- Scholieren.com

advertisement
Samenvatting Geschiedenis door Daan Peeters Weem
‘De Republiek in een tijd van vorsten’
Examen 6VWO 2012
Periode: Regenten en Vorsten 1477-1702
Inleiding
1477: het Bourgondische rijk wordt samengevoegd met het Habsburgse rijk door het huwelijk tussen
Maria van Bourgondië en Maximiliaan van Habsburg.
Gevolg: Karel V in 1515 koning van Spanje en Heer der Nederlanden. (Dankzij miljoenen
steekpenningen ook keizer van Duitsland).
Karel treedt af in 1555, Filips II volgt op. Filips beoefende de centralisatiepolitiek (Het streven naar
vergroting van de macht door het rijk te besturen vanuit één centrum)
Centralisatiepolitiek in Europa:
1.Deze centralisatiepolitiek van Karel V en Filips II leidt tot de opstand en de zelfstandige staat van
Nederland: De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
2.De Engelse centralisatiepolitiek leidt tot een compromis: de macht wordt verdeeld tussen de
koning en het parlement-> Hoger- en Lagerhuis (resp. House of Lords en House of Commons).
3.De Franse centralisatiepolitiek leidt tot absolutisme door de overwinning van de koning op de adel
en burgerij (Lodewijk XIV)
Periode 1
1515: Karel V wordt op 15-jarige leeftijd koning van Spanje, heer der Nederlanden en keizer van
Duitsland.
Bij Bourgondië hoorden 17 gewesten, waaronder ook grote delen van het huidige België en
Nederland. De ‘baas’ van Bourgondië was een Hertog (man) of Landvoogdes(vrouw). Aan het hoofd
van gewesten (en dus onder de hertog/landvoogdes) heette stadhouders. Helemaal bovenaan de
hiërarchie stond Karel V (en later Filips II) natuurlijk. Een deel van de centralisatiepolitiek van de
Spaanse leiders was:
A) Raad van State (hoge adel). Zij adviseert Karel V en de landvoogdes
B) Geheime raad met van Karel afhankelijke (burger)juristen
1
C) Raad van Financiën. Zij roept de Staten-Generaal (De delegatie van alle 17 gewesten) bijeen
in Brussel voor beden (Landvoogdes vraagt bij een beden om geld).
De Staten-Generaal streefden altijd naar autonomie van de gewesten.
1e helft 16e eeuw: Vlaanderen en Brabant zijn de rijkste gewesten: zij leveren 62% van de
belastinginkomsten. Dit door textiel en internationale handel van Gent, Brugge en later Antwerpen.
Vervening: In Holland (en Zeeland) is op grote schaal turf gestoken/geproduceerd. Hierdoor werd de
grond natter. Dit noemt men vervening.
Door deze vervening konden boeren geen graan meer verkopen. Hierdoor gingen ze over op
veeteelt. Ook het verkopen van vlas en koolzaad werd populair. Hierdoor komen Holland en Zeeland
economisch gezien op. Een ander gevolg van vervening is de opkomst van moedernegotie
(oudhollands voor ‘Moeder aller Handel’). Dit was de handel rond de Oostzee. Graan kon namelijk
niet meer verbouwd worden dus gingen de boeren het graan importeren vanuit de Oostzee. Dit was
ontzettend lucratief dus Holland en Zeeland werden alleen maar rijker.
Karel V kreeg dus meer geld vanuit Holland om zijn oorlogen mee te financieren. Gevolgen hiervan:
A) Hertogdom Gelderland wordt veroverd en Friesland en Groningen komen onder controle van
Karel V
B) Oorlogen tegen Duitsland, het Ottomaanse Rijk en protestanten in Frankrijk.
1517: Duitse priester Martin Luther hamert 95 stellingen over zijn geloof op een kerkdeur. Onder
andere kritiek op: biechten, aflaten, heiligenverering en de rijkdom van de Romeins Katholieke kerk.
Luther krijgt bescherming en steun van de Hertog van Saksen (keurvorst/leenman). Redenen voor
deze bescherming:
A) Altijd al een conflict tussen Duitse hoge adel en de keizer, dus voor de Hertog was dit een
acte van weerstand omdat de Duitse keizer Katholiek was.
B) De hertog werd er zelf beter van: hij kon katholieke bezittingen innemen door de Lutherse
kerk te steunen
1521: Edict van Worms: Uitgegeven door Karel V. Luther zijn geschriften gecensureerd en Luther zelf
vogelvrij
In Duitsland komt de Lutherse kerk op. Deze kerk ook sterk uitgebreid naar Scandinavië
Katholiek
Priester mag niet trouwen
Hiërarchisch
Mariaverering
Verschillen
Protestants
Dominee mag wel trouwen
Niet-Hiërarchisch
Geen Mariaverering
2
Na 1550 komen ook Calvinistische kerken op.
Een protestantse beweging in de Republiek in de eerste helft van de 16e eeuw heette de
Doopsgezinde kerk.
Karel V treedt hard op tegen de protestanten want zij brengen de decentralisatie in gevaar.
Gevolg: -Inquisitie Het vervolgen van de ketterij (=protestanten)
-Plakkatenharde maatregelen tegen protestanten
Door deze optredens steeds meer weerstand van katholieke bestuurders, (ook de landvoogdes)
vooral in de noordelijke gewesten.
Deel van de inkomsten uit Holland/Zeeland gebruikt door Karel V voor oorlogen in Duitsland tegen
de Schmalkaldische bond (protestantse Duitse hoge adel). Deze oorlog heeft geen winnaar, slechts
een compromis: De vrede van Augsburg(1555)Cuius regio eius ReligioWiens gebied, diens
Religie.
Ander deel van de inkomsten van Holland/Zeeland gebruikt voor oorlog tegen het Ottomaanse rijk:
Broertje Ferdinand werd in Wenen belegerd door de Ottomanen.
Tenslotte werd de oorlog tegen de Fransen in Noord-Italië gefinancierd door de zeegewesten: Karel V
moest en zou Noord-Italië in handen hebben omdat hij anders zijn troepen niet kon doorvoeren naar
Duitsland. Frankrijk wou dit gebied omdat ze anders omsingeld zouden zijn door Spanje. Echter,
vanwege de burgeroorlog tussen Katholieken en Hugenoten moet Frankrijk het gebied opgeven door
het tekenen van de vrede van Chateau Cambresis.
In Engeland wordt in 1534 de Anglicaanse Kerk uitgeroepen tot staatskerk door het parlement (onder
druk van Henry VIII (Hendrik)). Henry wou dit uit wraak omdat er een conflict was ontstaan tussen
hem en de paus. Hendrik wou scheiden van zijn vrouw Catharina van Aragon, tante van Karel V. De
paus wees het verzoek echter onder druk van Karel V af. Henry erkende de paus hierdoor niet meer
en hij maakte de Anglicaanse Kerk staatskerk. In de jaren hierna werden Katholieke bezittingen
onteigend en verkocht. Door dit geld hoeft Henry niet meer te luisteren naar het parlement, welke
aanvankelijk de grootste geldbron van Henry was. De nieuwe Anglicaanse Staatskerk is van buiten
katholiek maar van binnen protestants. (bijv: ze zijn wel protestants maar ze hebben wel
bisschoppen)
In hetzelfde jaar als de Vrede van Augsburg(1555), treedt Karel V af en volgt Filips II op.
Periode 2 1555-1588
Filips II volgt zijn vader op. Hij is een koele, afstandelijke, niet-Nederlands sprekende en koppige man.
Hij zet de politiek van zijn vader voort: De erfenis bijeen houden, Centralisatiepolitiek en dus ook
uitroeien protestantisme
3
Oorzaken van de opstand:
- Opkomst Calvinisme. Na 1550 tot 10% v/d bevolking. Harde vervolging d.m.v. plakkaten en
inquisitie.
- Hoge en lage adel willen matiging van Smeekschrift 1566. Hagenpreken als gevolg.
Filips eist een harde aanpak van de hagenpreken. Hij schrijft de brieven uit het bos van Segovia.
Hierin draagt Filips op dat Parma de inquisitie en plakkaten gehandhaafd worden.
In 1566 leiden hoge graanprijzen en kettervervolging tot de Beeldenstorm. Margaretha herstelt de
orde maar Filips stuurt in 1567 toch Alva en een leger van 10.000 soldaten om Margaretha te
vervangen. De kettervervolging werd strenger onder Alva, die al snel een Raad van Beroerten
(Bloedraad) opzette om de daders van de Beeldenstorm op te sporen.
Gevolgen v/d komst van Alva als hertog:
- Oprichting Bloedraad (1300 doodvonnissen)
- Willem van Oranje ontslagen en gevlucht naar Dillenburg, Duitsland
- BTW verhoogd met 10% (tiende penning) (Zonder bede en instemming Staten Generaal!!)
1568 start van de Opstand en de Tachtigjarige Oorlog. Deze start met mislukte invallen van
huurlegertjes van v.Oranje. De bevolking komt echter niet in opstand zoals van Oranje gehoopt had.
Willem van Oranje geeft kaperbrieven uit. Watergeuzen moeten op bevel van Koningin Elisabeth I
(onder druk van Filips) de Engelse haven verlaten. Zij komen per ongeluk terecht in Den Briel en
gooien de Spaanse soldaten de poort uit. Hiermee begint in 1572 de opstand echt. Andere steden
volgen.
Alva herovert de opstandige steden als antwoord. Veel van de inwoners worden uitgemoord. Dit
levert meer fanatisme en tegenstand op en bovendien kost het Alva bakken met geld. Alva slaagt er
echter niet in Holland te veroveren. Willem van Oranje komt terug naar Holland en word benoemd
tot stadhouder.
De opstandelingen staan alleen: Engeland is Neutraal en de top van de Franse Hugenoten zijn
uitgeroeid bij de bloedbruiloft. In het noorden nemen de katholieken af en Calvinisten toe: De
godsdienstige tegenstelling noord/zuid neemt toe. In Holland/zeeland is zelfs alleen het Calvinisme
toegestaan.
Willem van Oranje probeert d.m.v. de Pacificatie van Gent(1576) de gewesten bij elkaar te houden.
Dit mislukt, Calvinisten nemen namelijk toch katholieke steden als Gent over.
Er komt een nieuwe landvoogd, Parma. Dit is een intelligente diplomaat en zeer goede veldheer. Hij
zorgt ervoor dat veel gewesten weer bij Spanje gaan horen. Het noorden en zuiden worden toch
verdeeld: in 1579 ontstaan Unie van Atrecht (Pro-Spaans & Katholiek)
Unie van Utrecht (In opstand & Calvinistisch)
4
Deze breuk betekent het mislukken v/d politiek van Willem van Oranje en heeft 2 redenen:
- Parma snoept gebieden weg van Willem van Oranje
- De Calvinisten weigerden 2 geloven in 1 gebied en ze legden hun geloof op bij anderen.
Willem van Oranje wordt in 1580 vogelvrij verklaard.
Hierdoor wankelt de Opstand. In 1585 valt Antwerpen in Spaanse handen en de toevoer
(Westerschelde) wordt afgesloten door Holland/Zeeland. Amsterdam profiteert hiervan omdat veel
handel nu naar haar toekomt en de Republiek krijgt veel Calvinistische migranten vanuit België.
Er zijn vervolgens 3 stappen naar een onafhankelijke republiek terwijl opstandige gewesten er
beroerd voor staan.
1) De Acte/plakkaat van Verlatinghe in Antwerpen opgesteld in 1581 door de Staten-Generaal.
Geschreven door Vrancken en Van Oranje. Argument: Filips II schendt regelmatig de
privileges/autonomie van de Gewesten en daarom, ondanks het Droit Divin, zet de Staten-Generaal
de landsheer af.  Unieke actie!
2) Een nieuwe landsheer. Maar Leicester (Anglicaans & vriend van Elisabeth I) en Anjou (Hugenoot)
blijken ijdel, arrogant en op eigen macht uit.  Mislukt! (Lange termijngevolg is de Spaanse Armada
op Engeland)
3) De Staten-Generaal roepen de onafhankelijkheid van de Republiek uit in 1588. In 1598 ook de tot
dan toe ontbrekende delen van Groningen, Drenthe, Overijssel en Gelderland erbij.
In 1584 wordt Willem van Oranje vermoord door Balthasar Gerards.
Waarom kon de Republiek zonder echte tegenstand van Spanje uitbreiden en uiteindelijk winnen?
Filips vocht simpelweg teveel oorlogen uit. (Hulp aan Franse Katholieken, oorlog tegen het
Ottomaanse rijk en de Spaanse Armada).
In 1572 werden door Geuzenaanvoerder Lumey 21 priesters gevangengenomen en opgehangen (op
twee na die zich lieten bekeren) omdat ze Katholiek waren. Deze zijn allemaal heilig verklaard door
de Katholieke Kerk. Lees het stuk in de katern op blz. 27.
Was de Republiek tolerant? Ja en nee!
Ja Ze lieten andere geloven min of meer toe, er was relatief veel vrijheid van meningsuiting en
drukpers. Vergeleken met Engeland en Frankrijk waren ze religieus tolerant en veel vluchtelingen
kwamen naar de Republiek.
Nee Ze waren fel protestants. Rond 1600 wordt de Calvinistische minderheid een meerderheid. DE
hervormde kerk wordt staatskerk en wie niet hervormd is mag geen ambt uitvoeren. Er was dus
sprake van tweederangs burgers (Katholieken, Joden, doopsgezinden) die hun geloof in schuilkerken
moesten uitoefenen.
5
In Engeland is Koningin Elisabeth I Anglicaans. Ze is de dochter van Henry VIII. Ze steunt de Opstand
van de Republiek want ze stuurt Leicester. Daardoor stuurt Spanje de Spaanse Armada in 1588. Deze
mislukt: De vloot wordt grotendeels verwoest in het Kanaal en de rest vergaat in een storm. Spanje
raakt failliet. Parma is uitgespeeld.
Frankrijk na 1560 verscheurd door een burgeroorlog tussen Katholieken (koningen gesteund door
adel en burgerij) en Hugenoten. Spanje steunt de Franse katholieken door troepen te sturen op de
grens van Noord-Frankrijk.
In 1572 is de bloedbruiloft. In een poging tot verzoening van de Hugenoten en Katholieken wordt
een groot deel van de Hugenoten in opdracht van Catharina de Medici vermoord.
In 1589 wordt koning Henri III vermoord en zijn opvolger is Henri de Navarre, een hugenoot. Hij laat
zich bekeren tot Katholiek (Paris vaut bien une messe: Parijs is wel een mis waard)
Het compromis is: Het Edict van Nantes. Hugenoten krijgen vrijsteden en dit is het einde van de
Burgeroorlog. Het is echter ook de breuk van het Centralisme.
Economie:
- Groei van bevolking in Holland en Zeeland
- Urbanisatie o.a. door immigratie
-Groei commerciële landbouw. Boeren en schaalvergroting vanwege ontbreken adellijk grondbezit in
Holland/Zeeland. Zij leveren grondstoffen als vlas, koolzaad aan trafieken (soort fabrieken). Ook
kaas, boter etc. voor steden en export.
- Groei moedernegotie
In de periferie (Overijssel, Gelderland) traditionele landbouw (te veel land in handen van adel).
In Engeland hetzelfde systeem als in Overijssel. Ze richtten zich ook vooral op handel in het oosten
v/d Middellandse Zee.
In Frankrijk ook traditionele landbouw en vanwege de burgeroorlog konden zij ook niet economisch
concurreren met het buitenland.
De republiek kampte echter met veel tol-barrières en invoerrechten. Alleen Holland en Zeeland een
gezamenlijke markt.
Periode 3
Maurits, de zoon van Willem van Oranje verovert tussen 1588 en 1598 veel gebied. Alle veroveringen
van Parma herovert hij en bovendien verovert hij Breda en Sluis (Zeeuws Vlaanderen). Onder
stadhouder Frederik-Hendrik volgen heel Brabant en Limburg, de Generaliteitslanden. Die heten de
Generaliteitslanden omdat ze onder het bestuur van de Staten-Generaal komen. Zie blz. 42 voor de
grenzen in 1648.
Het rijke Holland financierde de huurlegers van Maurits en Frederik-Hendrik.
Lees blz. 44 voor bestuur in de Republiek. Ook uitleg over raadspensionaris en stadhouder.
6
De republiek heeft samen met Venetië en Zwitserland een unieke bestuursvorm. Ze zijn namelijk een
statenbond. Dat wil zeggen dat elk gewest soeverein is en ze hebben allemaal vetorecht in de StatenGeneraal. De raadspensionaris is de hoogste ambtenaar van Holland en daarom de belangrijkste man
van de Staten-Generaal. Hij leidde de Hollandse vertegenwoordiging. Zijn stem was meestal
doorslaggevend bij kwesties, mede omdat Holland 58% van de belastingen betaalde. De tegenhanger
en concurrent van de raadspensionaris was de Stadhouder, de bevelhebber van het leger.
Stadhouders waren altijd Oranjes en hun bevoegdheden waren niet duidelijk vastgelegd, vandaar de
conflicten tussen de twee. Tot zijn moord in 1619 was Johan Oldenbarnevelt raadspensionaris.
Tussen 1609 en 1621 was er een twaalfjarig bestand tussen Spanje en de Republiek. Dit werd onder
druk van Holland gesloten omdat vrede beter was voor de handel en omdat oorlog veel geld kostte.
Dit bestand moest uitmondden tot een vrede maar de andere zes gewesten wilden dit niet. De
stadhouder heeft namelijk veel minder macht in vredestijd en de gewesten wilden de Zuidelijke
gebieden veroveren en bekeren tot het calvinisme.
Conflicten tijdens het Bestand
Holland
De andere gewesten
Raadspensionaris
Stadhouder
Vrede met Spanje
Oorlog voortzetten & zuiden veroveren
Hoogste gezag bij gewest
Hoogste gezag bij Staten-Generaal
Remonstranten/Arminianen (ook in
Contraremonstranten(Ook
Utrecht)/Rekkelijken ,Predestinatie**
Amsterdam)/Gomaristen/Preciezen,
predestinatie**
Geen nationale synode
Nationale synode
Engeland geen vijand
Engeland wel vijand
*Amsterdam wilde vrede in de hoop dat de schelde weer open zou gaan en Antwerpen weer zou
opbloeien, ook Contraremonstrant.
**Beide kanten geloofden in predestinatie, het van te voren duidelijk zijn van of een mens zalig of
verdoemd zal zijn, maar de Rekkelijken geloofden dat het niet vast stond, maar dat God wel al wist
wat het lot van een mens was. Dus dat de mens er zelf invloed op had maar dat God in de toekomst
kon kijken, terwijl de Preciezen geloofden dat het lot van een mens al vaststond, dus dat een mens er
zelf niets meer aan kon veranderen.
Oldenbarnevelt door soldaten van Maurits met goedkeuring van de Staten-Generaal gearresteerd en
berecht voor landverraad door zijn aanpak van de oorlog. In 1619 wordt hij onthoofd. 2 jaar later, in
1621, wordt de oorlog voortgezet. Tijdens de Synode van Dordrecht, een soort kerkelijk overleg,
werd de voorkeur voor de Gomaristen gekozen en werden Remonstrantse predikanten verbannen of
gedwongen hun ambt neer te leggen. Maurits kreeg veel meer macht en werd zelfs bevelhebber over
het hele leger, het ‘Staatse Leger’. Hij stond nu onder gezag van de Staten-Generaal en de macht van
dit orgaan werd ook groter omdat de Hollandse steden niet meer zoveel tegenstand konden bieden.
De Stadhouder blijft tot 1653 heel veel invloed hebben terwijl de raadspensionaris dat vrijwel niet
heeft in die periode.
Frederik Hendrik volgt zijn broer Maurits op na zijn dood in 1625. Hij verovert de ‘onneembare’ stad
Den Bosch met het Staatse Leger, zijn beleg werd gefinancierd met geld dat de WIC heeft gekregen
doordat Piet Hein de zilvervloot van Spanje veroverde. Ook Venlo, Roermond en Maastricht worden
veroverd tijdens zijn veldtocht langs de Maas. Deze gebieden gaan de Generaliteitslanden horen, zie
7
begin Periode 3 van deze samenvatting voor uitleg. De Oranjes zijn officieel niet Koninklijk, slechts
Stadhouders. Toch laat Frederik Hendrik paleizen bouwen en laat zijn zoon Willem II* trouwen met
Maria Stewart, dochter van de Britse koning om de Oranjes toch een koninklijk statuur te geven.
Tussen 1618-1648 vindt de dertigjarige oorlog plaats. Deze gruwelijke oorlog vindt voornamelijk in
Duitsland plaats en is tussen de Noord-Duitse Lutheraren gesteund door Zweden tegen de Katholieke
Spanjaarden en Habsburgers. De katholieke Fransen steunen opmerkelijk genoeg de Lutheranen. Dit
omdat ze bang zijn voor totale omsingeling (Habsburg zou Duitsland bij winst overnemen) en daarom
vechten in de Zuidelijke Nederlanden Fransen tegen Spanje. Het Staatse leger strijden in het huidige
België. Vredesonderhandelingen beginnen in 1648.
In 1648 wordt de Vrede van Münster ondertekend, hetgeen het einde van de tachtigjarige oorlog (en
de dertigjarige oorlog) betekent. Spanje erkent de Republiek als onafhankelijke staat, iets dat
Engeland en Frankrijk in 1596 al hadden gedaan door het Drievoudig Verbond tegen Spanje te
tekenen. (Dit viel echter al snel uit elkaar doordat Frankrijk vanwege de burgeroorlog steun van
Spanje nodig had en vrede met Spanje sloot, wat automatisch betekende dat zij het Drievoudig
verbond niet meer steunde, en Engeland sloot uit geldgebrek ook vrede met Spanje). De schelde
bleef ook gesloten voor Antwerpen en de Zuidelijke Nederlanden. Ook accepteerde Spanje het bezit
van de VOC in Azië.
Frankrijk was ondertussen hard op weg naar absoluut koningschap doordat kardinalen Richelieu en
Mazarin de macht van de hoge Franse adel en de vrijheid van de Hugenoten aan het kortwieken
(afnemen) waren. In Engeland waren er koningen met een protestante staatskerk. Er waren twee
katholieke koningen (James/Jacobus I en Charles I) die probeerden te regeren zonder het parlement
bijeen te roepen. Charles heeft de zaak zo laten escaleren dat het een burgeroorlog tussen de
Puriteinen en Royalisten/Loyalisten tot gevolg had. De Puriteinen winnen hier. Charles wordt in 1649
onthoofd. Zijn opvolger is de puritein Oliver Cromwell.
Economie:
- Krachtige economische groei van de Republiek in de eerste helft van de 17e eeuw (gouden eeuw).
Deze groei is vooral in de kustprovincies.
- Groei commerciële landbouw
- Groei textielindustrie (voornamelijk in Leiden) Er is sprake van zeer moderne productie met
windmolens.
- Amsterdam is een stapelmarkt* van Europa door zijn ligging tussen de Oostzee en Middellandse
zee. De stad staat bekend als het financiële hart van Europa
- Veel scheepsbouw zorgt voor een enorme spin-off. (Groei textielindustrie, houtindustrie enz.)
- De Gouden eeuw is het resultaat van innovatief ondernemen en weinig concurrentie van Engeland
en Frankrijk. Beide staten hebben namelijk veel interne problemen. Wanneer deze problemen
verdwijnen, wordt de Republiek een tweederangs mogendheid (na 1672, rampjaar).
8
*Een plaats waar allemaal goederen opgeslagen en doorgevoerd worden, vergelijkbaar met een ‘hub’
als Schiphol, een plek die heel veel mensen gebruiken als tussenstation om vanuit daar overal in de
wereld te kunnen komen.
Aan het eind van de 16e eeuw stijgen prijzen van specerijen enorm door Spaans/Portugees embargo
(vanaf 1585). Compagnieën van Verre/voorcompagnieën gaan een handelsroute naar Indië zoeken
om zelf specerijen te gaan vervoeren, alleen blijkt de concurrentie te groot te zijn. Onder druk van
Oldenbarnevelt ontstaat in 1602 de VOC: De Verenigde Oost-Indische compagnie, de allereerste
Naamloze Vennootschap(NV)* ter wereld. In de VOC werden alle voorcompagnieën opgenomen
zodat zij hun krachten konden bundelen. De VOC krijgt een monopolie voor de Republiek op het
handelen met al het gebied ten oosten van Kaapstad (Zuid-Afrika) en ze krijgen een recht op een
leger, ambtenaren en het sluiten van verdragen. De VOC was een enorm succes. J.P. Coen was de
Gouverneur-Generaal van de VOC (of de C.E.O.). Hij heeft de Molukken en Batavia uitgemoord, dit
heeft de VOC wel machtig gemaakt
*Een Naamloze vennootschap is een bedrijf waar het kapitaal wordt verdeeld in aandelen. Een
aandeel is dus een stukje van het bedrijf, dat iedereen kan kopen.
In 1621 ontstaat ook de WIC: West-Indische Compagnie, die zich richt op West-Afrika en Amerika. Zij
focust zich op driehoekshandel en piraterij tegen Spanje. Driehoekshandel hield in dat de WIC
Hollandse nijverheidsproducten naar Afrika verscheepte, deze ruilden voor slaven, vervolgens naar
Amerika voeren en daar de slaven verhandelen voor producten als suiker, tabak en katoen. De
piraterij tegen Spanje ontstond doordat de WIC werd opgericht in 1621, tegelijkertijd met de
voortzetting van de oorlog tegen Spanje. De piraten hadden zelfs toestemming van de Republiek om
Spaanse schepen te beroven d.m.v. Kaperbrieven. De bekendste verovering van de WIC was de
verovering van de Zilvervloot onder leiding van Piet Hein. De focus lag bij de WIC echter teveel op
kapen waardoor ze niet genoeg functioneerden als handelsbedrijf. Ze ging dan ook relatief snel
failliet. De WIC hield en handelde dus veel in slaven. De VOC had ook slaven, al was dit niet de
voornaamste ‘business’ van de VOC.
De Republiek zette ook een kolonie neer in het nieuw ontdekte Amerika. Ze noemde hun stad daar
Nieuw-Amsterdam, die ze overigens kochten van de indianen voor 60 gulden. Tegenwoordig staat dit
stuk grond bekend als Manhattan, het centrum van wereldstad New York. Onder druk van Engeland
werd de Republiek gedwongen hun Nieuw-Amsterdam op te geven en te ruilen voor Suriname. Een
overblijfsel van de Nederlandse invloed daar is dat veel straatnamen en wijken uit het Nederlands
komen.
(Wallstreet – Walstraat
Harlem – Haarlem
Flushing – Vlissingen
Brooklyn – Breukelen
Greenwich – Groenwijck
Hempstead – Heemstede
New Utrecht – Nieuw Utrecht
Roodt Eylandt – Rhode Island
Broadway – Breede Weg
Bowery Lane – Bouwerijlaan)
9
Periode 4
Hoofdlijnen periode:
- Vrede van Münster in 1648 (Begin van de periode)
- Tweede helft van 17e eeuw Republiek op top van haar macht
- 1702 Dood Stadhouder Willem III
-Economische Neergang van de Republiek aan het einde van de 17e eeuw en het worden van een
tweederangs mogendheid
-3 coalitieoorlogen onder leiding van Willem III tegen agressief Frankrijk van Lodewijk XIV
Twee jaar na de Vrede van Münster Pleegt Willem II een staatsgreep op Amsterdam. Hij was namelijk
tegen de Vrede van Münster, onder andere doordat de uitbreiding van de Republiek hierdoor stopte.
De staatgreep mislukt en enkele maanden later sterft hij aan de pokken. Hij laat nog wel een zoon
achter: Willem III. Met het sterven van Willem II verliest de Republiek zijn stadhouder en gaan we het
eerste stadhouderloze tijdperk (1650-1672). Er blijft in Friesland wel een stadhouder maar deze is
niet heel belangrijk. Gedurende deze periode wordt de Republiek geleid door een nieuwe
raadspensionaris: Johan de Witt. Onder hem kent de Republiek het toppunt van zijn macht.
Verschillen Land-/Zeegewesten
Zeegewesten
Pro Raadspensionaris
Staatsgezind
Elk gewest moet soeverein zijn
Statenbond
Meer geld naar marine (Engeland is bedreiging)
Landgewesten
Pro stadhouder
Oranjegezind
Meer macht voor Staten-Generaal
Bondsstaat
Meer geld naar leger (Frankrijk is bedreiging)
Nog even terugkomend op de situatie in Engeland, waar Charles/Karel I zonder parlement probeert
te regeren, omdat hij een absoluut vorst is. Geen parlement betekent echter geen geld en minder
macht. Hij komt in een keihard conflict met het parlement doordat hij 5 niet-meewerkende
parlementsleden laat arresteren en dit leidt tot een burgeroorlog tussen 1642 en 1649. Hij wordt zelf
in 1649 onthoofd. De puriteinen winnen de burgeroorlog van de Royalisten/Loyalisten en zij
schuiven een puriteinse Koning naar voren: Oliver Cromwell. Deze ‘Lord protector’, zoals hij zichzelf
noemt, is eigenlijk een dictator die met ijzeren hand regeert. De Republiek wil niets met de oorlog te
maken hebben en besluit niets te doen. Cromwell introduceert de Navigatiewetten (Navigation acts
10
of scheepvaartwetten). Deze wetten houden in dat alle Engelse import wordt gedaan door Engelse
schepen of schepen van het land van herkomst. Dit is erg nadelig voor de Republiek en gedurende
het Eerste stadhouderloze tijdperk vinden er dan ook 3 Engelse Zeeoorlogen plaats.
- 1652 is het jaar van de eerste Engelse zeeoorlog. Een belangrijke aanleiding is de invoering van de
navigatiewetten De Republiek verliest die, want zij verliezen meer koopvaardijschepen dan de
Engelsen. Tijdens de vredesonderhandelingen neemt de Republiek onder druk van Cromwell de Acte
van Seclusie aan: Deze zorgt ervoor dat de Oranjes uitgesloten zijn van het Stadhouderschap.
- In 1665 vindt de tweede Engelse zeeoorlog plaats. Weer is een belangrijke aanleiding het
handhaven van de navigatiewetten maar de directe aanleiding was de bemoeienis van de na de dood
van Cromwell opnieuw aangestelde Koning Karel II met het benoemen van een nieuwe Stadhouder.
Dankzij de goed opgebouwde marine van De Witt en De Ruyter wordt deze oorlog gewonnen. Wel
wordt Suriname geruild voor Nieuw-Amsterdam. De Ruyter weet overigens het vlaggenschip
(grootste en belangrijkste schip) van de Engelsen te kapen en neemt het mee terug naar de
Republiek
Uiteindelijk wordt met deze marine ook de derde Engelse zeeoorlog gewonnen, die in 1672
plaatsvindt. Het landleger wordt door de overwinning echter verwaarloosd en in datzelfde 1672 blijkt
dit heel nadelig, dit wordt ook wel het rampjaar genoemd, hierover later meer.
In Frankrijk staat Lodewijk XIV (1661-1713) oftewel de Zonnekoning centraal. Deze absolute koning
rechtvaardigde zijn macht met het Droit Divin. Er was onder zijn gezag veel sprake van censuur en hij
schreef lettres de cachet: Brieven van de Koning die de ontvanger naar de gevangenis stuurde.
Descartes is bijvoorbeeld naar de Republiek gevlucht omdat hij ook zo’n letter kreeg.
Lodewijk wilde zijn land uitbreiden. Hij wilde de Rijn als de natuurlijke grens van Frankrijk. Hij moest
de Zuidelijke Nederlanden veroveren, evenals een deel van de Republiek en een stukje Duitsland.
Terug naar het rampjaar. Er werd wel gezegd dat de Republiek toen redeloos, radeloos en reddeloos
was. Lodewijk viel de Republiek over land in het zuiden aan, terwijl de bisdommen van Münster en
Keulen de Republiek ook over land aanvielen. Karel II viel de Republiek over zee aan en daarmee was
de derde Engelse zeeoorlog een feit. Alle mogendheden werden door Frankrijk gefinancierd. Op het
dieptepunt waren alleen Holland, Zeeland en Friesland nog niet in handen van de tegenstanders. De
Republiek liet de polders echter onderlopen en deze waterlinie zorgde ervoor dat de Republiek niet
helemaal veroverd wordt. Het volk raakt echter toch in paniek en overal worden Staatsgezinden
afgezet. De broers De Witt worden in 1672 op straat gepakt door de menigte en gelyncht door
Oranjegezinden.
Onmiddellijk hierna wordt Willem III benoemd tot stadhouder en hij blijkt een bekwaam legerleider.
In 1673 trekt Frankrijk zich dan ook terug, mede ook omdat Spaanse en Oostenrijkse troepen zich
mengen met de strijd en de Republiek komen helpen. Twee andere redenen waren geldgebrek en de
aanval op Bonn. In deze stad hadden zij veel voorraden liggen en die verloren ze dus. Michiel De
Ruyter weet de Engelsen op zee te verslaan en de twee landen sluiten in 1674 vrede.
De wens van Lodewijk om de Zuidelijke Nederlanden te veroveren was echter nog niet weg en
Willem III wist dat. Hij probeerde daarom bondgenootschappen of coalities te vormen om Frankrijk
gezamenlijk te verslaan, of in ieder geval zijn agressie te temmen. Willem III wilde namelijk graag dat
11
de Zuidelijke Nederlanden een buffer bleven tussen de Republiek en Frankrijk. Spanje en Oostenrijk
worden al snel bondgenoten. Ook al zijn dit Katholieke landen, zij waren zo bang voor de uitbreiding
van Frankrijk dat ze graag wilden helpen. De Eerste Coalitieoorlog werd al gauw afgeblazen door de
Staten-Generaal met het tekenen van de Vrede van Nijmegen. Willem III was hier zeer ontevreden
mee. In 1685 trekt Frankrijk het Edict van Nantes (de ‘wet’ waardoor Hugenoten enkele ‘vrijsteden’
kregen in Frankrijk) in en dit maakt veel Calvinisten in de Republiek boos. Veel Hugenoten vluchtten
naar Engeland en de Republiek. Er kwam steeds meer steun voor Willem III en een nieuwe
Coalitieoorlog.
In Engeland ontstaat een nieuw conflict tussen koning en parlement. De opvolger van de vorige
Engelse koning Karel II, Jacobus II, kreeg het voor elkaar nar drie jaar te worden afgezet door het
parlement. Hij trok Katholieken voor en paste wetten tegen Katholieken niet toe. Jacobus trok zich
niets aan van het parlement en regeerde vrolijk verder. Toen hij in 1688 een zoontje kreeg en er dus
een troonopvolger zou zijn waardoor de Engelsen nog langer met een Katholieke koning opgescheept
zaten, nodigde het parlement Willem III en zijn Engelse vrouw Maria uit om Jacobus van zijn troon te
stoten. Maria was immers door haar afkomst nog een wettige opvolger. In datzelfde 1688 steekt
Willem III met toestemming van de Staten-Generaal met een leger over naar Engeland en Jacobus
vlucht al snel naar Frankrijk. Deze gebeurtenis wordt de Glorious Revolution genoemd.
Doordat de Republiek en Engeland nu hetzelfde staatshoofd hebben ontstaat er een soort
bondgenootschap tussen de twee, genaamd een Personele Unie/Persoonlijk Unie. Deze wordt in
1689 voltrokken. In dit jaar ondertekent Willem III nog een document. Het parlement wil namelijk
nooit meet gedonder met de koning dus, moet Willem III voordat hij mag regeren, eerst een
document ondertekenen dat de macht van het parlement uitbreidt: de Bill of Rights.
Nu Engeland door het huwelijk ook een bondgenoot werd, en een aantal Duitse vorsten zich ook bij
de Coalitie voegden, was er een ontzettend groot en sterk leger tegen Frankrijk. De leider van deze
coalitie was Willem III. Er kwamen nog twee coalitieoorlogen tegen Frankrijk, die zich beiden vrijwel
volledig in de Zuidelijke Nederlanden afspeelden. In 1702, tijdens de derde coalitieoorlog valt Willem
III van zijn paard en sterft. Hij had geen kinderen en er werd geen nieuwe stadhouder benoemd
waardoor de Republiek het Tweede Stadhouderloze Tijdperk (1702-1747) ingaat. De Republiek
wordt nu vooral bestuurd door Regentenfamilies. De Republiek wordt steeds minder toonaangevend
in Europa. Frankrijk verloor overigens de derde Coalitieoorlog en is volledig failliet
OP DE VOLGENDE PAGINA DE ECONOMIE VAN PERIODE 4
12
Economie:
Er komt een relatieve economische achteruitgang in de Republiek aan het eind van de zeventiende
eeuw (de andere landen groeien economisch gezien simpelweg harder). Ook had de Republiek een
grote staatschuld en rentelast na de coalitieoorlogen.
Engeland en Frankrijk nemen veel mercantilistische maatregelen, dat wil zeggen, maatregelen om
import terug te dringen en eigen productie en export te bevorderen. De Republiek kon dus veel
minder handelen met deze landen. Engeland deed dit d.m.v. de Navigation Acts, Frankrijk verhoogde
simpelweg zijn invoerrechten (geld dat je per product moet betalen om producten uit het buitenland
te kopen) onder leiding van Colbert, de Minister van Financiën van Lodewijk XIV.
De handelsinkomsten van Holland en Zeeland liepen sterk terug. Hierdoor was er minder geld
beschikbaar voor het leger.
Ten slotte nog een klein stukje over tolerantie in de Republiek:
De Republiek was in vergelijking met andere landen erg tolerant, censuur en vervolging van
andersdenkenden gebeurde weinig omdat dit in een land met veel godsdienstige verdeeldheid als
bijna onmogelijk werd gezien. Bovendien werden kapitaalkrachtige (rijke) burgers als belangrijk of
toonaangevend beschouwd. Zij vonden vervolging schadelijk voor handel. Er was ook geen centraal
bestuur, (want de gewesten waren in principe autonoom, zelfstandig) dus verboden of vervolgingen
golden vaak maar voor één stad of gewest.
Was er dan helemaal geen censuur in de Republiek? Dat is niet helemaal waar. Sommige boeken
werden wel degelijk verboden, het gewest Holland heeft tussen 1581 en 1700 bijvoorbeeld 260
boeken verboden, dit waren vooral boeken die ingingen tegen ideeën van het Calvinisme, maar de
censuur kwam niet in de buurt van die van andere landen.
Doordat de Republiek zo tolerant was, kwamen veel belangrijke buitenlandse schrijvers en denkers
naar de Republiek om te vluchten voor hun Vaderland en om hun geschriften hier uit te geven. Een
van de meest bekende voorbeelden is de Franse filosoof René Descartes. Hij vond de Republiek een
‘vrij land’.
Einde Samenvatting.
13
Download