euro. Ook dat bedrag werd
niet gehaald, ondanks de mooie performance-cijfers die ze konden overleggen. “Dat was een tegenvaller”,
zegt Collee. “Ik dacht dat geld ophalen
niet zo moelijk zou zijn. We zijn uiteindelijk in augustus 2006 begonnen
met 1,2 miljoen euro vermogen in het
fonds.” Inmiddels is dat vermogen bijna verdubbeld, door nieuwe instroom,
maar ook door rendement. DQS stelt
zich ten doel jaarlijks 30% rendement
te maken. Dat is veel, geeft Collee toe,
“maar ik weet dat het met ons trackrecord haalbaar is. Dat betekent wel
dat we een risicoprofiel hebben waarbij soms ook een flinke drawdown mogelijk is. Ik kan daar wel tegen, maar
een belegger in dit fonds moet zich
daar wel van bewust zijn.” Een van de
belangrijke tests voor het fonds was
de kredietcrisis van augustus en september. Juist wanneer long only-fondsen het zwaar hebben, zou een hedge
fund zich moeten onderscheiden. Dat
deed DQS, vertelt Hoek. “In september boekten we 10% winst en de afgelopen maand, toen de Dow Jones 5%
verloor, stonden wij in de plus.”
De verdere lotgevallen van John Hoek
en Cees Collee leest u in de volgende
uitgave van IEX Profs.
Q1
DQS Fund
Managers
Start
Belegd vermogen
Strategie
Rendement 2007
I E X
P r o f s
John Hoek & Kees Collee
Augustus 2006
2,1 miljoen euro
Kwantitatief, op basis van circa 20 modellen
15,3% (tot medio november)
Q 1 / 0 8
18
A D V E R T O R I A L
19
A D V E R T O R I A L
Wereldwijd beleggen
Het structured products-team van ABN Amro Markets
struint de hele wereld af op zoek naar de allerbeste
beleggingskansen. Van Brazilië tot China, van olie tot
soja en in opgaande, maar zeker ook in een neergaande
markten.
Beleggen in opkomende
economieën van Georgië
en Kazachstan of inspelen op de trend van schone energie zoals zonneenergie? Het is niet eenvoudig om dit soort exotische markten thuis achter
de pc in de gaten te houden en het is nog lastiger
om er (zelfstandig) in te
beleggen. Toch zijn deze
markten en trends zo interessant dat het jammer
zou zijn als beleggers –
particulier of professional
Wij kijken naar de markt
als naar een kustlijn. Het
gaat omhoog en omlaag,
maar omlaag betekent
niet dat er geen rendement
te maken is.
– daar niet op in kunnen
spelen. Dat vinden ze bij
ABN Amro Markets ook.
Dit onderdeel van ABN
Amro, dat structured products aan de man brengt
en bekend is van Turbo’s
en gespecialiseerde certifi-
caten, is constant op zoek
naar nieuwe beleggingskansen. Daarbij gaan ze
niet alleen af op hun eigen research en ideeën.
Jean-Paul van Oudheusen,
hoofd van ABN AMRO
Markets: “Het gebeurt re-
gelmatig dat wij gebeld
worden door particuliere
beleggers of beleggingsadviseurs met een goed idee.
Bijvoorbeeld het certificaat op Kazachstan. Daar
was duidelijk vraag naar in
de markt en binnen enkele weken konden wij aan
de vraag tegemoet komen
met dit certificaat.”
ABN AMRO Markets onderscheidt zich verder van
andere aanbieders door het
‘one-stop-shop-principe
voor structured products.
“Onze concurrenten hebben vaak een aanbod op
deelgebieden. Het gemak
van ABN AMRO Markets
is dat beleggers structured
products op allerlei verschillende markten en sectoren eenvoudig op onze website kunnen vinden én kunnen aanschaffen,” gaat Van Oudheusen
verder. Deze website, www.abnamromarkets.nl wordt zeer veel bezocht. Daarnaast hanteert
ABN AMRO Markets ook
een speciaal telefoonnummer voor beleggers (0900MARKETS) en organiseren
de structured product specialisten regelmatig (gratis) seminars voor geïnteresseerde beleggers in het
hele land.
In de prijzen
Dat ABN Amro Markets
succesvol is met hun structured products, want dat
zijn Turbo’s certificaten en
garantienotes, blijkt ook
uit de prijzen die zijn hebben gekregen. “Deze zomer hebben we bijvoorbeeld een Effie, een marketingprijs gewonnen
voor de Turbo’s. En daarnaast mochten we in 2007
ook nog een Gouden
Tak (IEX), een Gouden
Stier (Belegger.nl) en
de Structured Products
Europe Award 2007 mee
naar huis nemen,” vertelt
Van Oudheusden trots.
Keurig trackrecord
De totale waarde van alle structured products is
in 2007 sterk gegroeid.
“De Dutch Delight, een
zesjarige garantienote
op drie Nederlandse beleggingsfondsen met de
hoogste Morningstar rating, heeft daar zeker aan
bijgedragen,” gaat van
Oudheusden verder.
“Het product speelt in op
de vraag van beleggers
naar fondsen met een keurig trackrecord en een goede beheerder, in een markt
die als een achtbaan op en
neer ging in het afgelopen
half jaar. Rolf Stout (Fortis
Obam), Alex Otto (Delta
Lloyd Deelnemingen
fonds) en Wouter Weijand
(ABN-Amro High Income
Equity Fund) zijn dan ook
niet de minste namen.”
Ook de certificaten, die
ABN Amro Markets afgelopen zomer introduceerde, doen het goed.
Van Oudheusen: “Ik hoor
een hoop positieve geluiden uit de markt hierover. Het is ook een eenvoudige en, vergeleken
met beleggingsfondsen,
een goedkopere manier
om in te spelen op trends.
Opvallend is dat beleggingsadviseurs certificaten ook in hun privé-portefeuille hebben. Dat is voor
mij een teken dat we een
goed gestructureerd product ontwikkeld hebben.”
Nieuwe kansen
“Wij zijn constant op zoek
naar nieuwe beleggingskansen. Denk aan de euro/dollar koers, de goudprijs en de olieprijs. Dat
zijn actuele thema’s, waar
geld te verdienen valt.” Van
Oudheusen verwacht ook
dat de populariteit van de
opkomende markten zich
in 2008 voort zal zetten.
En ook de vraag naar duurzame producten zal aanhouden, al zullen beleggers volgens ABN Amro
Markets dan vooral op
zoek gaan naar specialistische producten. “De hele financiële wereld is op
duurzaam gedoken. Toch
zijn daar ook nog voldoende kansen voor beleggers.
Denk aan het zonne-energie certificaat. Dat certificaat is dit jaar met ruim
50% gestegen, maar met
de plannen van verschillende overheden en instanties om bijvoorbeeld zonnecellen in de Sahara te
zetten, lijkt er nog genoeg
opwaarts potentieel. En dit
is maar één voorbeeld,” aldus van Oudheusden.
Altijd geld verdienen
Maar ook als de beurs geen
opgaande lijn vertoont,
valt er geld te verdienen.
“Wij kijken naar de markt
als naar een kustlijn. Het
gaat omhoog en omlaag,
maar omlaag betekent niet
dat er geen rendement te
maken is. Met Turbo’s
kunnen beleggers ook
short gaan. Bijvoorbeeld
met de Turbo short op de
Home Building Index. Wij
hebben deze turbo al 2 jaar
en de index is van 1000
punten naar 250 gedaald.
Beleggers die de huizencrisis aan zagen aankomen of
op tijd de omvang van het
probleem zagen en hier
op inspeelden met deze
Turbo, hebben een mooi
rendement te pakken. En
dat hoeft helemaal niet
met een hoge hefboom.”
“Wat ik wel jammer vind,”
gaat Van Oudheusden verder, “is dat adviseurs soms
nog een beetje terughoudend zijn om hun klanten te adviseren short te
gaan. Dat is volgens mij
helemaal niet nodig. Hoe
meer de beurzen op en
neer gaan, des te meer beleggers interesse tonen in
structured products.”
Uitstaande producten sinds 2004
Turbo’s
Certificaten
Garantie Producten
2004
2005
2006
2007
38
225
654
1667
6
34
53
93
19
46
65
95
(Turbo’s zijn op 28 juni 2004 geïntroduceerd en producten van
2007 zijn ‘tot nu toe’.)
Groeicijfers ten opzichte van vorig jaar
2005
2006
2007
492,11%
229,41%
236,13%
266,67%
118,75%
215,79%
180,00%
155,56%
22
A D V E R T O R I A L
Nederland is weer een hefboomproduct rijker
De Limited Speeders
van Citi
Lousin Mehrabi, Equity Derivatives Benelux,
is verheugd dat Citi als eerste emittent dit
product nu ook in Nederland aanbiedt.
Wat zijn Limited
Speeders?
“Met Limited Speeders
wordt de belegging versneld. Net als opties,
Turbo’s en futures hebben
Limited Speeders een hefboom die de koersschommelingen van de onderliggende waarde versterkt.
Omdat zowel ingespeeld
kan worden op een stijging als een daling, kunnen deze producten ook
gebruikt worden als dekkingsmiddel.”
Limited Speeders versnellen
de beleggingen, maar
kunnen ook gebruikt
worden als dekkingsmiddel
Wat zijn dan de verschillen
tussen Limited Speeders
en opties?
“Net als bij opties heeft
een Limited Speeder een
uitoefenprijs en een vervaldatum. Echter, bij een
Limited Speeder is er geen
sprake van tijdswaarde
en is de volatiliteitswaarde te verwaarlozen. Een
Limited Speeder is altijd
in-the-money en heeft een
Delta rond 100%. Dit komt
omdat Limited Speeders
een zogenaamde Knock
Out niveau (KO) hebben.
Dit niveau is gelijk aan de
uitoefenprijs. Zodra de
uitoefenprijs=KO wordt
geraakt, wordt het product
beëindigd.”
Is de Knock Out te vergelijken met een Stop Loss
op Speeders/Turbo’s?
“Ja, het verschil is echter
dat bij Limited Speeders
het Knock Out niveau gelijk is aan de uitoefenprijs.
Hierdoor wordt de belegging niet eerder gestopt
Over Citi
•Opgericht in 1812
•Ruim 200 miljoen
klanten wereldwijd
•Ruim 300.000
werknemers
•Aanwezig in meer
dan 100 landen
Dit is mogelijk omdat de
waarde van een Limited
Speeder gebaseerd is op de
forward prijs (prijs op vervaldatum) van de onderliggende waarde.
Het feit dat de uitoefenprijs gelijk is aan de KO en
niet dagelijks of maandelijks verandert vinden beleggers fijn. Ook de banken en brokers verwelkomen dit omdat zij het niet
dagelijks hoeven aan te
passen in hun systemen.
Het biedt vele voordelen:
•Het is makkelijker te onthouden.
•Er kan een sterkere hefboom ontstaan omdat je
producten dichterbij het
KO-niveau kunt verhandelen.
•Het product wordt pas
beëindigd wanneer de intrinsieke waarde 0 is en
niet vooraf.”
“L
imited Speeders
zijn enorm populair bij zowel
particuliere als institutionele beleggers in Europa.
In Duitsland, waar dit product geboren is, wordt al
voor ruim 170 miljoen euro per dag in verhandeld!
Ruim 15 verschillende financiële instellingen brengen dit product uit en Citi
is met trots de nummer 1
uitgever *. Niet alleen in
Duitsland, maar ook in
Portugal en Frankrijk.
Citi is nog niet erg bekend
op de Nederlandse derivatenmarkt maar daar verwacht ik binnenkort verandering in. Citi beschikt
als grootste financiële instelling ter wereld over een
enorme knowhow en jarenlange ervaring.”
23
A D V E R T O R I A L
dan wanneer de intrinsieke
waarde daadwerkelijk 0 is
en kan de belegger een hogere hefboom behalen dan
op een klassieke Speeder.
Ook is het makkelijker te
onthouden omdat het altijd hetzelfde niveau is. De
uitoefenprijs verandert niet
dagelijks zoals het financieringsniveau.”
Hoe kan het dat de uitoefenprijs niet verandert?
“De uitoefenprijs=KO blijft
altijd op hetzelfde niveau.
Is dit niet riskant voor
Citi?
“Limited Speeders zijn
voor de uitgever riskanter
dan Speeders/Turbo’s. De
Land
Duitsland
Portugal
Frankrijk
bank heeft immers geen
‘marge’ om de dekking te
doen wanneer het product
door het Knock Out-niveau
gaat. Bij sterke koersbewegingen waardoor de onderliggende waarde scherp
door het Knock Out-niveau
breekt, vooral bij een
‘overnight gap’, kan dit
veel geld kosten. Om deze reden neemt niet iedere bank het risico om deze producten uit te brengen. Om het Knock Out risico voor de bank enigszins te beperken heeft de
Limited Speeder een ‘Gap
Risk Waarde’. Dit zit in de
prijs verwerkt en wordt betaald bij aankoop en terugontvangen bij verkoop, zolang het product niet KO is
natuurlijk.
Zijn daarnaast nog andere
verschillen tussen Limited
Speeders en Speeders?
“Ja, de prijs van Limited
Speeders wordt niet berekend met de spotprijs,
maar de futureprijs waardoor alle interesten en dividenden al in de prijs
verwerkt zitten. En dus
is het mogelijk om de
uitoefenprijs=KO onveranderd te laten tot de vervaldatum. Hierdoor kunnen
beleggers zelf kiezen wanneer zij hun belegging beëindigen omdat er geen
sprake is van een « vooraf vastgestelde » Stop Loss.
Het gap risico is overgeheveld naar Citi.”
Marktaandeel Limited Speeders*
30%
50%
50%
En wat gebeurt er op de
vervaldatum?
“Dan wordt de intrinsieke
waarde van het product berekend en automatisch uitgekeerd, de klant hoeft hier
niets voor te doen. De intrinsieke waarde op de vervaldatum is simpelweg het
verschil tussen de koers
van de onderliggende
waarde en de uitoefenprijs,
gedeeld door de ratio.”
Waarom brengt Citi naast
de Limited Speeders ook
de (Unlimited) Speeders
uit?
“De Limited Speeder is
een nieuwe variant die erg
succesvol is in Europa.
In Nederland bestaat de
Speeder al enige tijd en
groeit de belangstelling
nog met de dag. Beide producten hebben hun eigen voordelen en risico’s.
Op beide producten is Citi
competitief. We hanteren
momenteel bijvoorbeeld
op de AEX een spread (verschil tussen bied- en laatkoers) van slechts €0.03
en op de EUR/USD slechts
€0.05. Bij Citi kunnen beleggers kiezen.”
En waar kiezen beleggers
voor?
“Op dit moment wordt
ruim 60% verhandeld op
de Limited Speeders, maar
het is nog te vroeg om te
zeggen of dat zo zal blijven. Er zijn ook klanten die in allebei beleg-
Marketing naam
Turbo
Turbo Warrant
Turbo
Positie Citi
Nummer 1
Nummer 1
Nummer 1
Potentiële beleggers moeten zich bewust zijn van de risico’s verbonden aan financiële
producten, welke een geheel verlies op de investering kunnen inhouden en moeten alleen een
investeringsbeslissing nemen met betrekking tot deze producten na voldoende beraad van het
basisprospectus die verkregen kan worden bij de emittent, in overleg met hun eigen deskundige
adviseurs, waarbij ze in overweging moeten nemen of deze producten passen binnen hun
beleggingsbeleid. Gaarne de disclaimer te lezen op www.citiwarrants.com, voornamelijk wat
betreft de risico’s verbonden aan deze producten. (* Gemiddeld over 2007.)
Deze risico-indicator geldt uitdrukkelijk
voor beide beleggingsfondsen.
gen. De Limited Speeder
is nieuw en veel beleggers kennen het nog niet.
Maar het is leuk om te zien
dat een nieuw product dat
nog relatief onbekend is in
Nederland, nu al zo in de
smaak valt.”
Voor wie zijn Speeders
en Limited Speeders bestemd?
“Voor zowel particuliere als
institutionele beleggers.
Door de hefboomwerking worden winsten versneld, maar dit geldt ook
voor verliezen. Deze producten zijn vooral geschikt
voor de actieve belegger
die bereid is een hoger risico te nemen voor versneld
rendement. Daarnaast
zijn Speeders en Limited
Speeders ook prima geschikt voor het afdekken
van (een deel van) een portefeuille tegen een daling
of om een deel van de portefeuille te liquideren.”
Hoe kunnen Speeders en
Limited Speeders van Citi
worden verhandeld?
“Alle producten zijn genoteerd op Euronext
Amsterdam. Via de eigen
bank of broker kan een belegger een order plaatsen.
De derivatenbeurs is geopend vanaf 9:05 tot 17:30
uur.”
Meer informatie is te vinden op
www.citiwarrants.com.
46
A D V E R T O R I A L
Inflatie de baas met Eurex
Op 21 januari 2008 introduceert Eurex, de Europese
derivatenbeurs futurescontracten op de ‘unrevised
Harmonized Index of Consumer Prices (HICP),
excluding tobacco’. Dit is een index die de inflatie
in de Eurozone meet. Met dit product voegt Eurex
een nieuwe assetklasse toe aan haar reeds bestaande
productenassortiment. Deze op de beurs verhandelbare
inflatie futures vullen bestaande inflatie-gerelateerde
cash en OTC-derivaten aan, producten die de laatste
jaren een sterke groei hebben vertoond.
Het gebruik van inflatie-gelinkte producten is
de laatste jaren in Europa
sterk gestegen. Volgens
cijfers van Barclays Capital
is de waarde van openstaande inflatiegerelateerde staatsobligaties gegroeid van 150 miljard dollar in 1997 naar 1000 miljard in 2006. Buiten de
Verenigde Staten heeft
Europa de snelst groeiende inflatieobligatiemarkt. De regio heeft bovendien ook de grootste en
meest liquide OTC (over
the counter) inflatie derivatenmarkt. Een product
om de risico’s van partijen die deze producten verhandelen af te dekken voor
de korte termijn bestond
echter nog niet. “En dat
terwijl er vanuit de markt
steeds meer vraag hiernaar
kwam,” vertelt Michael
Peters, lid van de raad van
bestuur van Eurex en tevens Global Head of Sales
& Marketing. De internationale derivatenbeurs
Eurex introduceert daarom
als eerste Europese beurs
op 21 januari aanstaande
‘Euro Inflation Futures’.
Met behulp van deze futures kunnen financiële par-
Door het veilingmodel
te hanteren wordt de
liquiditeit geconcentreerd
in twee dagelijkse periodes
van 15 minuten
tijen de inflatierisico’s die
zij lopen met derivaten,
obligaties of bijvoorbeeld
swaps op de korte termijn
(maximaal 20 maanden)
afdekken. “Grote beleggers worden zich steeds
beter bewust van de in-
vloed van inflatie op hun
portefeuille of posities.
Neem bijvoorbeeld zerocoupon inflation swaps.
De populariteit van deze
producten nam in 20032004 een grote vlucht en
omdat de meeste swaps
47
A D V E R T O R I A L
een looptijd van vijf jaar
hebben, expireren ze vanaf volgend jaar. Het risico
bij deze producten zit echter in de staart. Dit houdt
in dat financiële partijen
die met deze instrumenten
werken, vanaf volgend jaar
een bovengemiddeld inflatierisico lopen. Dat kunnen ze nu hedgen met de
nieuwe Eurex inflatie future,” zegt Michael Peters.
Maar de futures zijn niet
alleen geschikt voor financiële partijen met posities
in swaps. “De inflatie future is geschikt voor elke
fondsbeheerder, pensioenfonds of handelaar met inflatie-exposure in zijn portefeuille,” voegt hij er aan
toe.
Twee keer per dag
verhandeld
Als referentie-index voor
de inflatie futures is gekozen voor de Eurozone
Harmonised Index of
Consumer Prices, exclusief tabak (HICP). Deze
index wordt maandelijks
door Eurostat berekend
en wordt ook gebruikt als
benchmark voor swaps
en overheidsobligaties in
Europa. Omdat het inflatiepercentage en de verwachtingen omtrent inflatie niet hoogvolatiel zijn,
heeft Eurex ervoor gekozen om een veilingmodel
te hanteren. Zo wordt de liquiditeit geconcentreerd
in twee dagelijkse periodes
van 15 minuten. Tijdens
de veiling wordt gesteld
door market makers en in
de tussengelegen periodes
kunnen quotes worden opgevraagd. Michael Peters
legt uit waarom Eurex voor
Feiten en cijfers
Inflatie futures
Lanceerdatum: 21-1-2008
Referentie-index: HICP, oftewel de Unrevised
Harmonized, Index of Consumer Prices, exclusief
tabaksprijzen. Deze index wordt maandelijks door
Eurostat berekend en gepubliceerd
Contractgrootte: Eur 1.000.000.
Contractmaanden: 20 opeenvolgende maanden
Tick Size (minimum bedrag dat de prijs van de markt
kan veranderen): 0,01 indexpunt
Tick value (cash waarde van 1 tick):100 euro
Settlement: cash, een dag nadat Eurostat nieuwe inflatiecijfers bekendmaakt. Eurostat doet dit maandelijks.
Settlementsprijs: wordt vastgesteld door Eurex op de
Settlementsdag. Van belang is de unrevised harmonised consumer price index of the Eurozone excluding
tobacco gepubliceerd op die dag. De onderliggende
formule om het expirerende contract te berekenen is:
FSPt = 100 – [100 * (HICPt-1/HICPIt-13 – 1)]
Handelstijden: veilinghandel tussen 9.45 -10.00 uur
en 16.45 – 17.00 uur. Doorlopende handel tussen
10.00 – 16.45 uur, quotes op verzoek.
het veilingmodel heeft gekozen: “Handelen kan de
hele dag, maar het voordeel van een veiling is dat
er daardoor een bundeling
van liquiditeit ontstaat op
twee vooraf gedefinieerde tijdstippen van 15 minu
ten. Bovendien, niet iedereen heeft de tijd of mankracht om de hele dag posities in deze markt in de
gaten te houden.”
Ontworpen op de
behoefte van de klant
De manier waarop dit contract geprijsd wordt is gelijk aan het EURIBOR contract, waar 100 minus de
verwachte rente gelijk is
aan de contractprijs.
Als voorbeeld, de markt
voor de september 2008 future (deze relateert aan de
inflatie in Augustus) staat
gequote 97,80 / 98,00. In
dit geval is de marktverwachting dat de Augustus
inflatie tussen de 2,0 en 2,2
procent ligt. Als de inflatieverwachting hoger wordt,
gaan de prijzen naar beneden en vice versa. Als
een handelaar dus Inflatie
Long wil zitten moet hij
een Euro Inflation Future
verkopen. Andersom, als
een handelaar verwacht
dat de inflatie afneemt,
moet hij een Euro Inflation
Future verkopen.
Naast de voordelen van het
veilingmodel, biedt Eurex
een aantal andere voordelen voor (institutionele) beleggers. Eurex maakt
gebruik van een volledig
elektronisch handelssysteem waar bijna 400 financiële partijen uit 20
landen gebruik van maken. Bovendien betekent
handelen op een beurs een
gecentraliseerd en transparant orderboek en een
centrale tegenpartij in de
vorm van Eurex Clearing.
Peters: “Voor het verhandelen en clearen van de future hanteren wij dezelfde concurrerende prijzen,
waar wij goed om bekend
staan, als voor onze overige producten. En met de
Wholesale faciliteiten (zoals Block Trade, Exchange
for Physicals en Exchange
for swaps) kunnen beleggers ook Euro Inflation
Futures aanmelden in het
Eurex clearing systeem die
buiten het orderboek bilateraal zijn overeengekomen,” zegt Michael Peters.
De reacties vanuit de markt
op de nieuwe inflatie-gelinkte futures zijn zeer
positief. Michael Peters:
“Eurex heeft dit contract
ontwikkelt in een goede samenwerking met de
markt. Institutionele beleggers hebben aangegeven dat zij tevreden zijn
met deze nieuwe assetklasse om zo, op een efficiënte
wijze de inflatie gerelateerde risico’s van hun portfolio’s te managen. Wij kijken dan ook om onze portfolio met inflatie-gelinkte producten uit te breiden
om aan deze vraag van beleggers te voldoen,” legt
Michael Peters uit.
Inflatiegerelateerde obligaties
wereldwijd
(nominale waarde uitstaand in Euro’s en marktaandeel)
Others
77 miljard
euro
(11%)
Eurozone
274
miljard
euro (41%)
220
miljard
euro (32%)
United States
109
miljard
euro
(6%)
United Kingdom
Neem voor meer informatie contact op met:
Peter Noha, Eurex Marketing & Sales
[email protected]
+31 49 69 2111 14717
Download