Weerbaar Plus Training + Omgaan met heftige emoties + Zelfbeeld verstevigen + Impulscontrole + Sociaal weerbaar De Weerbaar Plus Training is een leuke en zinvolle mentale weerbaarheidstraining om beter voor jezelf op te komen. De training is er op gericht in korte tijd zekerder van jezelf te worden en met meer zelfvertrouwen nieuwe situaties aan te pakken en is gebaseerd op eigenschappen van dieren. Werkwijze: Cognitieve gedragstherapie ‘denk je goed, voel je goed’. Dieren-eigenschappen: ontdek de leeuw, kameel en pauw in jou. + stop-denk-doe technieken + emotie thermometer + oefenen met sociale situaties + veel beweging spelletjes + GGG model + complimentenstoelendans + veel meer Praktisch: 8 bijeenkomsten 1 ouderbijeenkomst + 1 individueel oudergesprek Trainers: Philip Marres, (gezins en relatie) therapeut + Miranda Marres, maatschappelijk werker GZ+ Inschrijven: [email protected] of [email protected] Toelichting Weerbaar Plus Training Cognitieve gedragstherapie ‘Denk goed, voel je goed’ is een programma uit de cognitieve gedragstherapie, dat gebruikt wordt in de weerbaar plus training. De kinderen krijgen meer kennis over zichzelf door gedachten en gevoelens te herkennen en dit om te zetten in functioneel gedrag. Cognitieve gedragstherapie is een manier om met problemen om te gaan waarbij wordt gekeken naar het verband tussen: - de manier waarop je denkt hoe je je voelt wat je doet. In cognitieve gedragstherapie leren kinderen om: - gedachten te onderzoeken en nuttige manieren van denken ontdekken. nare gevoelens onder controle houden. zelf problemen op te lossen. Tevens wordt er gebruik gemaakt van: Het ‘4 G model’ Het kind leert om storende gedachten te onderkennen en zich te focussen op de helpende gedachten. Hierdoor krijgt het kind meer grip op het gevoel en uiteindelijk op het gedrag. Bijvoorbeeld: Storende of vervelende gedachten 1 Gebeurtenis: spreekbeurt geven 2 Gedachten: ik kan het nooit en klap dicht 3 Gevoel: zenuwachtig en bang 4 Gedrag: tijdens de spreekbeurt stotteren Helpende of vrolijke gedachten 1 Gebeurtenis: spreekbeurt geven 2 Gedachten: ik heb het goed voorbereid en iedereen is wel een beetje zenuwachtig 3 Gevoel: spannend maar beheersbaar 4 Gedrag: kan de spreekbeurt ontspannen geven De emotie thermometer De emotie thermometer wordt gebruikt om inzichtelijk te maken hoe emoties oplopen en op welk moment het kind nog grip heeft op zichzelf zonder dat het escaleert. Stap voor stap ontdekt het kind zijn emotionele binnen- en buiten wereld kennen en er op een andere manier mee om te gaan. De emotie thermometer kent vele varianten: woede thermometer, verdriet thermometer of stressthermometer. Dieren-eigenschappen Ieder dier heeft zijn eigen kwaliteiten en leerpunten. De leeuw kan goed leiden maar leert door de emotie thermometer wat minder hard te brullen. Als de kameel alleen maar volgt dan leert hij door storende en helpende gedachten tegen zichzelf te zeggen: ‘ik neem ook een keer de leiding’. De schildpad is onzeker en teruggetrokken zoals iedereen dat wel eens is maar soms mag de schildpad zijn kopje uitsteken. Als hij oefent kan dit helpen. De havik weet precies wat hij wil en heeft dit geleerd door zich goed te focussen; een punt in gedachten nemen en daar op af lopen maar zijn valkuil is dat hij steeds in conflict komt met de steenbok. Herkenbaar? Model van de Axenroos De axenroos is een model om gedrag van kinderen ten opzichte van elkaar bespreekbaar te maken. Het model wordt in 10 categorieën, ook wel axen genoemd, ingedeeld. De axen worden gesymboliseerd door een dier. Op deze manier krijgen de kinderen beelden en woorden om hun gedrag te benoemen. Niet alleen de kenmerken van de dieren zijn belangrijk maar ook hoe deze dieren met elkaar omgaan. De leeuw leidt bijvoorbeeld maar dit is niet mogelijk zonder kamelen die volgen. Iedereen heeft eigenschappen van àlle dieren in zich. Geen enkel dier is beter of slechter. In sommige situaties kan het goed zijn om bijvoorbeeld wat meer leeuw of pauw te zijn. Door het gebruik van de axenroos: - krijgen de kinderen beelden en woorden om hun gedrag te benoemen; leren de kinderen zichzelf beter kennen en conflicten te bespreken; leren de kinderen dat gedrag op zich niet fout is; leren de kinderen zien wanneer gedrag gepast of ongepast is.