Inleiding De periode na de middeleeuwen noemen we de renaissance. Dit is in Nederland de periode van de grote schrijvers, van de Tachtigjarige Oorlog en van het Wilhelmus, de protestsong van de 16e eeuw. De renaissance loopt ongeveer van 1500- 1675. Na een algemene introductie van de renaissance en het Wilhelmus ga je zelf op onderzoek uit. Samen met een klasgenoot ga je achter de computer op zoek naar meer informatie over deze periode en ons volkslied. Op de volgende pagina’s vind je achtergrondinformatie die je daarbij kan helpen. Ook vind je een aantal vragen die je moet beantwoorden. De vragen en antwoorden werk je uit en neem je op in een verslag over de renaissance. Deze periode komt net als de middeleeuwen terug in de Letterkundetoets. Om je op weg te helpen, hebben wij de antwoorden op de vragen bij de dvd over de middeleeuwen in dit bundeltje opgenomen. Veel succes! P. Bierstekers – H. Mol – H. Loman – P. Ham HAVO 4 LETTERKUNDE RENAISSANCE vragen bij de dvd Luister en kijk goed naar de dvd. Maak daarbij aantekeningen. Die kun je later netjes uitwerken, liefst op de pc. Het lijkt ons slim om daarmee niet te lang te wachten. De vragen + antwoorden neem je later op in je verslag over de renaissance. 1. Wat betekent renaissance? 2. Wie gaven vorm aan de renaissancistische denkbeelden? 3. Waar ontstond de renaissance? 4. Enkele kenmerken van de bouwkunst? 5. Wat symboliseren de speklagen in onze huizen? 6. Waarom is de kunst niet meer anoniem? 7. Wie worden de opdrachtgevers? 8. Wat deed Da Vinci zoal? 9. Waarom werd er naakt geschilderd? 10. Wat staat er nu vaak op schilderijen, en hoe was dat in de middeleeuwen? 11. Welke ontdekking ziet men terug op schilderijen? 12. Wat valt je op aan de mensen op schilderijen en in beeldhouwwerken? 13. Welke Italiaanse steden zijn echte renaissancesteden? 14. Wat is maniërisme? 15. Noem renaissancekunstenaars. 16. Geef algemene kenmerken van de renaissance. HAVO 4 LETTERKUNDE RENAISSANCE Zoekopdracht WikipediA Ga naar de mediatheek of het computerlokaal en open de site http://nl.wikipedia.nl/. Geef als zoekopdracht renaissance en beantwoord de onderstaande vragen. Werk de antwoorden en vragen uit en neem die op in je verslag over de renaissance. 1. Beschrijf in je eigen woorden wie we verstaan onder de ‘humanisten’. 2. Leg uit dat de ‘middel-eeuwen’ als benaming een product is van de renaissance. 3a Welke Italiaanse kunstenaar staat aan de wieg van de renaissance? b. Zoek één bekende fresco van deze kunstenaar en neem die op in je verslag. 4a. De bekende renaissancistische kunstenaar Leonardo da Vinci was een uomo universale. Wat wordt daarmee bedoeld? b. Da Vinci is ook een autodidact. Wat betekent dat? 5. Noem drie bekende renaissancistische componisten. 6a. Wat was nieuw aan de manier waarop de humanisten wetenschap bedreven? Noem drie zaken. b. Wat is een heliocentrisch wereldbeeld? c. Waarom was de Rooms-katholieke kerk een tegenstander van dat wereldbeeld? 7. Wat was zo vernieuwend aan de manier waarop de humanisten wetenschap bedreven? 8. Wat wordt bedoeld met de reformatie? 9. Welke stromingen zijn er binnen de reformatie aan te wijzen? 10a. Wie schreef ‘Lof der Zotheid’ in 1509? b. Dit is een satirisch werk. Wie worden erin op de hak genomen?