Cursus Renaissance les 1.1 Les 1.1 Geschiedenis, Italië tot de Renaissance Inleiding Nadat het eens zo grote Romeinse Rijk was ingestort, werd Europa overspoeld door de Barbaren. De Romeinse cultuur werd verwoest en de bevolking leefde in angst en armoede. Het Romeinse Rijk leefde slechts voort in het Oosten, vanuit Byzantium. Rond 800 ontstond weer iets als een gemeenschappelijk Europa onder Karel de Grote maar dit hield niet lang stand. De mens bleef geknecht in zijn fysieke en geestelijke armoede door het leenstelsel en het krampachtige juk van de Kerk. Alles wat nog verdiend werd met landbouw en een beetje handel ging op aan de bouw en verfraaiing van kastelen, kathedralen en het hof van de koningen. Toch zou er vanuit deze donkere middeleeuwen een beweging ontstaan, die de ontwikkeling van de moderne mens tot stand zou brengen. Handelscontacten met het oosten en de confrontatie, door de kruistochten, met de, op dat moment, veel rijkere cultuur van de Moslims, beïnvloedden het denken van de westerse mens. Het was vooral Italië dat hiermee werd geconfronteerd en er ook open voor stond. Dit land had eigenlijk ook nooit volledig tot Europa behoord. Noch de ridderschap noch de gotiek was diep in de cultuur van het land doorgedrongen en de handel had het land enige welvaart gebracht. Nagenoeg autonome steden, en niet staten of vorstendommen, domineerden het land. Handel en relatieve politieke vrijheid zorgden langzaam voor groei en rijkdom. Samen met een sterke mate van verstedelijking, een toename van industrialisatie en de afwezigheid van een sterk centralistisch politiek systeem zorgden deze factoren voor een veranderingsgezind klimaat. Het was in de 14de eeuw dat deze krachten samenkwamen en een beweging op gang brachten die onomkeerbaar bleek te zijn en de cultuur van de westerse mens blijvend veranderde. Het tot die tijd verkrampte scholastieke denken en de overheersende macht van de kerk over het individu en de tradities werd voor altijd verbroken. Verheerlijking van de klassieke oudheid kreeg grote invloed op de architectuur en de beeldende kunsten en deed nieuwe vormen van politiek, filosofie, retoriek en literatuur ontstaan. Het vrije denken leidde ook tot een kritische opstelling ten opzichte van de katholieke kerk en haar gewoonten en had uiteindelijk de Reformatie en Contrareformatie tot gevolg. De nieuwe nieuwsgierigheid van de mens leidde tot vele uitvindingen, wetenschappelijke doorbraken en de ontdekking van de Nieuwe Wereld. Vanuit Italië zou deze veelzijdige beweging Europa veroveren en de westerse cultuur zijn eigenheid geven die het vandaag de dag nog heeft. Door Voltaire zou deze tijd de Renaissance genoemd worden. Herman Leistikow mei 2007 pagina 1/2 Cursus Renaissance les 1.1 Bronnen P.Burke, The European Renaissance, Oxford 1998 F.Gaupp, Wegbereiders der Renaissance, Amsterdam P.Guichonnet, De geschiedenis van Italië, Doetinchem 1988 W.H.Hudson, De Renaissance, bewerkt door J.W.van Rooijen , Zalt-Bommel 1925 J.H.Plumb, The Penguin Book of the Renaissance, London 1978 R.Ritchie, De Renaissance, het ontwaken van de Europese cultuur, Rijswijk 2005 Encarta, naslagbibliotheek, Winkler Prins 2002 Web Gallery of Art Herman Leistikow mei 2007 pagina 2/2