De schoolleider geeft leiding aan het ontwikkelen

advertisement
Beoordelingsgesprek directeur
Naam werknemer
WTF
Naam leidinggevende
Datum laatste formele gesprek
Datum gesprek
Ondertekening voor gezien/akkoord
Werknemer
Werkgever
Samengevat beeld
1 2 3 4
I. Basisbekwaam = uitvoerend
II. Vakbekwaam = vormgevend
III. Master = strategisch
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
1 van 11
VOORWOORD
Dit beoordelingsgesprek is gebaseerd op de volgende input:
1
2
3
4
1
Competenties (zie Schoolleidersregister.nl)
Managementrapportages (Maraps)
Doelstellingen
Birkman
COMPETENTIES
Competentie 1: Visie-gestuurd werken
De schoolleider geeft leiding aan het ontwikkelen en concretiseren van een gezamenlijke visie op onderwijs en
draagt deze visie uit teneinde onderwijsprocessen en leerresultaten te optimaliseren.
Competentie 2: In relatie staan tot de omgeving
De schoolleider anticipeert op ontwikkelingen in de omgeving en beïnvloedt deze doelbewust vanuit
ondernemerschap, teneinde onderlinge relaties, onderwijsprocessen en leerresultaten te optimaliseren.
Onder omgeving verstaan we bestuur, wet- en regelgeving, ouders, maatschappelijke omgeving en andere
relevante organisaties.
Competentie 3: Vormgeven aan organisatiekenmerken vanuit een onderwijskundige gerichtheid
De schoolleider geeft in dialoog met medewerkers vorm aan organisatiekenmerken. Dit doet hij/zij vanuit
kennis van hun onderlinge samenhang en met het oog op het optimaliseren van de leerlingresultaten. Onder
organisatiekenmerken verstaan we structuur, cultuur, onderwijsorganisatie, personeel en faciliteiten.
Competentie 4: Hanteren van strategieën t.b.v. samenwerking, leren en onderzoeken op alle niveaus
De schoolleider hanteert leiderschapsstrategieën die gericht zijn op het bevorderen van samenwerking, leren
van leraren en onderzoek op alle niveaus binnen de organisatie teneinde de school- en onderwijsontwikkeling te
bevorderen.
Vormen van leiderschap die samenwerking, leren en onderzoek bevorderen zijn transformatief, moreel,
inspirerend, onderzoeksmatig en gedeeld leiderschap .
Competentie 5: Hogere orde denken
De schoolleider analyseert zaken diepgaand op basis van adequate informatieverzameling en vanuit
alternatieve denkmodellen. Hij/zij brengt ze in verband met alle factoren in de bredere organisatie die een rol
spelen bij het leren van leerlingen.
2
MARAP
Het gaat daarbij om:
a)
b)
c)
d)
e)
Onderwijs en identiteit
Personeel en organisatie
Financiën en beheer
Materieel en gebouwen
Organisatie, communicatie en samenwerking
3
DOELSTELLINGEN
(zijn in een separaat document vastgelegd)
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
2 van 11
Beeld
Er wordt gescoord op basis van 3 niveaus en 4 scores:
1
onvoldoende
I.
II.
III.
2
matig
3
Voldoende/goed
4
Uitstekend
Basisbekwaam = uitvoerend
Vakbekwaam = vormgevend
Master = strategisch
Evaluatie vorig beoordelingsgesprek
Besproken punten
Afspraken
Omstandigheden die de functie hebben beïnvloed
Zienswijze beoordeelde
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
3 van 11
DEEL 1
Beeld competenties
COMPETENTIE 1
Visiegericht werken
De schoolleider geeft leiding aan het ontwikkelen, concretiseren en uitdragen van een gezamenlijke visie op
onderwijs en aan de vertaling van deze visie naar kwaliteitsdoelen, teneinde onderwijsprocessen en
leerresultaten te optimaliseren.
BEOORDELING
A
1
2
3
B
4
5
6
I.
II.
III.
FOCUS OP HET PRIMAIRE PROCES
De schoolleider geeft vanuit de visie vorm en inhoud aan de ondersteuning van het primaire
proces, aansluitend bij strategische doelen.
De schoolleider ontwikkelt samen met het team de (onderwijs)visie van de school en stelt op
basis daarvan op schoolniveau strategische doelen op.
De schoolleider houdt de brede professionele dialoog over goed onderwijs gaande en vertaalt
deze naar strategische keuzes op organisatieniveau en naar collectieve ambities.
COMPETENT IN ONDERZOEK
De schoolleider kan onderzoeksresultaten over visieontwikkeling in het onderwijs toetsen aan de
eigen praktijk.
De schoolleider baseert zich op extern en intern onderzoek bij het formuleren van een visie en
doelen voor de school.
De schoolleider gebruikt kennis uit extern en intern onderzoek om kwalitatieve impulsen te geven
aan de organisatie brede dialoog over goed onderwijs.
OVERIGE OPMERKINGEN
COMPETENTIE 2
In relatie staan tot de omgeving
De schoolleider anticipeert op ontwikkelingen in de omgeving en beïnvloedt deze doelbewust vanuit
ondernemerschap, teneinde onderlinge relaties, onderwijsprocessen en leerresultaten te optimaliseren.
Onder omgeving verstaan we bestuur, wet- en regelgeving, ouders, maatschappelijke omgeving en andere
relevante organisaties.
BEOORDELING
A
1
2
3
B
4
5
6
B
I.
II.
ONDERNEMERSCHAP
De schoolleider is zich bewust van factoren uit de directe omgeving van de school, die van invloed
zijn op de school en handelt hiernaar.
De schoolleider onderscheidt en creëert kansen, anticipeert op bedreigingen en ontwikkelingen in
de omgeving en vertaalt dit naar de ontwikkeling van de school.
De schoolleider overziet kansen en bedreigingen vanuit de relevante ontwikkelingen in de
dynamische omgeving en zet deze om in strategisch beleid ter versterking van de organisatie.
EXTERNE SAMENWERKING
De schoolleider onderhoudt contacten met relevante organisaties buiten de school en heeft
daarbij oog voor verschillende belangen en de positie van de school.
De schoolleider bouwt netwerkrelaties op, onderhoudt deze en opereert daarbij effectief in het
krachtenveld van verschillende opvattingen en belangen.
De schoolleider heeft een goed beeld van de mogelijkheden en onmogelijkheden per school en
gaat op basis hiervan strategische allianties aan met het oog op uitbouw en behoud van het
(zorg)netwerk
COMPETENT IN ONDERZOEK
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
4 van 11
III.
7
8
9
De schoolleider heeft kennis van en inzicht in onderzoeksresultaten over de wisselwerking tussen
de ontwikkelingen in de omgeving van de school en de onderwijsontwikkeling van de eigen school
en kan deze kennis en dit inzicht toetsen aan de eigen praktijk.
De schoolleider betrekt kennis uit extern onderzoek en informatie uit de omgeving bij de
aansturing van nieuwe ontwikkelingen in de eigen school ter verbetering van onderwijsprocessen
en leerlingresultaten en de positie van de school.
De schoolleider betrekt kennis uit extern onderzoek en informatie uit de bredere omgeving bij de
aansturing van nieuwe ontwikkelingen in de organisatie
OVERIGE OPMERKINGEN
COMPETENTIE 3
Vormgeven aan organisatiekenmerken vanuit een onderwijskundige gerichtheid
De schoolleider geeft in dialoog met medewerkers vorm aan organisatiekenmerken vanuit kennis van hun
onderlinge samenhang en met het oog op het optimaliseren van de leerlingresultaten.
Onder organisatiekenmerken verstaan we structuur, cultuur, onderwijsorganisatie, personeel en faciliteiten.
BEOORDELING
A
1
2
3
B
4
5
6
C
7
8
9
I.
II.
III.
ORGANISATIEBELEID- EN BEHEER
De schoolleider realiseert een optimale inzet van tijd, mensen en middelen met het oog
op visie en doelen, binnen de afspraken die hierover zijn gemaakt.
De schoolleider realiseert een optimale inzet van tijd, mensen en middelen met het oog
op beoogde onderwijsprocessen en leerresultaten op schoolniveau.
De schoolleider laat het bedrijfsmatig management ondersteunend zijn aan de
onderwijsprocessen en de ontwikkeling van de organisatie.
FINANCIEEL MANAGEMENT
De schoolleider bewaakt financiële middelen/budgetten en geeft opdracht tot betalingen
voor zover die vallen binnen de goedgekeurde begroting en richtlijnen.
De schoolleider voert risicoanalyses uit en stelt meerjarige begrotingen, formatieplannen,
investeringsplannen en investeringsbegrotingen op- en vast, ter goedkeuring door de
bestuurder
De schoolleider draagt zorg voor een zorgvuldige, efficiënte en effectieve bedrijfsvoering
met aandacht voor een rechtmatige en doelmatige verwerving, bestemming en
aanwending van middelen; risicobeheersing, solvabiliteit en kapitalisatiefactor.
ORGANISATIEONTWIKKELING
De schoolleider heeft kennis van en inzicht in het cyclisch proces van
organisatieontwikkeling en kan hieraan uitvoerend leiding geven.
De schoolleider geeft op cyclische wijze vorm aan de duurzame ontwikkeling van de
school en borgt, onderhoudt en verbetert de kwaliteit van deze ontwikkeling.
De schoolleider geeft op cyclische wijze sturing aan de duurzame ontwikkeling van de
organisatie als geheel en borgt, onderhoudt en verbetert de kwaliteit van deze
ontwikkeling.
D
LEIDING GEVEN AAN HET ONDERWIJSPROCES
10 De schoolleider stimuleert en ondersteunt medewerkers bij het uitvoering geven aan het
onderwijsproces, op basis van de daarover gemaakte afspraken.
11 De schoolleider geeft in dialoog met medewerkers vorm en inhoud aan het
onderwijsproces, vanuit kennis van onderwijsleerprocessen.
12 De schoolleider bevordert dialoog over en bewaakt de kwaliteit van onderwijsprocessen
in de scholen, vanuit kennis van onderwijsleerprocessen.
E
PERSONEELSMANAGEMENT
13 De schoolleider bevordert en houdt zicht op het naleven en cyclisch evalueren van werken professionaliserings-afspraken.
14 De schoolleider bevordert en houdt zicht op de kwaliteit van het functioneren van
docenten, maakt in dit kader duidelijke werk- en professionaliseringsafspraken, ziet toe
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
5 van 11
op het vastleggen, naleven en cyclisch evalueren van deze afspraken en verbindt er
consequenties aan.
15 De schoolleider bevordert en houdt zicht op de kwaliteit van het functioneren van de
medewerkers die onder hem vallen, maakt in dit kader duidelijke werk- en
professionaliseringsafspraken, ziet toe op het vastleggen, naleven en cyclisch evalueren
van deze afspraken en verbindt er consequenties aan.
F
COMPETENT IN ONDERZOEK
16 De schoolleider heeft kennis van en inzicht in onderzoeksresultaten naar strategieën voor
succesvolle organisatieontwikkeling en vergelijkt deze met de eigen praktijk.
17 De schoolleider verzamelt informatie over de verschillende organisatiekenmerken,
relateert deze aan extern onderzoek naar organisatieontwikkeling en baseert beslissingen
hierop.
18 De schoolleider stimuleert en faciliteert schoolzelfevaluatie en praktijkonderzoek en
bewaakt dat beslissingen over onderwijs en schoolontwikkeling worden gebaseerd op
externe en interne onderzoeksgegevens.
OVERIGE OPMERKINGEN
COMPETENTIE 4
Strategieën hanteren t.b.v. samenwerking, leren en onderzoeken op alle niveaus
De schoolleider hanteert leiderschapsstrategieën die gericht zijn op het bevorderen van samenwerking, leren
van leraren en onderzoek op alle niveaus binnen de organisatie teneinde de school- en onderwijsontwikkeling
te bevorderen. Vormen van leiderschap die samenwerking, leren en onderzoek bevorderen zijn transformatief,
moreel, inspirerend, onderzoeksmatig en gedeeld leiderschap.
BEOORDELING
A
1
2
3
B
4
5
6
C
7
8
9
I.
II. III.
INTERPERSOONLIJKE COMPETENTIE
De schoolleider voert communicatieprocessen zodanig uit dat er draagvlak voor schoolontwikkeling
ontstaat.
De schoolleider heeft kennis van en inzicht in communicatieprocessen. Hij geeft deze zodanig vorm
dat zij de ontwikkeling van het onderwijs en de school bevorderen.
De schoolleider heeft kennis van en inzicht in communicatieprocessen. Hij hanteert en bevordert
deze processen t.b.v. de ontwikkeling van de grotere organisatie.
AANSTUREN VAN PROFESSIONALS
De schoolleider hanteert strategieën die de uitwisseling van kennis en informatie, teamgeest en
samenwerkingsbereidheid bevorderen en spreekt mensen aan op hun verantwoordelijkheid.
De schoolleider zet passende leiderschapsstrategieën in en schept daarmee een klimaat waarin
medewerkers gestimuleerd worden verantwoordelijkheid te nemen en waarin zij zich gemotiveerd
en gewaardeerd voelen.
De schoolleider stimuleert het situationeel toepassen van diverse strategieën voor leiderschap en
past vanuit zijn voorbeeldfunctie deze strategieën ook toe op het eigen leiderschap.
COMPETENT IN ONDERZOEK
De schoolleider stimuleert docenten om een onderzoekende houding aan te nemen met betrekking
tot hun eigen praktijk en vervult hierin een voorbeeldrol.
De schoolleider creëert een cultuur waarin docenten bereid en competent zijn om hun eigen
onderwijs en de resultaten daarvan te onderzoeken, en waarin beslissingen over onderwijs,
schoolontwikkeling en inzet/professionalisering van personeel worden gebaseerd op externe en
interne onderzoeksgegevens.
De schoolleider stimuleert, vanuit eigen onderzoeksvaardigheid, de onder hem vallende
medewerkers om sturing te geven aan praktijkonderzoek als basis voor het nemen van beslissingen.
OVERIGE OPMERKINGEN
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
6 van 11
COMPETENTIE 5
Hogere orde denken
De schoolleider analyseert zaken diepgaand op basis van adequate informatieverzameling en vanuit
alternatieve denkmodellen en brengt ze in verband met alle factoren in de bredere organisatie die een rol
spelen bij het leren van leerlingen.
BEOORDELING
A
1
2
3
B
4
5
6
C
7
8
9
I. II. III.
COMPETENT IN ZELFSTURING
De schoolleider staat open voor feedback van teamleden en leidinggevenden, reflecteert op eigen
handelen en past het handelen waar nodig aan.
De schoolleider reflecteert op het effect van zijn eigen handelen, treedt hierover in gesprek met
teamleden en collega-schoolleiders en neemt deel aan intervisiebijeenkomsten/visitatiestrajecten.
Op basis van de inzichten die dit oplevert past hij zijn handelen waar nodig aan.
De schoolleider reflecteert op het effect van zijn eigen handelen, treedt hierover in gesprek met
medewerkers en collega's en neemt deel aan bovenbestuurlijke visitaties/audits. Op basis van de
inzichten die dit oplevert, past hij zijn handelen waar nodig aan.
INTRAPERSOONLIJKE COMPETENTIE
De schoolleider kan concepten, opvattingen en praktijkervaringen met elkaar verbinden,
onderscheidt bij complexe problemen hoofd- en bijzaken en ziet verbanden, trends en patronen.
De schoolleider handelt vanuit inzicht in de samenhang tussen alle factoren (visie, gewenste
opbrengsten, omgeving van de school, wettelijke kaders en regelgeving en kenmerken van de
schoolorganisatie) die een rol spelen bij het leren van de leerlingen en leraren.
De schoolleider handelt vanuit inzicht in de complexiteit van onderwijs- en organisatieontwikkeling
en de samenhang van verschillende organisatieonderdelen.
COMPETENT IN ONDERZOEK
De schoolleider herkent mogelijke problemen of dilemma's in een vroeg stadium, analyseert ze met
behulp van onderzoeksresultaten op leerling- en schoolniveau en neemt stelling.
De schoolleider benadert onderwerpen en problemen vanuit meerdere invalshoeken, verkent
meerdere oplossingsrichtingen op basis van interne en externe onderzoeksresultaten en maakt
anderen mede verantwoordelijk.
De schoolleider benut interne en externe onderzoeksresultaten voor monitoring en
organisatieontwikkeling, benadert onderwerpen en problemen vanuit een helicopterview, en kan de
consequenties voor de langere en kortere termijn benoemen en vertalen in strategisch beleid.
OVERIGE OPMERKINGEN
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
7 van 11
DEEL 2
MARAP
DOMEIN
KRITISCHE SUCCESFACTOR
NORM
1 2 3 4
A
ONDERWIJS EN IDENTITEIT
SPO De Liemers is een toekomstgericht organisatie
1
Brede school
2
3
Schaalgrootte
Schooltijden
4
Oordeel inspectie
5
Normindicator 1
6
Normindicator 2
7
Normindicator 3
8
Normindicator 4
9
Normindicator 5
10 Normindicator 6
11 Normindicator 7
12 Normindicator 8
13 Opleidingsschool
14 Engelse taal
15 Aansluiting PO/VO
B
Alle scholen hebben een verregaande
samenwerkingsvorm met een
kinderopvangorganisatie en buitenschoolse opvang
gerealiseerd; uitmondend in een brede school, een
integraal kindcentrum of educatief centrum.
Alle scholen heb een omvang van minimaal 4 groepen
Alle scholen hebben een visie geformuleerd op
onderwijstijden. Daarbij is rekening gehouden met de
behoeften van huidige en ‘toekomstige’ leerlingen
SPO De Liemers realiseert kwalitatief hoogwaardig
onderwijs
Alle scholen van de stichting hebben een
basisarrangement toegewezen gekregen van de
inspectie
Alle scholen van de stichting hebben voldoende
eindopbrengsten
Alle scholen van de stichting hebben voldoende
tussenopbrengsten
Op alle scholen dekt het leerstofaanbod de
kerndoelen
Op alle scholen is er een leerstofaanbod gerealiseerd
passend bij de leerling-populatie
Op alle scholen waar doelgroepkinderen zijn is er een
passend aanbod Nederlandse taal gerealiseerd
14 scholen
Op alle scholen zijn de leerkrachtvaardigheden
aantoonbaar (instructie, taakgerichte werksfeer,
actieve leerlingenbetrokkenheid) op minimaal een
basisniveau
Op alle scholen is een samenhangend systeem van
genormeerde instrumenten en procedures om
vorderingen van leerlingen systematisch te volgen
aanwezig
Op alle scholen wordt de zorg planmatig uitgevoerd
10 scholen van de stichting zijn opleidingsschool
10 scholen hebben Engels opgenomen in het
curriculum vanaf groep 1
90% van de schooladviezen naar het VO blijkt in de
praktijk juist te zijn.
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
10/14 scholen
10/14 scholen
14 scholen
PERSONEEL EN ORGANISATIE
SPO De Liemers is een professionele werkgever
16 Medewerkerstevredenheid
17 Medewerkerstevredenheid
18 Ziekteverzuim
19 Gesprekkencyclus
Documentnaam
Op alle scholen geven de medewerkers hun school
gemiddeld minimaal een 2.0 score op de
driepuntschaal (norm ParnasSys)
Op alle scholen geven de medewerkers hun
onderwijskundig leider gemiddeld minimaal een 2.0
score op de driepuntschaal (norm ParnasSys)
Op alle scholen ligt het ziekteverzuimpercentage
maximaal op het landelijk gemiddelde
Op alle scholen van de stichting zijn de gesprekken
conform de gesprekkencyclus gevoerd en in ParnasSys
vastgelegd
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
pagina
8 van 11
Werknemers van SPO De Liemers zijn professionals
met passie
Alle directeuren voldoen aan geactualiseerde
bekwaamheidseisen en zijn geregistreerd in het
beroepsregister.
Alle leraren onderhouden hun bekwaamheden
systematisch en zijn geregistreerd in het
beroepsregister.
Op alle scholen beschikken de leerkrachten over een
actueel digitaal bekwaamheidsdossier
14 scholen
23 Scholingsbeleid
Minimaal 2% van de totale jaarlijkse baten wordt
besteed aan scholing en begeleiding medewerkers.
14 scholen
24 Scholingsbeleid
10% van de medewerkers is in het bezit van een HBO- 14 scholen
master of WO-master
20 Beroepsregister directeuren
21 Beroepsregister leerkrachten
22 Digitaal bekwaamheidsdossier
C
14 scholen
14 scholen
14 scholen
FINANCIËN EN BEHEER
SPO De Liemers zorgt voor financiële continuïteit
25 Exploitatie
26 Exploitatie
meerjarenbegroting
27
28
29
30
Kapitalisatiefactor
Liquiditeit (current ratio)
Solvabiliteit
Weerstandsvermogen
D
MATERIEEL EN GEBOUWEN
De exploitatie van de school blijft binnen de
14 scholen
vastgestelde begroting
Het voortschrijdend exploitatieresultaat van de school 14 scholen
over de laatste 4 kalenderjaren is minimaal € 0,De kapitalisatiefactor bedraagt minimaal 25%
De liquiditeit van de stichting bedraagt minimaal 1,0
De solvabiliteit is minimaal 40%
Het weerstandsvermogen bedraagt minimaal 10% en
maximaal 20%
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
SPO De Liemers realiseert passende huisvesting
31 Huisvesting
E
De huisvestingslasten bedragen maximaal 8% van de
begroting
14 scholen
ORGANISATIE,
COMMUNICATIE EN
SAMENWERKING
SPO De Liemers heeft tevreden ouders en leerlingen
32 Oudertevredenheid
De gemiddelde ouderscore is op alle scholen minimaal 14 scholen
2.0 op de driepuntschaal (norm ParnasSys).
33 Oudertevredenheid
De gemiddelde ouderscore op het onderdeel
14 scholen
onderwijskundig leiderschap is minimaal een score 2.0
op de driepuntschaal (norm ParnasSys)
De gemiddelde leerlingscore is op alle scholen
14 scholen
minimaal 2.0 op de driepuntschaal (norm ParnasSys)
34 Leerlingtevredenheid
35 Marktaandeel
Op alle scholen blijft het deelnamepercentage van
leerlingen binnen het voedingsgebied minimaal gelijk
14 scholen
36 Tussentijdse uitstroom
Niet meer dan 1% van de leerlingen gaat tussentijds
van school.
SPO De Liemers is een constructieve partner in de
regio
De school maakt twee keer per jaar functionele
afspraken met aanbieders van kinderopvang en
peuteropvang.
Er is een warme overdracht van voorschool en
vroegschool
De school neemt actief deel aan een warme
overdracht van het PO naar het VO.
Binnen het SWV is er meerdere keren per jaar
inhoudelijk overleg met de andere scholen
14 scholen
37 Contacten kinder- en
peuteropvang
38 Contacten VVE
39 Contacten voortgezet
onderwijs
40 Contacten SWV / scholen
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
14 scholen
14 scholen
14 scholen
14 scholen
pagina
9 van 11
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
10 van 11
DEEL 3
DOELSTELLINGEN
POP formulier
Ontwikkelingsactiviteiten
Gewenst resultaat
Ondersteuning
Looptijd en voortgang
-
Beschrijf wat je wilt bereiken
met het persoonlijk
ontwikkelingsplan.
Dat kan concreet gedrag zijn,
een certificaat of een diploma.
Welke ondersteuning ga je voor
jezelf organiseren? Dat kan van
alles zijn:
een coach, een collega, een
intervisiegroep, een persoonlijk
logboek, kijken op een andere
school.
Leg hier voorlopig vast welke
mijlpalen je ziet. Hanteer een
logboek waarin je vastlegt wat
je gedaan hebt, met wie, waar
en wanneer. Het kan gaan om
een gesprek, presentatie of
product.
-
Verdiepen / specialiseren:
(binnen mijn huidige
functie)
Verbreden / andere taak
of taken (binnen of buiten
huidige functie)
Ondertekening
Datum
Leidinggevende
Datum
Werknemer
Dit formulier wordt opgenomen in het bekwaamheidsdossier van de werknemer . Als er een beroep wordt
gedaan op bovenschools budget is een akkoord vereist van het bestuur.
Documentnaam
Beoordelingsgesprekformulier directeuren
pagina
11 van 11
Download