- Scholieren.com

advertisement
1. Gebruik tekst 1.1
Op welke terreinen van het maatschappelijk leven is sprake van discriminatie
van leden van de volgende groepen? Het gaat om de terreinen werk,
huisvesting, uitgaan, sport en onderwijs. Geef bij elk van die terreinen en
groepen een concreet voorbeeld.
a. etnische minderheden
Werk: mensen die behoren tot de etnische minderheden worden minder snel
aangenomen en maken dus minder snel kans op een baan dan mensen die niet
tot de etnische minderheden behoren.
Huisvesting: mensen die tot de etnische minderheden behoren wonen vaak in
goedkope woningen bij elkaar als gevolg van discriminatie, doordat zij minder
kans maken op de arbeidsmarkt en naar elkaar trekken omdat ze dezelfde
afkomst hebben.
Uitgaan: etnische minderheden worden minder snel binnen gelaten in clubs
,discotheken en voetbalwedstrijden, omdat men deze mensen discrimineert
doordat deze bijv. overlast zouden veroorzaken.
Sport: etnische minderheden zullen moeilijker worden toegelaten tot
sportclubs, aangezien vroeger vaak rellen zijn ontstaan, of wangedrag is
vertoont door een paar mensen die tot deze groep behoren. Doordat mensen
snel generaliseren worden deze mensen minder makkelijk toegelaten dan door
mensen die niet tot deze groep behoren.
Onderwijs: ook in het onderwijs wordt er gediscrimineerd, er worden
mindersnel etnische minderheden toegelaten tot het hogere onderwijs zoals
bijv. hbo- opleidingen of universiteiten. Ook worden deze mensen vaak als op
het voortgezet onderwijs lager ingedeeld dan bij niet-etnische minderheden
b. ouderen
Werk: oudere mensen hebben minder kans op de arbeidsmarkt dan jonge
mensen doordat ze ouder zijn en hierdoor te duur worden volgens werkgevers,
waardoor ze minder snel worden aangenomen.
Huisvesting: ouderen worden vaak in verzorgingstehuizen geplaatst op basis
van hun leeftijd, vaak worden mensen te snel uit huis gehaald aangezien deze
mensen in de meeste gevallen nog prima voor zichzelf kunnen zorgen, tot groot
ongenoegen van de senioren.
Uitgaan: voor veel uitgaansgelegenheden zijn bepaalde leeftijdscategorieën
vastgesteld waar ouderen vaak buiten vallen en hierdoor dus niet worden
toegelaten tot deze gelegenheden zoals bijv. festivals, clubs en evenementen.
Daarnaast worden ouderen positief gediscrimineerd doordat zij vaak
seniorenkorting krijgen vanwege hun leeftijd.
Sport: Oudere mensen worden vaak niet toegelaten bij volwassen groepen bij
sportverenigingen, maar worden vaak ingedeeld bij groepen speciaal voor
senioren. Ook zijn er bepaalde sporten die geen ouderen toelaten, gewoon
voor het feit dat deze te ruig of te gevaarlijk zouden zijn voor hun gezondheid.
Onderwijs: vaak kunnen ouderen geen opleiding of bijscholingscursus meer
volgen omdat ze hiervoor te oud gevonden worden. Deze mensen zijn niet
meer interessant voor de arbeidsmarkt omdat ze te duur zijn of te langzaam
werken, waardoor er ook geen opleidingen meer voor deze leeftijdscategorie
is.
c. Jongeren
werk: jongeren komen vaak snel in aanmerking voor werk aangezien deze
mensen vaak goedkoop kunnen werken en zijn daarom aantrekkelijk voor de
arbeidsmarkt, maar zodra deze jongeren te oud worden, zullen deze mensen
ontslagen worden doordat ze te duur worden.
Huisvesting: tussen de jongeren onderling kan er ook discriminatie
plaatsvinden bijv. bij het zoeken van een studentenhuis waarbij de voorkeur
wordt gegeven aan meisjes i.p.v. jongens
Uitgaan: bij meerdere uitgaansgelegenheden is er een leeftijdsgrens waar vaak
een hele boel jongeren te jong voor zijn en hierdoor niet worden toegelaten,
waardoor de jongeren dus met leeftijdsdiscriminatie te maken hebben.
Sport: Bij bepaalde sporten kunnen jongeren nog niet deelnemen aangezien
deze hiervoor nog te jong zijn en hun lichaam nog niet volgroeit is, hierdoor
mogen deze pas meedoen als ze ouder en helemaal volgroeit zijn zodat hun
lichaam geen schade oploopt bij sporten zoals fitness en boksen.
Onderwijs:
d. Vrouwen
werk: vrouwen krijgen minder salaris dan mannen voor hetzelfde werk en
worden ook minder vaak voor hogere posities aangenomen.
huisvesting: vaak word gezegd dat vrouwen niet kunnen klussen of verbouwen
aan hun eigen huis en dit wordt vaak gezien als typisch mannenwerk. Vaak
worden vrouwen gediscrimineerd doordat ze volgens bepaalde mensen allen
voor het huishouden hoeven te zorgen en niets anders, waaronder ook geen
verbouwingen.
uitgaan: vrouwen worden in tegenstelling tot mannen eerder toegelaten tot
uitgaansgelegenheden zoals clubs, disco’s en andere uitgaansgelegenheden
aangezien vrouwen minder vaak voor overlast zorgen dan mannen. Ook
worden vrouwen positief gediscrimineerd doordat kaartjes bij sommige
uitgaansgelegenheden goedkoper zijn voor vrouwen dan voor mannen.
Sport: bij bepaalde sportclubs zijn er speciale vrouwenteams en zijn er geen
gemengde teams. Bij sommige sportclubs zijn er zelfs geen vrouwenteams en
mogen vrouwen helemaal niet meedoen aan een bepaalde sport, wat
discriminatie is.
Onderwijs: ook bij het beroepsonderwijs worden vrouwen gediscrimineerd, zo
zijn er bijv. minder vrouwen met een universitaire opleiding doordat deze
minder makkelijk worden aangenomen en ook minder makkelijk hun diploma
kunnen halen. Ook worden vrouwen/meisjes in het onderwijs aangestuurd een
bepaalde richting op te gaan, door meer meisjes verzorging te laten kiezen dan
bijv. techniek
e. gehandicapten
werk: gehandicapten worden minder snel aangenomen dan mensen zonder
een handicap, ook als de lichamelijke of geestelijke handicap helemaal geen
probleem is voor het werk dat verricht moet worden, nemen bedrijven minder
gehandicapten aan.
Huisvesting: gehandicapten moeten vaak in speciale instellingen wonen
waarbij ze onder toezicht worden gehouden van hun begeleider, maar vaak zijn
hier lange wachtlijsten voor en is het heel moeilijk om uiteindelijk in een
aangepaste woning in aanmerking te komen.
Uitgaan: bij veel uitgaansgelegenheden zijn er geen voorzieningen voor
lichamelijk of geestelijke gehandicapten die hierdoor niet naar deze
evenementen kunnen. Ook krijgen gehandicapten vaak korting in tegenstelling
tot niet gehandicapte mensen.
Sport: gehandicapten kunnen deelnemen aan sportteams en wedstrijden voor
gehandicapten, maar kunnen/mogen niet meedoen bij wedstrijden voor niet
gehandicapte mensen. Vaak gelden ook andere sportregels voor gehandicapten
dan voor niet gehandicapten.
Onderwijs: veel lichamelijk gehandicapte mensen zijn prima in staat om een
normale (niet aangepaste) opleiding te volgen, toch blijkt in de praktijk dat veel
lichamelijk gehandicapten erg moeilijk worden aangenomen terwijl hun
lichamelijke conditie geen probleem vormt voor het volgen van een opleiding.
3. Gebruik tekst 1.2 en 1.3, en bron 1.
a. Geef aan welke elementen uit het denkproces van de fietser bij zijn
attitude horen.
De gedachten die bij zijn attitude horen zijn: ‘niet te laat komen’, ‘ik haal nooit
een voldoende als ik niet elke minuut kan gebruiken’, aangezien dit
verwachtingen en ervaringen zijn die fietser beïnvloeden.
b. Hetzelfde, maar nu voor sociale normen.
De gedachte die bij de sociale normen horen is: ‘op dit kruispunt rijden ze als
gekken en door rood rijden is hier een linke zaak.’, aangezien de fietser dit al
weet zou je in feite kunnen zeggen dat dit bij zijn attitude hoort, maar deze
gedachte is ook tegelijkertijd een sociale norm die zegt dat je niet door rood
mag rijden omdat dit gevaarlijk is.
c. Was er in dit voorbeeld sprake van sociale controle? Licht je antwoord toe.
Ja er was sprake van sociale controle, aangezien een fietser die aan de overkant
wacht, naar zijn voorhoofd wijst en de andere fietser dus wijst op zijn
‘roekeloze’ gedrag.
4. Gebruik tekst 1.3 en illustratie 4
a. In welk land werden dergelijke voorschriften gehanteerd?
In de Zuid-Afrika, werden blanke mensen voorgetrokken en waren zwarte
mensen op sommige plekken verboden of mochten zij ergens geen gebruik van
maken.
b. Hoe wordt die periode in dat land aangeduid en wanneer kwam daar een
einde aan?
Deze periode werd de ‘Apartheid’ genoemd en duurde van 1948 tot aan 1990.
c. Leg uit dat gedurende die periode ook werd gediscrimineerd door mensen
die niet behept waren met vooroordelen, en waarom zij dat deden.
In deze periode was het de sociale norm om zwarte mensen minderwaardig te
behandelen dan blanken, hierbij was het normaal om zwarten te verbieden
deel te nemen aan bepaalde activiteiten/voorzieningen waarbij zij gescheiden
van de blanken moesten leven. Mensen die dus geen vooroordelen hadden
gingen hierdoor dus discrimineren aangezien dit sociale norm was en iedereen
dit deed.
5. Gebruik tekst 1.3
In tijden van economische crisis worden vooroordelen jegens allerlei groepen
vaak sterker. Hoe kan dat worden verklaard?
Doordat mensen in een economische crisis het vaak financieel erg moeilijk
hebben, denken ze alleen aan hun eigenbelang waarbij hun vooroordelen
sterker worden dan in tijden van welvaart. In tijden van welvaart zijn er ook
werkgevers die bepaalde groepen minder zullen discrimineren doordat er
minder financiële druk is.
6. Gebruik tekst 1.4 en illustratie 2
a. Wat valt je op aan de foto?
Dat er alleen maar (oudere) mannen zijn die hoge functies bekleden binnen het
Shell bedrijf.
b. Vrouwelijke werknemers zijn sterk ondervertegenwoordigd in
leidinggevende functies. Welke vooroordelen met betrekking tot vrouwen
kunnen daarbij een rol spelen?
Een paar voorbeelden van vooroordelen zijn: vrouwen kunnen niet goed
leidinggeven, vrouwen praten veel achter elkaars rug om, vrouwen zijn
emotioneel en zijn hierdoor niet geschikt voor leidinggevende functies.
c. Welke andere motieven dan alleen loonkosten kunnen een rol spelen bij
het afwijzen van oudere sollicitanten?
Een paar voorbeelden van motieven zijn: ouderen zijn niet meer zo flexibel als
jongere mensen en kunnen zich hierdoor niet makkelijk aanpassen aan
bepaalde situaties, ouderen werken minder hard/snel dan jongere mensen,
ouderen zijn moeilijker in te werken dan jongeren.
8. Gebruik tekst 1.5 en bron 3.
Is in bron 3 sprake van botsende grondrechten? Beargumenteer je antwoord.
Ja, er is spraken van botsende grondrechten, maar de overheid heeft wel het
recht op te treden tegen het discrimineren van de orthodox-protestantse
scholen, aangezien deze scholen wel het recht hebben om hun geloof te
belijden, zolang anderen niet gediscrimineerd worden of de vrijheid van
anderen wordt beperkt, en daar is in dit geval wel sprake van dus heeft de
overheid het recht om op te komen tegen discriminatie.
9 De grondwet kent ook sociale grondrechten. Een daarvan is het recht op
arbeid.
A Dat recht houdt een inspanningsverplichting in voor de overheid. Wat
houdt dat in?
Dat de overheid moet zorgen dat er genoeg banen zijn voor de bevolking.
C Beargumenteer dat die inspanningsverplichting ook betekent dat de
overheid discriminatie moet tegengaan.
Dat moet zodat iedereen een gelijke en eerlijke kans heeft op een baan.
13 A Zijn racistische opvattingen vooroordelen?
Racistische opvattingen zijn vooral negatieve opvattingen gericht op verschillen
in cultuur godsdienst en huidskleur,vooroordelen zijn vooral meningen die niet
op feiten zijn gebaseerd.
B Leg aan de hand van dit voorbeeld uit de voetbalwereld uit hoe
aanscherping van de sociale norm op den duur geleid heeft tot
attitudeverandering.
Door de clubs is de sociale norm veranderd, en de mensen in kwestie werden
zo geforceerd tot een andere gedachtegang, die ook gebleven is.
C Vergelijk de desegregatiepolitiek met het voetbalvoorbeeld. Wat zijn de
overeenkomsten en de verschillen? Betrek daarbij ook de rol van de
overheid.
De overheid staat gelijk tot de clubs, die nu zonder “moeite” spelers van
andere afkomst aan kunnen nemen, wat vergelijkbaar is met hoe Nederland
zoveel inwoners van buitenlandse afkomst heeft.
15 A Leg uit dat de fileproblematiek, overbevissing en discriminatie
kenmerken van een sociaal dilemma vertonen.
Ze hebben allemaal betrekking tot mensen en hun gedrag.
B Leg uit waarom juist bij maatschappelijke problemen die de kenmerken
van een sociaal dilemma vertonen, overheidsingrijpen noodzakelijk is.
Omdat de bevolking zelf eigenlijk het probleem is.
C Leg uit waarom het in een democratie vaak moeilijk is om een sociaal
dilemma zodanig op te lossen dat het algemeen lange termijn wordt gediend.
In een democratie is iedereen zijn langetermijnbelang anders.
16 Leg kort uit wat de relatie van heet vraagstuk van discriminatie is met:
rechtstaat, de parlementaire democratie, de verzorgingstaat en de pluriforme
samenleving.
A De rechtstaat.
De rechtstaat zit een moeilijke positie om dit op te lossen, gezien de bevolking
zelf het probleem is.
B De parlementaire democratie.
De parlementaire democratie zorgt wel voor een goede mogelijkheid tot
aanpak gezien iedere burger stemrecht heeft en dus in de democratie alle
belangen naar voren komen.
C De verzorgingsstaat.
Het is een groot probleem voor het idee van de verzorgingsstaat gezien deze
iedereen gelijk moet verzorgen.
D De pluriforme samenleving.
De pluriforme samenleving is de oorsprong van het probleem; de verschillende
mensen en culturen zijn bijna onmogelijk om gelijk te behandelen.
Opdracht 17
Nederland kent een groot aantal politieke jongeren organisaties (PJO’s), die
elk een band onderhouden met een politieke partij. Hierbij zie je een reeks
logo’s van PJO’s. Kies daaruit de PJO die het dichtst bij jouw politieke
voorkeur staat. Bezoek via de delphi-site de website van de door jouw
gekozen PJO en ga na wat zij over discriminatie en de bestrijding ervan
zeggen.
B Indien je vind dat jouw PJO het juiste stadpunt heeft en de juiste
maatregelen voorstaat, schrijf dan een korte, wervende tekst van niet meer
dan 100 woorden, waarom deze maatregelen tot overheidsbeleid moeten
worden vertaald. Verwerk in die tekst ook een paar belangrijke waarden op
grond waarvan de betreffende politieke stroming/PJO die maatregelen wil
nemen.
Gekozen PJO: Jonge Democraten
Richting: socialistisch / Liberaal
Volgens de Jonge Democraten is discriminatie onacceptabel., cultuur,
handicap, Seksuele voorkeur, etniciteit uiterlijk en geloof zijn geen redenen om
iemand anders te beledigen of uit te sluiten van onder andere
arbeidsparticipatie, organisaties en instituten. De overheid moet volgens hen
discriminatie actief te bestrijden om gelijke kansen in de maatschappij te
creëren. Ik vind dat de Jonge democraten goede maatregelen voorschrijven
tegenover discriminatie omdat je bij het bestrijden van discriminatie niet kunt
zonder hulp van de overheid en het probleem hierdoor sneller verholpen kan
worden.
17. Gebruik deze hele paragraaf en illustratie 9.
Nederland kent een groot aantal politieke jongerenorganisaties (PJO’s), die
elk een band onderhouden met een politieke partij. Hierbij zie je een reeks
logo’s van PJO’s. Kies daaruit de PJO die het dichtst bij jouw politieke
voorkeur staat. Bezoek via de Delphi-site de website van de door jouw
gekozen PJO en ga na wat die over discriminatie en de bestrijding daarvan te
zeggen heeft.
a. Indien je vindt dat ‘jouw’ PJO daar te weinig over zegt, schrijf dan een korte
tekst van niet meer honderd woorden met standpunten en concrete
maatregelen, die volgens jou door die PJO zouden moeten worden
opgenomen. Sluit hierbij wel zoveel mogelijk aan bij de ideologie van de
betreffende politieke stroming/jongerenorganisatie.
Ik heb voor JS (Jonge Socialisten) gekozen, maar op de site wordt er weinig
vermeldt over discriminatie, daarom heb ik zelf een korte tekst geschreven.
Onze partij is tegen discriminatie en probeert dit ook te bestrijden door middel
van onderwijs vooroordelen te bestrijden en de attitude van scholieren te
beïnvloeden. Onze partij vindt dat er op de arbeidsmarkt gelijke kansen
moeten zijn voor alle partijen en maakt hierbij gebruik van positieve actie door
extra oproepen te doen onder gediscrimineerde groepen, met name in
personeelsadvertenties en bij sollicitaties de voorkeur te geven aan een
kandidaat uit een groep die slachtoffer was van discriminatie. Ook bedrijven die
te weinig personeelsleden hebben uit gediscrimineerde groepen krijgen van de
overheid een boeten, of minder subsidie indien zij deze ontvangen.
b. Indien je vindt dat ‘jouw; PJO het juiste standpunt heeft en de juiste
maatregelen voorstaat, schrijf dan een korte, wervende tekst van niet meer
dan honderd woorden, waarom die maatregelen tot overheidsbeleid moeten
worden vertaald. Verwerk in die tekst ook een paar belangrijke waarden op
grond waarvan de betreffende politieke stroming/jongerenorganisatie die
maatregelen wil nemen.
Ons land heeft mensen nodig van alle culturen en achtergronden om een weg
te bouwen naar de toekomst, op deze manier kunnen wij als Nederland daar
zoveel mogelijk van profiteren en mensen de kansen bieden. Helaas gebeurt
dat op dit moment nog niet, maar daar willen wij als de JS verandering in
brengen. Wij willen iedereen gelijke kansen bieden om te werken aan de
toekomst, dit willen wij bereiken door middel van voorlichting in het onderwijs
en positieve actie. Op basis van onze belangrijkste waarde ‘Gelijkheid’ willen
wij een toekomst bieden waarin kan deelnemen en er geen onderscheid wordt
gemaakt tussen verschillende groepen.
18 C: Op welke wijze kwam in de huiskamer uit de jaren vijftig nieuws over
de wereld binnen?
- Via radio, televisie en krant.
19 Om politieke standpunten uit te dragen heb je massamedia nodig. Om het
publiek voor je standpunten te winnen heb je natuurlijk goede argumenten
nodig. Maar spelen daarbij ook andere voorwaarden een rol?
A Vul voor de massamedia krant, radio en tv in, aan welke van die
voorwaarden moet worden voldaan om je standpunt zo succesvol mogelijk
over te brengen.
1= Inhoudelijke informatie en argumenten
2= Pakkende, aansprekende formulering die in slechts enkele woorden de
essentie duidelijk maken.
3= Zelfverzekerde toon van stem.
4= Uiterlijk
5= Lichaamshouding, gebaren en gelaatsuitdrukking.
- Krant: 1,2
- Radio: 1,3
- TV: 1,3,4,5
B Zet voor het massamedium tv die voorwaarden in volgorde van
belangrijkheid.
- 3–1–4–5
C: X, ik volg geen politici.
20: Selecteer drie programma’s die ook aan politieke verslaggeving en
dergelijke doen. Noem ze en vermeld de zender.
RTL Nieuws (RTL)
Journaal (Nederland 1&2)
NOS Journaal (Nederland 2)
B: Bekijk die programma’s. Op welke wijze proberen die progamma’s
spanning te scheppen en de aandacht van kijkers vast te houden?
- Vaak door het verhaal meer dramatisch te maken, en alleen specifieke
delen te laten zien/horen.
Opdracht 22
Stel een goede vriend(in) van jouw mag zich kandidaat stellen voor de
gemeenteraadsverkiezingen in jouw gemeente voor een partij, die ook jouw
voorkeur geniet. Die vriend(in) vraagt jouw om zijn/haar campagne vorm te
geven. Beschrijf puntsgewijs en zo concreet mogelijk hoe je campagneopzet
eruit gaat zien. Let wel: Media-aandacht van lokale dagbladen en lokale en
regionale radio en tv- zender speelt een belangrijke rol.
Voordat we samen een campagne opzetten, wordt er eerst een uitgebreid
onderzoek gedaan. Bij dit onderzoek zal er worden gezocht naar een
doelgroep, de standpunten en er zal worden gewerkt aan het imago van de
vriend(in). Ook zal er een plan worden gemaakt voor hoe we deze standpunten
het beste kunnen brengen.
imago wat we willen bereiken is gebaseerd op de volgende kenmerken:
Leidinggevend, betrouwbaar & intelligent. Deze kenmerken zullen aangeven
dat de vriend(in) een goede kandidaat is voor de gemeenteraad.
Doelgroepen vast stellen en deze benaderen.
- Website
De site gaat als uitgangspunt voor de gehele campagne gebruikt worden.
-Nieuwsbrief
Wij hebben gekozen om een nieuwsbrief uit te brengen deze nieuwsbrief zal
vooral bedoelt zijn om de aanhangers van de vriend(in) op de hoogte te
houden, (maar ook voor de volwassenen). Met de nieuwsbrief wordt er dus
vooral informatie aan de aanhangers gegeven maar ook worden hier nieuwe
features van de site mee gepromoot.
-Flash game
Jongeren zal dit vast meer interesseren dan volwassenen daarom gaan we een
flashgame maken die de wat jongere stemmers naar binnen sleept.
-Facebook / Twitter
De vriend(in) kan zijn of haar campagne promoten door actief te zijn op social
media.
Verder kan de campagne nog gepromoot worden door het lokale
televisiestation en radiozender.
Opdracht 25
A Een van de suggesties op de afgebeelde website voor het dichten van de
kloof tussen burgers en politiek luidde: organiseer voorronden voor het
selecteren van de kandidaten voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer
volgens de formule van Idols. Nadat de eerste selectie op die wijze heeft
plaatsgehad, worden de feitelijke verkiezingen georganiseerd.
B Leg kort de formule van Idols uit.
Bij de Idols formule worden de kandidaten (in dit geval politica) een voor een
naar een jury gestuurd, eenmaal daar zal de kandidaat zijn/haar best doen om
de jury over te halen waarna de jury beslist of de kandidaat door is naar de
volgende ronde. (het kan ook zijn dat de kijkers thuis kunnen bellen of sms’en
om ervoor te zorgen dat zijn of haar favoriete kandidaat door is).
C Welke argumenten zal degene die dat voorstel deed, daarvoor hebben
gehad?
Degene die kwam met dat voostel zal waarschijnlijk een argument hebben
gegeven waar er werd gesproken over de jongerendiscriminatie die plaatsvindt
bij het stemmen.
D Waar zal zo’n Idols voorronde zich meer op richten: op politieke
standpunten en discussie daarover, of op persoonlijke aspecten.
Als het net zo zou gaan zoals bij Idols dan zou de voorronde meer gericht zijn
op persoonlijke aspecten zoals uiterlijk en uitstraling.
E Vind je zoon Idols voorronde een goed idee? Waarom wel waarom niet?
Ik vind de Idols voorronde geen goed idee omdat er dan beslissingen worden
gemaakt gebaseerd op de eerste indruk, ook is dit geen goed idee omdat er
dan vooral word gekeken naar persoonlijke aspecten van de politicus.
26 Nogal wat politieke verslaggevers beginnen na verloop va tijd aan een
tweede carrière als voorlichter voor en mediatrainer van een politicus.
Vrijwel welke minister heeft zo’n voorlichter/trainer.
A Wat kunnen zij van hun baas leren?
Goede uitstraling en charismatische houding bij persconferenties
B Veel massamedia verbieden de politieke verslaggevers die zij in dienst
hebben , erbij te schnabbelen as mediatrainer voor politici. Waarom?
Omdat deze politieke verslaggevers dan invloed hebben op wat de politicus
doet en zegt
Opdracht 27
A Politici en massamedia zijn tot elkaar veroordeeld licht deze stelling toe.
Ze zijn tot elkaar veroordeeld omdat politici de media nodig heeft om ideeën te
verspreiden, en de media heeft de politici nodig om nieuws te maken.
B Waarom sluiten fracties die voor een crisisberaad in vergadering bijeen zijn,
hun deuren voor de tv-camera’s en verslagers.
Omdat het mogelijk is dat er emoties loskomen tijdens dit beraad en dit de
manier waarop de mensen kijken naar een bepaalde politicus kan veranderen.
C Zou het een goed idee zijn dat ook dergelijke fractievergaderingen
openbaar worden? Beargumenteer je antwoord.
Het openbaar maken van bepaalde fractievergaderingen vind ik een goed idee
omdat het verhaal dan niet verdraaid kan worden door de media
Opdracht 28
A De conclusie va tekst 2.6 lijkt het te zijn dat, voor zover het massamedium
tv al macht heeft, die macht uiteindelijk geworteld is in de kijkers. Ben je het
eens met die conclusie? Beargumenteer je antwoordt.
Ik ben het met die conclusie eens omdat als niemand naar een programma kijkt
dan word het ook niet uitgezonden (dit geld ook voor kranten en radiozenders).
B De internetgebruiker kan zijn nieuwsvoorziening in grote mate aanpassen
aan zijn of haar persoonlijke wensen : wat de grootste gemene deler van
gebruikers willen zien en horen, is eigenlijk niet belangrijk meer. Zal dat het
aanbod van politiek nieuws en politieke verslagering van karakter doen
veranderen, denk je? Waarom wel of niet? Zo ja, hoe?
Ik denk het aanbod van politiek nieuws niet zal veranderen omdat dan de
kwaliteit van het politiek nieuws zal verslechteren.
Opdracht 29
A Ga met behulp van hoofdstuk 5 na hoe de meerderheid van de
Nederlanders in 2006 dacht over het gehanteerde uitzettingsbeleid. Verklaar
vervolgens hoe het kon dat een meerderheid van de Nederlanders
sympathiek stond tegenover Taïda’s wens in Nederland haar vwo-diploma te
doen.
De meerderheid van de Nederlanders had sympathiek voor Taïda’s situatie
omdat ze begrepen dat je zonder het vereiste basisonderwijs niks bent. Taïda
heeft nu een grotere kans om in de criminaliteit terecht te komen dan
voorheen ook zouden de meeste mensen het oneerlijk vinden omdat ze al sinds
ze klein was in Nederland woont en dus al helemaal is verwesterd.
Opdracht 30
Stel, zo’n lokale tv-omroep wil een wekelijks programma over de lokale
politiek gaat uitzenden, gericht op jongeren geproduceerd en je presenteert
door jongeren. Jouw groepje word benaderd om het “format” the bedenken.
Dat wil zeggen dat je met een uitgewerkt idee komt over hoe dat programma
eruit moet gaan zien. En dan met een aanpak die veel jongeren zou
aanspreken. Dat uitgewerkte idee moet tenminste het volgende bevatten.
- Enkele vaste, elke uitzendingen terugkerende items, zoveel mogelijk
toegelicht.
- Argumenten die duidelijk maken waarom er veel jongeren naar zullen
kijken.
- Typische herkenningselementen (zoals een vast begin of eind punt of
herkenningsmuziekje)
- Een aansprekende titel
Voor terugkerende items bedachten we dat we konden praten over de
beslissingen die de gemeenteraad moet maken deze week. Ook dachten we
aan een wekelijkse kijk bij de jongeren partijen in de regio en misschien een
interview met jongeren die de politiek zijn ingegaan.
Jongeren kunnen zien misschien zichzelf en raken daardoor meer
geïnteresseerd in het programma.
Ons groepje heeft besloten samen met de schoolbad een jingle te bedenken
voor aan het eind van het programma. Misschien kunnen we verder nog een
slogan.
Download