Grote of St. Vituskerk Naarden Paaswake Stille Zaterdag 15 april 2017 Voorgangers: ds. L.J.Th. Heuvelman en ds. V.C. Lindenburg Organist: Wybe Kooijmans met medewerking van de Naarder Cantorij o.l.v. Ike Rebel Allen gaan staan Het Licht Cantorij zingt de Introïtus voor de Paasnacht: Lied 594 Solo: Wachters op de morgen, hoever is de nacht? Koor: Ontwaak wie nog slaapt en sta op uit de dood! Solo: Wachters op de morgen, hoever is de nacht? Koor: Ontwaak wie nog slaapt en sta op uit de dood! Solo: Wachters op de morgen, hoever is de nacht? Koor: Ontwaak en sta op, uw licht is opgegaan! V: G: Het licht van Christus die in heerlijkheid verrezen is, moge de duisternis uit ons leven verdrijven. Amen Acclamatie door cantorij (t. en m. G. Maule) Licht, eerste woord, door mensen gehoord, nog altijd spreekt Gij voort. Uw schepping wacht tot Gij, door uw kracht een grens stelt aan de nacht. Uw eerste woord, wij geven het door: voor alle mensen licht! 1 Bij de Paaskaars V: G: Christus, gisteren en heden, Begin en Einde, Alpha en Omega. Hem behoren tijd en eeuwigheid, alle heerlijkheid en heerschappij in de eeuwen der eeuwen. Amen De Paaskaars wordt aangestoken. Intocht van het licht Cantrix: Licht van Christus Allen: Heer wij danken u (3x) Iedereen komt naar voren en steekt zijn kaars aan de Paaskaars aan Tijdens deze processie zingen we lied 600 vers 1, 2, 3, 4 en 5 (t. S. de Vries, m. W. Vogel) 2 2 Licht, geschapen, uitgesproken, licht, dat straalt van Gods gelaat, licht uit licht, uit God geboren, groet ons als de dageraad! 3 Licht, aan liefde aangestoken, licht, dat door het donker brandt, licht, jij lieve lentebode, zet de nacht in vuur en vlam! 4 Licht, verschenen uit den hoge, licht, gedompeld in de dood. licht, onstuitbaar, niet te doven, zegen ons met morgenrood! 5 Licht, straal hier in onze ogen, licht, breek uit in duizendvoud, licht, kom ons met stralen tooien, ga ons voor van hand tot hand! De grote Lofzegging V: G: V: G: V: G: V: De Heer zij met u! Ook met u zij de Heer! Verheft uw hart! Wij zijn met ons hart bij de Heer. Brengen wij dank aan de Heer, onze God! Hij is onze dankbaarheid waardig. Ja waarlijk … Loflied: 622: 1, 2 en 4 (t. K. Stolzhagen, vert. A. den Beste, m. B. Gesius) 3 2 Hij heeft de duivel alle macht, ontnomen, hem ten val gebracht. Halleluja, halleluja. Hij heeft gelijk een grote held de boze reddeloos geveld. Halleluja, halleluja. 4 O Gij die onze Heiland zijt, die zondaars uit de dood bevrijdt, halleluja, halleluja, om uw genade'n liefde leid ons binnen in uw heerlijkheid. Halleluja, halleluja. Allen gaan zitten, kaarsjes worden gedoofd De heilige Schrift De schepping V: Dit is de nacht waarin wij gedenken hoe God de hemel en de aarde geschapen heeft en het licht deed opgaan in de duisternis Lezing: Genesis 1: 1-5 Lied 513 vers 1, 2, 3 en 4 (t. J. Wit, m. G. Kremer) 2 God heeft het eerste woord. Voor wij ter wereld kwamen, riep Hij ons reeds bij name, zijn roep wordt nog gehoord. 3 God heeft het laatste woord. Wat Hij van oudsher zeide, wordt aan het eind der tijden in heel zijn rijk gehoord. 4 4 God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin. De Uittocht V: Dit is de nacht waarin wij gedenken hoe God zijn volk bevrijd heeft uit de slavernij en door water en woestijn geleidde naar het Land van belofte. Lezing: Exodus 14: 21-25 Lied: Zingend Geloven 6: 58 “Uit het slavenhuis getogen” cantorij couplet, allen het refrein 5 De Herleving V: Dit is de nacht waarin wij gedenken hoe God aan zijn volk hoop en nieuw leven heeft geschonken Lezing: Ezechiël 37: 1-14 Lied 686 vers 1, 2 en 3 (t. H. Oosterhuis, m. B. Huijbers) 6 2 Wij zijn in Hem gedoopt Hij zalft ons met zijn vuur. Hij is een bron van hoop in alle dorst en duur. Wie weet vanwaar Hij komt wie wordt zijn licht gewaar? Hij opent ons de mond en schenkt ons aan elkaar. 3 De Geest die ons bewoont verzucht en smeekt naar God dat Hij ons in de Zoon doet opstaan uit de dood. Opdat ons leven nooit in weer en wind bezwijkt, kom Schepper Geest, voltooi wat Gij begonnen zijt. Doopgedachtenis en litanie Inleiding Lezing: Romeinen 6: 3-8 Het doopwater wordt in het doopvont gegoten Allen gaan staan V: G: V: G: V: G: V: G: Laten wij uitspreken, dat wij geloven in God de Vader, onze Schepper en Verlosser. Ja, wij geloven. Laten wij uitspreken, dat wij geloven in Jezus Christus, zijn Zoon, onze gekruisigde en opgestane Heer. Ja, wij geloven. Laten wij uitspreken, dat wij geloven in de Heilige Geest, die ons leven vernieuwt. Ja, wij geloven. Niemand van ons leeft voor zichzelf alleen en niemand sterft voor zichzelf alleen, want levend leven wij in het bereik van de Heer en stervend sterven wij in het bereik van de Heer. In leven en sterven zijn wij door Hem gekend 7 Lied 356 vers 1 cantorij, 2 allen, 3 cantorij, 6 en 7 allen (t. W. van der Zee, m. A. Eikelboom) 1 O God die uit het water in het begin de aarde hebt geroepen de grote toekomst in: Heer ontferm u over ons en over onze kinderen 3 O God die door het water, de Rode Zee, uw volk de vrije doortocht gaf, uw wolk trok met hen mee: Refrein 6 O God die in het water van de Jordaan uw Zoon hebt aangewezen om allen voor te gaan: Refrein 8 7 O God die in het water van onze doop wie Jezus willen volgen doet opstaan tot de hoop: Refrein Allen gaan zitten Litaniegebed, met als acclamatie lied 333 De Dageraad De kaarsen worden weer aangestoken door het licht van de Paaskaars aan elkaar door te geven V: Dit is de nacht waaruit de dageraad geboren wordt, leven voor altijd. Lied: ‘Kondig het aan: de Heer is verrezen’ (t. en m. Paul Schollaert) Cantorij: Kondig het aan: de Heer is verrezen, dit is de waarheid die Hij geeft; zeg aan de wereld dat Jezus leeft. dit is het leven voor alle eeuwen! Dit is de weg die Hij heeft gewezen; Alleluia! Christus leeft! 9 Allen: Leef in uw hart met volle vertrouwen, hoop op een toekomst voor iedereen, steun voor wie zwak is, troost voor wie rouwen, vriendschap en goedheid om u heen. Liefde volstaat om een wereld op te bouwen. Alleluia! Christus leeft! Cantorij zingt ‘Halleluja’ ( M. Haydn) Lezing: Mattheus 28: 1-10 10 Lied 642: 1, 2, 4 en 8 (t. Novalis, vert. A. den Beste, m. J. Crüger) 2 Ik zeg het allen, en de mond van allen zegt het voort, tot over ’t ganse wereldrond de nieuwe morgen gloort. 4 Ten onder ging de sterke dood, ten onder in de vloed; nu straalt ons in het morgenrood zijn toekomst tegemoet. 8 ’t Is feest, omdat Hij bij ons is, de Heer die eeuwig leeft en die in zijn verrijzenis alles herschapen heeft. Allen gaan staan Zegen, met gezongen ‘amen’ Lied 634 vers 1 en 2 (t. H. Jongerius, m. G. F. Handel) 1 U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, U zij alle eer! Alle mens'lijk lijden hebt Gij ondergaan om ons te bevrijden tot een nieuw bestaan: U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, U zij alle eer! 11 2 Licht moge stralen in de duisternis, nieuwe vrede dalen waar geen hoop meer is. Geef ons dan te leven in het nieuwe licht, wil het woord ons geven dat hier vrede sticht: U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, U zij alle eer! Zondag 16 april Pasen Grote of Sint Vituskerk – 10.00 uur Voorganger: Ds. V.C. Lindenburg en ds. L.J.Th.Heuvelman 12