Bijeenkomst 16-09-2015 Drs. Martin R. van Gennep Veroudering : een kwestie van evenwicht Gerontologie= de leer van het ouder worden Geriatrie = meerdere verouderingsziekten en langdurig, vaak multidisciplinaire aanpak nodig. Wat is verouderen? - Levende materie - Universeel - Intrinsiek , voltrekt zich altijd - Progressief - Irreversibel het is onomkeerbaar - Aflopend We weten ook nog niet precies hoe het werk, intrinsiek en extrinsieke factoren die meespelen. Theorieën: - Genetisch Het zit gewoon in ons als soort, het zit in ons genetisch materiaal. - Stochastisch toeval Vrije radicalen theorie = je gaat dood aan het gene wat je het meeste nodig hebt = als een electron niet gepaard is in de schil van een atoom. Zuurstof is ook zo’n vrije electrone. Zuurstof beschadigd veel in het lichaam, bv. de pacemaker cellen in het hart. Daarom zoveel ritmestoornissen bij oude mensen. Ook de huid, door UV straling en blootstelling aan schadelijke. Het lichaam heeft er een eigen oplossing voor = anti-oxidanten. (toevoeging geeft geen extra waarde) - Orgaan Het immuunsysteem veroudert ook. Principe van veroudering = schade aan een cel onherstelbaar daardoor gaat de cel dood - Overig Hayflick= Op het moment dat een cel zich deelt, beschadigd elke keer het/een allel , dat wordt deels hersteld. Dat een cel zich maar tot x aantal keer kan delen, maximaal. Telomerestorase in cel cel deling kan dan veel vaker. Verouderen - Wat is nu waar? - Interne, externe, ziekte factoren o Externe factoren kunnen wel beïnvloed worden - Kunnen wij zelf invloed uitoefenen op hoe oud we worden? - Verschil gerontologie en geriatrie Typische geriatrische problemen - Multiple pathologiën - Cascade breakdown - Verminderde homeostase o Evenwicht tussen het positieve en negatieve in het lichaam. Bv. de pH waarde in het bloed, of hoeveelheid kalium op het gebied van hartweefsel. o Bij oudere mensen wordt het steeds moeilijker om het evenwicht te behouden. Als de homeostase helemaal faalt ga je dood. - Verminderde adaptie en belastbaarheid o Je past jezelf steeds aan. - Verminderde reservecapaciteit o Hoe jonger je bent hoe meer reserve capaciteit je hebt. Op ‘deze’ leeftijd (20) zou je zelf een aantal organen kunnen missen. Hoe ouder je wordt hoe minder de reserves wordt. - Veranderingen in cellen, weefsels en organen Ouderen passen zich aan bovenstaande aan -> vertrekken bv vroeg naar de bus omdat ze niet kunnen rennen als ze te laat zijn. Het lichaam past zich aan op de verminderde reserves e.d. Heupfractuur buiten het kapsel gaat er meestal een pin in. De voedingstoestand van de kop is dan nog steeds in tact. Heupfractuur binnen het kapsel dan is de voedingstoestand van de kop verstoord. Er kan dan geen pin in, want dan gaat het necrotiseren. Er wordt dan een nieuwe heup kop ingezet (kop hals prothese) en soms een total hip. snelle revalidatie De casus Geriatrische client met pneumonie en delier Door leeftijd is er al minder zuurstof, en minder bloed. De hersenen hebben echter wel nog even veel zuurstof nodig als bij een jong mens. Die nemen ook veel. De nieren zijn altijd de sjaak en krijgen het minst zuurstof. Het bloed wordt minder goed gefilterd en het bloed wordt vervuild. Dit komt in de hersenen, en dan heb je een delier. Cascade breakdown effect Medicatie slaat anders aan vaak minder nodig. Ziekte presentatie van ouderen is heel anders als bij jonge mensen. Als jongeren een depressie hebben bv. slaat hij er behoorlijk in. Bij ouderen is die vaak gemaskeerd. Als er geestelijk, lichamelijk of sociaal iets gebeurd, heeft dat een veel grotere impact op de andere gebieden. Verander in spieren door veroudering: - Post mitotische cellen spiercellen delen niet meer. Er komen geen nieuwe spiercellen bij. Als hij dood is is hij weg. - Aantal en grote – De kracht van de spier hangt af van zijn doorsnede. Kracht neemt af met leeftijd. Mensen kunnen minder krachten genereren. - Capilairen per m.u. – Hoeveelheid bloed voor de motor units is minder. Ze hebben minder energie, kunnen daardoor minder kracht genereren. - Myosine ATP-ase activiteit – Myosine ATP-ase zorgt dat er energie geleverd kan worden, dit stofje neemt af. Is voor de ‘duur’ spieren. - Geleidingsnelheid zenuwen – - Type I vezels 40% 50% - ATP – - Resynthese creatine fosfaat – o Creatine Fosfaat neemt af. Dit is voor de ‘snelle’ spieren, deze nemen langzamer af dan de langzame spieren. o Aan creatine zit een grens. - Eindplaatpotentiaal – Daling VO2 max tijdens veroudering - Maximumcapaciteit - Adaptievermogen - VO2=hf x sv x Δ a(- vO2) - HF (hartfrequentie) max – - Sv (slag volume) max – De VO2max of het maximale zuurstofopnamevermogen is het maximale volume (V) zuurstofgas (O2) dat het menselijk lichaam per tijdseenheid kan transporteren en metaboliseren bij lichamelijke inspanning, gemeten op zeeniveau. De waarde van de VO2max is een indicatie van iemands fysieke conditieniveau. De VO2max wordt uitgedrukt in een absolute waarde van aantal liters zuurstof per minuut (l/min) of een relatieve van aantal milliliters zuurstof per kilogram lichaamsgewicht per minuut (ml/kg/min). De laatste methode wordt vaak gebruikt om het uithoudingsvermogen van atleten onderling te kunnen vergelijken. Je uithoudingsvermogen bepaalt of jij wel of niet zonder hulp van a naar b komt. Het uithoudingsvermogen bepaalt alles. Maximale uithoudingvermogen wordt bepaald door de hoeveelheid die je kan opnemen in je bloed. Het mooie is dat je uithoudingsvermogen en je kracht kan trainen. Door te bewegen wordt je jonger. Er is geen reden om ouderen niet te trainen op deze gebieden. Hart en vaten - Hf 220 – leeftijd - HMV – - Bloeddruk vaak + - Minderbloed en andere verdeling - Weerstand vaten wordt groter door verkalking, daardoor wordt de bloeddruk wat hoger - Sensoren aorta boog kan wel 20 sec duren voor dat het signaal door is gekomen. Orthostatische hypotensie. groter valgevaar - Minder reactie op belasting - Duurt langer voordat hart max bereikt hart reageert wat langzamer, duurt langer voor ze warm zijn. - Pacemaker cellen – Longen en thorax - Calcificatie ribben en wk, intersotaalmusc - Restvolume + - Zie BB Temperatuur en regulatie - Hypothalamus minder gevoelig feedback - Hier centrum voor temp regulatie - Probleem bij reactie op omgevingstemperatuur en inwendige temperatuur veranderingen. Herstel periode is dan groter. Mensen voelen minder dorst. Lichaam reageert minder goed op warmte. Centraal zenuw stelsel - Minder neuronen en minder werkzaam - Amyloid slaat neer in de hersenen, plaques - Degeneratie hypocampus – geheugen, motivatie/wil. Bij oudere mensen gaat er heel zachtjes wat vergeetachtigheid ontstaan, Neurotransmitors – dopamine parkinson Geleidingssnelheid (Achterstreng) het gevoel, kan van invloed zijn op het valrisico Diversen - Bot osteoporose - Zintuigen ogen zijn vaak minder goed Hoge tonen worden vaak minder goed gehoord. - Bindweefsel - Inwendige organen Beïnvloedbaar: VO2 max Kracht Hmv -> hart minuut volume Amv -> adem minuut volume Reactiesnelheid Balans Niet beïnvloedbaar - Haar - Hf max wordt minder hart frequentie wordt minder Dementia Letterlijke betekenis is ontgeesting Wat is geest? En wat is dan ontgeesting? Wat je ziet bij evolutie nieuwe systemen op oude systemen geplakt Op het ruggenmerg komt bv de hersenstam blabla Reflexen zitten in de ruggenmerg, bewustwording gebeurt met de hersenschors. Feit of je waakt of slaapt zit in de hersenstam, zo ook regulatie centra als temperatuur Dementie zijn twee typen - Aandoeningen in hersenschors (alzheimer) onomkeerbaar proces - Aandoeningen net onder de schors Geheugen - Korte termijn geheugen in de hippocampus 30 seconden o Als je je bewust wordt van je korte termijngeheugen en je wilt het gaan onthouden dan prent je het in op je lange termijn geheugen. - Lange termijn geheugen overal verspreid over de schors - Werk geheugen zit frontaal - Sensorisch geheugen door te voelen weet je wat iets is is maar 2/3 seconden - Motorisch geheugen - Vooraan in de hersenen zit de bewegeging - Afstemming en fijne motoriek zit in de kleine hersenen Mensen met dementie hebben inprentingsproblemen . Mensen met dementie kunnen het nog wel inprenten, maar ze kunnen het niet uit de ‘kast’ halen. Als je af en toe geluk heb komt een herinnering terug, dan vinden ze het bij toeval. Maar er lopen ook beestjes in de kast die vreten die dingen op. Dementie DSM IV, 1994 - Afasie, agnosie, logisch denken en plannen - Problemen met geheugen - Niet psychiatrisch - Helder van geest - Het verstoord hun dagelijks leven totaal Syfilus kan je dementie van krijgen Ziekte van Lyme dementie Dementie bij ziekte van Parkinson Paratonie verhoogde spierspanning, lijkt spasme maar het is het niet. Ziekte van Pick frontotemporaal geen ontremming NOVA uitzendingen over dementie en het krijgen van de diagnose Oorzaken van Alzheimer - Plaques in delen van de hersenen - Neuron ontvangt informatie van andere cellen via dendrieten en geeft informatie af a.d.h.v. axonen. Bij mensen met alzheimer gaat het eiwit in de synapitsche spleet vast worden ipv vloeibaar. Het eiwit slaat ook neer in de cel. De overdracht wordt volledig stil gelegd. Cel gaat - - niet dood, maar er vind atrofie plaats. Netwerk van neuronen zijn herinneringen. Door alzheimer worden alle connecties minder. Hierdoor vallen functies weg. Bij mensen met dementie is er een bepaalde mate van achteruitgang. Eerst temporaal, de hippocampus (geheugen functies) en het volgende is de frontale functies (planning, werkgeheugen, remming) Eerste wat weggaat is tijdsbesef, dan waar men is en dan de personen die achteruit gaan. Herkennen van gezichten is pas later in de dementie dat mensen niet meer herkend worden. Het tempo-oxicotale gebied. Door atrofie worden de ventrikels erg groot. Gewicht van het brein neemt af. Alzheimer – gaat geleidelijk steeds slechter- door de dag heen hetzelfde, VAsulcair – gaat een tijd het zelfde, dan neemt het weer af, ook door de dag veel wisselingen Sub corticale beelden (alzheimer en parkinson) – motoriek gaat erg snel minder Bij coritaal (pick, frontaal) is de beweging eerst goed Bij vasculair is het afhankelijk van waar de bloedingen hebben plaatsgevonden Fases: (m.n. alzheimer) er zijn verschillende indelingen - Mate van het ziektebeeld (milde, of matige, of zeerernstige) - Feil (1989) o 1.fase waarin mensen langzaam dingen gaan vergeten, in deze fase komen emoties erg naar voren. Mensen hebben het hier erg moeilijk. Fases van terugkomen van herinneringen worden steeds minder. o 2.Gedesorienteerd in tijd herbeleven dingen van vroeger o 3. Repetive motion het brein heeft stimulatie nodig, mensen die hele dag wrijven of lopen bv. o 4. Vegetatie – mensen in de foetus houding