Vaknaam: Farmaco-epidemiologie Vakcode: WLFB0804 Coördinator: prof. dr. E. Hak Docenten colleges: prof. dr. E. Hal, prof. dr. M.J. Postma, dr. C.C.M. Schuiling-Veninga, en S. Vegter. Vak. Vakopbouw. De stof van farmaco-epidemiologie wordt voornamelijk uitgelegd aan de hand van colleges. Je hebt gemiddeld 3 uur college per dag, of van 900-1200 of van 1300-1600. Aan de meeste colleges waren ook een hoofdstuk, artikel en/of readerartikel gekoppeld. Dit maakt het leren wel makkelijker. Onderdelen die terug kwamen bij farmaco-epidemiologie waren: soorten databases, rapportage, studiedesign strategieën, farmaco economie, diverse parameters in de farmaco-epidemiologie zoals frequentie- en associatiematen, soort van analytische studies en analyse van de data op validiteit en precisie. Het onderdeel farmaco economie maakt voornamelijk gebruik van artikelen. De geleerde stof werkt dan direct in de praktijk gebruikt door het artikel te bespreken. Een aantal dagen, niet allemaal, werd van je verwacht dat je een opdracht voorbereidde. De opdrachten gingen dan vaak over de stof van het vorige college. De vragen in de opdrachten gingen over 5 artikelen die op nestor stonden. Halverwege het vak was er een computerpracticum. De voornamelijk focus bij dit computerpracticum lag bij de frequentie en associatiematen en de analyse van de data van artikelen op validiteit en precisie. Hierbij komt ook statistiek om de hoek. Dit practicum is echter niet verplicht, maar er kan wel op het tentamen terug komen. Bovendien kon je een syllabus kopen met een uitgeprinte versie van de reader: Langs de valkuilen. Dit was tevens ook tentamenstof. In deze reader werd de stof nogmaals behandeld, maar op een iets andere manier uitgelegd. Er handig als je iets niet goed begreep tijdens college. Dit alles werkt afgesloten met een werkcollege in kleine groepen van ongeveer 10-15 studenten. In dit werkcollege werden vragen gesteld over 3 nieuwe artikelen. Dit was erg nuttig en een goede oefening voor het tentamen. Doordat het werkcollege ook in kleine groepen werd gegeven, kun je gemakkelijker vragen stellen. Ook kon je in dit werkcollege nog vragen stellen over de algemene tentamenstof. Voor studenten die het vak ‘geneesmiddel van target tot gebruik’ gevolgd hebben, is er veel overlap. Tijdens ‘geneesmiddelen van target tot gebruik’ werden namelijk ook een aantal gastcolleges gegeven over de farmaco-epidemiologie en farmaco economie. Docenten Prof. dr. E. Hak, voornamelijk onderdelen waren: introductie van het vak, soorten databases, rapportages, studiedesign strategieën, analytische studies en analyse van diverse parameters in epidemiologisch onderzoek. Ook werd het werkcollege door prof. dr. E. Hak. Prof. dr. E. Hak is erg goed in staat om de stof over te brengen. Hij geeft duidelijk college en legt alles erg goed uit. Prof. dr. M. J. Postma, voornamelijkste onderdeel was: Farmaco economie. Dr. S. Vegter, voornamelijkste onderdeel was: Farmaco economie. Farmaco economie was het lastige deel van dit vak. Beide docenten gaven in 1 college een deel van het stof. Ze waren beide wel in staat om alles helder uit te leggen, maar het blijft lastig. Dr. C.C.M. Schuiling- Veninga, voornamelijkste onderdeel was: diverse parameters in het epidemiologische onderzoek. Persoonlijk vond ik haar colleges niet erg interessant. Dit kwam niet zozeer doordat de stof ook vrij makkelijk is, maar ook doordat ze heel monotoon college geeft. Alle docenten maakten gebruik van een powerpoint als ondersteuning. Tentamen Het tentamen bestond voornamelijk uit open vragen met enkele meerkeuze vragen. Bovendien zat er aan het eind van het tentamen een artikel waar nog diverse vragen over werden gesteld. Het tentamen was een goede afspiegeling van de tentamenstof. De vragen waren duidelijk gesteld. En het tentamen is erg goed te maken. Dit jaar lag het slagingspercentage op 89%. Persoonlijk denk ik dat dit komt doordat je continue actief bezig bent met de stof door de opdrachten, artikelen, computerpracticum en werkcollege.