De bestuurlijke uitdaging van economische opgaven in Nederland Erik Stam Utrecht University School of Economics Hoe mooi is het dat we in ons kleine polderland zoveel kunnen reflecteren en experimenteren met ons openbaar bestuur! Er is een breed gedeeld gevoel dat we in ons land niet de optimale vorm van openbaar bestuur hebben: er is meer mogelijk tussen het nationale en gemeentelijke bestuursniveau. We zouden de economische opgaven centraal moeten stellen en op basis daarvan een passende bestuursvorm vormgeven. Maar, hoe doe je dat, de economische opgave centraal stellen? De economie als patiënt: diagnose en monitoring Laten we eens de analogie van een patiënt nemen: een patiënt die ziek lijkt te zijn, waarvan eerst een diagnose gemaakt moet worden, om vervolgens een interventie in te zetten. De interventie is vrijwel nooit de perfecte oplossing van het probleem, zeker als het probleem niet goed gesignaleerd en gearticuleerd is. Zelfs als er een goede diagnose is gedaan en een passende interventie is ingezet zal enige monitoring nodig zijn: om de dosis aan te passen, om er achter te komen dat er een ander probleem speelt, of om bijkomende klachten te signaleren en een nieuwe interventie te overwegen. Bij een patiënt is helder wat zijn grenzen zijn: het lichaam is de eenheid van analyse. Hier lopen we gelijk al tegen een analytisch probleem aan in openbaar bestuur: wat is de regio? Hier stuiten we op grenzen, of beter gezegd het gebrek aan grenzen voor de afbakening van het lichaam. Is de patiënt wel de regio, of het land, de provincie, of gemeente? De laatste drie zijn tenminste lichamen met een duidelijke afbakening. Is Nederland ziek, en komt dat doordat bepaalde delen van het lichaam niet goed functioneren? Moet daarvoor het hoofdbestuur worden aangepast? Nee, niet direct, het lijkt er meer op dat de deelbesturen niet goed werken: door de mismatch tussen contextspecifieke opgaven en de adaptiviteit van het openbaar bestuur laat Nederland kansen voor meer economische ontwikkeling onbenut. Hoe maken of houden we het Nederlandse lichaam gezond? In welke onderdelen loopt het niet helemaal lekker, en wat kan openbaar bestuur daar aan doen? Er is een veelheid van economische opgaven mogelijk: hoe signaleren we deze, en articuleren we deze zodanig, dat we ook kunnen afwegen welke economische opgaven publieke aandacht verdienen. Dit is al een hele klus, die in de vaart om maar iets te gaan doen met de regio snel over het hoofd wordt gezien. Wat vaak mist, is een heldere diagnose van wat nu eigenlijk de economische opgaven zijn waar het openbaar bestuur in de regio wat mee moet. Het lijkt er op dat de diagnose gemakshalve wordt overgeslagen en dat gelijk maar een interventie wordt ingezet. Ik zie twee van dergelijke bewegingen: Ten eerste: er wordt gelijk ingezet op ingezet op maatschappelijke opgaven1, zoals gezondheid, schone energie, duurzame steden, en circulaire economie. Deze opgaven hebben direct of indirect een economische component, en het gevoel is dat de gemeente te klein is om deze te adresseren en dat op het nationaal niveau teveel blijft liggen. Het voordeel van deze aanpak is in ieder geval dat de opgave centraal staat. Of ook de economische opgave centraal staat valt te betwijfelen. En de maatschappelijke opgaven zijn weliswaar zeer nastrevenswaardig (alhoewel – politieke – smaken verschillen), maar erg contextspecifiek zijn ze niet. Ten tweede: er wordt gelijk ingezet op een triple helix organisatie, met vertegenwoordigers van overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen uit de stad of regio. Het voordeel is dat het in ieder 1 De 17 Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties fungeren vaak als bron van inspiratie: no poverty, zero hunger, good health and well-being, quality education, gender equality, clean water and sanitation, affordable and clean energy, decent work and economic growth, industry innovation and infrastructure, reduced inequalities, sustainable cities and communities, responsible consumption and production, climate action, life below water, life on land, peace justice and strong institutions, en als afsluiter: partnership for the goals 1 geval contextspecifiek is, maar vaak vanuit de publieke sector gedacht. Als het bedrijfsleven al vertegenwoordigd is, zijn dat vaak de managers van grote bedrijven en niet de ondernemers die het meeste gevoel bij de regio hebben en weten wat de belemmeringen zijn voor bedrijven in de regio. “Maak verschil in de regio - de economische opgaven centraal” is dan vooralsnog meer een belofte dan realiteit. Hoe kan openbaar bestuur dan wel de economische opgaven centraal stellen en er voor zorgen dat er verschil in de regio gemaakt wordt? Openbaar bestuur als tuinman: systeemverantwoordelijkheid en lokale expertise Openbaar bestuur is belangrijk om de economie te laten floreren, maar hoe, en waar, en met wie? De patiënt analogie is probleemgestuurd. De taak van het openbaar bestuur lijkt op die van de tuinman: ze heeft de verantwoordelijkheid voor de hele tuin – systeemverantwoordelijkheid in bestuurlijke termen. Hoe kan de overheid deze systeemverantwoordelijkheid voor het lichaam Nederland en haar lichaamsdelen (de regio’s?) zo goed mogelijk nemen? De tuinman die er voor zorgt dat duizend bloemen bloeien, dat niet één boom alles overheerst, en dat er niet allerlei onkruid het geheel overwoekerd. Gemakkelijk is het niet om een dergelijk ecosysteem te laten floreren. Het is een zeer complexe taak, waarbij zowel het geheel als allerlei onderdelen aandacht verdienen. Het is vooral de kunst om de sterkten en zwakten van het ecosysteem goed in kaart te brengen. Dit betekent dat je lokale expertise uit ‘het veld’ moet gebruiken: ondernemers die weten waar de belemmeringen zitten. Deze ondernemers kunnen vervolgens ook samen met het openbaar bestuur collectieve actie ondernemen om de economische opgaven in de regio aan te pakken. Betrokkenheid van stakeholders met de juiste expertise en voldoende wil en kracht om gezamenlijk economische opgaven aan te pakken is in de BZK proeftuinen een bestuurlijke uitdaging gebleken. Een mooi leerpunt om als bestuurders, ondernemers en wetenschappers mee aan de slag te gaan, om zo een gezonde en bloeiende economie te krijgen. Een pasklaar antwoord ligt er niet voor elke regio: een kwestie van experimenteren en leren. We kijken uit naar onverwacht lekkere vruchten van de proeftuinen! 2