De plaats van de trombosedienst in de toekomst

advertisement
De plaats van de
trombosedienst in de toekomst
Moderator
Prof dr H.C.J. Eikenboom
1st author / speaker
Felix van der Meer
Trombosedienst Leiden en Omstreken
LUMC, afdeling Trombose en Hemostase
Belangenverklaring
In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ)
Naam:
Felix van der Meer
Organisatie:
Trombosedienst Leiden en Omstreken; LUMC
☐ Ik heb de volgende mogelijke belangenverstrengelingen:
Type van verstrengeling / financieel belang
Naam van commercieel bedrijf
Ontvangst van subsidie(s)/research ondersteuning:
Ontvangst van honoraria of adviseursfee:
Lid van een commercieel gesponsord ‘speakersbureau’:
Financiële belangen in een bedrijf (aandelen of opties):
Andere ondersteuning (gelieve te specificeren):
Wetenschappelijke adviesraad:
50% dienstverband bij Trombosedienst Leiden en
Omstreken
De plaats van de trombosedienst in de toekomst
Verleden en huidige situatie
Ontwikkelingen op het gebied van antistollingsbehandeling
De trombosedienst in of van de toekomst
Deze voordracht is op persoonlijke titel
Verleden en heden van de antistollingszorg in Nederland (1)
De poliklinische behandeling met vitamine K antagonisten is in Nederland
altijd gedelegeerd geweest naar de trombosediensten
1949 eerste trombosedienst in Utrecht (prof Jordan)
1952 start trombosedienst Den Haag
1956 start trombosedienst Leiden
1971 oprichting Federatie van Nederlandse Trombosediensten
Betrekkelijk unieke situatie in de wereld
Kenmerken:
regionale organisatie
(verwijzing niet afhankelijk van ziekenhuis,
specialist of huisarts)
-zelfstandig
-verbonden aan een huisartsenlab
-verbonden aan een ziekenhuis
Verleden en heden van de antistollingszorg in Nederland (2)
Kenmerken trombosediensten
-verpleegkundigen (paramedisch personeel)
-huisbezoeken
-doseringen door artsen-doseeradviseurs
-sterk geautomatiseerd
-zelfmanagement
-strikte organisatie:
-compliantie
-co-medicatie (interactiebewaking)
-intercurrente ziekten
-beleid rondom ingrepen
-ketenzorg
-registratie van complicaties
-kwaliteitscontrole (lab – medisch)
-kwaliteitssysteem - certificering
Verleden en heden van de antistollingszorg in Nederland (3)
Enkele getallen (2013)
Aantal trombosediensten:
53
Totaal aantal behandelde patiënten:
Aantal atriumfibrilleren:
438.411 (+20.000)
280.026 (64%)
Percentage acenocoumarol:
76%
Totaal aantal verrichtingen (INRs):
6.558.024
Samenvatting Medische
Jaarverslagen 2013; FNT
Verleden en heden van de antistollingszorg in Nederland (4)
Samenvatting Medische
Jaarverslagen 2013; FNT
Ontwikkelingen op gebied van antistollingsbehandeling
Tevoren:
heparines, LMWH’s
vitamine K antagonisten
aspirine, clopidogrel
Nu:
heparine, LMWH’s
vitamine K antagonisten
aspirine, clopidogrel, prasugrel, ticagrelor
dabigatran
rivaroxaban, apixaban, edoxaban
Antistollingszorg is ingewikkelder geworden
keuze tussen diverse middelen
combinaties van diverse antistollingsmiddelen
beleid rondom ingrepen
ketenzorg
Ontwikkelingen op gebied van antistollingsbehandeling
Veranderingen /verplaatsing van de verantwoordelijkheid:
Vroeger:
een arts regelde het zelf evt via trombosedienst
trombosedienst regelde het zelf
Nu: ketenzorg; afstemming van beleid, wederzijdse informatie
Ontwikkelingen op gebied van antistollingsbehandeling (2)
Ontwikkelingen op gebied van antistollingsbehandeling (2)
Integratie – afstemming van het beleid
VKA
TAR’s
NOAC’s
Landelijke standaard ketenzorg antistolling versie 2
Landelijke standaard ketenzorg antistolling versie 2
Casemanagement 2e lijn (het ziekenhuis)
-expert-consultfunctie
-toegankelijkheid van patiëntgegevens
-24 uur bereikbaarheid
-complicatieregistratie
-onderwijs aan medisch specialisten, assistenten, co-assistenten
-ziekenhuisbrede antistollingsprotocollen (ook bridging)
-implementatie van landelijke richtlijnen, incl LSKA
-onderhoudt contacten in de keten (ook trombosedienst)
-adequate informatievoorziening naar de patiënt
Landelijke standaard ketenzorg antistolling versie 2
Casemanagement 1e lijn (de trombosedienst)
-houdt patiëntendossier up-to-date
-expert-consultfunctie mn eerste lijn (huisarts, tandarts, verloskundige)
-toegankelijkheid van patiëntgegevens (INR, indicatie, behandelduur)
-24 uur bereikbaarheid
-complicatieregistratie
-onderwijs aan eerste lijn
-antistollingsprotocollen in eerste lijn (ook bridging)
-implementatie van landelijke richtlijnen, incl LSKA
-onderhoudt contacten in de keten (ook casemanager 2e lijn)
-adequate informatievoorziening naar de patiënt
Regionale antistollingscentra (1)
Er is een andere organisatie van de antistollingszorg gewenst
-regionaal, afhankelijk van de lokale situatie
-een of meerdere ziekenhuizen
-een of meerdere trombosediensten
-afstemming van protocollen, goede samenwerking en overdracht
van gegevens en beleid
-korte lijnen van overleg
-trombosedienstmedewerkers/ doseerarts in het ziekenhuis
-specialisten in bestuur van trombosediensten
-het ziekenhuis/ specialist zal een meer sturende rol hebben
Regionale antistollingscentra (2)
De ziekenhuisafdeling:
-intramurale VKA behandeling
-NOACs
-TARs
-ketenzorg
De trombosedienst:
-evt intramurale VKA behandeling
-extramurale VKA behandeling
-ketenzorg VKA behandeling
-rol bij NOACs? Niet, tenzij bv spiegelcontrole
-frontoffice (bloedafname, contact met patiënt, ketencontacten)
blijft kleinschalig lokaal
-backoffice (dosering, 24 uurs bereikbaarheid, medische expertise,
kwaliteitsbewaking) kan grootschalig centraal
Koppeling van ICT systemen
Regionale antistollingscentra (3)
Trombosedienst en ziekenhuis moeten als het ware samensmelten tot één
soepel samenwerkende organisatie
Trombosediensten zullen fuseren, schaalvergroting, met name backoffice
Dus het werkgebied van een trombosedienst zal meerdere ziekenhuizen
omvatten
Door de afname van de indicaties voor VKA zal de omzet van de
trombosediensten sterk afnemen
Vraagt veel inzet en souplesse van de diverse partijen om door
samenwerking de kwaliteit hoog te houden, afstemming van protocollen
Ziekenhuis zal meer en meer leidend worden voor de gehele
antistollingszorg, inclusief de VKA
Trombose-expertisecentra
Door de ingewikkeldheid van de materie van alle aspecten van de
antistollingsbehandeling zal het ook voor medisch specialisten niet mogelijk
zijn het hele werkterrein te overzien
Een aantal regionale antistollingscentra zal kunnen samenwerken met een
supra-regionaal trombose-expertisecentrum
expertfunctie – topreferente zorg
wetenschappelijk onderzoek
opleiding en onderwijs
innovatie
Trombose-expertisecentra
Ontwikkelingen binnen de trombosedienstwereld
-marktwerking – meer onderlinge concurrentie
-andere financiering, meer prijsbewust, bedrijfsmatige aanpak
-onderlinge samenwerking, bundeling van krachten
-stimulering zelfmanagement
-vingerprik ipv veneuze bloedafname
-ontwikkelingen in ICT
-patiëntenportals
-web based applicaties
-apps voor de patiënten
-apps voor ondersteuning huisbezoek
-routesystemen
Ontwikkelingen binnen de trombosedienstwereld
App voor patiënten
Dagdosering
Vlg afspraak
INR uitslagen
De plaats van de trombosedienst in de toekomst
De trombosedienst
zal vooralsnog nodig blijven
de omzet zal sterk afnemen
zal met name voor de backoffice-functie fuseren
zal loco-regionaal integreren in de antistollingscentra
ziekenhuis zal meer leidend zijn
trombosedienst moet meer in het ziekenhuis zijn en werken
zal deelnemen in trombose-expertisecentrum
zal geleidelijk als aparte zelfstandige organisatie verdwijnen
Download