werkboekje deel 2

advertisement
Opdracht 6:
Kies 2 verschillende componisten uit, je kunt op de symbaloo pagina een overzicht vinden van de
componisten.
Kies er 1 uit Nederland en kies er 1 uit een ander land.
Deze componisten heb ik gekozen:
Uit Nederland:_______________________________________
Uit een ander land: het land: ___________________________ de
componist;______________________________ .
Vergelijk de 2 stukken met elkaar, wat is het verschil? Wat zijn de overeenkomsten, wat vind je
precies leuk aan de stukken. Schrijf dat hier onder op.
Overeenkomsten:
Verschillen:
Dit vind ik er mooi aan:
Doe een onderzoek naar jullie componisten en maak daar een woordkaart van, met een afbeelding,
wanneer hij/zij is begonnen met componeren, werkten ze alleen of samen, wie heeft hu
geïnspireerd, voor welke instrumenten componeerden zij, wat is het bekendste stuk dat hij/zij heeft
geschreven, enzovoort.
Componist uit Nederland:
Componist: _____________________
Componist uit een ander land:
Componist: _____________________
Opdracht 7
Kies nu 1 van de 2 muziek stukken uit en ga daar naar luisteren, geef daarbij antwoord op de
volgende vragen:
Ik heb dit stuk gekozen:_______________________________________
Hoe voel je je als je naar het stuk luistert?
Doen ze je denken aan een plaats, emotie, tijd, persoon…??
Is het stuk snel / langzaam, luid / zacht? Hoe hoor je dat?
Wordt het met 1, meerdere of héél veel instrumenten gespeeld?
Kun je instrumenten herkennen? Schrijf er zoveel mogelijk op.
Opdracht 8
Ga met je tafelgroepje een muziekstuk componeren. Het moet klinken als 1 van de stukken die je
hebt gehoord, bepaal dus eerst met je groepje welk muziekstuk jullie gaan proberen na te apen.
We kiezen dit stuk: ________________________________________________
Praat eerst met je groepje over deze dingen en schrijf de antwoorden op, sommige vragen geef je
later antwoord op:
Hoe laat je de muziek het zelfde klinken?
Gebruik je dezelfde instrumenten?
Speel je het stuk langzaam of snel?
Doet jouw stuk je aan het zelfde denken dan het stuk van de componist?
Kun je andere dingen gebruiken dan instrumenten om muziek mee te maken?
Kun je woorden toevoegen zodat je mee kunt zingen?
Opdracht 9:
De eindopdracht:
Maak op het kaartje dat juf heeft klaar gelegd het volgende:
Een presentatie van 1 minuut waarin je verteld:




Waar zou jij beroemd om willen zijn?
Welke belangrijke bijdrage zou je willen leveren aan de maatschappij?
Welke invloed zou je willen hebben op iemand anders zijn leven?
Je naam op het kaartje + fotootje ( heeft juf)
Als iedereen de kaart af heeft, presenteren we deze aan elkaar in de groep.
Daarna maken we onze eigen “WALL OF FAME” in de hal en hangen we alle kaartjes op.
Download