De onafhankelijkheid van Suriname en de Nederlandse Antillen. Alles veranderde na de oorlog In de Tweede Wereldoorlog bleven Suriname en de Nederlandse Antillen vrij. Ze steunden Nederland door soldaten van hun landen naar Nederland te sturen . Ze zorgden ook voor grondstoffen die belangrijk waren voor de oorlog. De band tussen Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen veranderde totaal na 1950. Nederland bleef wel de baas, maar de bewoners mochten voortaan zelf over hun land regeren. De mensen kregen ook kiesrecht. Deze afspraken werden in 1954 opgeschreven in een soort grondwet. Het statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden heet dat. Suriname wilde zelfstandig worden Nadat steeds meer landen in Afrika en Azië onafhankelijk werden, wilden steeds meer Surinamers dat ook. Het was begin jaren zeventig en Suriname wilde ook onafhankelijk worden. Ze wilden alles zelf regelen, en niet een deel van Nederland zijn. En Nederland vond dat goed. 1 Nederland zou Suriname nog lang helpen De minister-president van Nederland wou samen met de minister-president van Suriname een wet maken voor Suriname. In de Surinaamse regering zaten verschillende partijen. Niet elke partij was het eens met de wet. De ene partij vond het een goed idee en de andere niet , maar op 25 november 1975 was het zover. Iedereen was het ermee eens en Suriname werd onafhankelijk. Nederland beloofde Suriname nog heel lang extra geld te geven voor de ontwikkeling van het land. Je moest kiezen: was je Nederlander of Surinamer? De tijd voor de onafhankelijkheid was spannend. In Suriname wonen veel verschillende volken en de mensen wisten niet hoe de onafhankelijkheid zou verlopen. Ze waren er niet zeker van dat de toekomst van hun land beter zou gaan. En dat ze moesten kiezen tussen Surinamer of Nederlander zijn, vonden ook veel mensen moeilijk. Door dit alles vertrokken rond 1975 meer dan 130.000 Surinamers naar Nederland. 2 De Nederlandse Antillen houden op te bestaan De afspraken tussen Nederland en de Antillen bleven nog lang zoals ze in 1954 waren afgesproken. Aruba kreeg in 1986 een 'Status Aparte'. Het is vanaf 1996 een zelfstandig land geworden. Sinds 2005 is ook met de andere eilanden gepraat over een nieuwe regeling. Op 10 oktober 2010 werd het de grondwet aangepast. De Nederlandse Antillen hielden op te bestaan. Curaçao en Sint Maarten zijn nu zelfstandige landen. De eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba horen nog wel bij Nederland. Ze zijn een soort gemeentes van Nederland. Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat sinds 10 oktober 2010 dus uit vier landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Geschiedenis en de talen zorgen voor een sterke band Nederland heeft nog steeds een sterke band met Suriname, Curaçao, Aruba, Sint Maarten en de BES-eilanden(de BES eilanden zijn Bonaire, Sint Eustatius en Saba) . In deze landen wonen veel verschillende volken, ook Nederlanders. Hoe anders ze allemaal ook zijn, er is veel wat er voor zorgt dat ze een band hebben. De lange geschiedenis samen, families die hier en daar wonen en de taal die ze spreken. Want hoeveel talen er ook worden gesproken, Nederlands is de taal die het meest wordt gesproken. Zijn er nog vragen Door Joris en Nils 3 4