PAKIN Obesitas Wat is de body mass index De BMI geeft de verhouding weer tussen het gewicht en de lengte van een persoon. Het wordt berekend door het gewicht in kg te delen door de lengte in m in het kwadraat Geef de WHO definitie van de begrippen overgewicht, obesitas, morbiede obesitas Overgewicht = BMI 25 kg/m² - 29,9 kg/m² Obesitas = BMI 30 kg/m² - 39,9 kg/m² Morbiede obesitas = BMI > 40 kg/m² Leg in eenvoudige taal de energiehuishouding uit Leptine is een hormoon dat door het vetweefsel geproduceerd wordt. Normaal gesproken wordt dit hormoon afgegeven aan het bloed en bereikt het de hersenen. Het werkt in op de hypothalamus waar het door een ingewikkelde cascade van reacties zorgt voor een vermindering van de eetlust en verhoging van het energiemetabolisme. Wanneer er een verminderde voedselinname is of een toestand van vasten, daalt de leptine spiegel. Het energie metabolisme komt op een laag pitje te staan en er is een hongergevoel. Er kan sprake zijn van een mutatie in het leptine gen waardoor de leptine spiegel permanent laag staat: ook al wordt er voldaan aan het hongergevoel blijft het metabolisme achter. Aan de andere kant worden er bij obese mensen juist vaak hoge spiegels van leptine gevonden, wat wil zeggen dat de hypothalamus ongevoelig of resistent is voor leptine: er is een adequate afgifte van leptine maar het hongergevoel daalt niet en het energiemetabolisme werkt niet harder dan normaal. Waarom is de waist hip ratio en middelomtrek wellicht belangrijker dan de body mass index BMI houdt geen rekening met de vetverdeling in het lichaam; abdominaal vet is gevaarlijker voor de gezondheid dan subcutaan vet dat zich vooral op de heupen bevindt. Ook zal bijvoorbeeld een bodybuilder een heel hoog BMI hebben; zijn gewicht is immers hoog, dit wordt echter niet veroorzaakt door vet maar door spiermassa. Vanaf welke waarden zijn waist hip ratio en middelomtrek pathologisch bij respectievelijk mannen en vrouwen WHR > 0.90, middelomtrek > 102 cm WHR > 0.80, middelomtrek > 88 cm Geef een overzicht van comorbiditeit en complicaties van obesitas - Diabetes mellitus type 2 Lipidenstoornissen Metabool syndroom Cardiovasculaire aandoeningen (angina pectoris, hypertensie, coronaire ziekte, spataders, thrombo-embolische ziekte, CVA) Levercirrose Cholecystitis / cholelithiasis - Jicht Artrose, platvoeten Gewrichtsbezwaren Slaapapnoe Dyspneu Pyrosis Zweten Intertrigo Verhoogde kans op kanker ( prostaat, darm borst, ovaria, baarmoeder(hals), lever, galblaas, blaas) Fertiliteitsproblematiek (oligomenorree, anovulatie, polycystisch ovarium syndroom, oligospermie, impotentie) Psychologisch (isolatie, stemmingsstoornissen, suicidale gedacht en suicide pogingen) Geef aan welke diagnosen op de binnencirkel horen bij de klacht overgewicht en geef aan hoe ze door anamnese, klinsche onderzoek en eenvoudig aanvullend onderzoek kunnen worden aangetoond dat wel uitgesloten Hartfalen Tumor Anamnese Dyspneu bij rust of inspanning, toenemend bij platliggen en ook ‘s nachts Moeheid Enkeloedeem Zwelling van de buik Klinisch onderzoek Basale bilaterale crepitaties Perifeer oedeem Verhoogd CVD 3e harttoon Aanvullend onderzoek Echocardiografie BNP Palpitatie CT abdomen Rangschik de diagnosen van de buitencirkel bij gewichtstoename naar incidentie in de bevolking - Verhoogde calorie inname / verlaagd energie verbruik Genetische afwijkingen (prader-willi) Hormonale afwijkingen (Cushing syndroom, hypothyroidie...) Medicatie Eetbuistoornissen (fysiologisch: zwangerschap, bodybuilder) Bespreek het ziektebeeld hypothyroidie (symptomen, diagnostiek, behandeling) en geef aan welke vragen in de anamnese, welke klinische testen en welk aanvullend onderzoek moeten gebeuren om dit ziektebeeld aan te tonen dan wel uit te sluiten Een tekort aan schildklierhormoon. Symptomen zijn vermoeidheid, koude intolerantie, gewichtstoename, verminderde eetlust, constipatie, droge bleke huid, broos haar/nagel, bradycardie, hypercholesterolemie, trage spraak en beweging, spierzwakte. Diagnose door middel van TSH/T4 bepaling in het bloed. Bij de primaire vorm (schildklier zelf) zal T4 gedaald zijn en TSH gestegen, bij secundaire of tertiaire oorzaak (respectievelijk hypofyse of hypothalamus) zullen TSH en T4 beide gedaald zijn. Behandeling is medicamenteus met L-thyroxine. Anamnese: vermoeidheid, koude intolerantie Klinisch: pols, spierkracht Aanvullend: bloedonderzoek TSH/T4 Bespreek de ziekte van Cushing (symptomen, diagnostiek en behandeling) en geef aan welke vragen in de anamnese, welke klinische tesen en welk aanvullende onderzoeken moeten gebeuren om dit ziektebeeld aan te tonen dan wel uit te sluiten Een verhoogd cortisol, veroorzaakt door een hypofyse adenoom (ACTH afgifte ↑). Symptomen zijn gewichtstoename (truncale obesitas, moonface, buffaloneck), moeheid, verminderd libido, menstruele stoornissen, spontane blauwe plekken, paarse striae. Behandeling is door middel van transsfenoidale chirurgie + radiotherapie en/of medicamenteus met ketoconazole. Wanneer dit niet voldoende werkt is de laatste oplossing een bilaterale adrenolectomie. Anamnese: Spontane blauwe plekken, paarse striae, vermoeidheid, seksuele klachten, mensturele stoornissen Klinisch: middelomtrek, WHR, spieratrofie t.h.v. benen Aanvullend: 24 uurs vrij cortisolurie, 1 mg dexamethasone suppressie test, MRI hypofyse Geef de definitie van een eetbuistoornis Criteria: - De hoeveelheid voedsel die de patient binnen een bepaalde tijd inneemt is groter dan wat de meeste mensen binnen dezelfde tijd en onder dezelfde omstandigheden zouden innemen De patient heeft het gevoel de beheersing over het eten kwijt te zijn: hij kan niet stoppen met eten of zelf de hoeveelheid bepalen Minstens 3 van de volgende: - Patient eet sneller dan gewoonlijk Patient eet door tot een ongemakkelijk vol gevoel bereikt is Het gaat om grote hoeveelheden voedsel zonder dat fysieke honger bestaat Patient eet in eenzaamheid uit schaamte over de grote hoeveelheden Na het eten walgt de patient van zichzelf, met depressieve en schuldgevoelens Welke vormen van eetbuistoornis worden psychologisch onderscheiden Lijngericht eten: overslaan van maaltijden, waardoor ontremt gedrag volgt, met negatieve emoties en neerwaartse spiraal Emotioneel eten: hongergevoel en onaangename gevoelens niet meer voldoende kunnen onderscheiden, negatieve zelfwaardering met inadequate copingsmechanismen Extern eten: prikkels die voedselopname voorspellen geven fysiologsche responsen met aanzet tot sterke eetdrang Welke vragen stel je om na te gaan dat een patient gemotiveerd is om te vermageren Bent u tevreden met uw huidige gewicht? Zou u willen vermageren? Mocht u beslissen om te gaan vermageren, heeft u er dan vertrouwen in dat het u zou lukken? Hoe belangrijk is het voor u om uw eetgewoonten en/of levensstijl te veranderen? Geef aan welke parameters je in kaart wil brengen voor de evaluatie van een obese patient - Glucose Cholesterol (totaal en HDL) Triglyceriden creatinine (TSH) (vrij cortisol) Geef aan waaruit een behandelplan voor obesitas kan bestaan - Combinatie van dieet (dietiste), cognitieve gedragstherapie en bewegingsadvies (belangrijk om gewichtsverlies te behouden) Farmacotherapie (sibutramine of orlistat) enkel ondersteunend Bariatrische chirurgie wanneer het voorgaande gefaald heeft, enkel voor patienten met BMI > 40 of >35 + comorbiditeit Teken een overzicht van wat de chirurg bij een gastric bypass operatie doet en verklaar waarom dit fysiologisch tot vermagering leidt Doordat de maag drastisch verkleind wordt kan de patiënt nog maar kleine hoeveelheden voedsel in eens binnen krijgen (tot ongeveer 30 ml). Het proximale deel van de dunne darm wordt kortgesloten waardoor er minder voedingsstoffen worden opgenomen. Geef aan wat informed consent betekent en hoe je dit zou toepassen en uitleggen in een concrete casus Informed consent is belangrijk met betrekking tot het respecteren van de autonomie van de patient (vrijwilligheid, authenticiteit en doelbewuste overweging). De patient dient goed geinformeerd te worden over de behandeling, de voordelen en nevenwerkingen, mogelijke comlicaties, alternatieven en prognose zodat hij een vrijwillige, eigen keuze kan maken op grond van zijn personnlijke waarden. De arts dient ervoor te zorgen dat de patient goed geinformeerd is en alle informatie en consequenties volledig begrijpt en dat de patient de keuze volgens zijn eigen waarden en eigen vrije wil maakt en niet door anderen opgelegd of beinvloed.