Goden en godinnen als stoorzender in relaties Chrisina Moormann ‘Als flirten met je collega’s je zo gelukkig maakt, als dàt het enige is waar je aan denkt en mij niet meer ziet staan dan kap ik ermee. Ik heb er genoeg van, altijd hetzelfde gelazer. Zorg maar dat je een goede advocaat vindt want die zul je nodig hebben,’ krijste ze buiten zichzelf. Ze sloeg de deur met een smak achter zich dicht en scheurde met haar auto in de derde versnelling de stad door. Bij deze vrouw was de godin Hera rancuneus aan het werk. Wij hebben allemaal goden en godinnen in ons. Zonder dat we het weten kunnen enkelen zeer actief of zelfs storend zijn. Maar er zijn er ook die onderontwikkeld in ons binnenste sluimeren. De activiteit of de onderdrukking van een bepaalde godheid kan behoorlijke problemen en misverstanden in een relatie veroorzaken. Mythen en zelfkennis Vroeger had ik niet zoveel op met mythen en goden. Al dat gedoe uit de oudheid, zo dramatisch en ingewikkeld. Niets voor mij, dacht ik. Totdat ik het volgende stukje las: ‘Lang geleden was er een tijd dat alle mensen nog goden waren. Maar helaas waren deze goden niet altijd even eerlijk en maakten ze misbruik van hun godheid. Brahma, de meester van alle goden was boos en diep teleurgesteld. Hij trok zich terug in zijn residentie hoog in de bergen. Daar hield hij lang beraad met zijn ondergoden en samen met hen smeedde hij een vernuftig plan. Zij besloten de mensen hun goddelijke macht te ontnemen en die te verstoppen op een plaats waar ze die nooit zouden terugvinden. Brahma vroeg zich af: 'zal ik de godheid van de mens diep in de aarde begraven, haar verbergen in onderaardse spelonken of grotten?' of 'zal ik de godheid in het allerdiepste van de oceaan gooien?' Hij dacht lang na om een oplossing te vinden voor dit probleem: 'Neen, dat alles voldoet niet. De mens zal er naar zoeken, er naar graven en ze uiteindelijk vinden'. Brahma had een veel betere oplossing en sprak tot zijn ondergoden: 'Ik verstop de godheid van de mens in het diepste van hemzelf, want dat is de enige plaats waar hij nooit aan denken zal om er te zoeken'. En zo gebeurde het. Sindsdien is de mens op zoek naar iets... Naar iets dat zich in zijn binnenste bevindt.’ (een oude Hindoe legende) De belangstelling in mij was aangewakkerd en het boek ‘Amor en Psyche’ van de jungiaanse analyticus Erich Neumann maakte me nieuwsgierig. Het boek ‘Oedipus’ van Thorwald Dethlefsen gaf mij inzicht in de ‘Oedipus-mythe’ en de grote symbolische rijkdom die in mythen te vinden is. Oedipus is niet een mens, maar dé mens. Oedipus is de mens bij uitstek, die het op zich neemt de weg van zelfkennis te gaan. Oedipus is onze spiegel en als wij begrijpen dat wij in hem onszelf zien kan dat ons diep raken. Sophocles verwoordde het in ‘Oedipus te Kolonos’ als volgt: ‘Niet geboren te zijn is het beste wat men zich kan denken. Maar eenmaal geboren, is de beste tweede keuze snel terug te keren naar zijn oorsprong.’ Het gedonder van goden in relaties Het valt mij regelmatig op dat veel paren die ik krijg voor relatietherapie moeite hebben met het accepteren van tegenslag en problemen in de relatie. Men wil dat de relatie foutloos en efficiënt verloopt. Helaas is dit verlangen niet reëel. Een relatie kun je dan ook beter zien als een onderneming of een reis met onverwachte wendingen die de nodige inspanning vereist. Een gezamenlijke reis waarop beide partners individueel tot hun recht komen en waarop men elkaar de mogelijkheid biedt zich volledig te ontplooien. De mythe of tragedie laat ons de waarheid over het leven zien, neemt de mens bij de hand en leidt hem dwars door alle verschrikkingen, angsten en problemen heen. Zo wordt de mens gereinigd en gelouterd. De filosoof Nietsche zei in: ‘Die Geburt der Tragödie’ ‘Wij mensen vermijden het tragische en razen de afgrond tegemoet.’ Volgens hem zou de tragedie een heilzaam heelmiddel kunnen zijn. Meestal leg ik mensen in de therapiekamer uit dat het hebben van problemen niet het probleem hoeft te zijn. Problemen tegenkomen op je levenspad en in je relatie is normaal. De kwestie is veelmeer; hoe ga je er mee om? Vaak laten problemen zien waar het evenwicht verstoord is, wat er veranderen moet en hoe je in een relatie meer tot recht, tot jezelf en tot elkaar kunt komen. Soms komen paren na een aantal sessies wat bedremmeld de therapiekamer binnen en zeggen: ‘Het is weer helemaal mis, we hebben een verschrikkelijke scène gehad.’ ‘Ooh, da’s mooi, weer een nieuwe kans,’ zeg ik en stroop mijn mouwen op. Ik vergelijk uitbarstingen en scènes in een relatie wel eens met vuurwerk. Er is een enorme knal maar daarna zie je de mooiste kleuren. Na de uitbarsting moet je kijken waardoor ze ontstaan is en je afvragen wat er veranderen moet. Daarna wordt je beloond met de kleurenpracht van het vuurwerk. De jonge vrouw uit bovenstaand stukje vlucht woedend weg en lijkt te willen scheiden. Door te scheiden loopt ze de mogelijkheid tot persoonlijke groei mis. Op dat moment is er voor het paar gewoon werk aan de winkel. Relatietherapie kan verheldering en uitkomst bieden. De uitdaging in relaties In een goede relatie kom je als individu naast elkaar tot bloei. De tegenstellingen en problemen die je in je relatie tegenkomt bieden vaak de mogelijkheid om aan elkaar te groeien. De man wordt uitgedaagd om zich te ontwikkelen in verschillende vrouwelijke eigenschappen zoals omgaan met gevoel, intuïtie, sociale contacten en zorgzaamheid. Een vrouw kan leren van haar man en zich ontwikkelen aan zijn daadkracht, zijn denkvermogen, analytische blik en pragmatisme. In een bepaalde kritieke situatie bijvoorbeeld zou een vrouw misschien haar gevoel wat mogen beteugelen door haar ratio in te schakelen. De man zou zich mogen realiseren dat hij een bepaalde situatie met meer gevoel zou kunnen bejegenen. De vier psychische basisfuncties: waarnemen, denken, voelen en intuïtie vragen van beide partners om gezond samenspel. De problemen in een relatie laten vaak zien dat een zeker evenwicht verstoord is, dat er te weinig tijd, aandacht, gesprekken en intimiteit is. Zo kun je je afvragen of goden dus een stoorzender in relaties zijn of juist de uitdaging vormen. Wat mij betreft is het gedonder van goden niet meer dan een teken dat de relatie nodig aan verandering en vernieuwing toe is. De hulp van goden in de therapiekamer Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik tijdens relatie therapieën niet werk met mythen en goden. De mensen hebben hun handen al vol aan zichzelf en aan elkaar. Wel herken ik de archetypische werking van sommige goden en die eigenschap kan dan uitgewerkt of aangepakt worden. Bij Jan en Sophie liep het anders. Ze zagen in mijn boekenkast de boeken van Jean S. Bolen, ‘Goden in elke man’ en ‘ Godinnen in elke vrouw’ staan en vroegen wat ik ervan vond. Ze raakten geboeid en wilden de boeken in hun vakantie bestuderen. Jean S. Bolen is een Amerikaans psychiater in de traditie van C.G.Jung. Ze werkt als hoogleraar klinische psychologie aan de universiteit van Californië. In haar boeken maakt Bolen duidelijk dat goden en godinnen personificaties van bepaalde archetypische krachten in een mens zijn. Ze omschrijft helder wat de sterke en zwakke kanten van een godheid zijn en ook wat voor psychische problemen hij kan veroorzaken. Daarnaast reikt ze mogelijkheden aan om de zwakke kanten met behulp van een andere godin of god te transformeren. Uiteindelijk is het de bedoeling dat alle verschillende aspecten van de goden in de mens werkzaam mogen zijn, dat maakt hem veelzijdig en boeiend. Jan en Sophie verkeerden in een heftige relatiecrisis. Ze waren net iets boven de veertig, aan het begin van de tweede levenshelft. In deze overgangsperiode komen veel problemen voor bij zowel individuen als paren. De problemen nodigen uit om te veranderen, meer te verinnerlijken en meer authentiek te worden. Sophie had het initiatief genomen om met behulp van relatietherapie aan de relatie te werken. Ze hadden drie jonge kinderen en zij vond dat ze het verplicht waren naar de kinderen toe om samen te knokken. Jan zag het allemaal niet meer zitten, hij was verliefd op een vrouwelijke zakenrelatie en was zelfs al een paar keer bij haar blijven slapen. Deze verliefdheid was niet de eerste maar wel de heftigste en in gedachte was hij dag en nacht bij haar. Verliefd worden op een ander komt in deze levensfase veel voor en helaas loopt dat vaak op een scheiding uit. Toch is een scheiding meestal niet nodig mits men maar bereid is om te kijken naar het verstoorde evenwicht in de relatie. De liefdesaffaires van Zeus Jan was geen prater maar wel een harde werker. Zestig uur in de week was normaal en dan maakte hij nog voor de zaak de nodige reizen naar het buitenland. Hij vond het al jaren niet meer leuk thuis. Sophie was altijd aan het klagen en jaloers op zijn werk en alle vrouwen die hij ontmoette. Het enige wat hem nog naar huis voerde waren de kinderen. Ze omhelsden hem wanneer hij thuiskwam, ze hielden van hem, hadden hem nodig, anders was hij allang weggeweest. Maar deze liefde nu was wel heel bijzonder, ze leken wel tweelingzielen, misschien was dit wel de echte Grote liefde? Toch heb ik Jan uit zijn droom wakker geschud en uitgelegd dat de verliefdheid veel meer een uitnodiging is om innerlijke arbeid te verrichten. Ten eerste moest het deel ‘projectie’ uitgewerkt worden en ik vroeg aan Jan: ‘Jan, wat was het in die vrouw waar je zo verliefd op geworden bent?’ Hij dacht na en ik zag hem glunderen. ‘Ze is origineel, zo helemaal zichzelf, vrij, en doet alleen die dingen die ze vol overtuiging doen wil.’ ‘Juist Jan, dit zijn mooie eigenschappen en het zijn de eigenschappen die jij in jezelf zou mogen ontwikkelen.’ Dit was nieuw voor hem. Uiteindelijk bleek dat Jan best heel anders zou willen leven maar het kwam er nooit van om het roer eens om te gooien. Nu werd hij genoodzaakt door de situatie. Jan en Sophie hebben een paar maanden hard gewerkt aan zichzelf en aan de relatie. Nu was het tijd voor een vakantie zonder kinderen. Bij terugkomst had Jan het boek ‘Goden in elke man’ gelezen en Sophie ‘Godinnen in elke vrouw’. Ik vroeg Jan in welke godheid hij zich het meest herkende. Hij zei: ‘Ik herkende mezelf in Zeus die verschillende echtgenotes gehad had en daarnaast nog de nodige liefdesaffaires.’ Zeus mocht in Jan tot rust komen en de verliefdheid op zijn tweelingziel mocht hij loslaten. Jan realiseerde zich dat het van Sophie teveel gevraagd was om nog contact te onderhouden met zijn vriendin. Hij zou de relatie verbreken maar het voelde wel als een groot verlies. De tweede levenshelft kenmerkt zich door verliezen die men lijdt. Daar horen gevoelens van verdriet, gemis en pijn bij die doorleefd mogen worden. Tevens kwam Jan tot het besef dat hij veel te eenzijdig geleefd heeft en Sophie daarbij veel te kort gedaan heeft. De jaloerse rancuneuze Hera Sophie herkende zichzelf in de godin Hera. Hera heeft het vermogen om een levenslange verbintenis aan te gaan en is zeer trouw. Voor een Hera-vrouw is de relatie met haar man en de kinderen het belangrijkste dat er is. Zij groeit met haar man mee in zijn carrière, vindt het ook geen probleem om vaak te verhuizen. Of een Hera-vrouw gelukkig is, wordt bepaald door de mate van waardering die haar man voor haar heeft als echtgenote. Een huwelijk zal voor een Hera-vrouw onbevredigend zijn als ze merkt dat de relatie in het leven van haar man een ondergeschikte rol speelt, zij kan zich dan zeer gekwetst voelen door zijn gebrek aan betrokkenheid. Als een Hera-vrouw vermoedt dat haar man een verhouding heeft met een andere vrouw, kan ze overdreven wraakzuchtig en jaloers reageren. Daardoor loopt ze het risico dat ze grote schade aanricht in de relatie die voor haar juist het belangrijkste is. Sophie herkende zichzelf in al deze Hera-aspecten. Ze besefte, dat vooral de kinderen het slachtoffer van haar jaloezie en woede aanvallen waren geworden. Om te kunnen groeien moest ze zich tegen Hera verzetten en haar best doen om geleidelijk aan opnieuw haar vertrouwen aan Jan te geven. Daarnaast was het nodig dat ze meer zelfvertrouwen kreeg. Ze kon de steun gebruiken van de god Hephaistos, die innerlijke kracht symboliseert. Een jaar later waren Jan en Sophie een heel ander stel geworden. Jan was beduidend minder gaan werken en nam een dag in de week de zorg voor de kinderen op zich. Sophie was begonnen met een studie kunstgeschiedenis en bezocht zelfs af en toe met een vriendin een museum. Ze voelde zich veel sterker en haalde voldoening uit haar studie. Samen hadden ze het ook veel fijner, maakten beduidend meer tijd voor elkaar vrij, gingen eens naar een film of concert en elk half jaar wilden ze toch wel een lang weekend met elkaar op stap. De relatie van Jan en Sophie was weer zinvol geworden en ze hadden er zelf ook weer zin in. Afbeeldingen: www.flickr.com