Toetsvragen boek Kwaliteit met beleid

advertisement
Vocabulaire bij hoofdstuk 7
bij
Nederlands naar perfectie
Methode Nederlands voor hoogopgeleide anderstaligen
Emily Palmer
Miranda van ’t Wout
bussum 2015
Deze woordenlijst hoort bij Nederlands naar perfectie van Emily Palmer en Miranda van ’t Wout.
© 2015 Uitgeverij Coutinho bv
Alle rechten voorbehouden.
Het is docenten die met Nederlands naar perfectie werken, toegestaan om deze woordenlijst bij
hoofdstuk 7 voor hun cursisten te verveelvoudigen.
Uitgeverij Coutinho
Postbus 333
1400 AH Bussum
[email protected]
www.coutinho.nl
Noot van de uitgever
Wij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of
instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen
met de uitgever.
ISBN:
NUR:
978 90 469 0452 7
624
Vocabulaire bij hoofdstuk 7 bij Nederlands naar perfectie – 2/4
Vocabulaire bij hoofdstuk 7
Deze woordenlijst bevat de woorden, uitdrukkingen en woordgroepen uit het vocabulaire in
hoofdstuk 7. Achter de lijn kun je aantekeningen maken.
aansprakelijk stellen voor
afdruipen
afwegen (tegen)
al met al
als het ware
arbeidsongeschikt
beklemtonen
bespieden
betrokken
betrokkene, de
betrokkenheid, de
bijbrengen: iemand iets bijbrengen
bordje: op het bordje van iemand leggen / liggen
eensgezind
eerbiedigen
eerbiediging, de
effect sorteren
gaten: iets / iemand in de gaten houden
genuanceerd
geoorloofd
gerucht, het
geruchtmakend
handvat, het
hart: iemand / iets een warm hart toedragen
heimelijk
her en der
hiaat, het
hoogoplopende emoties / ruzies / conflicten
hoogte: van iets op de hoogte zijn
inbreuk, de
indruk: onder de indruk zijn van
ingrijpend
inzetten
knoop: de knoop doorhakken
misleidend
nagaan
nuance, de
ongelijk: iemand in het ongelijk stellen
oog hebben voor iets
opstellen, zich
Vocabulaire bij hoofdstuk 7 bij Nederlands naar perfectie – 3/4
overschrijden
poneren
rechterlijke dwaling
rechtszaak: (tegen iets / iemand) een rechtszaak aanspannen
rechtvaardig
rechtvaardigheid, de
schakel, de
schenden
schending, de
schuld: de schuld leggen bij
sprake: ergens sprake van zijn
staven
stiekem
strijd: in strijd met
terugvallen op
toedragen: iemand / iets een warm hart toedragen
toetakelen
toezien op
torsen
tot nog toe
tot stand komen
totstandkoming, de
valkuil, de
verdachte, de
verdenken van
verdenking, de
verwant aan / met
voorhanden zijn
waan: de waan van de dag
wangedrag, het
weerspiegelen
woordvoerder, de
ziekteverlof, het
zitting, de
zo min mogelijk
zodanig: als zodanig
Vocabulaire bij hoofdstuk 7 bij Nederlands naar perfectie – 4/4
Download