Polsslag 8, 10 juni 2009 Dag van de zorg Hoe kunnen we weer zorgzaam worden? Verpleegkundigen, medewerkers van de zorgadministratie en andere zorgprofessionals van het UMCG willen weer ‘ouderwets’ zorgzaam kunnen zijn, bleek tijdens de Dag van de Zorg. “Kunnen we niet gewoon vertrouwen op onze professionele deskundigheid in plaats van alles te willen vastleggen?” Zo’n 75 verpleegkundigen, zorgassistenten, medewerkers van de zorgadministratie en managers Zorg bogen zich op 12 mei over het onderwerp ‘presentie’, een nieuwe term in de zorg die te maken heeft met het geven van aandacht aan de patiënt. Bedenker Andries Baart hield zijn inleiding voor een ademloos publiek, dat kort daarvoor door Petrie Roodbol een heel andere toekomst van de zorg voorgeschoteld had gekregen: kil, afstandelijk, bureaucratisch en gedreven door protocollen en medische technologie. De zaal had gegruweld van dit gechargeerde perspectief, zo bleek tijdens de terugkoppeling aan het eind van de dag. Dat is niet waarom we destijds voor dit vak gekozen hebben, was keer op keer te horen. Waar blijft de ruimte voor het zorgzame, was de boodschap aan de Raad van Bestuur en de directeuren. Stel de mens centraal, niet het dossier “Deze dag ging over wat we kwijtgeraakt zijn als gevolg van opgelegde protocollen en de grote aandacht voor dossiervorming en administratie”, vatte een deelneemster de workshop ‘Presentie in de zorgpraktijk’ samen. “Zorg gaat om mensen en niet om de dossiers. Dit gevoel moeten we hervinden en ziekenhuisbreed oppakken. Het UMCG heeft een cultuuromslag nodig. Raad van Bestuur: graag breed aandacht voor presentie!” “Dankzij de presentietheorie mogen we weer lief, aardig en zacht zijn, maar dat heeft toch altijd gemogen? Aandacht geven en betrokkenheid tonen is ons grootste doel, maar dat raakt ondergesneeuwd omdat het werk teveel gaat over cijfers, productie en prestatie-indicatoren. We hebben ook behoefte om als zorgprofessionals zelf meer zorg te ontvangen, Raad van Bestuur”, was de conclusie van de workshop ‘Ja maar, over weerstanden bij verandering’. Eva Danchell, manager Zorg bij Neurochirurgie en een van de organisatoren van de Dag van de Zorg voegde daar aan toe: “Het is nodig dat zorgverleners, managers en bestuurders dezelfde taal gaan spreken. We moeten zoeken naar wat ons bindt, zodat we elkaar onder moeilijke omstandigheden kunnen blijven ondersteunen.” En ze vroeg namens de zaal aan de Raad van Bestuur en de directeuren: “We hebben lang gepraat over de patiënt centraal, gemotiveerde medewerkers, ketenzorg en cohesie. Het is nu nodig om deze begrippen in de praktijk te brengen. Ook in de organisatie gaat het om medemenselijkheid, samenwerking en gewoon persoonlijk contact.” Leiderschap is voorwaarde, zegt RvB “Wat u zegt, herkennen wij”, antwoordde Raad van Bestuur-lid Frans Jaspers op de kritiek van de zorgprofessionals. “Goede zorg is naastenliefde én je vak verstaan.” Hij liet zien hoe men dat op RvB-niveau ziet. “We focussen als ziekenhuis op Healthy Ageing. Dat lijkt tot nu toe vooral over onderzoek te gaan maar het gaat ook over basale professionaliteit. We moeten meer aandacht hebben voor goede zorg aan kwetsbare mensen, een groot aantal van onze patiënten — de ouderen - behoort tot deze groep.” Zonder bureaucratie gaat het echter niet, aldus Jaspers. “Door de buitenwereld worden we hard afgerekend op dossiers en administratie. Vorig jaar kregen we van de inspectie hierop nog een dikke onvoldoende.” Goed leiderschap van het eerstelijns management, zoals regie- en hoofdverpleegkundigen, moet er volgens hem voor zorgen dat zorgprofessionals ondersteuning en waardering krijgen voor de menselijke én de technische kwaliteit van de zorg. Jaspers deed de toezegging dat de verpleging en de zorgadministratie betrokken zullen worden bij de ontwikkeling en inrichting van het praktische zorgbeleid, voorvloeiend uit Healthy Ageing.