Recensies Zeven verrijkende materi Welk extraatje past Vrijwel alle uitgevers 1. Bolleboos rekenen/wiskunde Zelfstandig onderzoeken en de opbrengst delen van reken-wiskundemethoden hebben ook additionele materialen in hun fonds; extra leerstof voor de betere rekenaar als aanvulling op de methode. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen deze materialen? Sluiten ze aan bij de methode of juist bewust niet? Kunnen leerlingen er individueel mee aan de slag of wordt juist de Bolleboos rekenen/wiskunde richt zich, zoals de naam al zegt, op de begaafde leerlingen. De serie bestaat uit acht boeken: - Mozaïeken (groep 2 t/m 4) - Getallen in de maak (groep 4 en 5) - Zeg, ken jij die rekenmachines al? (groep 6 en 7) - De reis om de wereld in 80 dagen (groep 7 en 8) - Wiskunde van de kalender (groep 7 en 8) - Breuken (groep 7 en 8) - Doordenkertjes (varia opgaven voor groep 3 t/m 8) - Groot Problemenboek (varia opgaven voor groep 6 t/m 8) De meeste boeken hebben een verhaallijn die een rijke context vormt. Zo gaat Getallen in de maak bijvoorbeeld over getalsystemen in de loop van de geschiedenis. De zeer diverse opdrachten dagen de leerlingen uit om zelf op onderzoek te gaan. Neem bijvoorbeeld de volgende opgave: Iemand beweert: ‘Elk even getal dat groter is dan 2 kun je schrijven als de som van twee priemgetallen.’ Gaat deze bewering op voor alle even getallen onder de 100? Zeker weten? Kinderen kunnen (bijna) zelfstandig met Bolleboos werken. Toch wijzen de auteurs erop dat ook begaafde leerlingen behoefte hebben aan feedback en interactie. Ze geven praktische didactische aanwijzingen over begeleiding van begaafde rekenaars en over uitwisseling van gevonden resultaten met de rest van de klas. uitwisseling Een illustratie uit ‘Getallen in de maak’ uit de serie: Bolleboos rekenen/wiskunde Door de reguliere stof te ‘compacten’ (zie het artikel op p. 4 e.v.) ontstaat er tijd voor Bolleboos. De leerkracht kan onderdelen uitzoeken die aansluiten bij de leerstof. Maar ook willekeurig kiezen, of de leerlingen zelf laten kiezen is mogelijk. Het materiaal is daardoor flexibel inzetbaar. Dit, samen met de prachtige opgaven, maken Bolleboos tot een echte aanrader! Marc van Zanten, Hogeschool Edith Stein, Fontys Opleidingen Speciale Onderwijszorg Bolleboos rekenen/wiskunde is verkrijgbaar bij: Uitgeverij Kluwer BV Postbus 4 2400 MA Alphen aan de Rijn 0172-466633 [email protected] 2. Plustaak rekenen gestimuleerd? Gaat het Gevarieerd en op veel manieren in te zetten om oefeningen of om De zes werkboeken van Plustaak Rekenen, bestemd voor groep 3 tot en met 8, bevatten veel puzzelachtige opdrachten die in de eerste plaats geschikt zijn om zonder instructie of begeleiding voor te leggen aan de betere rekenaars. Mét begeleiding zouden ze ook geschikt kunnen zijn voor gemiddelde rekenaars. Het materiaal is individueel te gebruiken, maar leent zich ook voor overleg, discussie en uitwisseling. De leerkracht kan hier natuurlijk een bijdrage aan leveren door de discussie aan te wakkeren, aandacht te vragen voor mooie uitwerkingen, enzovoort. Naast ‘oude bekenden’ zoals opdrachten over tovervierkanten en blokkenbouwsels zijn er ook verassende opdrachten zoals getallenraadsels, geld-, tijd- en verhaaltjessommen en meetkundige opgaven. De laatstgenoemde zijn ook esthetisch de moeite waard, bijvoorbeeld als kinderen patronen moeten afmaken of ontwerpen. Binnen het domein ‘meten’ spelen grafieken vaak een rol. Er is veel variatie. Soms wordt het kind sterk aan de hand genomen, maar meestal vragen de opdrachten het nodige denkwerk en creativiteit. De kinderen worden ook regelmatig uitgedaagd om zelf opdrachten of puzzels te ontwerpen. De opdrachten worden helder uitgelegd zodat kinderen er zelfstandig mee kunnen werken. Er zijn twee nadelen: - Er is geen (beknopte) docentenhandleiding. De leerkracht moet zelf bepalen welke opdrachten bij uitstek geschikt zijn voor groepswerk, een tentoon- rijke onderzoeksopdrachten? Zeven recensenten kregen ieder een pakket toegestuurd om hun mening daarover te geven. U kunt zelf bepalen, wat geschikt is voor uw leerlingen. 22 Volgens Bartjens... Jaargang 24 2004/2005 nr. 2 Een opgave uit Plustaak Rekenen. stelling, een nabespreking, enzovoort. De leerkracht krijgt ook geen tips over hoe zij of hij de kinderen op weg kan helpen of extra kan uitdagen. Ook een leerstofoverzicht dat aangeeft bij welk domein de opdrachten horen, ontbreekt. - Een tweede nadeel is het papieren karakter van het geheel. Kinderen worden niet uitgedaagd om echt zelf op onderzoek te gaan, te experimenteren, te bouwen, enzovoort. Caroliene van Waveren Hogervorst, opleidingsdocent aan de Marnix Academie. Plustaak Rekenen is verkrijgbaar bij: Delubas Educatieve Uitgeverij Van Ostadeplein 8 5151 SW Drunen 0416-380482 ialen onder de loep genomen bij uw leerlingen? 3. Somplextra, Wiskunst Een uitdagende combinatie van wiskunde, kunst en computer Somplextra, bestemd voor (hoog)begaafde leerlingen van groep 6, 7 en 8, bestaat uit drie mappen met daarin steeds acht projecten: Symmetrie, Spelen met getallen, Piramides, Doolhoven en knopen, Lijnenspel, Puzzels, Perspectief en Regelmaat. Met behulp van een vierde map (‘Workmate’) leert de leerling de benodigde computerprogramma’s gebruiken, zoals Paint en Excel. Het pakket is methodeoverstijgend. Met name in de bovenbouw zijn de betere leerlingen vaak minder te motiveren voor opgaven, die eigenlijk ‘meer van hetzelfde’ zijn. Hier kan Somplextra een welkome en leerzame aanvulling zijn. Het materiaal is nog niet volledig verschenen. De leerling werkt in principe leerkrachtonafhankelijk aan een grote variëteit aan logisch opgebouwde opdrachten. Voor elke opdracht zijn uitwerkingen en antwoorden beschikbaar. Voor de leerkracht is er een aftekenlijst. Somplextra integreert wiskundig inzicht en het zelf experimenteren met vormgeving en ‘kunst’, met de mogelijkheden van de computer. Zo wordt Paint gebruikt om te experimenteren met draaien en spiegelen om uiteindelijk zelf patronen te ontwerpen. In Excel wordt in het project ‘spelen met getallen’ onderzoek gedaan naar kenmerken van magische vierkanten. In Word worden basispatronen van doolhoven en labyrinten onderzocht en ook hier kan de leerling weer veel zelf ontwerpen. Het niveau van de verschillende projecten is behoorlijk pittig. Er wordt niet geschroomd theoretisch de diepte in te gaan of om wiskundige notaties en modellen te gebruiken. Ook de meer creatieve opdrachten worden rustig opgebouwd maar komen op een hoog niveau uit. In deze projecten hebben de schrijvers een prima manier gevonden om de computer echt te gebruiken: niet als sommengenerator, maar als hulpmiddel om denken, werken in structuren en vormgeven echt te ondersteunen. Hartstikke leuk voor de leerling die voldoende bagage heeft om zelfstandig te kunnen werken met wat abstractere notaties en concepten. Hans Wolthuis, Pabo Deventer, Saxion Hogescholen IJsselland Somplextra is verkrijgbaar bij: OBD Midden-Holland en Rijnstreek Postbus 219, 2410 AE Bodegraven 0172-636465 [email protected] Puntsymmetrie en lijnsymmetrie ontworpen door leerlingen die met Somplextra werken. 4. Rekenpuzzels&Breinkrakers Uitdagingen voor sterke en zwakke rekenaars. Rekenpuzzels&Breinkrakers bestaat uit drie deeltjes die respectievelijk voor groep 3/4, groep 5/6 en groep 7/8 bestemd zijn. In de boekjes staan wat uitdagingen voor de betere rekenaars, maar meer dan de helft van de opgaven is geschikt voor alle leerlingen. De kinderen kunnen er individueel of in groepjes aan werken. Tip: gebruik ook eens een opdracht als het �probleem van de dag�. In een klassengesprek kunnen de kinderen dan de diverse oplossingsstrategieën onder woorden brengen en met elkaar vergelijken. Sommige opdrachten bieden mogelijkheden tot vakdidactische verdieping op de Pabo. De opdrachten komen uit diverse methoden en bronnenboeken. Daarnaast zijn er producten van individuele inzenders, jong en oud. De opdrachten vallen in de volgende categorieën: eigenschappen van en rekenen met gehele getallen, meetkunde, combinatie van rekenen en meetkunde, aan algebra verwante redeneerproblemen, problemen voor de rekenmachine (alleen in deel 3) en varia, zoals sjoelbakken en dobbelsteenspelletjes. Veel rekenopdrachten zijn zelfcorrigerend, zoals kruistalpuzzels en opgavenrijtjes die een woord of zin opleveren. Sommige opdrachten zijn ingekleed (berichten uit de krant) andere kaal (‘Gebruik 8 keer een 8. Hoe kun je daar 1000 van maken?’, Sophie Hofman, 11 jaar). Het klassieke probleem van de kippen en konijnen, met in totaal 22 koppen en 72 poten, krijgt een variant in fietsen en driewielers, 25 sturen en 65 wielen (Uit: Rekenrijk deel 7). Sommige opdrachten bevatten de aanwijzing: ‘je mag niet…’, klaarblijkelijk bedoeld om de activiteit interessanter of moeilijker te maken, terwijl uit de context geen noodzaak tot zo’n verbod blijkt. Dat vind ik minder elegant. Maar gelukkig komt dat weinig voor. Rekenpuzzels&Breinkrakers is een rijke bron van inspirerende rekenopdrachten voor leerlingen van elk vaardigheidsniveau. Er zijn ook veel problemen uit de meetkunde, waarmee dus een mooie bijdrage wordt geleverd aan dit relatief prille basisschoolvak. De meeste opdrachten hebben een recreatief karakter. Frank van Merwijk, Hogeschool Arnhem-Nijmegen, Pabo Arnhem. Rekenpuzzels&Breinkrakers. De delen 1, 2 en 3 zijn verkrijgbaar bij: Koninklijke Van Gorcum BV Industrieweg 38, 9403 AB Assen 0592-379555 In Rekenpuzzels&Breinkrakers komen ook puzzels voor die liefhebbers hebben ingestuurd Volgens Bartjens... Jaargang 24 2004/2005 nr. 2 23 5. Rekentoppers Een kaartenpak vol puzzels en oefeningen Een vraagstuk uit Rekentoppers voor groep 7 Rekentoppers, bestemd voor groep 5 tot en met 8, heeft voor elke jaargroep een set van 60 kaarten met op elke kaart gemiddeld twee rekenopgaven. Men mikt op de betere rekenaar, maar veel opgaven liggen ook binnen het bereik van de gemiddelde leerling. De kaarten nodigen uit om op te tekenen, te schrijven en te kleuren, maar de hiervoor beschikbare ruimte is vaak te beperkt. De vragen zijn zelden open en lokken niet verschillende oplossingsstrategieën uit. De opgaven sluiten aan bij de leerstof van de verschillende leerjaren. Dus veel kaarten met basisbewerkingen voor groep 5 en opgaven over breuken, procenten en kommagetallen voor groep 7 en 8. Er is veel variatie: tabellen, dartborden, tovervierkanten, doolhoven, spiegelopdrachten, getallenroosters, vleksommen, Romeinse cijfers, enzovoort. Soms is de toelichting op de kaarten nogal mechanistisch, bijvoorbeeld: 1 m² = 100 dm² = 10.000 cm² = 1.000.000 mm². Sommige opgaven doen gekunsteld aan. Bijvoorbeeld: ‘Karin gaat op vakantie en neemt 35 liter kleren mee.’ Of: Ruilhandel: 4 broden voor 1 kip, 5 kippen voor 1 emmer, 2 emmers voor 1 schep. Hoeveel broden voor 1 emmer?’ Maar daar staan weer aardige contexten tegenover. Neem bijvoorbeeld het vraagstuk over Carolien die de cijfers van haar pincode wel weet maar de volgorde is vergeten. Hoeveel combinaties kan zij maken? Een enkele keer ontbreekt een voorbeeld waar wel naar verwezen wordt. ‘Meten’ speelt een tamelijk grote rol, maar er zijn nauwelijks opgaven uit het domein ‘meetkunde’. Er is veel variatie. De leerling weet precies wat er van hem gevraagd wordt, wat de kaarten geschikt maakt voor individueel gebruik. Het is jammer dat de opdrachten weinig open zijn en dus weinig discussie uitlokken, maar het geheel vormt zinvol oefenmateriaal. Johan Winnubst, rekenspecialist : Giralis, Den Bosch. Rekentoppers is verkrijgbaar bij Uitgeverij Bekadidact Postbus 122, 3742 AC Baarn 035-5482420 6. Stenvertbloks Rekenmeesters Gevarieerde oefenvormen voor de zelfstandige leerling Vooral de laatste deeltjes van Stenvertbloks Rekenmeesters zijn verrassend De Stenvertbloks Rekenmeesters bestaan uit zes werkboekjes en zes boekjes ‘Toelichting en Antwoorden’ voor groep 3 tot en met 8. Het materiaal is bestemd voor kinderen die wat extra’s willen en kunnen op het gebied van rekenen-wiskunde. In elk boekje staan 30 taken die met elkaar tien domeinen bestrijken. Het materiaal is leerkrachtonafhankelijk. Kinderen kunnen hun eigen werk nakijken en kunnen zelf de volgorde van de opgaven kiezen, die niet naar moeilijkheidsgraad gerangschikt zijn. Er is een formulier waarop de leerkracht bij kan houden wat de kinderen gedaan hebben. In de toelichting wordt gewezen op de mogelijkheid een afgeronde taak in de groep te laten presenteren door de leerlingen of één van de taken als ‘probleem van de week’ te gebruiken. Dat zijn belangrijke tips, want individueel met het materiaal werken lijkt me weinig motiverend en zinvol. Het grootste deel van de opdrachten heeft een gesloten karakter. Vaak vormen de antwoorden samen een woord of zijn de getallen een deel van een puzzel. Aanvankelijk zijn de meeste opgaven gevarieerde oefenvormen in rekenvaardigheid. Pas in de hogere deeltjes speelt ook het redeneren een rol. De gekozen contexten zijn met name in de lagere deeltjes te vaak ‘opwarmertjes’ om kinderen aan het rekenen te zetten. Zingeving of realiteit zijn soms ver te zoeken. Wat te denken van klokken die in de klokkenwinkel moeten worden omgebouwd van gewone tijd naar digitale tijd? Of pruimenbomen waarvan de opbrengst tot op de pruim nauwkeurig wordt vastgesteld: dit jaar 100 pruimen? In boekje 6 is dat beter verzorgd. Onderzoek naar de structuur van autokentekens, postcodes en sofi-nummers is in ieder geval gebaseerd op reële gegevens. Dat gaat meer in de richting van wiskundige wereldoriëntatie. De omschrijving ‘aantrekkelijk, sfeervol en vaak verrassend’ vind ik dan ook alleen van toepassing op de laatste deeltjes. Hein van der Straaten, Fontys Pabo Eindhoven Stenvertbloks Rekenmeesters is verkrijgbaar bij: Bekadidact Afd. Voorlichting Postbus 122, 3740 AC Baarn 035-5482421 7. Wisschriften Vierkant voor wiskunde Verbredingsstof op het gebied van de recreatieve wiskunde In Wisschrift 3 kun je leren dat een voetbal een regelmatig twintigvlak is waarvan alle hoekpunten zijn afgeknot. De Wisschriften zijn bestemd voor de betere en zelfstandige rekenaars uit de bovenbouw. Er zijn inmiddels zes boekjes inclusief een antwoordenboek verschenen waar leerlingen individueel of in tweetallen aan kunnen werken. De onderwerpen zijn gevarieerd. Zo past bijvoorbeeld deel 3 Van driehoek tot voetbal binnen het leerstofgebied ‘Meetkunde’. In dit Wisschrift komen eerst de eigenschappen en constructies van hoeken en veelhoeken aan bod, daarna volgen de ruimtelijke figuren, variërend van de kubus tot de voetbal. De opbouw is wat strak geregisseerd zodat er voor de creatieve leerling niet zo veel eer te behalen valt. Het ordenen van veelvlakken krijgt in twee hoofdstukken te veel aandacht en wat dat betreft kan hoofdstuk 6 zonder bezwaar worden overgeslagen. Iets meer aandacht voor de kubus kan daar voor in de plaats komen. De twee laatste hoofdstukken, met rekenwerk in hoofdstuk 8, maken het deeltje zeer de moeite waard. Het materiaal en de tekeningen zijn heel verzorgd. Wisschrift 5 gaat over geheimschrift, een onderwerp dat niet in de basisschoolstof voorkomt, maar wel heel interessante aspecten heeft. De leerlingen leren hoe je berichten met of zonder sleutel kunt vercijferen en ontcij- 24 Volgens Bartjens... Jaargang 24 2004/2005 nr. 2 feren. Het RSA-systeem levert een geheimschrift dat zelfs de snelste computer in geen honderd jaar kan kraken. Jantine Bloemhof, de auteur van de Wisschriften, gebruikt heel eenvoudige middelen om de leerling een idee te geven hoe het werkt. Het katern wordt afgesloten met de Japanse o-e-kaki puzzel. Met een viertal regels en een aantal cijfercodes moet in een diagram een patroon worden opgespoord en ingekleurd. Je kunt ze zelf maken en de groep laten puzzelen. Een aanrader. Wisschrift 5 is een zorgvuldig samengesteld opdrachtenboek over een prachtig onderwerp. Een schot in de roos. Brugt Krol, werkzaam bij Thieme Meulenhoff De Wisschriften zijn verkrijgbaar bij: Stichting Vierkant voor wiskunde Universiteit Leiden Mathematisch Instituut Niels Bohrweg 1, 2333 CA Leiden 071-5277129 E-mail: [email protected] Internet : www.vierkantvoorwiskunde.nl