netwerk Ons brein is een netwerk van microprocessoren Prof. dr. Christine Van Broeckhoven doet baanbrekend onderzoek naar genetische basis van ziekte van Alzheimer ! Van onze hoofdredacteur Prof. dr. Christine Van Broeckhoven ANTWERPEN. Genen zijn de dragers van de erfelijke eigenschappen van de mens en wetenschappers willen de functie van elk gen in kaart brengen. De hersenen bepalen voor een groot deel onze mogelijkheden, onze beperkingen en ons karakter. Hersenonderzoek gaat niet enkel over de oorzaak van hersenziekten, maar geeft ook een antwoord op de vraag ‘waarom we zijn zoals we zijn’. In die onderzoeksdomeinen is Christine Van Broeckhoven een autoriteit. Ze is professor in moleculaire biologie en genetica aan de Universiteit Antwerpen en directeur van het departement voor Moleculaire Genetica van het Vlaams Instituut voor “Ik studeerde biochemie, een discipline die de samenstelling en samenwerking onderzoekt van chemische processen die aan de basis van het leven liggen. Bio komt van het Griekse woord ‘bios’, dat ‘leven’ betekent. Biochemie is een wetenschap die uit de scheikunde en de biologie is ontstaan. De biochemie tracht op het niveau van de moleculen inzicht te krijgen in de organisatie, de structuur en de werking van het levend materiaal. Biochemische processen zijn onder meer het omzetten van erfelijke informatie in eiwitten. De processen worden in de levende cellen aan de hand van het DNA, het RNA en de eiwitten bestudeerd. Daarmee wil men de werking van een cel en zijn interactie met andere cellen in een orgaan, zoals de hersenen, doorgronden.” “Vandaag is daarover nog maar weinig concreets bekend. Ik ben dus een wetenschapper en moleculaire geneticus. Geen arts. Wel kan ik op basis van mijn wetenschappelijke kennis advies geven en dat doe ik ook op vele lezingen, ook voor mensen die niet wetenschappelijk gevormd zijn. Daar voel ik me goed bij, temeer omdat wetenschap geen kwakzalverij is. De genetica (de leer over de erfelijkheid) wordt als ingangspoort voor de biologie van ziekten gebruikt. Dat draagt bij tot een betere therapie. Toen ik naar het domein van de moleculaire biologie overstapte, stond die studierichting in ons land nog in haar kinderschoenen.” Biotechnologie (VIB) aan diezelfde universiteit. Ze is niet enkel bekend voor haar baanbrekend onderzoek naar de genetische basis van alzheimerdementie en Baanbrekend In ons land staat professor Van Broeckhoven vooral bekend voor haar baanbrekend onderzoek naar de genetische basis van de ziekte van Alzheimer. andere subtypes van dementie, maar algemeen voor haar bijdragen aan de neuropathologische geneeskunde. In haar onderzoeksdomeinen behoort ze tot de wereldtop. In Antwerpen spraken we met haar over onze hersenen, de “Het is correct om mij te associëren met het genetisch onderzoek naar de ziekte (dementie) van Alzheimer. Het woord dementie komt van het Latijnse dementia. Het voorvoegsel ‘de’ staat voor ‘ont’, het substantief ‘mens’ voor geest. Dementie betekent ‘ontdaan van geest’. Het is geen ziekte op zich, maar een verzamelnaam voor meerdere ziekten. Dementerende mensen behouden hun bewustzijn. Ik ben ook op andere onderzoeksterreinen bezig die de geest aanbelangen, zoals manisch-depressieve psychose en andere zenuwziekten. Met mijn onderzoeksgroep doe ik al bijna 30 jaar erfelijkheidsonderzoek naar neurodegeneratieve zenuwziekten.” basis van een Alzheimer complex mensenleven. I-mag februari 2012 “Alzheimerdementie is een ouderdomsziekte. In de leeftijdsgroep 60-65 jaar lijdt er ongeveer 1 op 100 mensen aan. In de 85+-groep is dat 1 op 4. Dementie zoals alzheimer is niet het gevolg van ouderdom, maar het gaat samen met de veroudering van de hersenen. Het primaire probleem bij dementie is het verlies van het geheugen en van het verstandelijk 30 Christine Van Broeckhoven (°Antwerpen, 1953) is master in de biochemie (Universiteit Antwerpen), doctor in de moleculaire biologie (PhD) en hoger geaggregeerde in de moleculaire genetica (DSc). Drie jaar na haar doctoraat ging ze als werkloze wetenschapper onbetaald aan het werk en stampte ze eigenhandig haar eigen onderzoeksgroep naar de genetische oorzaken van degeneratieve zenuwziekten uit de grond. Ze behaalde talrijke wetenschappelijke prijzen en onderscheidingen. In 1993 kreeg ze onder meer de Amerikaanse Potamkin Prize van de American Academy of Neurology. Ze is buitengewoon hoogleraar Alzheimer-onderzoek aan de universiteit van Leiden. Ze is meter van de Vlaamse AlzheimerLiga en voorzitter van de wetenschappelijke adviesraad van de Belgische Stichting voor Alzheimer-onderzoek. In 2009 kreeg ze voor haar maatschappelijke inzet het ereteken van Ridder in het Légion d’Honneur, de hoogste Franse onderscheiding. Ze werkte mee aan talrijke internationale wetenschappelijke publicaties. In 2011 kreeg ze van het Europees Octrooibureau de European Inventor Award voor haar Alzheimer-onderzoek. cellen. Het geheugen wordt niet op één plaats maar op meerdere plaatsen opgeslagen, vergelijkbaar met een back-up in computertermen.” Collectie hersenen De hersenbank van het Instituut BornBunge is het studieobject van Christine Van Broeckhoven. “In 1930 begon men voor wetenschappelijk onderzoek een collectie hersenen aan te leggen. Het instituut dat die collectie beheert, werd genoemd naar de rederijfamilies Born en Bunge, omdat zij het hersenonderzoek financieel ondersteunden. De hersenbank bevat honderden herseNL nen, bewaard op sterk water. Het initiatief voor het Instituut BornBunge en de hersenbank kwam van de neuroloog en befaamde wetenschapper Ludo Van Bogaert. Als ik een pionier ben geworden in de opsporing van erfelijke factoren voor Alzheimer, dan heb ik dat grotendeels aan hem te danken, want hij was een pionier in het hersenonderzoek.” functioneren. Ook andere aspecten aan de ziekte hebben te maken met bijvoorbeeld onze motoriek, het besturingsapparaat dat minder goed gaat functioneren. De problemen met de hersenfuncties ontstaan, als hersencellen door de ziekte massaal afsterven. Daarom spreken we van neurodegeneratieve hersenziekten. Geestesziekten, zoals dementie, worden beschouwd als de ziekten van deze eenentwintigste eeuw.” Menselijk brein Het menselijk brein is voor Christine Van Broeckhoven een passie, een boeiend maar complex orgaan. Het brein weegt gemiddeld 1,5 kilogram. Het is opgebouwd met een honderd miljard neuronen. Een hersencel is bovendien de enige cel in het menselijk lichaam die uitlopers heeft. Die zijn te vergelijken met de tentakels van een inktvis. De ene uitloper ontvangt signalen, de andere stuurt informatie uit. Maar niet alle hersencellen functioneren op dezelfde manier. Ze hebben elk een specialiteit waarbij de eiwitten een belangrijke rol spelen. Eiwitten zijn grote moleculen die bepaalde chemische reacties kunnen uitvoeren. Ze worden op basis van het DNA in de cel aangemaakt.” Oorzaken “Hersenveroudering en de ziekte van Alzheimer hebben dus veel met elkaar gemeen. Leeftijd is een belangrijke risicofactor voor dementie. De bevolking vergrijst en daarvoor betalen we een prijs ook inzake onze gezondheid. Dat is niet nieuw. De aftakeling van het geheugen is al langer bekend. Dat hersencellen bij een dementieproces afsterven, kan verschillende oorzaken hebben. De meeste daarvan zijn nog niet bekend. Tot op vandaag is er geen behandeling of medicatie om de ziekte te vertragen, te stoppen of te voorkomen.” “Een hersencel is een functioneel onderdeel van het informatienetwerk dat onze hersenen zijn. De hersencel heeft een geheugen, een huidcel of bloedcel niet. Huidcellen en bloedcellen hebben ook een kort leven: ze leven, sterven en worden vernieuwd. Het brein neemt waar, stuurt aan, controleert en verwerkt informatie. De hersenen van een alzheimerpatiënt krimpen en vertonen grote ‘gaten’. Toen ik in 1983 met mijn toenmalige Laboratorium voor Neurogenetica aan het genetisch onderzoek van zenuwziekten begon, stond de moleculaire genetica nog in haar kinderschoenen. Eerst stak ik bij drie vooraanstaande internationale pioniers mijn licht op, want ik wou weten hoe men een excellent laboratorium op internationaal niveau opzet. Ik bezocht de universiteit van Leiden waar men de spierziekte van Duchenne onderzocht, die van Londen voor onderzoek naar mucoviscidose of taaislijmziekte en die van Bosten voor de ziekte van Huntington.” Geheugen Hoe omschrijft professor Van Broeckhoven het geheugen? “Het is niet eenvoudig om het te omschrijven. Over het algemeen wordt het geheugen geassocieerd met hetgeen we weten. Dat is het kennis- en feitengeheugen, maar er bestaat ook zoiets als een persoonlijk geheugen, dat persoonlijke ervaringen en gegevens opslaat. Geheugen wordt in onze hersenen opgeslagen. Die bestaan uit ongeveer honderd miljard hersencellen of neuronen. De neuronen doen het werk. Ze communiceren op basis van elektrische en chemische signalen. In de ‘antennes’ van de hersencel worden elektrische signalen omgezet in chemische en doorgegeven aan een volgende cel die hen weer omzet in een elektrisch signaal en zo verder van cel tot cel. Elk neuron maakt contact met duizenden andere neuronen. In dat neuronale netwerk ligt ons geheugen opgeslagen in groepen van cellen. Onze hersenen functioneren zoals een biologische supercomputer die informatie opslaat en gebruikt om er bewerkingen mee te doen, zoals bv. rekenen. Je kunt het vergelijken met een netwerk van microprocessoren. De hersencapaciteit wordt niet bepaald door het aantal neuronen, maar door het aantal ‘verbindingen’ tussen de hersen- Als directeur van het departement voor Moleculaire Genetica heeft prof. Van Broeckhoven de leiding over ruim 100 mensen en vijf onderzoeksgroepen rond manisch-depressieve psychose, epilepsie, ziekten van het perifere zenuwstelsel en de spieren. Haar eigen onderzoeksgroep onderzoekt zeer specifiek de neurodegeneratieve hersenziekten zoals de ziekte van Alzheimer, frontaalkwabdementie en de ziekte van Parkinson. 31 I-mag februari 2012 Genieten “Als vrijzinnige humanist ben ik fundamenteel geïnteresseerd in het gedrag van de mens. Al wie ik ontmoet, is voor mij een braakliggend terrein, wat hij of zij in het beroepsleven ook moge doen. Veranderingsprocessen, zoals de aftakeling van de geest, zijn iets vreselijks. Wie door geheugenverlies de communicatie met de medemens verliest, verliest ook deels zijn persoonlijkheid. Het leven vindt daarom ‘in het heden’ plaats. Er is niets ná en ook niets vóór het heden van een mens. Ieder mens moet dus ten volle en op een gezonde manier genieten van het leven dat hem wordt gegeven. Vaak ziet men dat te laat in, bijvoorbeeld als de dementie al is toegeslagen. Dat schudt een mens totaal dooreen. Dat is vreselijk. Ik functioneer eerder cerebraal en heb weinig belangstelling voor de materialistische aspecten van onze samenleving, maar er zijn mensen die daar helemaal anders over denken. Iedere mens staat voor mij centraal.” “Alzheimerdementie is een ouderdomsziekte die zich vanaf de leeftijd van 60-65 jaar aandient in onze samenleving. Bij sommige mensen kan de ziekte van Alzheimer ook voor de leeftijd van 60 jaar optreden, maar dat is zeldzaam. Dan spreken we van jongdementie en de symptomen worden meestal zichtbaar tussen 40 en 60 jaar. De vergrijzing van onze samenleving is groter dan in de vorige eeuw. Vooral een betere gezondheidszorg is daar verantwoordelijk voor. Meer mensen bereiken de leeftijd van 65 jaar en binnen de groep van 65-plussers worden mensen ook almaar ouder. We worden dus eveneens geconfronteerd met een vergrijzing binnen de vergrijzing. Vandaag honderd jaar worden is niet meer ongewoon. Naast de ziekte van Alzheimer zien we ook meer en meer patiënten met de ziekte van Parkinson, ook een neurodegeneratieve hersenziekte. Parkinson heeft een uitwerking op de motoriek, eerder dan op het verstandelijk functioneren. Twee eeuwen geleden stonden infectieziekten vooraan in het onderzoek, in de vorige eeuw waren dat de kankers en bloedvatziekten. De geneeskunde gaat sterk vooruit, mede dankzij de technologie en daar liggen ook ingenieurs aan de basis.” Erfelijke dementie Als ouders een DNA-fout doorgeven aan hun kinderen, spreekt men van een erfelijke ziekte. De eigenschappen van de mens liggen in de erfelijkheid besloten. “Erfelijke DNA-fouten komen enkel voor bij patiënten met jongdementie voor de leeftijd van 60-65 jaar. De erfelijke dementie wordt volgens een vast patroon doorgegeven van generatie tot generatie, samen met een fout in het DNA. In een familie met een erfelijke dementie heeft een I-mag februari 2012 kind van een zieke ouder een kans van 50% om de ziekte over te erven. In de al zeldzame groep van patiënten met jongdementie draagt maar 1 op 10 een erfelijke fout. Genetisch risico dementie. Zowat honderdvijftigduizend hebben de ziekte van Alzheimer. Voor hen is er nog geen medicatie die het ziekteproces of dus het afsterven van de hersencellen kan afremmen. Kan Prof. Van Broeckhoven ons advies geven? “Bij de meeste alzheimerpatiënten bestaat er geen eenvoudige overerving. Het onderzoek naar de ziekte van Alzheimer was de afgelopen jaren vooral een genetische zoektocht. Het verouderingsproces van de hersenen is bovendien een complex gegeven. Ondanks de vooruitgang van het wetenschappelijk onderzoek blijft de ziekte van Alzheimer ongeneeslijk. Bij de behandeling stelt men vandaag twee doelstellingen voorop: de gedragsstoornissen bestrijden en het geheugen (tijdelijk) verbeteren. “Laten we duidelijk zijn: dementie kan niet vermeden worden door enkel het geheugen actief te trainen door veel te studeren, veel te lezen of door kruiswoordraadsels op te lossen. Tegen dementie is tot op vandaag geen preventieve bescherming mogelijk. Wetenschappers die met alzheimerdementie bezig zijn, erkennen de complexiteit van de ziekte: het is geen eenvoudige ziekte. Als wetenschapper moet je optimistisch zijn en blijven. Je moet er zelf van overtuigd zijn dat Alzheimer en Parkinson ooit te behandelen zullen zijn. Je moet erin blijven geloven. Het wetenschappelijk onderzoek naar geneesmiddelen is volop bezig, ook in ons land. Maar dat onderzoek vraagt veel tijd en kost heel veel geld. Om te voorkomen dat men vroeg dementeert kan men wel al investeren in het actief blijven op lichamelijk en geestelijk vlak door sociale contacten te onderhouden en door te bewegen. Daarvoor kan men optimaal deelnemen aan het verenigingsleven.” Depressie Slechte zaak Bij depressieve mensen is de emotionele huishouding in de hersenen uit evenwicht. In die huishouding spelen neurotransmitters een belangrijke rol: het zijn chemische stoffen die de signalen van de ene naar de andere hersencel overbrengen. Een tekort aan bepaalde neurotransmitters ligt mee aan de basis van een depressie. Op basis van die kennis ontwikkelde men onder meer antidepressiva. Maar men moet opletten met die medicatie, want ze kan emotie uitvlakken en emotie en creativiteit gaan vaak samen. In het verleden worstelden heel wat creatieve geesten met een depressie: Isaac Newton, Ludwig van Beethoven, Robert Schumann en anderen. Ook Christine Van Broeckhoven ging op het hoogtepunt van haar professionele loopbaan, in 1992, door een ernstige depressie. “Dementie zoals Alzheimer wordt vandaag als ziekte erkend. Vroeger niet, want toen dacht men dat seniel of kinds worden een onvermijdelijk onderdeel was van het verouderingsproces. Van een ziekte verwacht men dat men ze ooit kan genezen of efficiënt behandelen. Door de nadruk te leggen op de toename van het aantal patiënten met dementie in de vergrijzing is er een angstpsychose ontstaan. Toen ik als jonge wetenschapper met mijn onderzoek begon, wist zo goed als niemand wat de ziekte van Alzheimer was. Iedereen weet er vandaag wel iets over, de een al wat meer dan de andere. Daarop wordt ingespeeld door onder meer allerlei soorten voedingssupplementen aan te prijzen als wondermiddelen tegen dementie. Daarvoor bestaat evenwel geen afdoend wetenschappelijke bewijs. Daarom ben ik tegen de vermarkting en de commercialisering van de vergrijzing van de bevolking.” Bij patiënten met ouderdomsdementie na de leeftijd van 60-65 jaar, draagt het genetisch risicoprofiel bij tot het dementierisico. Het risicoprofiel bestaat uit meerdere kleine wijzigingen of ‘schrijffouten’ in het DNA, die het risico op dementie verhogen bovenop het ouderdomsrisico. Dragers van die ‘schrijffouten’ hebben dus een hoger risico om op oudere leeftijd dementie te ontwikkelen. Actieve hersenen In ons land zijn er naar schatting bijna tweehonderdduizend mensen met 32 Tekst en foto’s: Ing. Noël Lagast MSc