de Franse revolutie

Thema 6.3 Les 3
Razende revoluties
n
e
k
n
e
d
n
a
v
r
e
i
n
a
m
e
w
u
e
i
Een n
De Franse revolutie
In de zeventiende en de achttiende eeuw
gingen mensen steeds meer onderzoeken.
Hoe dingen in de natuur in elkaar zaten
bijvoorbeeld. Mensen gingen meer op hun
verstand vertrouwen.
Veel ontdekkingen zorgden ervoor dat
mensen steeds beter begrepen hoe de
wereld en de natuur in elkaar zaten. In
de tijd ervoor zochten de mensen nog
niet zo hard naar een verklaring voor
dingen als zwaartekracht en onweer.
Maar nu bestudeerden wetenschappers
In Frankrijk kwam er een opstand. Gewone
mensen hadden in die tijd niets te zeggen. Alle
macht lag bij de adel, de kerk en de koning.
Daar waren de mensen het niet meer mee eens.
Zij wilden vrijheid, gelijkheid en broederschap.
Na een hoop bloedvergieten werd de koning in
1789 afgezet en kreeg het volk de macht.
Een tijd van veranderingen
de sterren, wiskunde,
natuurkunde en scheikunde.
Steeds meer mensen geloofden dat
je de wereld op een wetenschappelijke
manier moest bekijken. Eerst iets goed
bestuderen, daarna een uitleg bedenken
en dat idee testen met een proefje.
Deze nieuwe manier van denken
had veel gevolgen in heel Europa.
Er werd op een andere manier
gekeken naar godsdienst en politiek.
Dit veranderde veel…
K oningen kregen minder macht.
Het was gek dat je als kind van
een vorst al direct zoveel te zeggen
kreeg.
Er kwam kritiek op de manier
waarop de kerk haar macht
misbruikte.
Mensen kregen meer rechten, zoals
het recht op een eigen mening.
Weetje
Na 1750 was er een
boekenexplosie. Er
kwamen ontzettend veel
geleerde boeken. Niet
meer in het Latijn,
maar gewoon in
de eigen taal.
38
Verzamelen werd een hobby van
veel rijken. Het liefst verzamelden
ze bijzondere dingen uit de natuur.
Wetenschap
en revoluties
In de achttiende eeuw dachten mensen
steeds meer zelf na. Ze namen niet
meer alles aan wat de kerk zei. Ze
deden wetenschappelijke onderzoeken
en vonden van alles uit. Daarom noem
je deze tijd ook wel de Verlichting. Wat
eerst ‘duister’ was en niet begrepen
werd, begon men nu te snappen
en werd ‘verlicht’. Zo ontdekten ze
bijvoorbeeld hoe het heelal in elkaar
zat. Doordat de mensen kritischer
nadachten, durfden ze ook voor hun
mening op te komen. In veel landen
keerden de mensen zich tegen het
bestuur. Zo werd in de Franse Revolutie
gestreden voor vrijheid, gelijkheid en
broederschap. En in de Amerikaanse
Revolutie voor onafhankelijkheid.
De mensen wilden meer rechten,
grondrechten noemden ze dat.
39
Thema 6.3 Les 3
Razende revoluties
n
o
e
l
o
p
e
j
s
Na
a
ba
g
i
r
e
b
b
e
h
een
Na de Franse Revolutie, was het erg onrustig in Frankrijk. Het volk
was in opstand gekomen tegen de regering van de koning en de adel.
De koning en koningin werden zelfs onthoofd. Maar wie moest nu de
baas zijn? De militair Napoleon Bonaparte greep de macht in het land.
Maar wie was die Napoleon eigenlijk?
Een strenge baas
Napoleon luisterde naar niemand. In 1804
besloot hij dat hij keizer wilde worden,
dan zou hij nog meer macht hebben. De
paus moest erbij zijn, maar Napoleon
kroonde zichzelf tot keizer en zijn vrouw
Josephine tot keizerin. Nu was Frankrijk
geen republiek meer en zouden de
kinderen van keizer Napoleon de macht in
Frankrijk erven.
40
Een man van regels
Napoleon hield van orde en regels. Daarom voerde
hij in alle landen waar hij de baas was, dezelfde
wetten in. Zo vond hij het maar een rommeltje dat
alle koetsen en paarden kriskras door elkaar reden
op de weg. Dus voerde hij de wet in dat iedereen
in zijn rijk rechts moest rijden. Ook vond hij het
onhandig dat de maten en gewichten in alle landen
anders waren. Daarom voerde hij overal de meter
en de kilo in.
Lodewijk Napoleon
Een familieman
Een veroveraar
Napoleon was niet snel tevreden.
Hij wilde nog meer macht en meer
land. Hij voerde veel oorlog in Europa
en veroverde steeds meer landen. Deze
oorlogen duurden zeventien jaar. Er
vloeide veel bloed in die tijd, er stierven
honderdduizenden soldaten. Maar de
Franse keizer kreeg wel een groot deel
van Europa in handen, ook Nederland.
Napoleon had op een gegeven moment zoveel
land, dat hij het niet alleen kon besturen.
Daarom stuurde hij in 1806 zijn broer Lodewijk
naar Nederland. Hij mocht daar koning worden.
Lodewijk was goed voor Nederland. Hij was
erg met de mensen begaan en hielp zelfs
de gewonden die bij de ontploffing van een
kruitschip in Leiden vielen. Maar toen Lodewijk
te veel voor Nederland opkwam, was Napoleon
het zat. Hij zette zijn broer vier jaar later weer af
en voegde Nederland bij Frankrijk.
Een verslagen man
Zo snel als Napoleon keizer werd, zo snel werd
hij ook weer verslagen. Elf jaar later, in 1815,
versloegen de Belgen bij Waterloo Napoleons
legers. Na deze nederlaag vroeg Napoleon asiel
aan bij Engeland. Maar de Engelse verraadden
hem en Napoleon werd verbannen naar het
kleine eiland Sint-Helena. Hij mocht dit eiland
nooit meer af en stierf daar in 1821 op
51-jarige leeftijd.
41