Werkblad De Romeinse Limes Romeinen in ons land A. Wanneer waren de Romeinen in ons land? Kleur het goede tijdvak in op de tijdbalk hierboven. Een Romeins legerkamp B. De grens van het Romeinse rijk, de Limes, liep dwars door ons land. Welke rivier vormde de noordgrens van het Romeinse Rijk? Kleur het A. Langs de grens bouwden de goede bolletje in. Romeinen forten, wachtposten en 〇 De Waal 〇 De Rijn 〇 De Maas 〇 De IJsel C. Deze rivier was niet alleen de grens. Waarvoor werd de rivier nog meer gebruikt? ............................................................ ............................................................ legerkampen om hun rijk te verdedigen. Hiernaast zie je een tekening van het grootste Romeinse legerkamp in Nederland. Kun jij de vragen die eronder staan maken? B. De Romeinen bouwden het kamp op een slimme plek. Leg uit! ................................ ................................ ................................ ................................ ................................ ................................ ................................ ................................ ................................ Hoe heette dit grootste Romeinse legerkamp in Nederland? ............................................................ Welke stad ligt tegenwoordig op de plek van het kamp? ............................................................ De Romeinen bouwden het kamp voor 2 legioenen. Hoeveel soldaten waren dat? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ................................ Werkblad De Romeinse Limes Het Romeinse leger A. De Romeinen hebben een sterk leger. Wat weet jij over het Romeinse leger? Streep door wat fout is. Titel Het Romeinse leger is het eerste goed georganiseerde beroepsleger. waar/niet waar Als soldaat in het Romeinse leger had je het heel slecht. waar/niet waar Er zaten ook veel Bataven in het Romeinse leger. waar/niet waar De Bataven kwamen tegen de Romeinen in opstand omdat ze te weinig betaald kregen. waar/niet waar De leider van de Bataafse Opstand heette Julius Cesar. waar/niet waar Na een paar maanden worden de Bataven door de Romeinen verslagen. waar/niet waar B. Kun jij bij de Romeinse soldaat op de lijntjes zetten wat hij aan heeft? Veel geleerd! A. De mensen hier leerden veel van de Romeinen. Het belangrijkste is misschien wel dat ze leerden lezen en schrijven. Veel woorden die we nog altijd gebruiken, stammen uit de Romeinse tijd. Kun jij de Nederlandse woorden raden bij de Latijnse woorden op het Romeinse wasbordje? B. De Romeinen brachten veel spullen mee die de mensen hier nog niet kenden. Kun jij drie voorbeelden noemen? ..................................................... ..................................................... ..................................................... C. Hoe komt het dat we nu nog zoveel weten over de Romeinen? ........................................................ ........................................................ ........................................................