EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.10.2016 COM(2016) 656 final 2016/0324 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen, die zijn ingesteld bij de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, met betrekking tot de vaststelling van het reglement van orde van het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL • Motivering en doel van het voorstel Het voorstel in de bijlage vormt het rechtsinstrument voor goedkeuring van het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen ("het SPSsubcomité"), het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen, die zijn ingesteld bij de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds ("de overeenkomst"), met betrekking tot de vaststelling van het reglement van orde van het SPS-subcomité, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane, en het Subcomité geografische aanduidingen. De overeenkomst is op 27 juni 2014 in Brussel ondertekend en titel IV over Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden (diepe en brede vrijhandelsruimte, DCFTA) wordt sinds 1 januari 2016 voorlopig toegepast. Bij deze overeenkomst zijn het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen opgericht. Deze subcomités hebben tot taak toezicht te houden op de uitvoering van het DCFTA-onderdeel van de overeenkomst en daarmee verband houdende kwesties op te lossen. Deze subcomités dienen hun reglement van orde vast te stellen. De eerste vergaderingen van de subcomités zullen naar verwachting in de tweede helft van 2016 gehouden worden. De reglementen van orde van deze subcomités, die aan dit voorstel zijn gehecht, zijn gebaseerd op het reglement van orde van het Associatiecomité. • Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein Met dit voorstel wordt, op basis van de bepalingen van de bovengenoemde overeenkomst en met name de daarin vastgestelde doelstelling van het tot stand brengen van een diepe en brede vrijhandelsruimte (DCFTA) tussen de partijen, uitvoering gegeven aan de gemeenschappelijke handelspolitiek van de Unie ten aanzien van Oekraïne, een partnerland van het oostelijk nabuurschap. • Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie Dit voorstel sluit aan op en draagt bij tot de uitvoering van ander extern beleid van de Unie, met name het Europees nabuurschapsbeleid en het beleid inzake ontwikkelingssamenwerking met betrekking tot Oekraïne. 2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID • Rechtsgrondslag De rechtsgrondslag voor de vaststelling van het door de Unie in te nemen standpunt in de krachtens de overeenkomst opgerichte comités en subcomités wordt gevormd door het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, in samenhang met artikel 218, lid 9. Gelet op de goedkeuring van de vier ontwerpen van reglement van orde door Oekraïne stelt de Europese Commissie op basis van artikel 207, lid 4, en artikel 218, lid 9, VWEU voor dat de Raad het besluit vaststelt tot goedkeuring van het door de Unie in te nemen standpunt betreffende de besluiten die moeten worden vastgesteld in de eerste vergaderingen van het SPS-subcomité, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en NL 2 NL het Subcomité geografische aanduidingen van de EU en Oekraïne, met betrekking tot de reglementen van orde van deze subcomités. Artikel 74 van de overeenkomst voorziet in de oprichting van het SPS-subcomité en bepaalt dat het op zijn eerste bijeenkomst zijn werkwijze moet vaststellen. De vergadering van het SPS-subcomité zal in de tweede helft van 2016 gehouden worden. Met het oog op deze eerste vergadering dient het standpunt van de Unie ten aanzien van het ontwerp-reglement van orde voor dat subcomité bepaald te worden. Het hierbij gevoegde ontwerp-reglement is door Oekraïne goedgekeurd. Artikel 300 van de overeenkomst voorziet in de oprichting van het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling en bepaalt dat het zijn reglement van orde moet vaststellen. De eerste vergadering zal naar verwachting in de tweede helft van 2016 gehouden worden. Het is daarom noodzakelijk het standpunt van de Unie betreffende het reglement van orde van dat subcomité te bepalen. Het hierbij gevoegde ontwerp-reglement is door Oekraïne goedgekeurd. Artikel 83 van de overeenkomst voorziet in de oprichting van het Subcomité douane en bepaalt dat het zijn interne reglement van orde moet vaststellen. De eerste vergadering zal naar verwachting in de tweede helft van 2016 gehouden worden. Het is daarom noodzakelijk het standpunt van de Unie betreffende het reglement van orde van dat subcomité te bepalen. Het hierbij gevoegde ontwerp-reglement is door Oekraïne goedgekeurd. Artikel 211 van de overeenkomst voorziet in de oprichting van het Subcomité geografische aanduidingen en bepaalt dat het zijn reglement van orde moet vaststellen. De eerste vergadering zal naar verwachting in de tweede helft van 2016 gehouden worden. Het is daarom noodzakelijk het standpunt van de Unie betreffende het reglement van orde van dat subcomité te bepalen. Het hierbij gevoegde ontwerp-reglement is door Oekraïne goedgekeurd. • Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid) De gemeenschappelijke handelspolitiek is krachtens artikel 3 VWEU een exclusieve bevoegdheid van de Unie. Het subsidiariteitsbeginsel is dus niet van toepassing. • Evenredigheid Dit voorstel is nodig om de in de overeenkomst met Oekraïne neergelegde internationale verplichtingen van de Unie na te komen. • Keuze van het instrument Dit voorstel strookt met artikel 218, lid 9, VWEU, volgens hetwelk de Raad besluiten vaststelt tot bepaling van de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt. Er bestaat geen ander rechtsinstrument dat kan worden gebruikt om de in dit voorstel uitgedrukte doelstelling te bereiken. 3. EVALUATIE, RAADPLEGING EFFECTBEOORDELING • VAN BELANGHEBBENDEN EN Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan Niet van toepassing. NL 3 NL • Raadpleging van belanghebbenden Voor dit voorstel hoeven geen belanghebbenden te worden geraadpleegd, omdat het voorstel uitsluitend beoogt de in de overeenkomst neergelegde verplichtingen van de Unie na te komen. • Bijeenbrengen en gebruik van expertise Niet van toepassing. • Effectbeoordeling De bepalingen van de overeenkomst op het gebied van handel en daarmee verband houdende aangelegenheden zijn onderworpen aan een effectbeoordeling vooraf (de in opdracht van DG Handel verrichte duurzaamheidseffectbeoordeling voor het handelsverkeer uit 2007), die werd meegenomen in de onderhandelingen voor een diepe en brede vrijhandelsruimte. Dat onderzoek bevestigde dat de toepassing van de handels- en handelsgerelateerde bepalingen zowel voor de EU als voor Oekraïne een positief economisch effect zou hebben. Het voorstel heeft geen nadelige invloed op het economisch, sociaal of milieubeleid van de Unie. • Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging De overeenkomst valt momenteel niet onder Refit-procedures; zij brengt geen kosten mee voor kleine en middelgrote ondernemingen in de Unie en levert geen problemen op vanuit het oogpunt van de digitale omgeving. • Grondrechten Het voorstel heeft geen gevolgen voor de bescherming van de grondrechten in de Unie. 4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Niet van toepassing. 5. • OVERIGE ELEMENTEN Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage De uitvoering van de overeenkomst wordt regelmatig getoetst door de Associatieraad EUOekraïne en de bij die overeenkomst opgerichte ondergeschikte organen daarvan. De Europese Commissie brengt aan het Europees Parlement en de Raad ook verslag uit na de bijeenkomsten van het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken EUOekraïne die ten minste eenmaal per jaar plaatsvinden, inclusief over de in dit voorstel opgenomen elementen. • Toelichtende stukken (bij richtlijnen) Niet van toepassing. • Artikelsgewijze toelichting Het voorstel beoogt een standpunt van de Europese Unie vast te stellen met betrekking tot: De diepe en brede vrijhandelsruimte (DCFTA) is als onderdeel van de Associatieovereenkomst EU-Oekraïne ("de overeenkomst") sinds 1 januari 2016 van kracht. Bij de overeenkomst is een aantal gemeenschappelijke instellingen opgericht, waaronder het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame NL 4 NL ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen, die verantwoordelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van de DCFTA-verbintenissen in hun respectieve vakgebieden. Overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU, vergen gezamenlijke besluiten met rechtsgevolgen die moeten worden vastgesteld door lichamen van de Associatieovereenkomst een voorafgaand besluit van de Raad over het standpunt van de Unie. • NL 5 NL 2016/0324 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen, die zijn ingesteld bij de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, met betrekking tot de vaststelling van het reglement van orde van het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen, het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, in samenhang met artikel 218, lid 9, Gezien het voorstel van de Commissie, Overwegende hetgeen volgt: NL (1) Artikel 486 van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds ("de overeenkomst"), voorziet in voorlopige toepassing van een deel van de overeenkomst. (2) Artikel 4 van Besluit 2014/668/EU van de Raad van 23 juni 20141 vermeldt welke bepalingen van de overeenkomst voorlopig zullen worden toegepast, waaronder de bepalingen betreffende de oprichting en de werkwijze van het Subcomité voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen ("het SPS-subcomité"), het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling, het Subcomité douane en het Subcomité geografische aanduidingen. (3) Artikel 74 van de overeenkomst bepaalt dat het SPS-subcomité op zijn eerste bijeenkomst zijn werkwijze moet vaststellen. (4) Artikel 300 van de overeenkomst bepaalt dat het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling zijn reglement van orde moet vaststellen. (5) Artikel 83 van de overeenkomst bepaalt dat het Subcomité douane zijn interne reglement van orde moet vaststellen. (6) Artikel 211 van de overeenkomst bepaalt dat het Subcomité geografische aanduidingen zijn reglement van orde moet vaststellen. 1 Besluit van de Raad van 23 juni 2014 inzake de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, wat titel III (met uitzondering van de bepalingen betreffende de behandeling van onderdanen van derde landen die legaal werken op het grondgebied van de andere partij) en de titels IV, V, VI en VII, alsmede de desbetreffende bijlagen en protocollen daarvan betreft (PB L 278 van 20.9.2014, blz. 1). 6 NL HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: Artikel 1 1. Het door de Unie in te nemen standpunt in het SPS-subcomité dat is ingesteld bij artikel 74 van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, wordt gebaseerd op het ontwerpbesluit inzake het reglement van orde van het SPS-subcomité dat bij dit besluit is gevoegd. 2. Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het SPS-subcomité. Artikel 2 1. Het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling dat is ingesteld bij artikel 300 van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, wordt gebaseerd op het ontwerpbesluit inzake het reglement van orde van het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling dat bij dit besluit is gevoegd. 2. Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het Subcomité handel en duurzame ontwikkeling. Artikel 3 1. Het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité douane dat is ingesteld bij artikel 83 van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, wordt gebaseerd op het ontwerpbesluit inzake het reglement van orde van het Subcomité douane dat bij dit besluit is gevoegd. 2. Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het Subcomité douane. Artikel 4 1. Het door de Unie in te nemen standpunt in het Subcomité geografische aanduidingen dat is ingesteld bij artikel 211 van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, wordt gebaseerd op het ontwerpbesluit inzake het reglement van orde van het Subcomité geografische aanduidingen dat bij dit besluit is gevoegd. 2. Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen zonder nader besluit van de Raad worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het Subcomité geografische aanduidingen. Artikel 5 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. NL 7 NL Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter NL 8 NL