Kinderen als getuige van huiselijk geweld Studiemateriaal 2002 Samenstelling: M.C. Andrews Hoofdstuk 1 Waarom actie ondernemen als kinderen getuige zijn van vrouwenmishandeling? ............................................................................. 1 Hoofdstuk 2 Hoe worden kinderen beïnvloed door het getuige zijn van mishandeling van vrouwen? ..................................................................... 2 2.1 Hoe vaak komt het voor dat kinderen getuige zijn van vrouwenmishandeling? ................................ 3 2.2 Gevolgen voor kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling. .................................. 4 2.3 Symptomen bij kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling naar verschillende ontwikkelingsniveau’s. ....................................................................................... 6 2.4 tabel gevolgen naar verschillende ontwikkelingsniveau’s .................................................................. 9 2.5 Feiten over kinderen als getuige ....................................................................................................... 10 2.6 overlap ADHD en PTSS ................................................................................................................... 11 2.7 Wat kan gezegd worden over de neurobiologische effecten op kinderen die getuige zijn van vrouwenmishandeling?........................................................................................... 12 Hoofdstuk 3 Signaleren van vrouwenmishandeling. ................................................................ 14 3.1 Eerste onderzoek naar symptomen bij kinderen ............................................................................... 14 3.2 Het ondervragen van kinderen die wellicht getuige zijn geweest van geweld binnen het gezin. ..... 16 3.3 Voorbeeldvragen aan moeders.......................................................................................................... 17 Hoofdstuk 4 Crisisinterventie/plan van opvang ....................................................................... 18 4.1 Behandeling en ondersteuning van kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling/geweld binnen het gezin ............................................................................... 20 4.2 Vormen van interventie .................................................................................................................... 21 4.3 Groepstherapie .................................................................................................................................. 22 4.4 Individuele therapie .......................................................................................................................... 24 4.5 Het ondersteunen van moeders ......................................................................................................... 24 Hoofdstuk 5 Groepen voor mishandelde moeders (thema’s op het gebied van ouderschap) ................................................................. 27 5.1 Tabel rond geschillen met betrekking tot voogdij en omgang .......................................................... 28 5.2 Omgaan met geschillen rond voogdij en omgang............................................................................. 30 Onderzoeksverwijzingen ............................................................................................................ 31 1 Hoofdstuk 1 Waarom actie ondernemen als kinderen getuige van vrouwenmishandeling? Kinderen die te maken hebben met vrouwenmishandeling is als verschijnsel geen nieuw sociaal vraagstuk. Hoewel het wetenschappelijk onderzoek naar en het opkomen voor deze bevolkingsgroep pas van de laatste tien jaar zijn, vormden deze kinderen al langer een uitdaging voor menige instelling voor maatschappelijke hulpverlening en voor instanties werkzaam op het gebied van gezondheidszorg, kinderbescherming en onderwijs. Hulpverleners op het gebied van de kinderbescherming zien in toenemende mate dat het getuige zijn van geweld en andere vormen van kindermishandeling elkaar overlappen. Sommige kinderen die door hun stiefvader seksueel zijn misbruikt stellen het onthullen hiervan vele jaren uit indien ze ook nog eens in angst zitten bij het moeten aanzien hoe hun moeder wordt uitgescholden en mishandeld. Angst versterkt het zwijgen. Adolescenten die naar hun huisarts of de medische dienst op school gaan met gevoelens van bezorgdheid, een depressie of lichamelijke klachten, kunnen rondlopen met geheimen over het geweld in hun gezin. Het hyperactieve kind dat zich op school niet kan schikken en afstevent op een dosis Ritalin, zou wel eens de taferelen op het thuisfront tot uitdrukking kunnen brengen en last kunnen hebben van de symptomen van PTSS. Het bullebakje in het kinderdagverblijf dat onderwerp van zorg is voor de leiding en van andere ouders, zou wel eens het machtsmisbruik kunnen uitbeelden dat het in zijn eigen gezin ziet. De behoefte aan deze handleiding is gebaseerd op sommige hierboven genoemde voorbeelden van geweld waar kinderen getuige van zijn en die over het hoofd worden gezien, verkeerd beoordeeld, of, in bepaalde gevallen, de verkeerde aanpak krijgen. In veel gevallen worden deze kinderen opnieuw het slachtoffer als hun problemen niet serieus worden genomen of erger worden door onwetendheid. Helaas zijn er talloze voorbeelden die doen veronderstellen dat kinderen die getuige zijn van geweld niet alleen een speciale zorg zijn voor medewerkers van blijf-van-mijn-lijf huizen en politiemensen maar een fundamentele zorg voor alle in de eerste linie opererende beroepsmatig betrokkenen en de maatschappelijke hulpverleners die met kinderen en hun gezinnen te maken hebben. Gelet op de thans beschikbare informatie met betrekking tot dit onderwerp, zowel via behandelaars als via wetenschappelijk onderzoek, is onwetendheid niet langer meer een geldig excuus voor een gebrek aan passende reacties vanuit de samenleving. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 2 Hoofdstuk 2 Hoe worden kinderen beïnvloed door het getuige zijn van mishandeling van vrouwen? Een samenvatting: Ernstige emotionele- en gedragsproblemen komen in sterk verhoogde mate voor (tussen de 10 en 17 keer keer zo vaak) vergeleken bij kinderen uit nietgewelddadige gezinnen.1 Kinderen die getuige zijn van vrouwenmishandeling hebben vaak symptomen van het post-traumatisch stress syndroom (PTSS), met inbegrip van angst, onrust, geïrriteerdheid, concentratieproblemen, zich opdringende herinneringen aan de mishandeling, woede-uitbarstingen en hyperactiviteit. 2 Men ziet een toegenomen agressie tegenover leeftijdgenoten, docenten en moeders bij kinderen die getuige zijn van vrouwenmishandeling. Met name bij jongens, maar ook bij meisjes. 3 Emotionele problemen, zoals - depressie, - bezorgdheid, - het weigeren om naar school te gaan, - het zich onttrekken aan sociale gebeurtenissen, - en de moeilijkheid om zich los te maken van de moeder, zijn frequente verschijnselen. 4 Schoolprestaties en sociale ontwikkeling komen vaak in de verdrukking net als de ontwikkeling van sociale intelligentie. 5 De symptomen hangen af van verschillende factoren zoals - de vraag of de mishandeling is gestopt, - gevoelens van veiligheid van de kinderen en de moeder, - duur en intensiteit van de mishandeling waarvan het kind getuige was, - hoe het kind er mee omgaat, - en de overige sterke en kwetsbare punten van het kind. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 3 2.1 Hoe vaak komt het voor dat kinderen getuige zijn van vrouwenmishandeling? Mishandeling van de moeder blijkt voor het merendeel van de kinderen niet onopgemerkt te blijven: 80% van de kinderen is daarvan getuige6. In het licht van de potentiële invloed van het getuige zijn van geweld op zowel korte als lange termijn, heeft het probleem naar de mate van voorkomen en invloed verregaande implicaties. Gezien het feit dat ongeveer 60% van de kinderen die geweld meemaken lijden aan PTSS 7, hetgeen duidt op voortdurende emotionele en -gedragsproblemen na afloop van het ervaren geweld, is de doorwerking op de volgende generatie huwelijken heel sterk. Hoewel deze handleiding zich richt op kinderen die getuige zijn van geweld, geven onderzoek en ervaring aan dat verschillende vormen van geweld in een gezin elkaar voor een groot deel overlappen. In 30 tot 40% van de gezinnen waarin vrouwenmishandeling voorkomt, kunnen ook kinderen het slachtoffer zijn van fysieke of seksuele mishandeling. Ook worden er flinke aantallen mishandeling tussen broers en zusters onderling gerapporteerd. Uit onderzoek aan de Vrije Universiteit in Amsterdam blijkt dat kindermishandeling tussen de 30% tot 60% van de gevallen samengaat met mishandeling van moeders. 8 Bij studies naar de levenslange invloed van misbruik van meisjes en vrouwen, met inbegrip van alle vormen van seksueel misbruik en fysieke mishandeling binnen en buiten het gezin, vertelt de grote meerderheid van individueel ondervraagden over een verleden vol geweld. 9 Hetgeen boekdelen spreekt als het gaat om het verstrekkende karakter van geweld. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 4 2.2 Gevolgen voor kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling. Tot voor kort werden kinderen, die getuige waren van geweld binnen het gezin, niet beschouwd als kinderen die wat tekort kwamen of bescherming nodig hadden. Intensief onderzoek wijst inmiddels op de ernstige psychologische en gedragsmatige nawerking en de schadelijke gevolgen op de sociale en academische ontwikkeling bij kinderen die getuige zijn van geweld binnen het gezin. 10 Bij het getuige zijn van geweld binnen het gezin zijn er een aantal hoofdeffecten en een aantal minder sterke gevolgen. Tot de best gedocumenteerde en meest in het oog springende gevolgen behoren gedrag waarbij geldingsdrang en agressiviteit voorop staan, en verder depressiviteit en bezorgdheid. A. Agressief en non-coöperatief gedrag Kinderen die vaak getuige zijn van geweld binnen het gezin ontwikkelen vaak agressiviteit in de richting van broers en zusters, leeftijdgenoten en leerkrachten. Ze hebben de neiging zich niet te kunnen schikken en kunnen geïrriteerd en snel boos worden. Kinderen die spullen vernielen en de neiging hebben om te gaan vechten, kunnen in hun tienerjaren vervallen in jeugdcriminaliteit. Het gedrag waarbij de geldingsdrang voorop staat komt vaak uitgesproken bij mannen voor, maar toch ook in een aanmerkelijk aantal gevallen bij vrouwen. B. Emotionele en internaliserende problemen Kinderen die getuige zijn geweest van geweld binnen het gezin ontwikkelen zelf emotionele problemen als bezorgdheid, depressie, een lage eigenwaarde, het zich terugtrekken en lusteloosheid. Andere kinderen ervaren somatische klachten (lichamelijke pijnen en pijntjes, en ziekte zonder bekende medische oorzaak). Deze symptomen kunnen het resultaat zijn omdat de kinderen flink wat innerlijke spanning hebben zonder een effectieve manier om iets aan het probleem te doen, de punten waar het om gaat naar voren te brengen of hulp te zoeken. Veel waarnemers hadden al het idee dat de door de kinderen als reactie ontwikkelde problemen, samen met een behoefte aan perfect gedrag en een overdreven drang Kinderen als getuige van huiselijk geweld 5 om hun moeder te helpen, in het bijzonder voorkomen bij meisjes die getuige zijn van geweld binnen het gezin. 11 C. Gevolgen voor de sociale en cognitieve ontwikkeling Andere studies hebben aangetoond dat kinderen die getuige zijn van mishandeling van vrouwen regelmatig gehinderd worden in hun sociale ontwikkeling en leerprestaties. 12 Kinderen die getuige (geweest) zijn van geweld, kunnen hierdoor volledig in beslag worden genomen en problemen hebben met het zich concentreren op hun schoolactiviteiten. Ze kunnen worden gehinderd in hun sociale ontwikkeling omdat ze te neerslachtig, bezorgd of bevangen zijn om in de lessen op te gaan. Hun neiging om bij het oplossen van onderlinge problemen een agressieve aanpak te gebruiken kan hen impopulair maken waardoor ze zich afgewezen voelen. Sommige maatschappelijk werkers hebben opgemerkt dat sommige jonge vrouwen uit immigrantengezinnen die vanwege hun herkomst tot diverse culturele groepen behoren, het onderwijs snel doorlopen om dan vroegtijdig, maar cultureel gelegitimeerd, te vluchten uit de gezinssituatie, zoals een vroeg huwelijk of het nemen van een baantje voordat ze het onderwijsniveau hebben gehaald wat in hun bereik zou hebben gelegen. 13 D. Post-traumatische stresstoornis Recente studies hebben aangetoond dat veel kinderen die getuige zijn van mishandeling van vrouwen lijden aan een post-traumatische stresstoornis. De definitie van PTSS, volgens de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, Vierde Editie (DSM-IV), betreft het volgende: de persoon is geconfronteerd met een gebeurtenis waarbij sprake was van feitelijke dood of bedreiging met de dood of een ernstig letsel, of een bedreiging van de eigen lichamelijke integriteit of die van anderen; en de reactie van de persoon bracht acute angst, hulpeloosheid of afschuw met zich mee; of in het geval van kinderen, opgewonden of onsamenhangend gedrag. Bovendien wordt de gebeurtenis opnieuw beleefd (bijvoorbeeld via nachtmerries en een plotseling opkomende herinnering van het voorval via een secundaire prikkel); er is een hardnekkig vermijden van prikkels die de persoon aan het voorval herinneren; en er zijn hardnekkige symptomen van verhoogde prikkelbaarheid, zoals moeite om in slaap Kinderen als getuige van huiselijk geweld 6 te komen, geïrriteerdheid, uitbarstingen van boosheid, moeite met concentreren, een veel te grote alertheid en een overdreven schrikreactie. 14 Regelmatig zijn er ook subtielere symptomen bij kinderen die getuige zijn geweest van geweld, zoals een onjuiste houding met betrekking tot het gebruik van geweld bij het oplossen van problemen; een onjuiste houding omtrent geweld tegen vrouwen; het goedpraten van geweld in intieme relaties en vriendschappen; overgevoeligheid voor problemen thuis; en het idee dat zij de schuld zijn van het geweld. 2.3 Symptomen bij kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling naar verschillende ontwikkelingsniveau’s. Prenataal Mishandeling begint niet zelden tijdens de zwangerschap van de vrouw, of gaat in die periode gewoon door. Uit het onderzoek uit 1993 van Statistics Canada naar geweld tegen vrouwen blijkt dat 21% van de vrouwen die door hun huwelijkspartner zijn mishandeld, tijdens de zwangerschap agressief werden benaderd. Hiervan gaf 40% aan dat de mishandeling tijdens de zwangerschap begon. 15 McFarlane, Parker, Soeken en Bullock (1992) stuitten op een substantieel aantal vrouwen die, toen ze er bij de routinematige prenatale begeleiding op werden doorgevraagd, onthulden dat ze waren mishandeld. De volle omvang van de gevolgen van mishandeling op de prenatale ontwikkeling en de baarmoederomgeving moet nog worden onderzocht. Echter, vrouwen die zijn mishandeld en geslagen tijdens hun zwangerschap lopen duidelijk een verhoogd risico op letsel aan de foetus. Vanaf de geboorte tot twee jaar Zelfs zeer jonge kinderen krijgen stress als ze getuige zijn van een conflict tussen de ouders. Deze stress is meetbaar via de hartslag, het samentrekken van de huid, openlijk huilen en onrust. 16 Kinderen als getuige van huiselijk geweld 7 Baby’s lopen ook met name risico op fysiek letsel als een vrouw wordt mishandeld, aangezien ze klappen kunnen oplopen terwijl ze in de armen van de moeder liggen of in de buurt zijn, terwijl ze verder ook rechtstreeks een duw of een klap kunnen krijgen. Het werk van Perry (1995) met betrekking tot de gevolgen van een gewelddadige omgeving voor jonge kinderen wekt de indruk dat blijvende negatieve veranderingen in de hersenen en de ontwikkeling van het zenuwstelsel optreden als een kind op een dergelijke jonge leeftijd wordt blootgesteld aan vrouwenmishandeling of ander vormen van geweld. Volgens Perry (1995) ontwikkelt het centrale zenuwstelsel zich op grond van blootstelling aan een traumatische geweldservaring op een andere manier, waarbij de persoon in kwestie meer geneigd is tot impulsief, reactief en gewelddadig gedrag. Sommige gevolgen met betrekking tot het gedrag op latere leeftijd kunnen mede omvatten het zich zeer snel bedreigd voelen en overreacties (agressie) wanneer agressieve handelingen van anderen worden verwacht. Terwijl verder onderzoek op dit gebied nodig is, wijst het onderzoek tot nu toe al wel op de zeer kwalijke gevolgen van het getuige zijn van vrouwenmishandeling voor baby’s, kleuters en jonge kinderen. Kinderen tot zes jaar Kinderen in de leeftijd tot zes jaar raken ernstig overstuur als ze er getuige van zijn dat hun ouders elkaar mishandelen of ruzie hebben. Zelfs een betrekkelijk geringe ruzie houdt de peuters van het spelen en het verkennen van hun omgeving af. Ze gaan ongelukkig kijken, zoeken de nabijheid van hun moeder en raken erg van streek. Een ander gevolg is dat sommige peuters het gedrag gaan imiteren door uit te halen naar speelkameraadjes en broertjes en zusjes. 17 Kinderen in de leeftijd tot zes jaar die ernstige vormen van geweld meemaken zijn vaak aanhankelijk, vertonen een angstige gehechtheid aan hun moeder, zijn moeilijk handelbaar en negatief in hun stemming. De meer jongere kinderen uit Kinderen als getuige van huiselijk geweld 8 deze categorie zijn vanwege hun afhankelijkheid van de ouders erg kwetsbaar in situaties waarin ze worden blootgesteld aan geweld tegen vrouwen. Schoolkinderen van 6 tot 11 jaar De jongere kinderen uit deze categorie laten de onrust die hen bekruipt door het getuige zijn van geweld tegen vrouwen vaak zien via agressief en/of teruggetrokken gedrag en concentratieproblemen op school. 18 Dit zijn de kinderen die vaak het label krijgen van een ADHD-stoornis, zonder dat hun eerst gevraagd wordt wat ze thuis meemaken. Moeilijkheden met klas- en leeftijdgenoten komen vaak voor, evenals een lage eigenwaarde en een gebrek aan energie voor schoolactiviteiten. 19 Jongens beginnen zo hier en daar met uitdagend gedrag, vooral tegenover vrouwelijke leerkrachten, en apen zo het gebrek aan respect voor vrouwen na dat ze thuis zien. Over het geheel genomen komen bij de kinderen uit deze leeftijdsgroep die geweld tegen vrouwen meemaken zowel emotionele- als gedragsproblemen naar voren. 20 De ernst van de symptomen bij individuele kinderen zal variëren vanwege factoren als: - frequentie, ernst en duur van het geweld waarvan het kind getuige is - de persoonlijke eigenschappen van het kind en de bijzonderheden van het gezin - en het vermogen hoe in het algemeen met problemen wordt omgegaan. Adolescenten Adolescenten die geweld binnen het gezin meemaken en die geen behandeling hebben gehad, gaan vaak spijbelen, maken de school niet af en lopen weg van huis. In toenemende mate raken ze betrokken bij jeugdcriminaliteit. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 9 Vaak schort het aan het vermogen om plannen te maken voor de toekomst, in combinatie met een ontwijkende levensstijl. Depressie en zelfmoord zijn andere mogelijkheden op deze leeftijd. Het optrekken met een negatief ingestelde groep leeftijdgenoten is normaal. Gevolgen op de lange termijn Er komen nu studies beschikbaar die wijzen op de negatieve gevolgen voor de lange termijn van het getuige zijn van vrouwenmishandeling. Uit een aantal studies is namelijk gebleken dat het getuige zijn van geweld binnen het gezin tijdens de jeugd voorspelbaar tot sociaal minder positieve aanpassing 21 en tot depressiviteit gedurende de volwassenheid 22 leidt. Dit verband blijft bestaan, zelfs nadat rekening is gehouden met andere negatieve jeugdervaringen zoals fysiek geweld en verwaarlozing door de ouders tijdens de jeugd. 2.4 tabel gevolgen naar verschillende ontwikkelingsniveau’s Baby’s en kleuters Peuters Zich niet goed ontwikkelen Lusteloosheid Verstoring van eet- en slaapgewoonten Ontwikkelingsstoornissen Vroege adolescentie 1214 jaar Geweld bij in relationele sfeer Late adolescentie 15-18 jaar Agressief handelen Latent aanwezig 5-12 jaar Basisschoolleeftijd Intimiderend gedrag Aanhankelijkheid Algemene agressie Intimiderend gedrag Overmatig gebruik van alcohol en drugs Angst Depressie Lage eigenwaarde Wreedheid tegenover dieren Angst Vernielen van eigendommen Symptomen van PTSS Weglopen van huis Zelfmoord In zichzelf terugtrekken Symptomen van PTSS Tegendraads gedrag Vernielen van eigendommen Kinderen als getuige van huiselijk geweld Geweld in relationele sfeer Symptomen van PTSS Plotselinge terugval in schoolbezoek en schoolprestaties Spijbelen Zich zorgen maken over het eigen lijf Gebrek aan respect voor Gebrek aan respect voor vrouwen; stereotiepe ideeën omtrent het rollenpatroon van man en 10 Magere resultaten op school Gebrek aan respect voor vrouwen; stereotiepe ideeën omtrent het rollenpatroon van man en vrouw vrouwen; vrouw stereotiepe ideeën omtrent het rollenpatroon van man en vrouw 2.5 Feiten over kinderen als getuige Feiten over kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling 1. Kinderen en adolescenten die getuige zijn van mishandeling van hun moeder hebben emotionele- en gedragsproblemen die vergelijkbaar zijn met die van kinderen die zelf fysiek geweld hebben meegemaakt. 2. Kinderen die getuige zijn van mis-handeling van vrouwen krijgen vaak PTSS. Tot de symptomen van PTSS behoren overmatige bezorgdheid, angst, geïrriteerdheid, zich opdringende gedachten en flashbacks met betrekking tot het geweld, onvoorspelbare woede-uitbarstingen en het vermijden van situaties die het kind herinneren aan het geweld waarvan het getuige is geweest. 3. Kinderen en adolescenten die getuige zijn van geweld zullen zich vaak moeilijk kunnen concentreren, en verder gedrags- en leerproblemen hebben. 4. Kinderen en adolescenten die geweld binnen het gezin hebben meegemaakt krijgen vaak de verkeerde diagnose, namelijk die van het lijden aan ADHD omdat er geen vragen worden gesteld over het getuige zijn van geweld binnen het gezin. 5. Jongens die er getuige van zijn dat hun vader hun moeder mishandelt, lopen een groter risico om zelf in de relationele sfeer en binnen het huwelijk geweld te gebruiken. 6. Kinderen en adolescenten die geweld binnen het gezin meemaken hebben een grotere kans op depressie. 7. Spijbelen, crimineel gedrag en van huis weglopen is normaal gedrag bij kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 11 8. Kinderen en adolescenten die getuige zijn geweest van mishandeling van hun moeder lopen een verhoogd risico ook zelf kans op fysieke mishandeling of seksueel misbruik door dezelfde dader. 9. Kinderen en jongeren die getuige zijn van mishandeling van vrouwen hebben specialistische aandacht nodig. 2.6 overlap ADHD en PTSS Overlapping tussen de symptomen van ADHD en PTSS Kinderen en adolescenten die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling in gezinsverband krijgen vaak de verkeerde diagnose, namelijk die van het lijden aan het attention deficit disorder. Dit komt gedeeltelijk omdat de vrouwenmishandeling verborgen blijft doordat er geen vragen over worden gesteld en gedeeltelijk omdat de symptomen van de twee situaties zo op elkaar lijken. Hier is een vergelijking uit de “DSM-IV”–criteria van de twee stoornissen. (Houdt u er s.v.p. rekening mee dat hiermee geenszins alle diagnostische criteria voor deze twee stoornissen zijn weergegeven, maar dat ze zijn geselecteerd om de verregaande overlapping te illustreren. Voor een volledige opsomming van de diagnostische criteria wordt u verwezen naar de DSM-IV [1994, bladzijden 83-84 en 427-429].) Geselecteerde Diagnostische Criteria Aandachtsstoornis Onoplettende Type Kinderen als getuige van huiselijk geweld - Geselecteerde Diagnostische Criteria Post Traumatische Stress Stoornis 12 - Heeft vaak een probleem met het vasthouden van de aandacht bij taken of spelactiviteiten - Slaagt er vaak niet in om geconcentreerde aandacht te geven aan details of maakt domme fouten in huiswerk of andere activiteiten - Voert instructies vaak niet nauwkeurig uit. Is vaak vergeetachtig in de dagelijkse activiteiten - Concentratieproblemen - Opmerkelijk verminderde belangstelling voor of deelname aan belangrijke activiteiten - Hiaten in het geheugen rond de gebeurtenissen waarin het geweld speelde 2.7 Wat kan gezegd worden over de neurobiologische effecten op kinderen die getuige zijn van vrouwenmishandeling? Uit het boek “Ghosts from the nursery” van Robin Karr-Morse en Meredith S. Wiley De valse start Belangrijk uitgangspunt is dat men de eerste 33 maanden van het leven als cruciale periode zien. Dit omvat de negen maanden zwangerschap en de eerste 2 jaren na de geboorte. In deze maanden van het leven wordt de vaardigheid van het individu om te denken, voelen en relaties met anderen aan te gaan, gevormd. In de allereerste weken kunnen door subtiele veranderingen in de organisatie van de genen van de foetus (bv. door alcohol, drugs) de hersenen van de baby beschadigd worden. Tijdens de kritische vroege periode van de rijping van de hersenen kunnen langdurige perioden van intense stress DNA, het bouwmateriaal van de genen) veranderen. Dit kan leiden tot o.a. leerstoornissen en stoornissen in de beheersing van impulsief gedrag. Deze zwakheden kunnen het kind gevoeliger maken voor Kinderen als getuige van huiselijk geweld 13 omgevingsfactoren. Bekend is dat het de combinatie van biologische en omgevingsfactoren, de interactie tussen interne kwetsbaarheid versus externe risicofactoren, is die tot problemen kunnen leiden. (zo kan volwassen agressiviteit ontstaan na een interactie van twee of meer interne factoren, cognitief en/of neuropsychiatrisch, en vroeg negatieve familieomstandigheden.) Het erfgoed In de 18e week van de zwangerschap zijn alle hersencellen ontwikkeld die je in je leven zult hebben. De verbindingen beginnen net tot stand te komen bij de geboorte. Die verbindingen zijn afhankelijk van de externe omgeving om compleet te worden. Stimulatie uit de wereld van de baby (geluid, geur, voelen en beweging) zet tot bouwen en stimuleren van de hersenen aan. Op zijn minst elf afzonderlijke studies (die kinderen met een hoog risico vergelijken met kinderen die geen hulp krijgen aangeboden) laten zien dat als je geen interventies pleegt in de eerste 24 maanden, deze kinderen een ernstige ontwikkelingsachterstand oplopen. En er zijn geen gegevens die aantonen dat we de meerderheid van die achterstanden kunnen terugdraaien. De bemoeienis Interventies die beginnen bij de geboorte en geboden worden gedurende de jaren voor de basisschool, maar niet later, hebben een meetbare invloed op de ontwikkeling van de kinderen. Deze invloed is nog meetbaar als de kinderen 15 jaar oud zijn. Zijn de kinderen ouder dan 5 jaar als je gaat interveniëren dan heeft dit geen resultaat. Het risico ADHD is een risicofactor die in combinatie met andere negatieve factoren kan leiden tot agressieproblemen en/of stoornissen als ODD en CD. Tussen beide soorten stoornissen zit een dunne scheidslijn. Als beschermende factor wordt genoemd het in staat zijn contact te maken met andere mensen, en in staat zijn impulsen voor bepaald gedrag te onderdrukken en voor ander gedrag te kiezen. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 14 De verbinding De neurobiologische processen in de hersenen rondom de cortex hebben te maken met het maken van verbindingen tussen gevoel en interne sensaties. Bijvoorbeeld tussen zintuigelijke- en emotionele onthouding en de fysieke symptomen die dan veroorzaakt worden. Deze ontwikkeling is nauw verbonden met de hechting. Neurobiologische effecten van trauma bij jonge kinderen Iva Bicanic, Kinder- en Jeugd Trauma Centrum Aerdenhout Op korte termijn is stress gunstig. Het beschermt het lichaam tegen mogelijk gevaar. Op lange termijn kan stress, ervaren tijdens langdurige en ernstige kindermishandeling, schadelijk zijn voor de hersenen van jonge kinderen. De negatieve ervaringen kunnen als het ware het brein vervormen. Recente onderzoeksresultaten leggen een mogelijk verband tussen hersenbeschadigingen en symptomen van PTSS. Onderzoek naar de neurobiologie van trauma kan inzicht geven in het gedrag en functioneren van ernstig getraumatiseerde kinderen en kan aanknopingspunten bieden bij begeleiding en behandeling. Hoofdstuk 3 Signaleren van vrouwenmishandeling. Eerste lijns-betrokkenen die met mishandelde vrouwen en hun kinderen in contact komen, hebben een unieke gelegenheid om strategieën uit te zetten voor het vroegtijdig tussenbeide komen. In sommige gevallen kan het een goede gelegenheid zijn om een opvangmogelijkheid te ontwikkelen voor het geval het geweld is geëscaleerd en wanneer er duidelijk sprake is van een dreiging of een reële kans op persoonlijk letsel. Op andere momenten, kunnen deskundigen bij het begeleiden van kinderen en jeugdigen een zekere indicatie of bezorgdheid hebben met betrekking tot de vraag of hun cliënten getuige zijn van vrouwenmishandeling in gezinsverband, maar zijn ze wellicht niet helemaal zeker van hun veronderstelling. 3.1 Eerste onderzoek naar symptomen bij kinderen Als een eerstelijns-betrokkene het vermoeden heeft dat kinderen getuige zijn van geweld in gezinsverband, zijn er een een aantal mogelijke benaderingen met betrekking tot het onderzoeken van deze gevallen: a. bij jonge kinderen is het belangrijk om tot een persoonlijk vraaggesprek met de moeder te komen (waarin ondersteunend en niet oordelend te werk wordt gegaan zodat de moeder feedback kan geven met betrekking tot het gedrag van Kinderen als getuige van huiselijk geweld 15 het kind (bijvoorbeeld: “Ik maak me bezorgd over de manier waarop Jan andere kinderen intimideert en ik wil hem graag helpen zijn gedrag te veranderen. Ik vraag me af wat u thuis van hem ziet. Ik vraag me af of u ook een idee heeft over wat hem kennelijk dwars zit?”). b. bij oudere kinderen en adolescenten, ligt het meer voor de hand om het probleem directer te benaderen (bijvoorbeeld: “Ik ben bezorgd over je en over andere kinderen wanneer je ze bedreigt. Ik wil je graag helpen betere relaties met mensen te ontwikkelen. Heb je ook een idee waarom je je zo gedraagt?”). Vaak willen kinderen iemand van buiten het gezin voor het onderzoeken van de gezinsproblemen; de talrijke aanwijzingen ervoor bieden ze aan via hun gedrag, of door wat ze in hun dagboek of gesprekken naar buiten laten komen. Als uw vermoedens een sterke basis blijken te hebben en u andere informatiebronnen via derden heeft (bijvoorbeeld vrienden van de middelbare school die zich zorgen maken), dan zou u kunnen overgaan tot het stellen van meer directe vragen. Zo hebben huisartsen in Canada, 23 verpleegsters en dokters bij de eerste hulp 24 instrumenten, standaard protocollen en vragen ontwikkeld die erg direct zijn met betrekking tot geweld als het vermoeden van mishandeling sterk is. De volgende vragen worden bijvoorbeeld in overweging gegeven. 1. 2. 3. 4. 5. Hoeveel spanning ervaart u in uw relatie? Praat u ruzie met uw partner uit? Heeft ruzie wel eens tot gevolg dat u zich somber voelt? Resulteert een ruzie wel eens in slaan, schoppen of duwen? Wordt u wel eens bang van wat uw partner zegt of doet? (Bewerking van “Woman Abuse Screening Tool [Brown e.a., 1996]) Deze vragen zijn bedoeld voor gebruik als een eerste onderzoeksinstrument. Onderneem onmiddellijk stappen als vrouwenmishandeling aan het licht komt In veel gevallen van vrouwenmishandeling blijven kinderen, die er getuige van zijn, de verwaarloosde slachtoffers, omdat het trauma en de psychische schade die ze ervaren niet wordt begrepen of onvoldoende ernstig wordt ingeschat. Een gezinstherapeut bijvoorbeeld, die in de gaten krijgt dat er vrouwenmishandeling in het gezin van een cliënt voorkomt, moet een einde maken Kinderen als getuige van huiselijk geweld 16 aan de manier waarop binnen de familie met conflicten wordt omgegaan, de vrouw hulp bieden bij het vinden van een veilig heenkomen en de weg banen naar therapie voor de kinderen, omdat die het risico lopen te maken te krijgen met een groot aantal emotionele- en gedragsproblemen. Een huisarts die in de gaten krijgt dat een kind getuige is van vrouwenmishandeling moet de kwesties van de opvang van de vrouw en de therapie voor de kinderen bij de moeder aan de orde stellen. Kinderen zijn niet slechts meubelstukken achter op het toneel; zij zijn in hoge mate getraumatiseerde individuen die het hardst hulp nodig hebben wanneer de eerstverantwoordelijken voor hun verzorging zelf ook in een crisis zitten. Stel vragen over het getuige zijn van geweld wanneer er sprake is van zowel symptomen in emotionele zin als in gedrag. Zoals in de vorige paragraaf aangegeven, kan het getuige zijn (geweest) van vrouwenmishandeling zich in kinderen en adolescenten op uiteenlopende wijze uiten. Als kinderen of adolescenten blijk geven van leerproblemen, onoplettendheid, agressie en tegendraads gedrag, slaapproblemen, depressie, teruggetrokkenheid of het zich zorgen maken, moet er serieus rekening mee worden gehouden dat ze getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling. 3.2 Het ondervragen van kinderen die wellicht getuige zijn geweest van geweld binnen het gezin. De volgende vragen kunnen nuttig zijn in situaties waar de behandelaar een onderzoek wil uitvoeren naar het getuige zijn (geweest) van vrouwenmishandeling. Deze vragen behoren natuurlijk in samenhang gebruikt te worden met andere technieken en informatiebronnen. 1. Ruzie en onenigheid komt in alle gezinnen voor. Wat gebeurt er in jullie gezin als je mama en papa (stiefvader, vriend van de moeder) het niet eens zijn? Hoor je wel eens geschreeuw of zie je dat er gevochten en geslagen wordt? Hoe voelde je je toen? 2. Ben je wel eens bang dat je mama pijn wordt gedaan? Weet je nog een keer dat ze pijn had? Wat gebeurde er toen (of de laatste keer)? Wat vond je de ergste geval van onenigheid of geweld dat je ooit hebt gezien? Kinderen als getuige van huiselijk geweld 17 3. Wat doe je als het geweld begint? Heb je de politie wel eens gebeld of geprobeerd om te helpen? Is jou zelf wel eens pijn gedaan? 4. Is de politie er wel eens bij geweest? Probeer je wel eens hulp te halen? Wat doe je dan? 5. Zijn er wel veilige plekken waar je naar toe probeert te gaan als het er op lijkt dat er moeilijkheden komen? 6. Ben je ook geslagen of is jou pijn gedaan? Word je bedreigd? Zijn er andere nare dingen? 7. Is dit tot nu toe een geheim in jullie gezin of weten andere mensen ervan? Hoe vind je het als ik er eens met je mama over ging praten? 8. Laten we het er eens over hebben hoe je je veilig kunt voelen als zoiets weer gebeurt. 3.3 Voorbeeldvragen aan moeders Als een kind heeft onthuld dat zijn moeder is mishandeld, kan het nut hebben de moeder de volgende vragen te stellen. 1. Elk gezin kent meningsverschillen en conflicten. Wat gebeurt er in uw gezin als u en uw partner (man) het niet een zijn? Hoe communiceren jullie als jullie je kalmte verliezen? 2. Wat gebeurt er als u en uw partner het niet met elkaar eens zijn en hij zijn zin wil hebben? 3. Bent u dan wel eens bang? Bent u geslagen of kreeg u voorwerpen naar het hoofd geslingerd? 4. (Als er fysiek geweld of ernstige bedreigingen zijn gemeld). Vertel me over één keer dat dit voorkwam. Vertel me over de keer die het ergst was. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 18 5. Als dat gebeurde, waren de kinderen er dan bij? Zijn ze er ooit bij geweest? Weten ze van de mishandeling ook al zijn ze op hun eigen kamer of in een ander deel van het huis? Hoe reageren ze? Zijn ze ooit midden in het geweld terecht gekomen? 6. Wat doet het meemaken van geweld uw kinderen volgens u? Ziet u enig effect op hun stemming en gedrag, schoolprestaties of de manier waarop ze met vriendjes of elkaar spelen? 7. Gebruikt uw partner (man) geweld of lijfstraffen tegenover de kinderen? Maakt u zich ongerust als u de kinderen aan zijn zorg toevertrouwt? Gebeurt dat wel eens? Kunt u me daar over vertellen? 8. Hoe vaak is er sprake van geweld? 9. Heeft u wel eens geprobeerd weg te lopen? Wat zou er gebeuren (of is er al gebeurd) als u dit zou proberen? Heeft uw partner u ooit hinderlijk achtervolgd of getreiterd? (Of als de vrouw gescheiden is, is daar nu sprake van?) Ontleend aan Domestic Violence: A National Curriculum for Child Protective Service Workers, door A.L. Ganley en S. Schechter, Family Violence Prevention Fund, 1996. Hoofdstuk 4 Crisisinterventie/plan van opvang Wat zegt u als een kind onthult dat het getuige was van vrouwenmishandeling? 1. Je hebt er goed aan gedaan om over dit probleem te vertellen. Niemand hoort mishandeld te worden. 2. Voel je je veilig? Ben je geslagen? Probeer je wel eens de ruzie te beëindigen? Hoe doe je dat? 3. Dit komt ook voor bij andere families in onze omgeving en er zijn mensen die hulp kunnen geven (Afhankelijk van de leeftijd van het kind, kunt u bijvoorbeeld uitleggen wat gemeentelijke hulpverleningsinstanties doen of u kunt deze informatie rechtstreeks aan de moeder van het kind geven). Kinderen als getuige van huiselijk geweld 19 4. Maak met het kind een plan voor de opvang. Hoe gaat u te werk als een kind gaat praten? 1. Probeer met de moeder van het kind te praten zonder dat ze in gevaar komt. Probeer contact met haar te zoeken op een tijdstip dat de dader er niet zal zijn. 2. Geef de moeder informatie over hulpverleningsinstanties waartoe ze zich kan wenden, zoals een opvanghuis voor vrouwen, de rol van de politie, telefonische hulplijnen, adviesinstanties. 3. Maak samen met de moeder een opvangplan, of verwijs haar naar een andere instantie die haar hiermee kan helpen. 4. Als er direct gevaar is voor het kind of de moeder (bijvoorbeeld bedreiging met de dood, pogingen van de man om in te breken in het huis, dreigementen met betrekking tot het ontvoeren van de kinderen), moet u de vrouw aanmoedigen om meteen contact met de politie op te nemen, en als ze dat niet doet, moet u Kinderen als getuige van huiselijk geweld 20 het zelf doen. Ook in geval van pesterij en stalking moet de vrouw worden aangemoedigd om contact te zoeken met de politie. 5. Als het kind fysiek is mishandeld of seksueel is misbruikt, moet u onmiddellijk contact opnemen met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK). 6. Als de situatie niet in positieve zin verandert, en het kind tekenen van emotionele schade laat zien, moedig dan de moeder aan om contact op te nemen met Bureau Jeugdzorg. Als het kind vanwege het getuige zijn van de mishandeling ernstige emotionele schade heeft opgelopen, kunt u zelf in contact treden met het Advies en Meldpunt Kindermishandeling. Als het een grensgeval is, of u er niet zeker van bent of u zou moeten rapporteren, kunt u dit anoniem doen of zonder namen te noemen totdat u hoort of de zaak het rapporteren waard is. Als de opvang gepland is, verwijs dan het kind naar groeps- of individuele therapie, zodat het leert om te gaan met de ervaring van het getuige zijn van mishandeling, en zorg met het oog op toekomstige geweldssituaties aansluitend voor aanvullende preventiemaatregelen. 4.1 Behandeling en ondersteuning van kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling/geweld binnen het gezin Behoeften van kinderen Kinderen en adolescenten die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling hebben een aantal behoeften gemeenschappelijk: Het doorbreken van het zwijgen over de mishandeling. Het zich verdiepen in plan van opvang voor het geval de mishandeling zich herhaalt. Het besef dat hen niets verweten kan worden. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 21 Het verwerken van de traumatische herinneringen in een veilige en koesterende omgeving. Hulp bij het ontwikkelen van strategieëen voor het omgaan met traumasymptomen, zoals geïrriteerdheid, het vermijden van situaties die hen aan de dader herinnert, woede-uitbarstingen, het zich terugtrekken, angstig gedrag, spanning en zich opdringende herinneringen. Het leren dat er alternatieven zijn voor geweld in relaties en dat geweld niet acceptabel is (bijvoorbeeld onderling geweld tussen kinderen in een gezin, het fysiek mishandelen van een kind, seksueel misbruik van een kind, agressief taalgebruik, geweld in de relationele sfeer, geweld tussen leeftijdgenoten). Hen moet het beginsel van gelijkwaardigheid in relaties worden bijgebracht en de mythes over vrouwenmishandeling moeten worden ontzenuwd. 4.2 Vormen van interventie Voor kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling zijn er zowel groeps- als individuele interventiemethoden voorgesteld. Sommige kinderen kunnen achtereenvolgens profiteren van beide soorten behandeling. Indicatoren voor een groeps- of individuele therapie Hoewel het wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot dit thema nog maar net is begonnen, 25 wijst praktijkervaring erop dat groepsbehandeling een zeer effectieve behandelingsmethode is voor veel kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling. De groepsopzet stelt kinderen in staat om te leren dat ook andere kinderen deze ervaring hebben en helpt het zwijgen te doorbreken. Kinderen kunnen leren van de verhalen en reacties van hun leeftijdgenoten. Daarnaast is deze vorm van bemiddeling vergelijkbaar met andere gezamenlijke Kinderen als getuige van huiselijk geweld 22 activiteiten op school en elders, die kinderen al kennen, waardoor deze manier van behandelen niet zo stigmatiserend lijkt als individuele behandeling. Bepaalde kinderen kunnen echter niet geschikt zijn voor groepsbehandeling. Dit zijn onder meer: a. Jonge kinderen die zich niet kunnen losmaken vanwege een ernstige vorm van scheidingsangst (die gedeeltelijk verband kan houden met de gepleegde feiten). Deze kinderen kunnen worden ondergebracht in groepen voor moeders en kinderen. b. Kinderen die dermate agressief en druk zijn dat ze niet goed kunnen meedraaien in een groep. Deze kinderen kunnen in extreme mate getraumatiseerd zijn; als dit het geval is, kan individuele behandeling hen voorbereiden op deelname in een groep. c. Kinderen die meerdere keren zo ernstig getraumatiseerd zijn dat hun ervaringen sterk zouden afwijken van de ervaringen van de andere kinderen. Deze kinderen zijn beter uit met individuele therapie, die zich kan richten op meervoudige slachtoffering en individueel aandacht geven. 4.3 Groepstherapie Groepstherapie legt naar het oordeel van verschillende auteurs de nadruk op de volgende elementen: Het creëren van een warme en veilige omgeving waar de kinderen zowel plezier hebben als kunnen omgaan met hun pijnlijke ervaringen. Het oppeppen van kinderen en de begeleiding bij het overwinnen van gevoelens van hulpeloosheid. Het zorgen voor veiligheid: veel kinderen geloven dat de gepleegde feiten zich opnieuw kunnen voordoen vanwege het herstellen van de gezinsbanden of door getreiter en stalking of omdat nu een andere partner de moeder mishandelt. De belangrijkste boodschap is om niet te proberen te bemiddelen maar om een veilige plaats te vinden en om hulpvaardige volwassenen en noodhulpinstanties in te schakelen wanneer dit mogelijk is. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 23 Het verbreken van het stilzwijgen en het vertellen aan anderen in de groep van bepaalde gevoelens en ervaringen. Het leren identificeren en benoemen van verschillende vormen van mishandeling en misbruik zoals verbale agressie (bedreigingen), fysieke mishandeling (slaan, meppen), seksueel misbruik (ongewenste intimiteit) en psychologische mishandeling (het vernielen van kostbare voorwerpen). Het leren dat er alternatieve strategieën zijn voor het oplossen van een conflict die niet gewelddadig zijn. Het leren uiten van kwaadheid op een manier die niet agressief is en geen schade aanricht en het tot uitdrukking leren brengen van andere gevoelens.26 Het samenstellen van een groep naar leeftijd Bij de meeste benaderingen wordt uitgegaan van de ontwikkelingsfase, zoals de leeftijden 4 tot 6 jaar, 7 tot 9 jaar, 10 tot 12 jaar en 13 tot 16 jaar. Groepsleiders Gewoonlijk wordt geadviseerd om in co-leiderschap voor een groep te zitten. Een mannelijke en vrouwelijke groepsleider samen kan bevorderlijk zijn voor het modelleren van gedrag en houding van beide geslachten. Het is belangrijk voor groepsleiders om na een sessie wat tijd te nemen om de ervaringen samen door te spreken. Vanwege de hoeveelheid en de aard van de gepleegde feiten waar ze via de kinderen van op de hoogte komen, is het belangrijk dat groepsleiders hun eigen welbevinden niet uit het oog verliezen om zodoende blijvend effectief te kunnen optreden. Betrokkenheid van moeders/coöperatieve verzorgers Het betrekken van moeders of huidige verzorgers van kinderen is belangrijk zodat zij kunnen begrijpen wat kinderen leren en ook kunnen deelnemen aan dit proces. In groepen met alleen maar kinderen, wordt het groepsproces gewoonlijk uitgelegd tijdens een aan de sessie voorafgaand gesprek. Via folders wordt er eventueel andere informatie gegeven. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 24 Andere groepsmodellen voorzien in het gelijktijdig laten lopen van groepen voor moeders en kinderen. Een nóg weer ander model betrekt moeders en kinderen gezamenlijk in groepen van ongeveer drie moeder-kind eenheden. Het doel van deze groepen is er mede op gericht om de moeder weer in haar functie van verzorger en gezaghebbend persoon in het gezin te herstellen na de periode van mishandeling. 27 4.4 Individuele therapie Er zijn een aantal vormen van individuele therapie mogelijk voor kinderen die getuige zijn geweest van vrouwenmishandeling en die zijn afhankelijk van de voorkeur van zowel het kind als de behandelaar en van het ontwikkelingsniveau van het kind. Sommige behandelaars gebruiken een therapie waarbij het kind ervaringen uit heden en verleden tot uitdrukking brengt, onrustgevoelens en zorgen, evenals strategieën om met een en ander om te gaan. Soms staat de therapie in het licht van systematisch desensitivisatie en ontspannen. Andere klinisch psychologen geven de voorkeur aan speeltherapie, speciaal voor jongere kinderen, of therapie op basis van kunst. 28 Deze methoden kunnen samen gaan met interpreteren en bespreken. 4.5 Het ondersteunen van moeders Kinderen als getuige van huiselijk geweld 25 Zowel wetenschappelijk als klinisch onderzoek tonen een consistent verband aan tussen de manier waarop kinderen die getuige zijn van geweld zich aanpassen en de manier waarop hun mishandelde moeders dat doen. 29 In het algemeen geldt dat hoe depressiever, angstiger, geïsoleerder en getraumatiseerder een mishandelde vrouw is, hoe groter de omvang van de emotionele- en gedragsproblemen van haar kinderen. Op grond van deze bevinding komt professionele hulpverlening en ondersteuning van de moeder haar kinderen indirect ten goede. Iemand die is mishandeld komt onder meer voor de volgende problemen te staan: Het ontwikkelen van een plan voor de opvang als het gaat om bedreigingen met voortdurend geweld. Het bijkomen van fysiek en emotioneel geweld in de relatie. Het verkrijgen van huisvesting en financiële ondersteuning. Het zich verzekeren van deskundige rechtskundige bijstand met betrekking tot strafrechtelijke en civiele procedures (bijvoorbeeld wettelijke vertegenwoordiging wat betreft voogdij en toegang tot wettelijke procedures). Het te boven komen van ontwrichting van baan en opleiding Kinderen als getuige van huiselijk geweld 26 De invulling van het ouderschap als de kinderen in bepaalde gevallen zelf symptomen van ernstige emotionele schade hebben, met daarbij voortdurende emotionele- en gedragsproblemen. Het zich aangetast voelen in de functie van ouder. 30 Uitstoting door haar culturele gemeenschap of schoonfamilie voor het uit elkaar trekken van de familie”. Dit kan een serieus probleem zijn voor vrouwen uit sommige culturele gemeenschappen waar echtscheiding gezien wordt als een oorzaak van schande voor de familie. 31 Gebrek aan privacy en anonimiteit als de moeder in een kleine of landelijke gemeenschap woont waar het gebruik maken van bepaalde diensten of het verlaten van een gewelddadige partner ertoe kan leiden dat veel mensen op de hoogte komen van de situatie. Geïsoleerdheid kan een speciaal probleem zijn in landelijke gebieden waar een gebrek aan gemakkelijk toegankelijke maatschappelijke diensten en het trager reageren van de politie een groter gevaar betekenen. Het aanbieden van steun aan een mishandelde moeder kan onder andere inhouden: Hulp en rechtskundige bijstand met betrekking tot wettelijke procedures en opvang. Hulp bij praktische zaken zoals huisvesting. Het ontlasten en steunen van de ouder om te verzekeren dat kinderen de banden met de gemeenschap, de school en andere activiteiten in stand blijven houden, terwijl de moeder tijd en ruimte krijgt voor fysiek en emotioneel herstel. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 27 Ouderschaps-ondersteuningsgroepen met het oog op het beter leren omgaan met de bijzondere behoeften van kinderen nadat de moeder een gewelddadige relatie heeft beëindigd. Rechtskundige bijstand om er zeker van te zijn dat beslissingen van de rechtbank veiligheidsplannen niet ondermijnen (bijvoorbeeld op momenten dat de omgang wisselt van de ene ouder naar de andere en de vader de kans heeft om opnieuw te dreigen of te pesten). Emotionele ondersteuning en contacten met steun van lotgenoten. Verschillende onderzoekers en behandelaars benadrukken dat mishandelde vrouwen geen zielige moedertjes zijn zoals veel stereotiepen zouden doen vermoeden. 32 De daarvoor in de plaats komende opvatting is dat deze vrouwen voor het grootste deel doordouwers zijn die alleen met hulp en steun uit de maatschappij met hun trauma van geweld in de intieme sfeer kunnen omgaan. Hun kinderen profiteren van de maatschappelijke inspanningen die voorzien in hun veiligheid, hun herstel en in het opzetten van een nieuwe gezinsstructuur waarin geweld niet door de vingers wordt gezien. Hoofdstuk 5 Groepen voor mishandelde moeders (thema’s op het gebied van ouderschap) Als moeders een relatie, waarin ze mishandeld zijn, beëindigen, krijgen ze vaak te maken met bijzondere en zware probleemsituaties. In een periode waarin hun emotionele en financiële reserves tot het uiterste beproefd zijn en waarin ze met ernstige pesterijen en/of voortdurend geweld te maken hebben, zijn ook hun kinderen in ernstige mate gespannen en op de proef gesteld. De moederrol kan door de man die haar mishandelde ernstig ondermijnd zijn. Oudere jongens met name kunnen proberen haar te mishandelen of haar gezag en grenzen trotseren. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 28 Kinderen moeten omgaan met veranderingen in het gezin en misschien ook wat betreft hun huis, school, buurt, vrienden en financiële middelen. De verwarring en spanning kunnen overweldigend zijn. Voor het aanpakken van deze thema’s moet ouderschapsondersteuning geboden worden. Daarbij gaat het onder meer om thema’s als het begrijpen en definiëren van mishandeling, het vaststellen van de gevolgen voor zelfzorgzaamheid en de eigenwaarde van het kind, het herstellen van een effectieve communicatie met kinderen en het bevorderen van niet-gewelddadige gezinsrelaties. Het kan ook gaan om onderlinge ondersteuning met betrekking tot voogdij en omgangsregelingen en het doorlopen van juridische procedures en procedures bij gemeentelijke instanties. Het op alle mogelijke manieren in stand brengen en houden van deze groepen hulpverleners is een goede manier om vrouwen in staat te stellen hun kinderen op hun beurt te ondersteunen en te koesteren. 33 Veel mishandelde vrouwen en hun kinderen voelen zich na de echtscheiding opnieuw slachtoffer maar dan van het justitiële systeem. In plaats van dat er een einde komt aan het geweld, krijgen vrouwen te maken met een groot aantal nieuwe problemen die variëren van uit de hand lopend geweld dat direct verband houdt met de echtscheiding tot pogingen om hen tot ongeschikte moeders te laten verklaren en de kinderen te laten verzorgen door degene die het geweld pleegde. Aan veel van deze kwesties ligt een gebrek aan begrip met betrekking tot de invloed van het getuige zijn van geweld ten grondslag. Veel deskundigen op juridisch terrein of op dat van de geestelijke gezondheid kunnen proberen de invloed van mishandeling te bagatelliseren en te suggereren dat iemand weliswaar een slechte echtgenoot kan zijn maar een goede vader. Deze mening strookt niet met kennis van de emotionele schade waar kinderen in deze omstandigheden onder lijden. 5.1 Tabel rond geschillen met betrekking tot voogdij en omgang De volgende tabel, hier weergegeven met toestemming van de “Family Violence Prevention Fund” in San Francisco, is een samenvatting van de geheel op zichzelf staande thema’s waar vrouwen en kinderen in geschillen rond voogdij en omgang eerder mee te maken hebben dan wanneer het gaat om een scheiding na een huwelijk zonder geweld. Kinderen als getuige van huiselijk geweld 29 De tabel legt de nadruk op de volgende punten: De opvang moet een belangrijk aandachtspunt worden, meer nog dan het bevorderen van de relatie van het kind met de ouder die het kind opzoekt. Het vaststellen van het fatale karakter van de relatie is belangrijker dan de ouders te vragen het verleden achter zich te laten. Bij het vaststellen gaat het tevens om de mate en invloed van het geweld. Het kan gewenst zijn om bij een voortdurend risico van geweld de vader een omgangsregeling tot het kind, zelf als dit door een volwassene begeleid wordt, te onthouden. Gespecialiseerde voorzieningen zoals huizen waar de vader het kind onder supervisie kan bezoeken, en medewerkers die zijn opgeleid op het gebied van vrouwenmishandeling zijn van essentieel belang. Thema’s Centraal uitgangspunt Waar het bij de rechtszaak om Normale Omgangsregelingskwestie Bevorderen van de relatie van het kind met de ouder waar de omgangsregeling betrekking op heeft Het verminderen van de vijandigheden Kinderen als getuige van huiselijk geweld Omgangsregelingskwestie waarbij beschuldigingen van geweld een rol spelen Veiligheid van moeder en kind Het bepalen van het fatale karakter van het geweld 30 gaat Het zich richten Een omgangsregeling die op de toekomst tegemoet komt aan de behoeften van de kinderen Wat moet er vastgesteld worden Het ontwikkelingsniveau van de kinderen, hun behoeften en voorkeuren De sterke en zwakke punten van de ouders De betrokken instanties Instanties die bemiddelen Het overwegen af te zien van een (al opgeschorte) omgangsregeling, ook als deze omgangsregeling onder begeleiding zou zijn De invloed van het geweld op de moeder en de kinderen Het niveau van verantwoordelijkheid van de vader Hoe wordt de veiligheid van de moeder gegarandeerd Gespecialiseerde instanties met kennis van geweld binnen het gezin Deskundigen op het gebied van echtscheiding, voor zowel de Een omgangsregeling onder ouders als de kinderen supervisie Onafhankelijke rapportage Afstemming tussen procedures van rechtbank en maatschappelijke instanties Goed geïnformeerde advocaten 5.2 Omgaan met geschillen rond voogdij en omgang Geschillen rond voogdij en omgang vragen een flinke gecoördineerde inspanning van deskundigen op medisch-sociaal gebied en beroepsbeoefenaren op juridisch terrein en verder ook van de juridisch vertegenwoordigers van de vrouw. Belangrijke zaken die ontwikkeld moeten worden om te voorkomen dat vrouwen en kinderen opnieuw het slachtoffer worden zijn: bijscholingscursussen voor advocaten en rechters; Kinderen als getuige van huiselijk geweld 31 richtlijnen die erin voorzien dat onderzoekers op de juiste wijze met gevallen van geweld binnen het gezin omgaan en ook de juiste kennis erover bezitten; richtlijnen voor bemiddelaars om gevallen met een lange historie van geweld te selecteren die geschikt zijn voor bemiddeling; een gevarieerd aanbod van diensten voor vrouwen, mannen en kinderen met het oog op het ontwikkelen van behandelings- en opvangmogelijkheden voor alle leden van het gezin; wetgeving die duidelijk maakt dat het getuige zijn van geweld als factor zwaar zal meewegen bij rechterlijke beslissingen met betrekking tot voogdij en omgangsregelingen Onderderzoeksverwijzingen 1. Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990 2. Lehmann, 1997; Graham-Berman and Levendosky, 1998 3. Jaffe, Wolfe, Wilson and Slusczarck, 1986; Kerig e.a. 1998 4. Sternberg e.a., 1993; Sudermann and Jaffe, 1997 5. Moore and Pepler, 1989 6. Jaffe e.a., 1990 7. Lehman, 1997 8. Lamers-Winkelman, 1999 9. Canadees onderzoek naar geweld tegen vrouwen, 1993 10. Zie bijvoorbeeld Hughes, 1988; Fantuzzo and Lindquist, 1989; Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990; Peled, Jaffe and Edleson, 1995; Sudermann and Jaffe, 1995 11.Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990: Kerig e.a. 1998 Kinderen als getuige van huiselijk geweld 32 12.Pepler, Moore, Mae and Kates, 1989, Randolf en Talamo, 1997 13.Kazarian and Kazarian, 1998 14.American Psychiatric Association, 1994; Lehman, 1997 15.Rodgers, 1994 16.Cummings, Iannotti, and Zahn-Waxler, 1985 17.Cummings and Davies, 1994 18.Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990 19.Pepler, Moore, Mae and Kates 20.Sternberg e.a., 1993 21.Henning e.a., 1996 22.Straus, 1992 23.Bijvoorbeeld Brown e.a., 1996 24.Bijvoorbeeld Wright, Wright and Isaac, 1997 25.Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990; Peled and Davies, 1995 26.Peled and Davies, 1995; Loosley, Bentley, Rabenstein en Sudermann, 1997 27.Rabenstein en Lehman, 1997 28.Malchiodi, 1990 29.Jaffe, Wolfe and Wilson, 1990; Holden e.a. 1998 30.Blinkhof, 1995 31.Kazarian and Kazarian, 1998 32.Bijvoorbeeld Blinkhoff, 1995; Holden e.a., 1998 33.Thornton, Bartolletto and van Dieten, 1996 De basistekst is een bewerking van ‘a handbook for Health and Social Service Providers and Educators on Children Exposed to Woman Abuse/Family Violence’ Prepared by Marlies Sudermann and Peter Jaffe for the Family Violence Prevention Unit, Health Canada. Aanvullende informatie komt, naast vermelde, uit diverse nederlandse literatuur zowel uitgebracht door justitie als onderzoeken van Sietse Dijkstra. Kinderen als getuige van huiselijk geweld