30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. Onderzoeksvraag: Waardoor ontstonden het liberalisme en het socialisme, en hoe dachten liberalen en socialisten over de sociale kwestie? Kenmerkende aspect: De opkomst van de politiek‐maatschappelijke stromingen nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 Liberalisme: 8.4 De sociale kwestie. De opvatting dat mensen volledig vrij moeten zijn en zelf verantwoordelijk zijn voor hun welzijn en maatschappelijke positie. Liberalen willen dat de overheid zich zo min mogelijk bemoeit met de economie. Eventuele sociale problemen zouden zich vanzelf oplossen. Liberalisme komt voort uit de ideeën van de verlichte denkers en de Franse Revolutie (ʹVrijheid, gelijkheid en broederschap‘). De theorie uit het boek ‘The wealth of Nations’ (van de verlichte denker Adam Smith, 1776) werd de basis voor de politiek‐ economische opvattingen van het liberalisme. ervoor zorgen dat waar Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. Door de industrialisatie kregen fabrikanten grote economische macht die zij wilden vertalen naar politieke invloed, wat leidde tot een nieuwe politieke stroming, het liberalisme. De liberalen hadden in de 19e eeuw vooral aanhang onder de stedelijke handelaren, ondernemers, bankiers en kooplieden en verder onder de rijke boeren, advocaten, notarissen, artsen en journalisten. Het waren mensen in de middenklasse en bovenklasse van de samenleving die hun macht of status ontlenen aan hun vermogen, opleiding en werk. Ze worden ook wel de bourgeoisie genoemd. 1 30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. Liberalisme TEGEN VOOR Economisch Gildesysteem (zie 4.1) Mercantilisme (zie 6.1) Vrijheid van het individu, handel, productie , arbeid en een overheid die zich zo min mogelijk met economie bemoeit. Het individu staat centraal en men gelooft dat ieder mens zich op basis van zijn eigen talenten omhoog kan werken. Het kapitalistische systeem, want ook het kapitalisme gaat uit van de individuele vrijheid, privé‐eigendom van de productiemiddelen en vrije marktwerking. Politiek Absolutisme, censuur en b.v. godsdienstige intolerantie, betutteling door de overheid. Een parlementaire democratie waarbij vrijheden (godsdienst, meningsuiting e.d.), rechten en plichten in een grondwet worden vastgelegd. Iedereen moet voor de wet gelijk zijn. De nachtwakersstaat, de overheid moet zijn burgers beschermen en hen verder met rust laten. Opmerking: veel (conservatief) liberalen waren trouwens tegen het algemeen kiesrecht. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. Het liberalisme bleek een drijvende kracht achter de industriële revolutie, maar de keerzijde was dat door de opdeling van het arbeidsproces de arbeider van een trotse ambachtsman in een ongeschoolde lopende band arbeider veranderde. Daarnaast was door de snelle urbanisatie de huisvesting van de arbeiders (het proletariaat) slecht en zorgde het grote aanbod van ongeschoolden voor erg lage lonen en ontstonden er enorme verschillen tussen rijk en arm. sociale kwestie Het vraagstuk van de armoede en de slechte werk‐ en levensomstandigheden van de arbeidersklasse en de discussie over de integratie van de arbeiders in de samenleving. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. De keerzijde, de sociale kwestie. 2 30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. eeuw kwam de maatschappelijke discussie over deze sociale kwestie op gang. Sociaal bewogen burgers kwamen voor de arbeiders op en eisten een rechtvaardigere maatschappij met redelijke lonen en meer politieke inspraak. In 1848 verscheen ´Het communistisch manifest` van Karl Marx en Friedrich Engels. Dit boek zou samen met ‘Het Kapitaal’ de theoretische basis vormen voor een nieuwe politieke stroming die het opnam voor de arbeiders. In het midden van de 19e socialisme. Verzamelnaam voor alle politieke stromingen die tot doel hebben de maatschappelijke ongelijkheid op te heffen en een samenleving op te bouwen op basis van volledige gelijkheid. Het communisme en de sociaaldemocratie zijn twee varianten hiervan. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 dictatuur van het proletariaat socialistisch paradijs K L A S S E N S T R IJ D 8.4 De sociale kwestie. 3 30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. ‘Ontwaakt verworpenen der aarde’ Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 Toen in de 2e 8.4 De sociale kwestie. helft van de 19e eeuw de arbeiders het iets beter i.p.v. slechter kregen, ontstond er een splitsing in de socialistische beweging. • Een deel, de communisten bleef geloven in de onvermijdelijke revolutie. • De sociaaldemocraten wilden niet langer wachten en kozen voor de democratische weg. Via uitbreiding van het kiesrecht zou de invloed van de arbeiders in het parlement toenemen en kon men door het invoeren van sociale wetgeving de toestand van de arbeiders verbeteren. In tegenstelling tot de liberalen in die tijd wilden de sociaaldemocraten dus een overheid die zich actief met de economie en het welzijn van de mensen zou gaan bemoeien. Welk woord hoort bij welke prent? kies uit: • liberalisme • communisme • absolutisme 1 2 3 4 30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. 2007, 1e tijdvak Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. 2010, 2e tijdvak 5 30‐9‐2015 Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 2010, 2e 8.4 De sociale kwestie. tijdvak Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 2009, 2e tijdvak 8.4 De sociale kwestie. En nog een paar extra vragen…. Tijd van burgers en stoommachines 1800‐1900 8.4 De sociale kwestie. 2006, 1e tijdvak 6