productfiche

advertisement
PRODUCTFICHE
Titel:
Morele stress in de (ouderen)zorg
Hogeschool West-Vlaanderen
Céline Baele, Dorine Coolen, Herlinde Dely
1.
Naam van het product
Website: www.morelestress.be
2.
Duid het type van het product aan
(Bijvoorbeeld: opleidingspakket, handleiding, procesbeschrijving…)
Het eindproduct is een informerende en sensibiliserende website waarop uitleg over morele stress,
beleidsaanbevelingen (gids) en instrumenten (o.a. vragenlijsten, opleidingspakket) te vinden om aan
de slag te gaan rond detecteren, bespreekbaar stellen en hanteren van morele stress in de
(ouderen)zorgsector.
Noot: de inhoud van de website is voor het overgrote deel transfereerbaar naar andere
zorginstellingen (zorgsector (ziekenhuizen, psychiatrische zorginstellingen, thuiszorgorganisaties,
bijzondere jeugdzorg, etc.)
3.
Op welk type drager wordt het product beschikbaar gesteld?
(Bijvoorbeeld: papier, Cd-rom, website…)
Het product wordt beschikbaar gesteld op een website. De verschillende instrumenten en de gids
zullen in pdf-formaat te downloaden zijn.
4.
Wie zijn de gebruikers van het product?
(Bijvoorbeeld HR manager, eerstelijnsverantwoordelijke, trainers…)
De primaire gebruikers zijn:
-
-
-
Beleidsmakers in de zorg: Deze website wil zorgorganisaties sensibiliseren en wijzen op
het belang van het besteden van aandacht aan morele stress. Voor deze doelgroep is
vooral de gids (met beleidsaanbevelingen en good practices) belangrijk. De gids geeft
weer op welke manier beleid(teams) in de dagelijkse werking van hun organisatie aan de
slag kunnen gaan rond morele stress. Organisaties worden via de gids op weg gezet in het
uitwerken van een integraal beleid rond morele stress. Verder kunnen ze zich ook laten
inspireren door good practices (getuigenissen uit de partnerorganisatie).
Directe leidinggevenden in de zorg: de website laat deze doelgroep op een
laagdrempelige manier kennis maken met morele stress en biedt concrete tools aan om
rond dit thema met het team aan de slag te gaan.
Externe dienstverleners (trainers, consultants, preventiediensten): deze website biedt een
ingangspoort en focus om zorgorganisaties te begeleiden in de concrete uitbouw van een
welzijnsbeleid in het kader van de vernieuwde Welzijnswet. Externe dienstverleners
kunnen zich via de ‘gids’ laten inspireren. Trainers kunnen zich o.a. het workshoppakket
eigen maken en aanbieden aan zorgorganisaties.
De secundaire gebruikers zijn:
- Zorgverleners: Onze strategie is morele stress ingang te doen vinden in zorgorganisaties
via de hier boven beschreven 3 primaire doelgroepen. Dit laatste neemt niet weg dat de
website ook individuele zorgverleners erkenning en herkenning kan bieden omtrent
morele stress. Op die manier fungeert de website als een laagdrempelig informatiekanaal
voor individuele zorgverleners en kan het thema ook bottom-up binnen de organisatie
geïntroduceerd worden. Vooral de informatie en getuigenissen over morele stress kunnen
in dat opzicht interessant zijn voor individuele zorgverleners.
5.
Wie behoort tot de finale doelgroep?
(Bijvoorbeeld: vrouwen, oudere werknemers, nieuwkomers, …)
Onze finale doelgroep zijn zorgverleners (brede groep van zorgverleners in de ouderenzorg – bij
uitbreiding in alle zorgsectoren): aandacht voor morele stress draagt bij tot het algemeen welzijn van
zorgverleners. Zorgorganisaties hebben absoluut belangen bij het besteden van aandacht aan morele
stress, in het kader van o.a. kwaliteit van de zorg (‘core business’) en retentie van zorgpersoneel.
6.
Wat omvat het product precies?
Het resultaat van dit ESF-project is een website en instrumentarium om morele stress te detecteren,
bespreken en hanteren in (ouderen)zorgorganisaties, op het niveau van de individuele medewerker,
team en leidinggevend niveau, en organisatiesniveau. Het doel is om morele veerkracht te
ontwikkelen inzake het omgaan met morele stress.

Website
De website www.morelestress.be is een sensibiliseringstool en vormingstool die externe
dienstverleners, beleidsmakers in de zorgsector en leidinggevenden in de zorg wil stimuleren,
inspireren en ondersteunen in het aan de slag gaan rond morele stress. Concreet willen wij via de
website hiervoor handvaten aanbieden, en dit via beleidsaanbevelingen, good practices (verzameld in
een ‘gids voor het omgaan met morele stress in zorgorganisaties’) en concrete instrumenten. De
website is zowel een product (sensibiliseringstool) op zich als de drager van de ontwikkelde
producten. Op de website zullen al deze handvaten in pdf-formaat vrij gedownload kunnen worden.

‘Gids: Van morele stress naar morele veerkracht’
Doorheen het project werden heel wat inzichten en aanbevelingen voor zorgorganisaties verzameld.
Deze werden gebundeld in de ‘gids: Van morele stress naar morele veerkracht’. Beleidsteams
worden doorheen de website en de gids gesensibiliseerd en op weg gezet om het thema morele stress
op te nemen binnen het organisatiebeleid. In deze gids worden zij dan ook algemene strategieën voor
een integrale benadering van morele stress in de organisatie aangereikt, samen met getuigenissen,
concrete actiepunten en implementatiesuggesties en good practices uit de praktijk. Er wordt een
overzicht gegeven van de ontwikkelde instrumenten en hoe en door wie deze kunnen worden ingezet.
Er wordt dieper ingegaan op het conceptueel kader van morele stress en de gevolgen, effecten,
oorzaken en thema’s, versterkende factoren en hulpbronnen.

Instrumenten:
- Detectie-instrument: Het detectie-instrument morele stress is een vragenlijst die
individueel door de zorgverlener wordt ingevuld. Via deze vragenlijst krijgt de
zorgverlener zicht op; de mate waarin bepaalde kenmerken van morele stress bij
hem/haar aanwezig zijn, de mate waarin hij/zij negatieve effecten van morele stress
ervaart, zijn/haar morele gevoeligheid en zijn/haar risicoverhogende en risicoverlagende
factoren van morele stress. Naast een detectie-instrument op individueel niveau is het
detectie-instrument een startpunt voor bespreekbaarheid van morele stress. In het
detectie-instrument worden aanbevelingen gegeven over hoe men het instrument als
leidinggevende kan inzetten in het kader van functioneringsgesprekken.
-
Situationele vragenlijst: De situationele vragenlijst brengt in kaart rond welke situaties
zorgverleners in de ouderenzorg het meest en/of hevigst morele stress ervaren, wat de
belemmeringen zijn die zorgverleners in de weg staan in het verlenen van goede zorg en
op welke moment van de dag zorgverleners het meest morele stress ervaren. Nadat elk
teamlid deze vragenlijst individueel heeft ingevuld worden de verschillende vragenlijsten
door de leidinggevenden samengebracht en geanalyseerd. Op die manier krijgt de
leidinggevende inzicht in waar de pijnpunten van zijn/haar team liggen op het vlak van
morele stress. Naast een detectie-instrument op teamniveau is de situationele vragenlijst
een startpunt voor bespreekbaarheid van morele stress. Zo kan er bijvoorbeeld via de
groepsreflectie (cf. infra) met het team dieper ingegaan worden op een specifiek pijnpunt.
-
Groepsreflectie: De groepsreflectie is een methodiek om morele stress op een interactieve
manier bespreekbaar te maken. In team wordt er gereflecteerd over ervaringen van goede
zorg en ervaringen van morele stress. Naast het uitwisselen van ervaringen wordt er ook
aandacht besteed aan het herkennen van morele stress en het uitwisselen van
hulpbronnen in het omgaan met morele stress. Dit instrument geeft een beschrijving van
de methodiek; zodat leidinggevenden hun teams hierin kunnen begeleiden.
-
Morele stressthermometer: De morele stressthermometer is een naar het Nederlands
vertaalde versie van de bestaande Moral Distress Thermometer (Wocial & Weaver, 2013).
Het instrument maakt het mogelijk een snelle inschatting te maken van de intensiteit bij
morele stress bij een individuele medewerker.
-
Workshops: De methodiekenbundel ‘Van morele stress naar morele veerkracht’ is een
pakket met methodieken die in workshops kunnen worden aangewend om morele stress
te hanteren vanuit een veerkrachtperspectief. Op basis van literatuur, interviews en
focusgroepen werd het conceptueel kader van het ‘morele veerkrachthuis’ opgesteld, dat
de basis vormt van de workshops. Het ‘morele veerkrachthuis’ bestaat uit 6 hulpbronnen
die de zorgverlener / teams van zorgverleners veerkrachtiger kunnen maken in het
hanteren van morele stress, nl. ‘zelfkennis, zelfreflectie en zelfzorg’, ‘ik en mijn team’,
‘waardering’, ‘mildheid en zelfrelativering’, ‘morele moed’ en ‘zingeving’. Elke workshop
speelt in op één of meerdere kamers van het ‘morele veerkrachthuis’. In de bundel
worden combinatiemogelijkheden aangereikt. Op die manier kan de begeleider een keuze
maken op maat van zijn/haar team of groep. Leidinggevenden kunnen in deze bundel
inspiratie vinden voor teammomenten.
-
Brochure voor leidinggevenden: De brochure voor leidinggevenden is een laagdrempelig
instrument voor directe leidinggevenden waarin kort en overzichtelijk uitgelegd zal
worden wat morele stress is, wat de gevolgen zijn van morele stress en hoe men morele
stress binnen de organisatie kan aanpakken (op de pijlers detecteren - bespreekbaar
maken - hanteren), met verwijzing naar de in het ESF-project ontwikkelde tools.
-
7.
Brochure voor het management: De brochure voor het management is een laagdrempelig
sensibiliseringsinstrument voor het management waarin kort en overzichtelijk uitgelegd
zal worden wat morele stress is, wat de gevolgen zijn van morele stress en hoe men
morele stress binnen de organisatie kan aanpakken (op de pijlers detecteren bespreekbaar maken - hanteren), met verwijzing naar de in het ESF-project ontwikkelde
tools.
Waarom wordt het product gebruikt?
De helft van de verpleegkundigen vanaf de leeftijdsgroep van 35 tot 44 jaar werkt slechts deeltijds.
Dit blijkt uit recente cijfers van de Werkbaarheidsmonitor van de Stichting Innovatie en Arbeid van de
SERV (2013). Uit diezelfde cijfers dat voornamelijk de medewerkers in woonzorgcentra (‘rusthuizen’,
sic.) een lage werkbaarheid rapporteren (gemeten aan de hand van vier werkbaarheidsindicatoren, nl.
leermogelijkheden, werk-privébalans, werkstress/psychische vermoeidheid, welbevinden in het
werk/motivatie), in vergelijking met de Vlaamse arbeidsmarkt. Slechts 51,4% van de medewerkers in
woonzorgcentra geeft aan een ‘werkbare’ job te hebben. Van de vier werkbaarheidsindicatoren blijkt
‘werkstress/psychische vermoeidheid’ het meest aanwezige fenomeen. Psychische vermoeidheid
(werkstress) is de mate waarin de door psychosociale arbeidsbelasting opgebouwde (mentale)
vermoeidheid recuperabel is dan wel leidt tot spanningsklachten en verminderd functioneren (SERV,
2014). Die werkstress blijkt in de woonzorgcentra te pieken (35,5% problematische werkstress, in
vergelijking met 29,3% op de Vlaamse arbeidsmarkt, 10,9% ‘acuut problematisch’). Het aandeel
werkbare jobs in de woonzorgcentra (en de bredere zorgsector zoals vb. ziekenhuizen) verschilt ook
sterk van het aandeel werkbare jobs in andere subsectoren van de welzijnssector zoals bijvoorbeeld in
de sector van de Jeugdbijstand, Gehandicaptenzorg en welzijnssector (68.9% werkbare jobs) of de
Kinderopvang en Centra Geestelijke Gezondheidszorg (64,4% werkbare jobs). De
Werkbaarheidsmonitor peilt ook naar die aspecten die een belangrijke rol spelen in de werkbaarheid
van jobs (de zgn. werkbaarheidsrisico’s als oorzaak van vb. problematische psychische vermoeidheid
of werkstress). Volgens de SERV is de hoge werkstress/psychische vermoeidheid in de zorgsector toe
te schrijven aan de hoge taakbelasting, zowel in emotioneel opzicht (‘emotionele belasting’) als in
termen van te presteren opdrachten (‘werkdruk’). In de woonzorgcentra ervaart bijna 40% een
problematische werkdruk (18% acuut), voor 35,4% is het werk emotioneel belastend (8.5% acuut). In
de ziekenhuizen gaat het om 36,6% problematische werkdruk (met 12,3% acuut) en 40,9% emotionele
belasting (met 10,2% acuut).
Morele stress is een specifieke vorm van emotionele belasting (die vaak gerelateerd is aan tijdsdruk).
Aandacht voor morele stress in zorgorganisaties is aandacht voor een werkbaarheidsrisico met een
belangrijke impact op de werkbaarheid van zorgjobs en een belangrijke stap naar een duurzaam
personeelsbeleid.
Op psychologisch vlak gaat morele stress namelijk gepaard met gevoelens van kwaadheid, depressie,
schuldgevoel, frustratie en verminderd zelfwaardegevoel. Op fysiologisch vlak worden
gezondheidsklachten als nekpijn, hoofdpijn en maagklachten gerapporteerd (Schluter et al., 2008).
Onderzoek wijst verder uit dat zorgverleners die vaak onderhevig zijn aan ervaringen van morele
stress duidelijk minder voldoening ervaren bij de uitoefening van hun job, een lagere
arbeidstevredenheid rapporteren en meer risico lopen op burn-out (de Veer et al., 2012; Özden et al.
2013; Schluter et al. 2008; Piers et al., 2012).
Ook is morele stress gerelateerd aan een hogere (intentie tot) jobverlating (Hart, 2005; de Veer et al.
2012; Özden et al. 2013; Maningo-Salinas, 2010; Schluter et al. 2008; Piers et al., 2012). Gezien het grote
en groeiende tekort aan zorgpersoneel – de Europese Commissie schat dat tegen 2020, gezien de
stijgende vergrijzing en dubbele vergrijzing, er een tekort van 590.000 verpleegkundigen (en dan nog
enkel verpleegkundigen) verwacht wordt (Sermeus & Bruyneel, 2010) – is dit een belangrijke
vaststelling. In zorginstellingen en vooral in de ouderenzorg is verloop onder verpleegkundigen en
andere zorgverleners in het algemeen een gekende problematiek en een grote kostenpost voor de
organisatie. Niet alleen gaat het hierbij om het verlaten van de organisatie, veel zorgverleners stappen
tegelijk ook uit de zorgsector. Uit Europees onderzoek blijkt dat ongeveer één op tien
verpleegkundigen overweegt om uit het beroep te stappen (Heinen, van Achterberg, Schwendimann,
et al., 2013). In een Finse studie onder jonge vrouwelijke verpleegkundigen had zelfs één op de vier
die intentie (Flinkman, Laine, Leino-Kilpi, Hasselhorn & Salanterä, 2008).
Tot slot is morele stress ook gelinkt aan ‘compassiemoeheid’. Dit is een belangrijke bedreiging voor de
kwaliteit van de zorg ( Poghosyan, Clarke, Finlayson & Aiken, 2010) en een symptoom van burn-out,
hetgeen op termijn leidt tot verloop (Maslach & Leiter, 2009).
Morele stress kan aldus als een voorbode gezien worden van enerzijds verloop en anderzijds
verminderde toewijding en kwaliteit van de zorg. Vandaar dat zorgorganisaties die maatregelen
nemen om moreel ongenoegen bij zorgverleners te verlichten en die hen helpen om met hiermee om te
gaan, de (ethische) kwaliteit van de zorg laten toenemen. Bovendien zouden die organisaties er beter
in slagen om het fysieke en psychische welbevinden van zorgverleners gevoelig te verhogen en om
hen langer (gemotiveerd) aan het werk te houden (Burston & Tuckett, 2012). Zeker in het kader van
langer werken en duurzame inzetbaarheid van personeel is dit een belangrijke doelstelling. De
sterkste negatieve effecten doen zicht namelijk voor wanneer zorgverleners langdurig en frequent aan
onopgeloste morele stress worden blootgesteld. Hoe kunnen zorgorganisaties vermijden dat ervaren
en betrokken zorgverleners enerzijds uit de zorg stappen of ziek worden, of anderzijds ‘hard en
cynisch’ in de zorg komen te staan?
Samengevat willen wij met dit project concrete aanbevelingen en tools aanbieden in het omgaan met
morele stress in zorgorganisaties, en dit met het oog op:
- Retentie,
- de kwaliteit van de zorg
- en het welzijn van de zorgverlener.
Dit product wil op bovengenoemde probleemstelling inspelen via sensibilisatie, het aanreiken van
aanbevelingen en concrete tools, opdat organisaties preventief aan de slag kunnen gaan rond morele
stress.
8.
Hoe wordt het product gebruikt?
Op de website wordt het ontwikkelde materiaal vrij toegankelijk beschikbaar gesteld (zie
omschrijving product).
De gids en concrete instrumenten zijn ook vrij te downloaden zijn in pdf-formaat. De instrumenten
zijn makkelijk inzetbaar, voor ieder instrument is een uitgebreide handleiding uitgewerkt. Bovendien
kan elke organisatie zelf bepalen in welke mate en op welke manier hij met de instrumenten aan de
slag gaat.
Verder kunnen organisaties zelf bepalen of ze de instrumenten zelf inzetten of zich laten bijstaan door
een consultant of trainer.
9.
Wanneer wordt het product gebruikt?
Het product zal gebruikt worden wanneer organisaties tegemoet willen komen aan de vernieuwde
welzijnswet en aandacht voor het thema morele stress willen gaan integreren in bestaande
beleidslijnen en kwaliteitszorg, en dit vooral vanuit een preventieve insteek.
Bovendien is het een integraal product dat ten alle tijde kan ingezet worden.
10. Waar wordt het product gebruikt?
Onze finale doelstelling is dat actoren binnen de sector van de ouderenzorg het product in de praktijk
brengen binnen hun organisatie. Daarnaast is het product zeker ook transfereerbaar naar de bredere
zorgsector (ziekenhuizen, psychiatrische zorginstellingen, thuiszorgorganisaties, bijzondere
jeugdzorg, etc.)
Secundair kunnen consultants en externe diensten preventie op het werk zich het product eigen
maken en overdragen naar zorgorganisaties.
11. Is er een opleiding gekoppeld aan het gebruik van het product?
Een opleiding is niet noodzakelijk om het product te kunnen gebruiken. De website met bijhorende
gids en instrumenten zijn voldoende uitgewerkt zodat gebruikers, mits enige verdieping in het thema
(bijvoorbeeld via het doornemen van verschillende documenten op de website), volledig zelfstandig
aan de slag kunnen gaan. Zoals reeds vermeld is elk instrument voorzien van een uitgebreide
handleiding. Organisaties kunnen hierin zelf bepalen of ze de instrumenten zelf inzetten of zich laten
bijstaan door een consultant of trainer.
Binnen de onderzoekscluster Verpleegkunde (Hogeschool West-Vlaanderen) zullen wij inzetten op
het aanbieden van laagdrempelige infosessies en opleidingen voor leidinggevenden en trainers aan te
bieden die zich nog verder willen inwerken in dit thema en de instrumenten.
Wat is de kostprijs voor gebruikers?
Het beschikbare materiaal wordt volledig kosteloos aangeboden op de website en staat dus vrij ter
beschikking van alle geïnteresseerden. De implementatie van de instrumenten in de organisatie zal
uiteraard tijd en personeelskost vragen.
Zoals hierboven reeds aangegeven kan er vanuit de onderzoekscluster Verpleegkunde (Hogeschool
West-Vlaanderen) ondersteuning geboden worden aan bedrijven (en dit aan marktconforme prijzen).
12. Geef de beschrijving van het product in het Engels
The outcome of this ESF-project is a website and a toolkit (guide and instruments) to detect,
approach and handle moral distress in health care organizations on three levels: the organization
level, the supervisor and team level and the individual level. The aim is to develop moral resilience in
coping with moral distress.
1. The website:
The website gives an overview of the importance of attention for the phenomenon moral distress
(definition, root causes, resources, testimonies on moral distress) and provides strategies,
recommendations and concrete instruments to detect, approach and handle moral distress.
The target audience for the website is threefold.
External services (trainers, consultants)
Policy makers/teams in health care
Supervisors
The main aim of the website is to inform, sensitize and support
1) Organizations, in the development of strategies and moral distress policies.
2) Supervisors, in supporting their teams in moral distress and growth in moral resilience
3) External services: All employers are obliged to promote the welfare of the employees in their
company. This involves risk prevention, measures for collective and personal protection and
also worker training and the provision of information to workers. Employers must consult an
internal or external service for prevention and protection at work to identify the risks facing
workers. Sometimes these services also provide training and consultancy. External services,
trainers and consultants can use this website en the tools to expand their offerings to health
care organizations.
All tools and information can be found on the website (downloadable- PDF). The website and tools
have plenty of quotes and testimonies from good practices, which can convince and support
employers in health care in the development of moral distress policies.
2.
A toolkit that consists of a wide range of tools and suggestions (guide) on the individual,
team, supervisor and organizational level. The organization is free as to which tools will be used,
depending on the needs, wishes, possibilities and style of the company. The website offers support
and insights in the process of selecting and effectively using the tools. The following tools are part of
the toolkit
-
A detailed package of workshops, designed to build resources for moral resilience in
teams. The workshops are designed to grow awareness on the topic, to inform, to reflect
on moral distress and to acquire resources to cope with moral distress and to develop
moral resilience. Organizations have a choice as to what extent they want to use the
workshops. The workshops package can be used by supervisors in healthcare (if they
have skilled in group training/coaching) and/or external consultants, trainers and
coaches. The package offers a wide range of files with methods to support teams in the
development of moral resilience. The users’ guide provides extensive instructions on how
to use the package and offers several proposals for the composition of modules.
-
Guidelines for a ‘group reflection- method’ on moral distress and ‘good care. This tools
provides guidelines to start a group reflection session concerning moral distress and good
care.
-
Situational questionnaire: this questionnaire is aimed to identify the root causes and
moments of moral distress in teams. The questionnaire is taken from the team members
and is reflected upon. The scoring form shows the main situations and moments that
cause moral distress in the team.
-
Detection questionnaire: this questionnaire is to filled in by individual carers. It identifies
the presence of moral distress and moral sensitivity in carers and focuses on resources and
risk factors. It provides suggestions for reflection and some guidelines (for supervisors) in
how to discuss moral distress (and the results of this test) in the context of performance
appraisals.
-
Brochure for supervisors: A document with information for supervisors concerning moral
distress (what is moral distress? How can I recognize moral distress in my team? How can
I support my team in moral distress?). This document provides guidelines for supervisors
in coping with moral distress in teams, provides strategies en suggestions on how to use
the tools.
-
Brochure for management of health care organizations: An informative brochure for the
management of health care organizations concerning moral distress (what is moral
distress? Why is it important?). This document provides guidelines for organizations in
coping with moral distress.
-
‘Guide for health care organizations in coping with carers’ moral distress’: This guide
intends to support the policy makers in health care organizations in developing strategies
to cope with moral distress and building the organizations’ capacity for moral resilience.
Organizations can choose to introduce some of those measures inside their own
organization and this according to their own needs and wishes, possibilities and limits.
The list of interventions and the testimonials can be used as a source of inspiration.
-
Moral Distress Thermometer: This instrument is a Dutch version (through back-and-forth
translation) of the existing English version of the Moral Distress Thermometer (Wocial &
Weaver, 2013).
13. In welke taal is het product beschikbaar?
Nederlands
Download