Contactpersoon van de patiënt Inleiding Als u wordt opgenomen in het ziekenhuis, vragen wij u minimaal één en maximaal twee contactpersonen aan te wijzen. In deze folder leest u wat er van een contactpersoon verwacht wordt, wat zijn taken kunnen zijn en wat de voordelen kunnen zijn voor u en voor uw verzorging in het ziekenhuis. Voor het leesgemak spreken we in deze folder over de contactpersoon als ‘hij’ en in enkelvoud. Uiteraard kan hier ook ‘zij’ gelezen worden en geldt de informatie voor beide contactpersonen. Wat is een contactpersoon? Een contactpersoon is iemand die de patiënt tijdens de opname in het ziekenhuis begeleidt en ondersteunt. De contactpersoon is aanspreekpunt voor familie en naasten, maar ook voor de verpleging en artsen. Het is belangrijk dat de contactpersoon op de hoogte is van uw lichamelijke-, woon-, werk- en leefsituatie. Het is belangrijk dat u vertrouwen heeft in de contactpersoon, zodat u bij uw contactpersoon ook uw emoties kwijt kunt en vragen kunt stellen of op een andere manier een beroep op hem kan doen. De contactpersoon begeleidt u als het ware in het ziekteproces, tijdens de behandeling en eventueel gedurende de nazorgperiode. Verder kan de contactpersoon de u helpen in het contact met verschillende hulpverleners. Als het kan, is het wenselijk dat de contactpersoon aanwezig is bji belangrijke gesprekken zoals het opname- en onslaggesprek. Ook kan het fijn zijn als de contactpersoon aanwezig is tijdens de artsenvisite. Twee horen immers meer dan één. Voor de contactpersonen gelden ruimere bezoektijden dan voor overig bezoek. 1 Tijdens deze bezoektijden is één van de twee contactpersonen welkom. De verpleegkundige bespreekt dit met u. Toestemming Het is belangrijk om te weten dat de contactpersoon in principe niet uw vertegenwoordiger hoeft te zijn. Voor alle te nemen beslissingen blijft uw toestemming nodig, wanneer u daartoe in staat kan worden geacht. Een zorgverlener kan dus een beroep doen op de contactpersoon en bij hem informatie over u inwinnen, mits u daar toestemming voor geeft. Als andere personen informatie over u willen ontvangen van een zorgverlener dan kan dat alleen als u daarvoor toestemming heeft gegeven. Als de u wilt dat de zorgverlener de contactpersoon informeert over uitslagen en dergelijke, dan moet u dat uitdrukkelijk aan de zorgverlener laten weten. Voor informatieverstrekking aan 'derden' is dus steeds toestemming van de patiënt vereist. Wie is de contactpersoon? De contactpersoon is geen verpleegkundige van het Albert Schweitzer ziekenhuis, maar bijvoorbeeld een familielid of partner. Maar ook een buurvrouw of goede vriend of iemand anders die u het meest nabij is kan contactpersoon zijn. De contactpersoon wordt door de patiënt zelf uitgekozen en die moet deze rol volledig vrijwillig op zich genomen hebben. 2 Informatie over de patiënt In verband met privacy-overwegingen kan informatie over ziekte en welbevinden van de patiënt alleen aan de contactpersoon gegeven worden en niet aan de familieleden/betrokkenen afzonderlijk. Van de contactpersoon wordt verwacht dat hij de informatie, als dat nodig is, doorgeeft aan overige familieleden of betrokkenen. Medische informatie wordt alleen door de arts gegeven. De contactpersoon kan via de secretaresse van de afdeling een afspraak maken met de specialist of met de arts-assistent. Als tijdens een artsenvisite de aanwezigheid van de contactpersoon gewenst is, wordt deze door de verantwoordelijke verpleegkundige opgebeld. Wat kunnen de taken zijn van een contactpersoon? Aanspreekpunt zijn voor familie en andere relaties van de patiënt. Informatie over uitslagen/operatieresultaten doorgeven aan familie/achterban van de patiënt. Als dat nodig is regelen van de organisatie rond opname en ontslag. Bijvoorbeeld praktische zaken als: - toiletartikelen; - nachtkleding; - contact met werkgever patiënt; - er voor zorgen dat medicijnen die thuis liggen op de afdeling komen; - er voor zorgen dat hulpmiddelen (rolstoel e.d.) van thuis, in het ziekenhuis komen; - contact met sociale omgeving patiënt. 3 Het coördineren van bezoek, zodat de patiënt niet te lang en maximaal twee personen tegelijk op bezoek krijgt. Eventueel helpen met eten geven, haren wassen, nagels knippen etc. (zogenaamde mantelzorg). Tips geven aan de hulpverleners over de verpleegkundige zorg van de patiënt, bijvoorbeeld over voeding, wijze van voeding toedienen. Op verzoek meegaan tijdens een onderzoek. Tot slot De contactpersoon moet er geen bezwaar tegen hebben dat zijn telefoonnummer in het verpleegkundig dossier op de afdeling wordt genoteerd. Met deze informatie zal vertrouwelijk worden omgegaan. Voor informatie kunt u bellen met de verpleegafdeling: verpleegafdeling: __________________________________ telefoonnummer: __________________________________ Wilt u uw mening geven over deze folder? Dat kan hier: www.asz.nl/foldertest/ 4 Albert Schweitzer ziekenhuis juli 2016 pavo 0186