Jaarvertegenwoordiging jaar 3 Notulen gesprek met Dr. B.S. van Asbeck over het blok Acute Geneeskunde Datum: 11-11-‘09 Aanwezig Dr. Van Asbeck (Blokcoördinator acute geneeskunde) Bente Dikken (commissaris onderwijs) Daan Augustijn (JVT 3) Fleur Weeber (JVT3) Froukje van Hoeij (JVT3) Karen van der Aalst Yasmin Shaib (JVT3) Verslag Bente bedankt dr. Van Asbeck voor zijn komst. Hierna neemt Fleur het woord en noemt enige positieve punten over het blok acute geneeskunde: - Leuk en interessant blok - Integratie meerdere vakgebieden - Interessante casussen en goede werkgroepbegeleiders - Goede voorbereiding voor het coschap - Veel kleinschalig onderwijs Mogelijke tips voor het blok: - In week 1 was het heel verhelderend dat de cardioloog in de MTE de pathofysiologie van hartritmestoornissen nog eens goed uitlegde. In de werkgroep daarvoor ging het daar veel over en toen begreep men het nog niet helemaal. Misschien is het handig om dat voor de werkgroep aan de orde te laten komen in het werkcollege op maandag. o Dr. Van Asbeck: Het hangt van de docent af die het werkcollege geeft op welk deelgebied van de materie er meer ingegaan wordt. Als er dan dingen niet duidelijk zijn kun je vragen stellen op de MTE. o De JVT-leden hebben in verschillende periodes het blok Acute Geneeskunde gevolgd. In geen van de blokken werd in het eerste werkcollege echter aandacht aan ritmestoornissen besteed, terwijl dit wel gewenst is. o Dr. Van Asbeck belooft om hier aandacht aan te besteden en te kijken of hij ervoor kan zorgen dat in het eerste werkcollege de ritmestoornissen al aan de orde kunnen komen. (Actiepunt) - In week 4 was het zo dat in het werkcollege de neuroloog (3e uur) precies dezelfde video had en ongeveer hetzelfde verhaal had voorbereid als de neurochirurg (1e uur). o Dr. Van Asbeck: Het derde uur is gereserveerd om wat dieper in te gaan op de verschijnselen van inklemming - - - - o Fleur: Dit is inderdaad ook aan de orde geweest. Het zou fijn zijn als in de colleges over luchtwegaandoeningen meer aandacht zou kunnen worden besteedt aan diagnostiek en behandeling en iets minder pathosfysiologie (dit hoort natuurlijk niet weggelaten te worden). o Dr. Van Asbeck: Ik zal het beleid de volgende keer beter bespreken in mijn college, hoewel het in de werkgroep ook uitgebreid aan de orde komt. Wel vind ik de pathofysiologie zeer belangrijk en daar wil ik dan ook niet minder aandacht aan besteden. o Fleur: Het klopt dat het in de werkgroep aan de orde komt, maar er is verschil in kennis tussen werkgroepdocenten. Hierdoor is er niet altijd een eenduidig antwoord. o Dr. Van Asbeck: Ik zal kijken of ik meer aandacht aan het beleid kan besteden tijdens de colleges. (Actiepunt) De pathofysiologie blijft echter ook erg belangrijk. Het komt nog wel eens voor dat docenten te laat komen voor colleges. Daardoor hebben andere specialisten (bijv. geriaters) minder tijd. Dit is vervelend voor de studenten en docenten. o Dr. Van Asbeck: Hier maak ik mij helaas zelf ook aan schuldig, maar dit komt ook omdat het razend druk is in de kliniek. De huisartsen die de werkgroepen geven zijn meestal wel op tijd en hebben de lessen al vaker gegeven. Assistenten uit de kliniek geven zo’n les ook vaak voor het eerst. Ik vind het wel belangrijk dat men op tijd komt en ik zal de docenten daar dan ook op aanspreken. (Actiepunt) Het gebeurt wel eens dat er veel tijd over is aan het einde van een werkgroep o Dr. Van Asbeck: Dit hangt natuurlijk af van de motivatie van de groep en hoe de docent les geeft. Durf als groep vooral vragen te stellen. Werkgroepen: Sommige IC artsen hebben maar een half uur tijd, terwijl de werkgroep twee uur duurt. o Dr. Van Asbeck: Als er tijd over is kan er dieper op de stof worden ingegaan, bijv. op het laboratoriumonderzoek. Daan: Heeft u nog vragen of opmerkingen? Dr. Van Asbeck: Ik vind het vooral belangrijk dat de studenten vragen stellen tijdens colleges en werkgroepen. Dan komt men meer te weten. Verder wilde ik melden dat er vandaag oefenvragen op WebCT zijn geplaatst. (Deze zijn inderdaad ook geplaatst).