VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE GRONDTOON Locatie Brinnummer Plaats Registratienummer Onderzoeksnummer Datum onderzoek Datum vaststelling rapport VVE-rapport 15141 : : : : : : : De Grondtoon 11FB Bunschoten-Spakenburg 3257528 15141 12-09-2011 23-03-2012 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 1 van 7 1. INLEIDING Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). VVE is bedoeld voor jonge kinderen die onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken. In dit rapport worden de volgende onderwerpen besproken: De voorwaarden van VVE De ouders De kwaliteit van de educatie Het VVE-programma, zoals dat wordt aangeboden Het pedagogisch klimaat Het educatief handelen De ontwikkeling, zorg en begeleiding De kwaliteitszorg De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool De resultaten van VVE Elk van de VVE-kwaliteitsaspecten is uiteengelegd in indicatoren. Als een indicator beoordeeld wordt, gebeurt dat doorgaans met de volgende oordelen: 1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig Deze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden. 2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt. 3. Voldoende 4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren. Opbouw van het rapport Hoofdstuk 2 beschrijft het totaalbeeld van het onderzoek. De beoordeelde onderwerpen (indicatoren) staan in hoofdstuk 3, met eerst de oordelen en daarna een toelichting als dat nodig is. Als er op basis van dit onderzoek afspraken gemaakt zijn, staan die in hoofdstuk 4. Groepsinformatie kleutergroepen Aantal kleuters in groep a: 28, waarvan 5 doelgroepkleuters. Aantal kleuters in groep b: 34, waarvan 6 doelgroepkleuters. 2. HET TOTAALBEELD De Grondtoon is een basisschool in Bunschoten-Spakenburg waar mede door het gebruik van een VVE-methode getracht wordt leerlingen een zo goed mogelijke start te geven bij het aanvankelijk lezen en rekenen. Hierin slaagt de school ook. Het pedagogisch- en didactisch handelen van de leraren is van voldoende niveau, alsmede de kwaliteit van de zorg. VVE-rapport 15141 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 2 van 7 Binnen de zorg voor leerlingen maakt de school een ontwikkeling door naar handelingsgericht werken waardoor er meer sprake is van preventieve zorg en een vroege signalering. Hiervan profiteren alle leerlingen, maar vooral voor risicoleerlingen is de vroege signalering van groot belang. Leraren maken gebruik van observatie-instrumenten en toetsgegevens en maken op basis hiervan groepsoverzichten en op basis hiervan groepsplannen. De begeleiding van de risicoleerlingen kan nog versterkt worden door het opstellen van een schoolbreed taalbeleid waarin het VVE-beleid en de onderbouwing van de onderwijsbehoeften onderdeel uitmaken (voor de kleuters). Dit is mede van belang omdat de school een verschil ervaart tussen het officiële aantal doelgroepleerlingen op basis van de huidige doelgroepbepaling en het door de school ervaren aantal doelgroepleerlingen op basis van taalachterstanden en sociaal-emotionele problematiek. De gemeente Bunschoten hanteert als doelgroepbepaling de gewichtenregeling. De school geeft aan dat er op basis van een bredere definitief van de doelgroepbepaling veel meer kinderen tot de doelgroep zullen behoren. Veel kinderen spreken in meer of mindere mate thuis dialect, lezen weinig en hebben te kampen met enige vorm van sociaal-emotionele problematiek. Overige punten waarop verbetering mogelijk is, zijn de doorgaande lijnen met de voorscholen en het voeren van een gericht ouderbeleid. 3. DE OORDELEN MET EEN TOELICHTING ALS DAT NODIG IS Naam gemeente Bunschoten-Spakenburg A CONDITIES de Grondtoon A1 Een integraal VVE-programma A1.1 Naam/namen van programma(s) Ik ben Bas, Schatkist, Kanjertraining A1.2 Wat is de kwaliteit van het programma? 3 A3 Leidster - kind ratio ("dubbele bezetting") 2 A5 Kwaliteit beroepskrachten A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding) 3 A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands 3 A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend geschoold (voor het vve-programma) 3 (A1.2) Basisschool De Grondtoon werkt met het programma Bas en met de methode Schatkist. De school behandelt gedurende het schooljaar 8 thema's van Schatkist en deze methode is leidend. Bas wordt als ondersteunend materiaal gebruikt. Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruikt de school de Kanjertraining. (A3) De school werkt niet met een dubbele bezetting op de groepen. Op basis van de gewichtenregeling is weliswaar geen dubbele bezetting vereist, maar wel extra inzet. De school geeft aan dat de leerkrachten weinig tijd hebben om gerichte aandacht te geven aan leerlingen die dit nodig hebben. Zeker bij grote groepen zal het moeilijk zijn zonder extra inzet de hulp aan kinderen systematisch te organiseren. Dit speelt mede doordat de directie aangeeft dat bij een bredere doelgroephantering, een derde deel van de leerlingen tot de doelgroep zou behoren vanwege taalachterstanden. B OUDERS B1 Gericht ouderbeleid VVE-rapport 15141 de Grondtoon 2 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 3 van 7 B2 B3 B4 B5 B6 B7 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd Intake Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen Participatie in VVE-activiteiten in de vroegschool Informeren over de ontwikkeling van hun kind Rekening houden met de thuistaal 2 3 2 2 3 3 (B1) De school heeft een goed contact met de ouders en houdt ze op de hoogte van wat er speelt binnen de school en de kleutergroepen. Zo weten ouders welke thema's er behandeld worden en welke werkjes de leerlingen maken. Voor een goed ouderbeleid is het echter nodig dat scholen een goede analyse maken van de ouderpopulatie en op basis hiervan bepalen welke doelen ze willen bereiken met ouders en welke rol de ouders hierin spelen. Hiervan is nog geen sprake op De Grondtoon. Weliswaar heeft de school een goed beeld van de ouderpopulatie, maar ze is nog niet zo ver dat zij dit heeft vertaald naar concrete doelen voor ouderbeleid. Hierdoor is onduidelijk in hoeverre zij deze ouders daadwerkelijk bereikt en wat de effecten van ouderparticipatie zijn. (B2) Ouders worden geïnformeerd over de school bij aanmelding en intake. Hierbij wordt veel informatie over de school gegeven maar niet specifiek ingegaan op het feit dat De Grondtoon een VVE-locatie is en wat dit voor het onderwijs en de ouders betekent. Ouders weten dat er met Bas wordt gewerkt maar niet wat de functie en het doel hiervan zijn. Hierin kan de school zich nog verbeteren. (B4) Ouders worden aan het begin van elk nieuw thema geïnformeerd over de inhoud. Deze informatieverstrekking is echter vrijblijvend. Leerkrachten geven niet aan wat er van ouders verwacht wordt aan activiteiten thuis. Zo zouden leraren een overzicht van de woorden die tijdens het thema behandeld worden, mee kunnen geven aan de ouders en hen met behulp van enkele suggesties kunnen adviseren op welke wijze ze hiermee met hun kinderen thuis aan de slag kunnen gaan. Ook kunnen leraren tips geven over boekjes die over het thema gaan en bij de bibliotheek gehaald kunnen worden. Juist omdat de school een ouderpopulatie heeft die weinig leest, kan dit van belang zijn. C KWALITEIT VAN DE UITVOERING VAN VVE C1 Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma C1.1 Een integraal VVE-programma C1.2 Werken met een doelgerichte planning C1.3 Het aanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd C2 Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat C2.1 Het pedagogisch handelen van de leerkrachten is respectvol C2.2 De leerkrachten hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen C2.3 De leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen C2.4 De leerkrachten tonen respect voor de autonomie van het kind C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taaluitlokkend C3 Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen C3.1 Het educatief handelen van beide leidsters/leerkrachten is goed op elkaar afgestemd C3.2 Er worden effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd C3.3 De leidsters/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen C3.4 De leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken C3.5 De leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de leerkrachten met de kinderen is responsief VVE-rapport 15141 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 de Grondtoon 3 3 2 3 3 3 3 3 2 3 3 3 3 3 Pagina 4 van 7 C3.7 De leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen 3 (C1.2) De leerlijnen zijn vastgelegd en op basis van de jaarplanning bepalen de leraren het aanbod voor de komende periode. (C1.3) Het aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen maar gezien de populatie kan er voor de kleuterbouw meer aandacht worden geschonken aan de woordenschat. Hiermee kan een doorgaande lijn worden opgezet naar groep 3 en 4. In groep 4 wordt nu al wel gewerkt met een woordenschatmethode naast de methode Taal Actief. (C2.5) De inrichting van de lokalen is aantrekkelijk en speluitnodigend. Toch kan de school zich nog verbeteren door meer aandacht te besteden aan de taligheid van de inrichting door de themawoorden expliciet in het lokaal aanwezig te laten zijn en daarnaast ook andere sleutelwoorden op ooghoogte van de kinderen op te hangen. Hiermee is het ook voor ouders duidelijk welke woorden van het thema behandeld worden. Tenslotte kunnen (prenten)boeken die bij het thema aansluiten nadrukkelijker aanwezig zijn in het lokaal waardoor kinderen er ook meer in gaan lezen. (C3.1) Voor deze indicator is geen beoordeling mogelijk doordat er geen sprake is van dubbele bezetting op de groepen. D ONTWIKKELING, BEGELEIDING EN ZORG D1 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg D1.4 Specifieke aandacht bij de begeleiding en zorg voor de taalontwikkeling D2 Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen D2.1 Leidsters/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg D2.2 Leidsters/leerkrachten melden kinderen aan voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De leidsters/leerkrachten blijven de ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden de Grondtoon 3 3 3 2 3 3 3 (D1.1) De school volgt de brede ontwikkeling van de kinderen met behulp van Kijk en een kleuterobservatielijst. Daarnaast worden de kleutertoetsen van Cito afgenomen. (D1.2) De leerkrachten zijn gestart met handelingsgericht werken en hebben hiervoor groepsoverzichten gemaakt van de groepen. Deze overzichten en toetsgegevens bieden de basis voor het groepsplan. Indien nodig volgt een individueel handelingsplan. De school heeft criteria vastgesteld voor het opstellen van een individueel plan. Dit behelst onder meer dat het ZAT betrokken is bij de ontwikkeling van de leerling, er sprake is van een verwijzing, of dat het een deelgebied betreft waar geen groepsplan voor is of het groepsplan onvoldoende toereikend. De intern begeleider is voor vier dagdelen beschikbaar voor alle groepen en daarnaast is er een RT'er voor één dagdeel beschikbaar. (D1.4) De school draagt zorg voor een vroege signalering van eventuele problemen, onder meer door een logopediescreening en een dyslexieprotocol. Risicoleerlingen kunnen zo in een vroeg stadium begeleid worden. De begeleiding van kinderen met taalproblemen kan de school echter nog verbeteren door een taalbeleid op te stellen dat meer gericht is op de leerlingen met ondersteuningsbehoeften op het gebied van taal. (D2.1) De school heeft voor de externe zorg contact met Eduniek, psychologen, logopediescreening, fysiotherapeuten en de Marnix-academie voor extra expertise. VVE-rapport 15141 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 5 van 7 Voor al deze zaken worden gesprekken gevoerd met externen als ouders hiervoor toestemming geven en erbij aanwezig zijn volgt een verwijzing. E KWALITEITSZORG BINNEN DE VOOR- C.Q. VROEGSCHOOL E1 Er is VVE-coördinatie in de vroegschool E2 De vroegschool evalueert de kwaliteit van VVE regelmatig E3 De vroegschool evalueert de opbrengsten van alle kinderen E4 De vroegschool formuleert op basis van evaluaties verbetermaatregelen en voert die aantoonbaar en planmatig uit E5 De vroegschool borgt de kwaliteit van haar educatie E6 In de kwaliteitszorg van de basisschool wordt ook specifiek naar VVE gekeken de Grondtoon 2 2 3 3 3 2 (E2) De school heeft haar kwaliteitsbeleid vastgesteld. Binnen het kwaliteitsbeleid is echter nauwelijks sprake van specifieke aandacht voor de kwaliteit van het VVE-beleid. Zo heeft de school geen doelen geformuleerd voor bijvoorbeeld de opbrengsten, ouderbeleid en taalbeleid voor de VVE-doelgroep. Ook is niet vastgelegd hoe de effecten van het VVE-beleid gemonitord moeten worden. Hierdoor kan de school niet goed aangeven in hoeverre VVE effectief is. (E3) De school evalueert de opbrengsten van alle kinderen maar maakt nog geen onderscheid tussen doelgroepleerlingen en niet-doelgroepleerlingen. Door hier gericht op te monitoren kan de school voor zichzelf bepalen of er een verschil is in ontwikkeling tussen doelgroepleerlingen die vanaf de leeftijd van 2,5 jaar VVE hebben gevolgd en doelgroepleerlingen die dit niet hebben gedaan. F DOORGAANDE LIJN F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool F2 Voldoende kinderen stromen door naar een vroegschool F3 De basisschool wint doelmatige informatie in bij de voorschool over de instromende peuters en maakt daar aantoonbaar gebruik van F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd F6 De manier om met ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en vroegschool op elkaar afgestemd de Grondtoon 2 3 3 2 2 2 (F1) Hoewel er in de praktijk contacten zijn tussen de school en de afleverende speelzalen, betekent dit nog niet dat er sprake is van coördinatie tussen de verschillende instellingen. De leerlingen komen van verschillende speelzalen waardoor afstemming juist extra van belang is. Met De Peuterhof die inpandig gevestigd is, is er wel meer contact en een prettige samenwerking maar ook hier is nog geen sprake van een structurele afstemming op gebieden als zorg, doorgaande leerlijnen en ouderbeleid. Van belang is dat de vroegschool in overleg met de aanleverende voorscholen bepaalt op welke gebieden en in welke mate er coördinatie en afstemming noodzakelijk en gewenst zijn. (F5) Alle VVE-locaties binnen de gemeente gebruiken hetzelfde programma (Ik ben Bas). In dit opzicht is er sprake van een zekere methodische afstemming. Over de wijze waarop het programma gebruikt wordt i.c. het pedagogisch en didactisch handelen van de leidsters en de leraren is geen sprake van afstemming. (F6) Er is nauwelijks sprake van gemeenschappelijk ouderbeleid tussen De Grondtoon en de verschillende peuterspeelzalen. VVE-rapport 15141 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 6 van 7 (F7) Ook ten aanzien van de leerlingenzorg is er nauwelijks sprake van afstemming. G OPBRENGSTEN VAN VVE G1 De resultaten worden gemeten conform de afspraken G2 De resultaten zijn van voldoende niveau G3 Verlengde kleuterperiode de Grondtoon n.v.t 3 3 (G1) Er zijn geen afspraken gemaakt tussen de gemeente, schoolbesturen en welzijnsinstellingen over de te behalen resultaten of de manier waarop deze gemeten moeten worden. Wel bevraagt de gemeente alle scholen over de resultaten 4. VERVOLGAFSPRAKEN Het bezoek heeft geen aanleiding gegeven voor het maken van vervolgafspraken. VVE-rapport 15141 Onderzoeksdatum: 12-9-2011 Pagina 7 van 7