Kom in de stemming! Met je klas naar het Vlaams Parlement Brochure voor de leraar van het secundair onderwijs 2 Kom in de stemming Welkom U hebt een bezoek aan het Vlaams Parlement vastgelegd: van harte welkom! Deze brochure hebben we samengesteld om u te helpen de uitstap grondig voor te bereiden en na te verwerken met uw leerlingen. Want dat is erg belangrijk! Leerlingen die vooraf in de klas rond democratie gewerkt hebben en ook na het bezoek aan het parlement nog een nabespreking hadden, blijken ook echt meer te weten over politiek en er meer interesse voor te hebben. Het Vlaams Parlement heeft een educatieve dienst om u hierbij te helpen: De Kracht van je Stem. We hebben heel wat educatief materiaal ter beschikking, niet enkel over het parlement maar ook over mensenrechten, verkiezingen, de democratische rechtsstaat, partijen … Want democratie behelst meer dan enkel de overheid en haar instellingen. In deze brochure hebben we een selectie gemaakt uit ons materiaal die het voor u makkelijker moet maken om het bezoek aan het Vlaams Parlement goed voor te bereiden. We willen in deze brochure dan ook een antwoord geven op de volgende vragen: ●● Hoe kunt u een bezoek aan het Vlaams Parlement voorbereiden? ●● Hoe ziet het programma in het Vlaams Parlement eruit? ●● Hoe kunt u het bezoek aan het Vlaams Parlement nabespreken? ●● Aan welke eindtermen kunt u werken met het bezoek aan het Vlaams Parlement? Omdat dialoog een belangrijk thema is wanneer we over democratie spreken, zijn alle suggesties, opmerkingen en vragen meer dan welkom. We nodigen u graag uit om uw reacties door te sturen via www.dekrachtvanjestem.be. We willen u alvast bedanken voor uw bezoek! De Kracht van je Stem De educatieve dienst van het Vlaams Parlement www.dekrachtvanjestem.be Kom in de stemming 3 4 Kom in de stemming Inhoudstafel Welkom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1. De Kracht van je Stem, de educatieve dienst van het Vlaams Parlement . . . . . . . . . . 6 2. Een bezoek aan het Vlaams Parlement, zinvol of niet? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 3. Het bezoek voorbereiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Het les- en spelmateriaal van De Kracht van je Stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Een selectie uit het lesmateriaal van De Kracht van je Stem als voorbereiding op uw bezoek . 14 4. Het bezoek aan het Vlaams Parlement . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Een halve dag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Een volledige dag = halve dag + simulatiespel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Het simulatiespel ‘G4’ over de gemeente . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Het simulatiespel ‘Overstemmen’ over het Vlaams Parlement . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Het bezoek op maat van uw klas . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Boterhammen opeten? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Wat verwachten we van de leraar? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 5. Verwerken van het bezoek aan het Vlaams Parlement . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Suggesties voor de verwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Een klasgesprek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Het stellingenspel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Een standpunt innemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Opgelijnd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Andere activiteiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 6. De bereikte doelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Vakoverschrijdende eindtermen Leren leren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Vakoverschrijdende eindtermen Stam en contexten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Colofon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Kom in de stemming 5 1. De Kracht van je Stem, de educatieve dienst van het Vlaams Parlement Niemand wordt geboren met burgerzin. Burgerzin leer je in het gezin, op school, in je buurt,… Burgerzin leer je ook je hele leven lang, van jongs af aan en al doende. Positieve ervaringen met actief deelnemen aan de eigen leefomgeving zijn de grootste hefboom voor actief burgerschap. En voor jongeren is de school een leefomgeving waar ze heel veel tijd doorbrengen. Daarom wil De Kracht van je Stem, de educatieve dienst van het Vlaams Parlement, leraren ondersteunen om op school te werken aan democratisch burgerschap. Wij bieden u daarvoor lesmateriaal, educatieve activiteiten en vorming en nascholing voor leerlingen, leraren en studenten in de lerarenopleiding. Een overzicht van het aanbod van De Kracht van je Stem vindt u op www.dekrachtvanjestem.be. Opvoeden tot democratisch burgerschap. Wat verstaan we eronder? Opvoeden tot democratisch burgerschap bevat in essentie drie taken: 1 het overbrengen van kennis en inzichten over de democratie en de rechtsstaat 2 het aanleren en inoefenen van vaardigheden om te kunnen participeren aan democratische processen (burgerschapscompetenties) 3 het vormen van een open, respectvolle en kritische houding en het bevorderen van de bereidheid tot participeren 1. Welke kennis en inzichten zijn fundamenteel? ●● kennis van en inzicht in de samenleving als een geheel van socio-economische, cultu●● ●● ●● ●● ●● ●● 6 rele en politiek-juridische contexten; inzicht in de politiek als het georganiseerde meningsverschil en het zoeken naar draagvlak en consensus; kennis van en inzicht in de fundamenten van de rechtsstaat en de democratie; kennis van en inzicht in de burgerlijke rechten en vrijheden; inzicht in de besluitvorming die ingrijpt in de samenleving op alle niveaus van de gemeenschap; kennis van en inzicht in de elementaire regels, procedures en instellingen van ons democratische bestel; kennis en inzicht in mechanismen van uitsluiting en discriminatie en manieren om ze te voorkomen. Kom in de stemming Kennis van de instellingen volstaat niet, burgers moeten zichzelf ook ontdekken als (actieve) deelnemer aan de samenleving. 2. Welke vaardigheden zijn fundamenteel? ●● creatieve vaardigheden: oplossingen kunnen ontwikkelen en uitvoeren; ●● zelfredzaamheid: ●● ●● ●● ●● zijn weg vinden in de maatschappelijke dienstverlening, gebruik kunnen maken van inspraakkanalen; mediawijsheid: via klassieke en nieuwe media actief kunnen participeren aan de publieke ruimte, berichtgeving in de media kritisch kunnen interpreteren; kritisch denken: een maatschappelijke discussie kunnen voeren, een genuanceerde mening kunnen vormen; communicatief vermogen: zijn mening op een respectvolle manier kunnen uitdrukken; samenwerking: kunnen samenwerken om gemeenschappelijke doelen te realiseren, kunnen zoeken naar een compromis. 3. Welke attitudevorming wordt nagestreefd? ●● een democratische basishouding; ●● verantwoordelijkheid opnemen voor zichzelf en anderen; ●● bereidheid tot participeren; ●● bereidheid tot luisteren en tot overleg; ●● spontaan engagement; ●● respecteren van andere meningen en van verschillen; ●● doorprikken van vooroordelen en stereotypering; ●● toetsen van de eigen mening aan andere standpunten; ●● bereid zijn om deel uit te maken van de bredere samenleving. Kom in de stemming 7 8 Kom in de stemming 2. Een bezoek aan het Vlaams Parlement, zinvol of niet? Tijdens het academiejaar 2004-2005 deed Barbara Ivens, studente politieke wetenschappen aan de KU Leuven, een effectenonderzoek naar de educatieve dagprogramma’s in het Vlaams Parlement. Prof. dr. Marc Hooghe was promotor van de eindverhandeling. Barbara ondervroeg 350 jongeren vóór ze deelnamen aan het dagprogramma. Ze scoorden gemiddeld 47 procent op kennisvragen over de politiek. Een maand na het dagprogramma in het Vlaams Parlement werden de leerlingen opnieuw ondervraagd. Ze scoorden toen stukken beter: 64 procent. Het onderzoek gaf nog enkele opmerkelijke positieve resultaten: ●● Bij de leerlingen neemt de interesse voor politiek toe na deelname aan het dagprogramma. ●● Het praten over politiek met ouders en vrienden neemt toe. ●● Het vertrouwen in politici en in het Vlaams Parlement als instelling neemt toe. ●● De kennis van de leerlingen over het Vlaamse bestuursniveau gaat er significant op vooruit. ●● Een meerderheid van de leerlingen evalueert de dag in het Vlaams Parlement in zijn geheel als positief. Maar.... Deze hoopgevende resultaten moeten dan weer genuanceerd worden, want de ondervraagde leerlingen bleven wel even cynisch tegenover het politieke bedrijf en de resultaten hangen sterk af van de werking rond democratie op school. Uit het onderzoek bleek heel duidelijk dat het educatieve dagprogramma niet op zichzelf staat. Een deel van het succes ligt in een goede voorbereiding en follow-up door de leraren. Het is daarom van groot belang dat leraren het bezoek aan het parlement voordien en nadien in de klas de nodige aandacht geven. Kom in de stemming 9 3. Het bezoek voorbereiden Als u met uw klas werkt aan meningsvorming, participatie, democratie en politiek, dan kan een uitstap naar het Vlaams Parlement een meerwaarde betekenen. Een goede voorbereiding is onontbeerlijk om van een dag in het Vlaams Parlement een geslaagde oefening in democratie te maken. Wij helpen u graag op weg. Het les- en spelmateriaal van De Kracht van je Stem Het materiaal van De Kracht van je Stem is telkens ontwikkeld rond vier thema’s: mensenrechten en kinderrechten, democratie en rechtsstaat, verkiezingen en partijen, overheden en instellingen. U kunt dit materiaal downloaden of bestellen via onze website www.dekrachtvanjestem.be Informatiemap over democratie, burgerzin en politiek Deze map biedt achtergrondinformatie voor de leraar over de thema’s uit de lespakketten. Een greep uit de inhoud: geschiedenis van de mensenrechten, kinderrechten, de drie grondwettelijke machten, de pers, kiesstelsels, de politieke partijen, de Vlaamse overheid, België, Europa en de Verenigde Naties. Een totaalpakket voor de tweede, derde en vierde graad bso Het totaalpakket voor de tweede, derde en vierde graad bso bestaat uit een werkmap voor de leerlingen en de daarbij horende lerarenhandleiding. De werkmap is opgebouwd volgens de vier modules: mensenrechten en kinderrechten, democratie en rechtsstaat, verkiezingen en partijen en besluitvorming en jongeren. In de lerarenhandleiding vindt u alle informatie over de gebruikte werkvormen in het leerlingenmateriaal en achtergrondinformatie om de leerlingen te begeleiden. 10 Kom in de stemming Een totaalpakket voor de derde graad aso, kso, tso Het totaalpakket voor de derde graad aso, kso, tso bestaat uit een werkmap voor de leerlingen en de daarbij horende lerarenhandleiding. De werkmap is opgebouwd volgens de vier modules: mensenrechten en kinderrechten, democratie en rechtsstaat, verkiezingen en partijen en overheden en instellingen. Elke module bevat basisinformatie, opdrachten en taken die helpen om dieper in te gaan op een thema. In de lerarenhandleiding vindt u alle informatie over de gebruikte werkvormen in het leerlingenmateriaal en achtergrondinformatie om de leerlingen te begeleiden. m van je Ste De Kracht aso kso tso k gen 3 graad voor de leerlin e democratie, werkmap over politie burgerzin en De Kracht van je Stem voor de leraar 3 e graad aso kso tso Handleiding bij de werkmap over democratie, burgerzin en politiek Het pakket voor het dbso en het buso In dit materiaal werd het concept ‘democratische vorming en burgerschap’ op een specifieke manier opgebouwd, rekening houdend met de eigen kenmerken van de doelgroep. ­Ervaringsgericht leren staat centraal en speelt in op de ontwikkeling van zelfvertrouwen, zelfwaardering, zelfwaardegevoel en zelfinzicht. Vertrekkende vanuit de vijf leefsferen van de jongeren wordt gewerkt rond: ●● ik tel mee in het gezin ●● ik tel mee op school ●● ik tel mee op het werk ●● ik tel mee in de vrije tijd ●● ik tel mee in de politiek Politiek, iets voor mij? Is politiek wel iets voor mij? Waarover gaan al die politieke discussies? Waarom zijn er zo vaak verkiezingen? Is er eigenlijk een verschil tussen de politieke partijen? Op die en andere vragen geven we in deze brochure een antwoord. Politiek voor beginners dus. Voor iedereen die wat meer wil weten over onze democratie en niet van moeilijke woorden houdt. Een klare kijk op politieke partijen Een interview waarin Kris Deschouwer (VUB) uitlegt waar de Vlaamse politieke partijen voor staan, hoe ze werken en waarom ze belangrijk zijn. Het interview is te bekijken op www.dekrachtvanjestem.be Kom in de stemming 11 6 klasposters De klasposters geven in één oogopslag weer waar de Vlaamse verkiezingen en de bevoegdheden over gaan: ‘Kies en stem’, ‘Het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering’, ‘Gemeenschappen en gewesten’, ‘Wat doet Vlaanderen?’, ‘Wat doet België?’ en ‘Wat doet Europa?’. Animatiefilm ‘5 jaar in 6 minuten’ De stem van elke burger bepaalt mee hoe de grote machine Vlaanderen draait. Dit filmpje schetst het beeld van verkiezing tot de werking van het parlement en het samenspel met de regering. U vindt het filmpje op www.dekrachtvanjestem.be en op YouTube. Het spelmateriaal Het spelmateriaal omvat doedozen en een bordspel. Alle spelen zijn bruikbaar voor leerlingen van het secundair onderwijs en de volwassenen­ vorming en basiseducatie. Doedoos ‘G4’ (over de gemeente) De leerlingen spelen een gemeenteraad. Ze krijgen een aantal vragen over de ‘vaste taken’ van de gemeente, leggen hun eigen accenten in het beleid van hun gemeente door projecten te realiseren en worden geconfronteerd met een aantal problemen. De doos bevat een handleiding, een plattegrond, kaartjes met gebouwen of stadselementen, kaarten met kennisvragen en partijkaarten. ‘G4’ kan zowel gespeeld worden in een basisversie als in een meer uitgebreide variant. Gerealiseerd in samenwerking met het Centrum Informatieve Spelen. 12 Kom in de stemming Doedoos ‘Overstemmen’ (over het parlement) De leerlingen spelen de rol van parlementsleden. Ze debatteren en stemmen over wetsvoorstellen of voorstellen van decreet. De verschillende partijen proberen hun aantal zetels te vergroten. De doedoos bevat een handleiding, twee plattegronden, figuren in zes kleuren, wetsvoorstellen en voorstellen van decreet. Vanaf de eerste graad secundair onderwijs. Gerealiseerd in samenwerking met het Centrum Informatieve Spelen. Zo Verkozen Zo Verkozen ? ? ? Een bordspel om spelenderwijs over de verkiezingen te leren. De spelers stellen zich kandidaat voor verkiezingen en leggen een campagneparcours af. Onderweg beantwoorden ze vragen. Bij het spelbord horen spelkaarten met vragen over verkiezingen, volksvertegenwoordigers, de parlementen, Europa, enzovoort. Het is geschikt voor leerlingen vanaf de eerste graad secundair onderwijs. Zo Verkozen Zo Verkozen Verkiezingen in aantocht? Neem zeker een kijkje op onze website want De Kracht van je Stem maakt telkens nieuw en aangepast lesmateriaal. De samenleving en de politieke wereld zijn constant in beweging. Het lesmateriaal voortdurend actualiseren en nieuwe dossiers ontwikkelen is een permanente zorg. Hebben we toch iets over het hoofd gezien of wilt u een suggestie doen, neem dan contact op via www.dekrachtvanjestem.be. Kom in de stemming 13 oe f g en e ni n Een selectie uit het lesmateriaal van De Kracht van je Stem als voorbereiding op uw bezoek Hierna vindt u een selectie uit ons lesmateriaal die u helpt om uw bezoek voor te bereiden. De oefeningen zijn geordend aan de hand van een sterretjescode: gemakkelijk, geen voorkennis vereist moeilijker, enige voorkennis vereist moeilijk, voor gevorderden Onderaan elke oefening vindt u telkens de verwijzing naar het lesmateriaal waarin u de oefening kunt terugvinden. U kunt het lesmateriaal bestellen of downloaden via www.dekrachtvanjestem.be. We raden u aan om zeker ook op zoek te gaan naar actueel materiaal. Het educatieve materiaal wordt regelmatig bijgewerkt, maar wij kunnen niet de dagelijkse actualiteit aanbieden. Door gebruik te maken van recente krantenen tijdschriftenartikels en fragmenten uit het nieuws, herkennen de leerlingen gemakkelijker bepaalde gebeurtenissen en is hun betrokkenheid groter. 14 Kom in de stemming Oefening 1. De Rokeach-test: Hoe democratisch ben ik? De Amerikaanse socioloog M. Rokeach ontwierp een test om na te gaan in hoever een per- Leerlin g soon democratisch ingesteld is. Democratisch ingestelde mensen hebben wel een eigen mening, willen die verdedigen en hun verantwoordelijkheid opnemen. Maar ze staan ook open voor andere meningen. Ze zijn verdraagzaam en bereid tot compromis, bereid om ‘water bij de wijn te doen’. Hoe vul je de test in? Bij elke stelling ken je een cijfer toe, al naargelang je het met de stelling eens of oneens bent: -3 = volstrekt oneens -2 = sterk oneens -1 = eerder oneens 0 = neutrale houding +1 = eerder eens +2 = sterk eens +3 = volstrekt eens Denk niet te lang na voor je een cijfer invult. Wees zo spontaan mogelijk, je eerste idee is meestal het eerlijkst. Achteraf worden de scores in de klas besproken. -3 -2 -1 0 +1 +2 +3 Als ik er de kans toe had, zou ik de wereld een grote dienst bewijzen. Het leven wordt zinvol als men zich inzet voor een ideaal of een doel. Er zou zoveel gedaan moeten worden en er is zo weinig tijd. De democratie is de beste regeringsvorm en het is nog beter wanneer er een intellectuele elite regeert. Mijn bloed begint te koken als iemand koppig weigert toe te geven dat hij verkeerd is. Het is normaal dat iemand veel beter op de hoogte is van de ideeën waarin hij gelooft, dan van de ideeën die hij bestrijdt. Kom in de stemming 15 oe f g en e ni n -3 Al bij al is de wereld waarin wij leven een erg eenzaam oord. Het allerergste wat iemand kan doen, is in het openbaar die mensen aanvallen die in hetzelfde geloven als hijzelf. Eigenlijk is een mens maar een hulpeloos en armzalig wezen. Eigenlijk is het toch maar het beste vrienden te kiezen die dezelfde smaak en ideeën hebben als jijzelf. Ik zou graag iemand hebben die me kan zeggen wat ik moet doen als ik persoonlijke problemen heb. Er zijn mensen die ik haat vanwege hun overtuiging. Als er in een groep te grote meningsverschillen bestaan, zal de groep wel snel uit mekaar vallen. Er zijn maar twee soorten mensen, zij die voor de waarheid zijn, en zij die ertegen zijn. De enige manier om te weten wat er in onze gecompliceerde wereld omgaat, is te vertrouwen op leiders of experts die ons vertrouwen waard zijn. In een hevige discussie ben ik meestal zo sterk bezig met wat ik ga zeggen, dat ik vergeet te luisteren naar wat de anderen zeggen. Een compromis maken met je tegenstander is gevaarlijk, want het is meestal een verraad aan de eigen zaak. De meeste mensen weten gewoon niet wat goed voor hen is. Hoewel vrije meningsuiting belangrijk is, kan men ze spijtig genoeg niet aan alle groepen toestaan. Als ik me eenmaal begin op te winden in een discussie, kan ik niet stoppen. Uiteindelijk bestaat er waarschijnlijk maar één waarheid. De meeste mensen trekken zich van een ander niets aan. 16 Kom in de stemming -2 -1 0 +1 +2 +3 -3 -2 -1 0 +1 +2 +3 In een discussie vind ik het dikwijls nodig enkele keren hetzelfde te zeggen om zeker te zijn dat men mij begrepen heeft. Iemand die zich voor alles en nog wat interesseert, heeft meestal maar een zwakke persoonlijkheid. De meeste mensen die over maatschappelijke problemen spreken, weten spijtig genoeg niet waarover ze het hebben. Bereken nu je score aan de hand van de volgende tabel: -3 = 1 punt -2 = 2 punten -1 = 3 punten 0 = 4 punten +1 = 5 punten +2 = 6 punten +3 = 7 punten Mijn persoonlijke score is (totaal aantal punten): ............................................/175 U vindt deze oefening in ‘De Kracht van je Stem voor de leerlingen 2e, 3e, 4e graad bso. Werkmap voor de leerlingen over democratie, burgerzin en politiek’, module 2. Kom in de stemming 17 oe f g en e ni n Oefening 2. België is een democratische rechtsstaat. Democratisch burgerschap betekent ook inzicht hebben in hoe een democratische rechtsstaat werkt en de vaardigheden hebben om eraan deel te nemen. Maar het begrip ‘rechtsstaat’ verduidelijken ligt niet voor de hand. In een rechtsstaat is het recht de norm, niet de wil van een dictator of een partij. In een rechtsstaat bestaan wettelijke regels die zowel gelden voor de burgers als voor de regeerders. Een rechtsstaat aanvaardt het recht als het hoogste gezag. Leerling België is een democratische rechtsstaat. Wat wil dat zeggen? Een democratische rechtsstaat moet aan een aantal minimale voorwaarden voldoen: 1.De politieke en burgerlijke vrijheden van alle burgers worden gerespecteerd. Dat houdt in dat er respect is voor de mensenrechten, dat minderheden wettelijk worden beschermd, dat iedereen recht heeft op een eerlijk proces, recht heeft op het uiten van zijn mening, het recht heeft om zich vrij te verenigen, enzovoort. 2.De regels worden door de meerderheid vastgelegd. De regels worden altijd toegepast zonder enige vorm van willekeur; iedereen is gelijk voor de wet. 3.De burgers kunnen controleren of de regels toegepast worden. Iedereen moet zich kunnen informeren en controleren of de regels worden toegepast en iedereen moet er vrij zijn mening over kunnen geven. 4.De burgers kunnen eisen voor een onpartijdige en onafhankelijke rechtbank dat de regels worden toegepast. Vrouwe Justitia Een democratische rechtsstaat heeft een onafhankelijk gerecht. De principes daarvan zijn terug te vinden in het standbeeld van Vrouwe Justitia. Ze was oorspronkelijk een Romeinse godin en vandaag staat ze symbool voor een onafhankelijk gerecht in een democratische rechtsstaat. In de buurt van gerechtsgebouwen zijn dan ook veel beelden van haar te vinden. Maar wat is een onafhankelijk gerecht? Zoals je kunt zien, is Vrouwe Justitia geblinddoekt, draagt ze in haar rechterhand een zwaard en houdt ze met haar linkerhand een weegschaal vast. Al die zaken staan symbool voor een bepaald principe van een onafhankelijk gerecht. Weet jij waarvoor? Blinddoek: Weegschaal: Zwaard: U vindt deze oefening in ‘De Kracht van je Stem voor de leerlingen 2e, 3e, 4e graad bso. Werkmap voor de leerlingen over democratie, burgerzin en politiek’, module 2. 18 Kom in de stemming Oefening 3. De scheiding der machten. Controle door het parlement. De plenaire vergadering van het Vlaams Parlement observeren. Laat de leerlingen kennis maken met de manier van debatteren in het Vlaams Parlement door voor het bezoek de leerlingen te vragen een debat van de plenaire vergadering te volgen. Ze kunnen daarvoor op woensdagnamiddag naar de uitzending van ‘Villa Politica’ op Eén kijken of de live streaming op www.vlaamsparlement.be volgen. Meteen kunt u de link leggen naar de scheiding der machten. Tijdens het wekelijkse plenaire vragenuur ondervragen de Vlaamse volksvertegenwoordigers de Vlaamse Regering over de politieke actualiteit. De controletaak van het parlement (de wetgevende macht) op de regering (uitvoerende macht) wordt hier dus geïllustreerd. Kijk op woensdagnamiddag op ‘Eén’ naar de live-uitzending van Villa Politica vanuit het Vlaams Parlement of kijk naar de live streaming op www.vlaamsparlement.be. Volg een debat Leerlin g van de plenaire vergadering en noteer welke sprekers je hoort. Probeer de volgende zaken te achterhalen: ●● Steunt de volksvertegenwoordiger de regering of probeert hij of zij net te wijzen op tekortkomingen van de regering? ●● Op welke manier steunt de spreker de regering? Welke argumenten gebruikt hij of zij? ●● Op welke manier uit de spreker kritiek op de regering? Welke argumenten hoor je hier? ●● Is de spreker een lid van de meerderheid of een lid van de oppositie? De volgende tabel kan je helpen: Vul de tabel aan en zet een kruisje bij lid van de meerderheid OF lid van de oppositie. Wie? Lid van de meerderheid? Lid van de oppositie? Argumenten voor Argumenten tegen 1 2 3 4 5 6 Kom in de stemming 19 oe f g en e ni n 7 8 9 10 11 12 Formuleer in je eigen woorden de definitie van ‘plenaire vergadering’. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. Kun je een plenaire vergadering van het Vlaams Parlement vergelijken met een leerlingenraad op school? Waarom wel? Waarom niet? .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. Rollenopdracht Vorm nu groepjes van 7 leerlingen en spreek een rol af: ●● de minister-president ●● een minister van de Vlaamse Regering ●● een fractieleider van een meerderheidspartij ●● een volksvertegenwoordiger van een meerderheidspartij ●● een fractieleider van een oppositiepartij ●● een volksvertegenwoordiger van een oppositiepartij ●● de voorzitter van het Vlaams Parlement. Beeld een parlementaire vergadering uit. De andere leerlingen van de klas moeten raden welke rol elke leerling van het groepje speelt. U vindt deze oefening in ‘In Detail. Oefeningen en opdrachten’. 20 Kom in de stemming Oefening 4. De regels worden door de meerderheid vastgelegd. Samenleven vraagt om afspraken. Ook in België bestaan er tal van regels die orde moeten brengen in de samenleving. Afhankelijk van de overheid die ze uitvaardigt, spreken we van wetten, decreten, ordonnanties, besluiten, verdragen,… Ze kunnen van toepassing zijn op verschillende niveaus: internationaal, federaal, gewesten en gemeenschappen, provinciaal of gemeentelijk. Wetgeving komt tot stand bij meerderheidsbesluiten. In het parlement wordt over decreten (of over wetten) gestemd en een decreet wordt aangenomen wanneer de helft +1 van de volksvertegenwoordigers voor het decreet heeft gestemd. Wetgeving maken is een langzaam proces. Het komt tot stand onder invloed van de uitslag van de verkiezingen, de coalitievorming, acties van drukkingsgroepen, de media, de publieke opinie, ... De leerlingen zoeken in groepjes uit welke partijen in het Vlaams Parlement zetelen, welke partijen tot de coalitie behoren en welke partijen in de oppositie zitten. Iets moeilijker wordt het wanneer ze opzoeken welke decreten er hangende zijn in het Vlaams Parlement. Ten slotte kunnen ze ook opzoeken welke rol drukkings- en belangengroepen spelen. Zoek het antwoord op de volgende vragen. 1. Welke politieke partijen zetelen in het Vlaams Parlement? Hoeveel zetels hebben ze? Leerlin g 2. Welke partijen vormen de meerderheid in het Vlaams Parlement? Welke partijen zitten er in de oppositie? 3. Welke voorstellen of ontwerpen van decreet zijn momenteel hangende in het Vlaams Parlement? ●● Beschrijf kort de inhoud. ●● Wie heeft het ingediend? Tot welke partij behoort hij/behoren zij? ●● Behoort die partij(en) tot de meerderheid of de oppositie? ●● Welke motivering gebruikt/gebruiken de indiener(s)? ●● In welke fase bevinden de voorstellen of ontwerpen zich? ●● Welke groepen (drukkings- en belangengroepen) oefenen druk uit om het voorstel of ontwerp in de ene of de andere richting te bewegen? Geef aan of ze voor- of tegenstander zijn. U vindt deze oefening in ‘De Kracht van je Stem voor de leerlingen 3e graad aso, kso, tso. Werkmap voor de leerlingen over democratie, burgerzin en politiek’, module 2. Kom in de stemming 21 oe f g en e ni n Oefening 5. Een dag in het leven van… Voor vele jongeren en volwassenen is de politiek een ver-van-mijn-bed-show. Nochtans nemen politici elke dag beslissingen die een grote invloed hebben op ons dagelijks leven. Laat de jongeren daarvan enkele voorbeelden zoeken uit de eigen leefwereld en uit de algemene politiek. U kunt met uw leerlingen ook uitzoeken hoe burgers kunnen deelnemen aan het politieke beleid en hoe zij hun verlangens aan de politici kenbaar kunnen maken en – misschien ook – doordrukken. Politici hebben de verantwoordelijkheid om een antwoord te bieden op problemen en behoeften van de bevolking: verkozen worden betekent immers een mandaat, een opdracht van de kiezer uitvoeren. Maar burgers hebben verschillende inspraakkanalen en drukkingsmiddelen ter beschikking om op de politieke besluitvorming te wegen. Leerling “Het is mijn leven!” maar welke overheid zorgt ervoor dat alles vlot verloopt in mijn leven? Zoek op: gaat het om een regionale, federale of Europese bevoegdheid? Ken je ook de bevoegde minister? Zo verloopt mijn dag Vragen Klokradio op half zeven, ik sta op met StuBru. Wie is bevoegd voor media? Vlug onder de douche, om wakker te worden. Wie zorgt voor de watervoorziening? Vandaag een eitje bij het ontbijt. Wie zorgt voor de voedselveiligheid? Het stortregent, gelukkig is de bus op tijd, in het treinstation zie ik mijn vriendin. Openbaar vervoer: • Wie organiseert het busvervoer? • Wie organiseert het treinvervoer? We wandelen naar school. Eerste uur: wiskunde… Wie is bevoegd voor onderwijs? Tijdens de pauze wordt er druk gepraat over de ontsnapping van enkele gevangenen uit de gevangenis. Wie is bevoegd voor justitie? Na school loop ik even langs bij mijn grootvader, hij moet formulieren invullen voor zijn pensioen. Wie is bevoegd voor de sociale zekerheid (o.a. de pensioenregeling)? Ik haal nog net het begin van de baskettraining. Wie is bevoegd voor het sportbeleid? “An inconvenient truth” staat geprogrammeerd op tv vanavond. De moeite, naar het schijnt. Op welk niveau bindt men de strijd aan tegen de lucht-,bodem- en watervervuiling? In de krant lees ik een pleidooi voor de invoering van de legerdienst. Hè??? Wie is bevoegd voor defensie? Welke overheid? Welke minister? Maak voor jezelf een soortgelijke oefening met 5 items. Laat je inspireren door je eigen leven en interesses. U vindt deze oefening in ‘In Detail. Oefeningen en opdrachten’. 22 Kom in de stemming Oefening 6. Politieke partijen voeren campagne. Leerlin g Beeld je in: je bent lid van een politieke partij. De verkiezingen zijn in aantocht. Bedenk een campagnestrategie Richtvragen: ●● Wat willen jullie bereiken, wat zijn jullie doelen? 1 ●● Wie willen jullie bereiken? ●● Welke boodschap willen jullie overbrengen? ●● Bedenk zeker een originele slogan! Maak een verkiezingsaffiche. Denk aan de volgende elementen: ●● Toon duidelijk waar jullie partij voor opkomt, m.b.v. tekeningen, symbolen, teksten, … 2 ●● Gebruik je een foto van de lijsttrekker of kies je voor een ander beeld? ●● Bedenk eventueel een logo voor je partij of gebruik een bestaand logo. Nog meer campagne Wat kunnen jullie nog doen buiten wat jullie nu al gemaakt hebben? 3 ●● Bedenk nog meer manieren om campagne te voeren voor je partij. ●● Bedenk nog minstens 3 manieren en werk er één uit tegen de volgende les. U vindt deze oefening in ‘In Detail. Oefeningen en opdrachten’. Kom in de stemming 23 oe f g en e ni n Oefening 7. Partijen en hun programma. De klas verdeelt zich in groepen. Elke groep neemt een andere politieke partij voor zijn rekening en zoekt de krachtlijnen van het meest recente programma op. Vervolgens presenteert elke groep “hun” partij aan de rest van de klas. Leerling ●● Vorm een groepje met klasgenoten. ●● Beschrijf in jullie eigen woorden wat een politieke partij is. ●● Kies een van de volgende politieke partijen, ga op zoek naar informatie over die politieke partij (op internet of via het secretariaat van die partij) en presenteer “jouw” partij aan je klasgenoten. • CD&V • Groen • N-VA • Open Vld • Sp.a • Vlaams Belang ●● Ga naar YouTube www.youtube.com/user/dekrachtvanjestem/videos en bekijk de filmpjes met professor Kris Deschouwer. ●● Beschrijf in jullie eigen woorden: • Hoe kun je de verschillen tussen politieke partijen begrijpen? • Wat bedoelt professor Kris Deschouwer wanneer hij het heeft over breuklijnen in de politiek? Welke breuklijnen beschrijft hij? • Zijn er vandaag nog verschillen tussen de politieke partijen? • Waarom zijn verkiezingen belangrijk voor een politieke partij? • Zal een partij ook automatisch gaan besturen wanneer ze de verkiezingen wint? Waarom wel of waarom niet? • Wat gebeurt er met blanco en ongeldige stemmen? U vindt deze oefening in ‘In Detail. Oefeningen en opdrachten’. 24 Kom in de stemming Oefening 8. Berichten over acties. Sociale acties, betogingen of stakingen zijn drukkingsmiddelen waarmee groepen van burgers het beleid proberen te beïnvloeden. De doordenker daarbij is dat democratie niet eindigt bij verkiezingen, maar pas leeft waar burgers actief worden. Leerlin g Zoek in de media naar berichten over acties, betogingen, stakingen of andere uitingen van protest. Geef een beknopte beschrijving van de reden van de acties. Waartegen of waarvoor wordt er actie gevoerd? Tot wie richten de actievoerders zich? Tot welke besluitvormers? Is er een reden waarom precies op dit tijdstip actie wordt gevoerd? Wat proberen de actievoerders te bereiken? Heeft de actie resultaat gehad? U vindt deze oefening in ‘De Kracht van je Stem voor de leerlingen 3e graad aso, kso, tso. Werkmap voor de leerlingen over democratie, burgerzin en politiek’, module 3. Extra: Zelf actie ondernemen. Leerlin g Ook jij kunt je stem laten horen! Zo kun je bijvoorbeeld een reactie posten op een artikel op een nieuwssite, een Facebookgroep oprichten, een lezersbrief schrijven enzovoort. Misschien vinden jullie het de moeite waard om jullie standpunt over een actueel thema bekend te maken en op die manier actief te participeren aan het maatschappelijke debat. 1. Kies met je klas een actueel thema uit. 2. Luister naar ieders argumenten en bepaal een gemeenschappelijk standpunt. 3. Verwoord jullie standpunt op een kernachtige en respectvolle manier. 4. Maak jullie standpunt kenbaar. 5. Ga regelmatig na of je reactie krijgt van anderen. Heel wat organisaties engageren zich in de samenleving voor verschillende thema’s en belangen. 1. Ken je zulke organisaties? 2. Geef enkele voorbeelden van acties die zij doen. 3. Heb je al eens meegedaan met zo’n actie? 4. Vond je het zinvol? Waarom wel? Waarom niet? Kom in de stemming 25 oe f g en e ni n Oefening 9. Dossierkennis opbouwen. Volksvertegenwoordigers kunnen onmogelijk alle beleidsthema’s volgen. Daarom verdelen ze binnen hun fractie in het parlement de taken. Zo kan elke Vlaamse volksvertegenwoordiger zich specialiseren in één of enkele thema’s. Deze oefening is bedoeld om de leerlingen te laten aanvoelen dat ze het best dossierkennis opbouwen over een thema vooraleer een debat te voeren. We kiezen voor de thema’s ‘armoedebestrijding’ en ‘huisvesting’. Die thema’s passen binnen de contexten 6 socio-economische samenleving (1,2 en 3) en context 7 socioculturele samenleving (3) van de vakoverschrijdende eindtermen. Leerlingen die in het Vlaams Parlement een dagprogramma volgen, kunnen onder meer over die thema’s ook discussiëren in het simulatiespel. Verdeel de klas in groepjes. Elk groepje gaat op zoek naar informatie over ‘huisvesting’ en ‘armoedebestrijding’ en verzamelt feiten die de leerlingen zelf belangrijk vinden om goed voorbereid aan een debat deel te nemen. Vervolgens voert de klas een debat over de stelling ‘Armoede is meer dan onvoldoende geld hebben’. Na het debat formuleren de leerlingen een aanbeveling voor de Vlaamse Regering die door de meerderheid van de klas moet worden goedgekeurd. Meer informatie • In het ‘Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting’ geeft het Onderzoekscentrum OASeS van de Universiteit Antwerpen elk jaar een stand van zaken van (het onderzoek naar) armoede en sociale uitsluiting in Vlaanderen. www.uantwerpen.be/nl/onderzoeksgroep/oases Leerling • De ministers schrijven hun plannen voor de volgende vijf jaren op in een beleidsnota. Ga eens kijken wat de minister van Armoedebestrijding in haar beleidsnota heeft geschreven. Je bent verkozen als volksvertegenwoordiger in het Vlaams Parlement. Jouw fractie wil dat je de thema’s ‘huisvesting’ en ‘armoedebestrijding’ volgt. Binnenkort is er daar een debat over. Je wilt je voorbereiden op de vergadering. a. Verzamel 5 feiten die jij belangrijk vindt om een goed debat te kunnen voeren. De volgende vragen kunnen je hierbij helpen. Op welke levensdomeinen heeft armoede een invloed? Hoeveel mensen leven er in België in armoede? (% van de bevolking). Hoe wordt armoede gemeten? Welke mensen lopen een groter risico dan gemiddeld om in de armoede terecht te komen? Houdt de woonsituatie van mensen verband met het risico om in de armoede terecht te komen? Zijn er voorwaarden om recht te hebben op een sociale woning? Zo ja, welke? Zijn er voldoende sociale woningen? b. Voer nu een debat over de stelling ‘Armoede is meer dan onvoldoende geld hebben’. c. Formuleer na het debat een aanbeveling voor de Vlaamse Regering over maatregelen die de regering moet nemen om armoede te bestrijden. De aanbeveling moet door de meerderheid van de klas goedgekeurd worden. U vindt deze oefening in ‘De Kracht van je Stem voor de leerlingen 3e graad aso, kso, tso. Werkmap voor de leerlingen over democratie, burgerzin en politiek’, module 3. 26 Kom in de stemming Oefening 10. Collage maken van de Vlaamse Regering. Maak een fotocollage of –montage van de Vlaamse Regering. Zoek bij elke Vlaamse minister ook foto’s of afbeeldingen die verwijzen naar zijn of haar bevoegdheden. Presenteer je collage op een leuke manier in de klas. U vindt deze oefening in ‘De Basis. Oefeningen en opdrachten’. Kom in de stemming 27 4. Het bezoek aan het Vlaams Parlement Een halve dag Wanneer u een halve dag naar het Vlaams Parlement komt, leiden we u rond door de gebouwen en komen er twee onderwerpen aan bod: ●● de werking van het parlement en zijn plaats binnen de federale staatsstructuur. Aan de hand van wat we zien, leggen we uit hoe het parlement werkt, welke de Vlaamse bevoegdheden zijn, hoe onze Belgische staat in mekaar zit enzovoort; ●● de architectuur van de gebouwen en de kunstwerken die het Vlaams Parlement bezit. In het Vlaams Parlement bekleden kunstwerken een heel bijzondere plaats. De aanwezigheid van kunstwerken op goed uitgekozen plaatsen verhoogt het aantal verrassende, soms speelse effecten die zo kenmerkend voor de gebouwen zijn. Sommige kunstwerken bekoren onmiddellijk, andere fascineren of intrigeren, vragen tijd om te vatten of roepen controverse op. Meer dan één kunstenaar maakt van de geboden gelegenheid gebruik om een ironische of kritische kanttekening te plaatsen bij de politieke wereld. Heel wat scholen die het Vlaams Parlement bezoeken, kaderen de rondleiding ook in de eindtermen muzisch-creatieve vorming. Het parlement huisvest onder andere ook het Kinderrechtencommissariaat. Wanneer u in de klas rond kinderrechten werkt, verwijzen we u graag naar www.kinderrechten.be. Een rondleiding op woensdagnamiddag met bezoek aan de plenaire vergadering Op woensdagnamiddag leiden we u rond en nemen we plaats op de publiekstribune van de plenaire vergadering. We bereiden de leerlingen eerst voor op de plenaire vergadering. Nadat we de vergadering een tijdje hebben gevolgd, bespreken we grondig na wat de leerlingen hebben gezien en ervaren. Een volledige dag = halve dag + simulatiespel Op maandag en vrijdag (en op woensdag) kunt u met uw leerlingen een hele dag naar het Vlaams Parlement komen. We organiseren dan een educatief dagprogramma. Het educatieve dagprogramma in het Vlaams Parlement bestaat uit een rondleiding en een educatief simulatiespel in een commissiezaal van het Vlaams Parlement. Het simulatiespel ‘G4’ over de gemeente In ‘G4’ zetelen de leerlingen in de gemeenteraad. De klas wordt onderverdeeld in vier verschillende fictieve partijen, met elk een eigen politiek programma. De gemeenteraadsleden lossen vragen over de werking van de gemeente op, discussiëren over het beleid van de gemeente en stemmen over verschillende voorstellen. Als de partijen kiezers winnen, plaatsen ze die op de plattegrond van de gemeente. 28 Kom in de stemming Aan het einde van het spel, worden de kiezers geteld en zal duidelijk zijn welke partij de volgende verkiezingen zal winnen! De spelrondes In de eerste spelronde komen de ‘vaste taken’ van de gemeenteraad aan bod. Een gemeenteraad neemt heel wat taken voor zijn rekening en moet ook zorgen dat daar budgetten voor uitgetrokken worden. In de tweede spelronde staat een ‘eigen project’ centraal. De gemeenteraadsleden kunnen eigen accenten leggen in het beleid van een gemeente. Aan de hand van het partijprogramma bouwen de leden van een partij een argumentatie op om de andere gemeenteraadsleden te overtuigen van het nut van hun project. In een eventuele derde spelronde krijgen alle partijen eenzelfde probleemsituatie voorgeschoteld. Elke partij overlegt hoe zij dat probleem zou oplossen en presenteert dat ook tijdens de gemeente­raad. De nabespreking van het simulatiespel Bij de nabespreking gaat de spelbegeleider na hoe de deelnemers het spel en hun rol als gemeenteraadslid hebben ervaren. Daarnaast wordt er ook naar de inhoud gekeken en een link gelegd naar de werkelijkheid en naar het Vlaams Parlement. De spelbegeleider zal hier ook gebruik maken van situaties die hij of zij tijdens het spel heeft opgemerkt, opmerkingen van de leerlingen,… Het simulatiespel ‘Overstemmen’ over het Vlaams Parlement In ‘Overstemmen’ zijn de leerlingen Vlaamse volksvertegenwoordigers. Zij maken deel uit van fictieve partijen. Elke partij streeft ernaar haar zetelaantal in het Vlaams Parlement te vergroten, zonder daarbij de begroting en de tevredenheid van de bevolking uit het oog te verliezen. Een partij kan zetels behalen of verliezen door doordacht op ‘voorstellen van decreet’ te stemmen. De verkiezingen geven aan hoeveel zetels de partijen effectief winnen of verliezen. De voorstellen van decreet Alle partijen krijgen dezelfde stellingen. Die stellingen, de zogenaamde ‘voorstellen van decreet’ behoren tot de bevoegdheden van het Vlaams Parlement, onder andere onderwijs, sociale huisvesting, jeugd en cultuur, werkgelegenheid en milieu. Elke partij beslist eerst in onderling overleg welk voorstel ze het beste vindt. Aangezien ze dat tegenover de andere partijen moet kunnen verdedigen, formuleren de leerlingen ook de nodige argumenten. Kom in de stemming 29 Tijdens de commissievergadering stelt elke partij haar standpunt voor en verdedigt het. De andere partijen krijgen de gelegenheid om de partij te bevragen. De partij die haar standpunt heeft geformuleerd, krijgt steeds de kans om zich te verdedigen. Wanneer alle partijen hun standpunt hebben voorgesteld en verdedigd, krijgen de partijen de kans om nog van mening te veranderen en/of samenwerkingsverbanden aan te gaan. De stemming Na de debatronde volgt de stemming. Het voorstel van decreet dat een meerderheid van de stemmen behaalt, wordt aangenomen en bepaalt hoeveel zetels elke partij zal winnen of verliezen. De nabespreking Bij de nabespreking gaat de spelbegeleider na hoe de deelnemers het spel en hun rol als volksvertegenwoordiger hebben ervaren. Daarnaast wordt er ook naar de inhoud gekeken en een link gelegd naar de werkelijkheid. De spelbegeleider zal hier ook gebruik maken van situaties die hij of zij tijdens het spel heeft opgemerkt, met opmerkingen van de leerlingen, ... Het bezoek op maat van uw klas We doen steeds ons best om het programma aan te passen aan het niveau van de groep. Het is daarom belangrijk dat u bij de telefonische reservatie van uw bezoek zoveel mogelijk nuttige informatie over de klas(sen) geeft. Komt u met een klas Humane Wetenschappen die al goed voorbereid is? Komt u met leerlingen houtbewerking die een meer praktijkgerichte aanpak vragen? Verplaatst een leerling zich met een rolwagen? Hoe ziet jullie dag er uit, welke activiteit of welk bezoek staat er nog op het programma? Nemen jullie contact op met een Vlaamse volksvertegenwoordiger om de groep toe te spreken? Al deze informatie helpt ons om het programma zo goed mogelijk af te stemmen op de verwachtingen van zowel de leraar als de leerlingen. Boterhammen opeten? Alle bezoekersgroepen kunnen hun boterhammen in het bezoekerscentrum ‘De Loketten’ opeten. Indien u dit niet bij uw reservatie hebt meegedeeld, geeft u ons dit best nog even door. Na de rondleiding krijgen jullie allemaal een gratis drankje aangeboden. Wat verwachten we van de leraar? Vanzelfsprekend bent en blijft u als leraar tijdens het bezoek aan het Vlaams Parlement verantwoordelijk voor uw klas, zorgt u ervoor dat de afgesproken uren gerespecteerd worden en toont u een actieve betrokkenheid. Toch willen we hier kort bespreken wat onze verwachtingen zijn, omdat de klas zich hier in een zeer specifieke leersituatie bevindt. Tijdens de rondleiding 30 Kom in de stemming neemt de gids de leiding en het woord. Hij of zij zal ook duidelijke afspraken maken met de leerlingen. Normaal gelden die regels ook op school, zoals stil zijn wanneer iemand aan het woord is, nergens aankomen, bij elkaar blijven, ... Wanneer de leerlingen zich daar niet aan houden, zal de gids ingrijpen. We verwachten van de leraren dat ze er mee op toezien dat de groep gehoor geeft aan de afspraken, zonder zelf de leiding te nemen. Als u in ‘De Loketten’ blijft lunchen, verwachten we dat u samen met de leerlingen de gebruikte tafels en stoelen netjes achterlaat, uit respect voor de onthaalmedewerkers: afval in de daarvoor bestemde vuilnisbakken doen, stoelen terugplaatsen, de lege flesjes in de bakken zetten, ... We verwachten van u als groepsverantwoordelijke ook dat u collega’s of andere begeleiders brieft over het programma en de doelstellingen. Tijdens het spel kunt u de groepjes mee begeleiden of observeren. Wij moedigen uw actieve deelname aan, maar vergeet in uw enthousiasme niet dat het spel er in de eerste plaats voor de leerlingen is. Net zoals bij de rondleiding neemt de spelbegeleider de leiding, u kunt hier zeker aanvullen. Waar we vooral op willen wijzen, is dat de gidsen en spelbegeleiders steeds een politiek-­neutrale houding aannemen. Wanneer we verwachten van de leerlingen dat zij een democratische grondhouding aanleren en innemen, moet iedereen, dus ook u als leraar, zich bewust zijn van zijn of haar voorbeeldfunctie. Kom in de stemming 31 5. Verwerken van het bezoek aan het Vlaams Parlement Een grondige verwerking zorgt ervoor dat de leerlingen op langere termijn iets opsteken van het bezoek aan het Vlaams Parlement. Hoe u die verwerking invult, zal vooral afhangen van de tijd die u daaraan kunt besteden. Het is nuttig om een nabespreking daags na het bezoek aan het Vlaams Parlement te laten plaatsvinden. De leerlingen hebben dan de kans gekregen om alle indrukken en informatie te verwerken, en alles zit nog vers in het geheugen. 32 Kom in de stemming Suggesties voor de verwerking Een klasgesprek Hieronder vindt u enkele vragen die tijdens een groepsgesprek aan bod kunnen komen en zowel inspelen op de ervaringen van de leerlingen als op het inhoudelijke aspect. Uiteraard laat u de vragen die verband houden met het simulatiespel weg indien u enkel een rondleiding hebt gevolgd. Stoom aflaten: ●● Wat vond je van het bezoek aan het Vlaams Parlement? ●● Hoe kijk je nu tegen het Vlaams Parlement aan? Is jouw kijk op het Vlaams Parlement gewijzigd na je bezoek? ●● Wat vond je van de rondleiding? ●● Wat vond je van het simulatiespel? Wat was er leuk/niet leuk aan? ●● Hoe heb je beslissingen genomen binnen je partij? ●● Hoe zat het met de ‘tevredenheid van de bevolking’ en de ‘begroting’? Vragen over de spelrondes: ●● Welke partij heeft de meeste zetels gewonnen? ●● Hoe komt het dat die partij de meeste zetels heeft gewonnen? ●● Welke partij heeft het zwaarste verlies geleden? Hoe komt dat? ●● Wat was er moeilijk/gemakkelijk aan het sluiten van compromissen binnen de eigen ●● ●● ●● ●● ●● partij? Welke voorstellen van decreet vond je het boeiendst? Welke samenwerking was er tussen de partijen onderling? Welke partij had het meeste te zeggen in het parlement? Hoe was het om als partij te winnen of te verliezen? Wat is er moeilijk aan het goedkeuren van onpopulaire maatregelen? Wat denk je van de volgende stellingen? ●● Alleen de grootste partijen hebben in een parlement iets te zeggen. ●● Politiek is veel te moeilijk, veel te saai en alleen voor volwassenen belangrijk. ●● Er moet stemrecht komen voor jongeren vanaf 16 jaar. Link met de realiteit: ●● Welke partijen zijn er in Vlaanderen? ●● Wat gebeurt er na de verkiezingen? ●● Hoe werken partijen in het parlement samen? Waarom doen ze dat? ●● Hoe komen decreten tot stand? ●● Wat betekent democratie? ●● Welke thema’s zijn voor jou belangrijk? ●● Herkende je in het spel ook de bevoegdheden waarover in het Vlaams Parlement wordt gediscussieerd en gestemd? Kom in de stemming 33 Wat als...: ●● Wat als er nu verkiezingen zouden zijn en jij zou mogen stemmen? Ben je voldoende op de hoogte van de politiek om bewust te kunnen stemmen? ●● Wat als de bevolking niet mocht stemmen, hoe zou België er dan uitzien? ●● Wat als er maar één partij zou bestaan? Wat volgt er nu...: ●● Als je naar het nieuws of Villa Politica kijkt of de krant leest, waar ga je op letten? ●● Als je iets aan het parlement mocht aanbevelen, wat zou dat dan zijn? Het stellingenspel Door hun bezoek aan het Vlaams Parlement hebben de leerlingen kennis gemaakt met een parlementaire democratie. Het stellingenspel biedt de spelers een forum om zich uit te drukken over de democratische principes die ze tijdens de (halve) dag in het Vlaams Parlement hebben ervaren. Verdeel de klas in kleine groepjes. Elke groep krijgt 11 kaarten. Op elke kaart staat een stelling. De spelers kiezen per groep 5 stellingen uit die voor hen het meest aansluiten bij hun ervaringen tijdens de dag in het Vlaams Parlement. Stellingen: ●● Partijen willen alleen mijn stem, niet mijn mening. ●● Kritiek uiten mag altijd en onbeperkt. ●● Partijen staan niet open voor een andere mening. ●● Kleine partijen hebben geen invloed. ●● Kleine partijen kunnen het verschil maken. ●● De sterkste partij wint altijd. ●● Goed beleid betekent niet per se zetels winnen. ●● Goede keuzes zijn keuzes waarmee de bevolking tevreden is. ●● Goede keuzes kosten veel geld. ●● Er is geld genoeg om alles beter te laten verlopen. ●● Binnen de partijen gaat het er democratisch aan toe. De deelnemers leggen uit waarom ze voor een bepaalde stelling hebben gekozen. 34 Kom in de stemming Eventueel kunt u de discussie breder trekken door de volgende vragen te stellen. ●● Hoe werkt een parlementaire democratie? ●● Wat zijn de voordelen van een parlementaire democratie? ●● Mogelijke antwoorden: • Iedereen mag zijn mening uiten. • Iedereen heeft een stem. ●● Wat zijn de nadelen van een parlementaire democratie? ●● Mogelijke antwoorden: • Neemt veel tijd in beslag om beslissingen te nemen. Door de vele procedures duurt het langer eer een beslissing is genomen. ●● Ken je andere bestuursvormen? In welke landen komen die voor? Een standpunt innemen Doel: leerlingen laten inzien dat verschillende partijstandpunten het gevolg zijn van verschillende ideologieën. Uitleg: om de leerlingen duidelijk te maken wat een ideologie is, vertrekken we vanuit de leerling zelf. De leerlingen kiezen eerst een thema dat hen interesseert en gaan in een vak staan. Vervolgens maken ze een keuze tussen twee stellingen. Niet iedereen binnen hetzelfde vak zal voor dezelfde stelling kiezen. Zo kan de leraar duidelijk maken dat politieke partijen verschillende ideeën hebben. Die ideeën komen voort uit de verschillende ideologieën waar de partijen achter staan. De ruimte wordt opgedeeld in 4 gelijke vakken. Elk vak staat voor een bevoegdheid van het Vlaams Parlement. De leerlingen kiezen elk een thema dat hen het meest interesseert en plaatsen zich in het overeenkomstige vak. Als ze een thema hebben gekozen, nemen ze een standpunt in door zich achter één van de twee onderstaande stellingen te plaatsen. Werk Leefmilieu Sociale huisvesting Onderwijs Kom in de stemming 35 Stellingen: Werk ●● Leven is meer dan werken. ●● Werk is nodig om erbij te horen. Leefmilieu ●● Om de aarde te redden moeten we onze levensstijl drastisch veranderen. ●● De wetenschap zal voor de opwarming van de aarde wel een oplossing vinden. Sociale huisvesting ●● Een beschaafde samenleving zorgt ervoor dat niemand dakloos is. ●● Je moet voor jezelf zorgen, dus ook voor je eigen huisvesting. Onderwijs ●● Onderwijs moet vooral vaardigheden meegeven, gericht op de toekomstige arbeidsmarkt. ●● Leerlingen die minder goed meekunnen, moeten meer kansen krijgen. Het is niet de bedoeling om een discussie te voeren. Deze methodiek dient enkel om duidelijk te maken dat de partijstandpunten voortkomen uit verschillende ideologieën waar de partijen achter staan. Opgelijnd Tien nummers van 0 tot 10 worden op een lijn gelegd. Zorg ervoor dat de lijn lang genoeg is, zodat iedereen naast elkaar kan staan. De deelnemers krijgen de opdracht om zich bij een getal te plaatsen, waarbij dat getal een waarde geeft aan hun interesse voor de politiek. Links van de lijn ligt een blad met de stelling: Politiek zegt me niets! Ik volg de politiek niet. Het interesseert me niet! Op het einde van de lijn ligt een ander blad met daarop de stelling: Politiek is een deel van mijn leven, ik zou later zelf graag aan politiek doen. 012345678910 Politiek zegt me niets! Politiek, een deel van mijn leven ! Aan de leerlingen wordt gevraagd zich ergens op de lijn te plaatsen. De leraar gaat dieper in op het al dan niet geïnteresseerd zijn in de politiek. Tip: spelers die zich weinig of niet voor politiek interesseren, moeten zeker aan het woord worden gelaten. Ze mogen niet het gevoel krijgen dat ze geviseerd worden. Variatie: u kunt de methodiek ‘Opgelijnd’ ook voor én na het bezoek aan het Vlaams Parlement gebruiken. Zo kunt u op een leuke manier uitzoeken of het bezoek een verandering in de interesse voor politiek van de leerlingen heeft teweeggebracht. 36 Kom in de stemming Andere activiteiten Ook een artikel schrijven of een (foto)verslag maken voor de schoolwebsite of de -krant, een poster maken over de werking van het Vlaams Parlement, een kunstwerk bespreken dat de leerlingen het meest passend vinden in het Vlaams Parlement (en waarom), ... behoren tot de mogelijkheden. Wanneer er specifieke vragen of onduidelijkheden rijzen, moeten de leerlingen daar zeker antwoord op krijgen. Ze kunnen op zoek gaan naar een antwoord in de brochure over het Vlaams Parlement die ze na het bezoek hebben gekregen. Ze kunnen zoeken op de website van het Vlaams Parlement, ze kunnen een mail sturen naar een volksvertegenwoordiger, in de media op zoek gaan naar een tekst en uitleg, ... Die actieve betrokkenheid en verantwoordelijkheid zorgt ervoor dat zij de informatie goed kunnen verwerken en zich eigen maken. Het is belangrijk dat de leerlingen hun ervaringen en meningen met elkaar delen. Daaruit zal blijken dat iedereen met een zogenaamde ‘andere bril’ naar de werkelijkheid kijkt en ze anders ervaart (denk bijvoorbeeld aan de verschillende meningen over de kunstwerken in het Vlaams Parlement). Respect voor elkaars mening is belangrijk en maakt deel uit van een democratische grondhouding. In een klassenraad of leerlingenraad kunnen de ervaringen van de leerlingen aan bod komen en verder uitgebouwd worden. Ook ‘Overstemmen’ of een ander educatief spel (opnieuw) spelen is zeker mogelijk. Bij ‘Overstemmen’ kan men andere bevoegdheden aan bod laten komen, of het spel in de versie over het federale parlement spelen. Het Centrum Informatieve Spelen begeleidt ook bij u op school ‘Overstemmen’, ‘G4’ en andere educatieve spelen. Kijk op www.spelinfo.be voor de mogelijkheden en voorwaarden. Als laatste is de link met de actualiteit belangrijk. De opdracht om (een onderdeel van) de politieke actualiteit op de voet te volgen, kan daaraan tegemoet komen. Voor de leerlingen is het tevens belangrijk dat zij zich bewust zijn van de ideologie en visie van de politieke partijen. Maar al te vaak stemt men ‘zomaar wat’ of op basis van beperkte informatie. Men moet de leerlingen daarop zeker attent maken, ook wanneer dat tijdens de voorbereiding van en tijdens het bezoek aan het Vlaams Parlement al aan bod is gekomen. Kom in de stemming 37 6. De bereikte doelen Tijdens de voorbereiding in de klas, het bezoek aan het Vlaams Parlement en de nabespreking van het bezoek, zijn er heel wat eindtermen van het secundair onderwijs aan bod gekomen. Het gaat dan in de eerste plaats om een aantal vakoverschrijdende eindtermen binnen de contexten 3. Sociorelationele ontwikkeling, 5. Politiek-juridische samenleving, 6. Socio-economische samenleving, 7. Socioculturele samenleving en een aantal vakoverschrijdende eindtermen Leren leren. Maar ook vakgebonden eindtermen Aardrijkskunde, Geschiedenis, Nederlands en Project Algemene Vakken en specifieke eindtermen aso Economie en Humane Wetenschappen kunnen, afhankelijk van de gekozen oefeningen en opdrachten, aan bod komen. Voor een lijst met de eindtermen verwijzen we graag naar http://www.ond.vlaanderen.be/ dvo/secundair/specifieke_eindtermen/index.htm. Hieronder vindt u een lijst met geselecteerde vakoverschrijdende eindtermen, waaraan u kunt werken naar aanleiding van het bezoek aan het Vlaams Parlement. U vindt de nummering van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling terug voor elke eindterm. Vakoverschrijdende eindtermen Leren leren 1ste graad 2de graad 3de graad Opvattingen over leren Opvattingen over leren Opvattingen over leren 1 De leerlingen werken ordelijk 1 De leerlingen werken planmatig. 1 De leerlingen werken systematisch. 2 De leerlingen weten dat kennis en vaardigheden via verschillende leerstrategieën kunnen verworven worden. 2 De leerlingen reflecteren over hun leeropvattingen, leermotieven en leerstrategieën. 2 De leerlingen kiezen hun leerstrategieën gericht met het oog op te bereiken doelen. Informatieverwerving 38 3 De leerlingen kunnen gegevens memoriseren door gebruik te maken van hulpmiddelen. 4 De leerlingen oriënteren zich in overzichtelijke informatie door gebruik te maken van vormkenmerken zoals titels, ondertitels, afbeeldingen en tekstmarkeringen. Kom in de stemming Informatieverwerving 3 De leerlingen kunnen uit gegeven informatiebronnen en -kanalen kritisch kiezen en deze raadplegen met het oog op te bereiken doelen. Informatieverwerving 3 De leerlingen kunnen diverse informatiebronnen en -kanalen kritisch kiezen en raadplegen met het oog op te bereiken doelen. 5 De leerlingen maken adequaat gebruik van inhoudstafel en register. 6 De leerlingen raadplegen adequaat een documentatiecentrum, bibliotheek en multimedia. Informatieverwerving Informatieverwerving Informatieverwerving 7 De leerlingen zoeken bij het instuderen van een behandelde leerinhoud de noodzakelijke voorkennis opnieuw op in leerboek, werkboek of notities. 8 Bij het leren van samenhangende informatie: stellen de leerlingen vragen bij de leerstof en beantwoorden deze; brengen in korte, gestructureerde teksten tekstmarkeringen aan; vervolledigen een schema aan de hand van geboden informatie; leggen verbanden tussen elementen van de leerstof. 4 De leerlingen kunnen zinvol inoefenen en herhalen. 4 De leerlingen kunnen verwerkte informatie vakoverstijgend en in verschillende situaties functioneel toepassen. 9 De leerlingen kunnen 5 samenhangende informatie begrijpen en analyseren door de betekenis van woorden, begrippen en zinnen, waar mogelijk, uit de context af te leiden of op te zoeken De leerlingen kunnen gegeven informatie onder begeleiding kritisch analyseren en samenvatten. 5 De leerlingen kunnen informatie samenvatten. Problemen oplossen Problemen oplossen 10 Bij het oplossen van een probleem: herformuleren de leerlingen het probleem; bedenken zij onder begeleiding een oplossingsweg en lichten die toe; passen zij de gevonden oplossingsweg toe. 6 De leerlingen herkennen strategieën om problemen op te lossen en evalueren ze. Problemen oplossen 6 De leerlingen kunnen op basis van hypothesen en verwachtingen mogelijke oplossingswijzen realistisch inschatten en uitvoeren. Kom in de stemming 39 7 40 De leerlingen evalueren de gekozen oplossingswijze en de oplossing en gaan eventueel op zoek naar een alternatief. Regulering van het leerproces Regulering van het leerproces Regulering van het leerproces 11 De leerlingen selecteren en ordenen het nodige materiaal en plannen onder begeleiding hun werktijd. 7 De leerlingen kunnen een realistische werkplanning op korte termijn maken. 8 De leerlingen kunnen een realistische werkplanning op langere termijn maken. 12 De leerlingen kunnen werken met een antwoordblad en correctiesleutel en houden rekening met lesdoelstellingen of aanwijzingen van de leraar. 8 De leerlingen kunnen onder begeleiding hun leerproces sturen, beoordelen op doelgerichtheid en zonodig aanpassen. 9 De leerlingen sturen hun leerproces, beoordelen het op doelgerichtheid en passen het zonodig aan. 13 De leerlingen vergelijken de eigen werkwijze met die van anderen en geven vervolgens aan waarom iets fout gegaan is en hoe fouten vermeden kunnen worden. 9 De leerlingen trekken conclusies uit eigen leerervaringen en die van anderen. 10 De leerlingen kunnen feedback geven en ontvangen over hun leerervaringen. 10 De leerlingen beseffen dat er verschillende oorzaken zijn voor slagen en mislukken. 11 De leerlingen kunnen het eigen aandeel in slagen en mislukken inschatten. 11 De leerlingen beseffen dat interesses en waarden het leerproces beïnvloeden. 12 De leerlingen erkennen de invloed van hun interesses en waarden op hun motivatie. Kom in de stemming Vakoverschrijdende eindtermen Stam en contexten Gemeenschappelijke stam De leerlingen: communicatief vermogen 1.brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk; kritisch denken 11. kunnen gegevens, handelwijzen en redeneringen ter discussie stellen aan de hand van relevante criteria; 12.zijn bekwaam om alternatieven af te wegen en een bewuste keuze te maken; 13.kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken; mediawijsheid 14.gaan alert om met media; 15.participeren doordacht via de media aan de publieke ruimte; open en constructieve houding 16.houden rekening met ontwikkelingen bij zichzelf en bij anderen, in samenleving en wereld; 17.toetsen de eigen mening over maatschappelijke gebeurtenissen en trends aan verschillende standpunten; Contexten 3.Sociorelationele ontwikkeling 5.Politiek-juridische samenleving 6.Socio-economische samenleving 7.Socioculturele samenleving respect 18.gedragen zich respectvol; samenwerken 19.dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen; verantwoordelijkheid 20.nemen verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen, in relaties met anderen en in de samenleving; Kom in de stemming 41 zelfredzaamheid 23.doen een beroep op maatschappelijke diensten en instellingen; 24.maken gebruik van de gepaste kanalen om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken. Context 3 Sociorelationele ontwikkeling Stam Communicatief vermogen Kritisch denken Mediawijsheid Open en constructieve houding Respect Samenwerken Verantwoordelijkheid Zelfredzaamheid Leren leren 42 Kom in de stemming De leerlingen: 2.erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels in relaties; 6.doorprikken vooroordelen, stereotypering, ongepaste beïnvloeding en machtsmisbruik; 9. zoeken naar constructieve oplossingen voor conflicten. Context 5 Politiek-juridische samenleving Stam Communicatief vermogen Kritisch denken Mediawijsheid Open en constructieve houding Respect Samenwerken Verantwoordelijkheid Zelfredzaamheid Leren leren De leerlingen: 1. geven aan hoe zij kunnen deelnemen aan besluitvorming in en opbouw van de samenleving; 2. passen inspraak, participatie en besluitvorming toe in reële schoolse situaties; 3. tonen het belang en dynamisch karakter aan van mensen- en kinderrechten; 4. zetten zich actief en opbouwend in voor de eigen rechten en die van anderen; 5. tonen aan dat het samenleven in een democratische rechtsstaat gebaseerd is op rechten en plichten die gelden voor burgers, organisaties en overheid; 6. erkennen de rol van controle en evenwicht tussen de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht in ons democratisch bestel; 7. illustreren de rol van de media en organisaties in het functioneren van ons democratisch bestel; 8. onderscheiden de hoofdzaken van de federale Belgische staatsstructuur; 9. toetsen het samenleven in ons democratisch bestel aan het samenleven onder andere regeringsvormen; 10.illustreren hoe een democratisch beleid het algemeen belang nastreeft en rekening houdt met ideeën, standpunten en belangen van verschillende betrokkenen; 11.kunnen van Europese samenwerking, van het beleid en de instellingen van de Europese Unie de betekenis voor de eigen leefwereld toelichten; 12.tonen het belang aan van internationale organisaties en instellingen; 13.geven voorbeelden die duidelijk maken hoe de mondialisering voordelen, problemen en conflicten inhoudt. Kom in de stemming 43 Context 6 Socio-economische samenleving Stam Communicatief vermogen Kritisch denken Mediawijsheid Open en constructieve houding Respect Samenwerken Verantwoordelijkheid Zelfredzaamheid De leerlingen: 1. leggen met voorbeelden uit hoe welvaart wordt gecreëerd en hoe een overheid inkomsten verwerft en aanwendt; 2. toetsen de eigen opvatting aan de verschillende opvattingen over welzijn en verdeling van welvaart; 3. zetten zich in voor de verbetering van het welzijn en de welvaart in de wereld; 8. geven kenmerken, mogelijke oorzaken en gevolgen van armoede aan. Leren leren Context 7 Socioculturele samenleving Stam Communicatief vermogen Kritisch denken Mediawijsheid Open en constructieve houding Respect Samenwerken Verantwoordelijkheid Zelfredzaamheid Leren leren 44 Kom in de stemming De leerlingen: 2.gaan constructief om met verschillen tussen mensen en levensopvattingen; 3. illustreren het belang van sociale samenhang en solidariteit; 4. trekken lessen uit historische en actuele voorbeelden van onverdraagzaamheid, racisme en xenofobie; 5. geven voorbeelden van de potentieel constructieve en destructieve rol van conflicten. .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... Kom in de stemming 45 .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... .................................................................................................................... 46 Kom in de stemming Colofon De Kracht van je Stem is de educatieve dienst van het Vlaams Parlement. Het educatieve aanbod bestaat uit les- en spelmateriaal, vormingen voor leraren, programma’s voor leerlingen in het Vlaams Parlement en een website voor leraren. De Kracht van je Stem wordt gestuurd door een stuurgroep van onderwijsdeskundigen: Voorzitter: Francis Decoster Leden: Ellen Claes, K.U. Leuven Julie Clément, Vlaams Parlement Lisbet Colson, Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs Philippe Decruynaere, Onderwijsinspectie Kris Deschouwer, VUB Marc Hooghe, K.U.Leuven Marc Le Bruyn, Vlaams Parlement Michael Meyers, Koninklijk Atheneum Mortsel Ann Swaegers, Provinciaal Onderwijs Vlaanderen Frie Van Camp, Onderwijssecretariaat van Steden en Gemeenten Kris Van den Bremt, De Kracht van je Stem, Vlaams Parlement Bruno Vanobbergen, Kinderrechtencommissaris GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Stefaan Walgrave, Universiteit Antwerpen Chris Wyns, expert Redactie: Katrien Brebels en Kris Van den Bremt, educatieve dienst Vlaams Parlement Lay-out: CIBE communicatie Druk: Drukkerij Vlaams Parlement Datum van afsluiting: 8 oktober 2014 Vlaams Parlement De Kracht van je Stem 02 552 45 34 [email protected] www.dekrachtvanjestem.be D/2014/3933/6 Feed-back: Heeft u suggesties of opmerkingen om deze brochure te verbeteren? Neem contact op met de medewerkers van De Kracht van je Stem. Kom in de stemming 47 De Kracht van je Stem Vlaams Parlement Leuvenseweg 86 • 1000 Brussel • tel 02 552 45 34 • [email protected] • www.dekrachtvanjestem.be