Positiebepaling klimaatadaptatie Waterschap Rijn en IJssel Strategie voor onze rol en positie in de omgang met klimaatverandering Inhoud 1. Inleiding ......................................................................................................................................................... 2 2. Klimaatverandering en rolopvatting Waterschap Rijn en IJssel..................................................................... 4 3. Handelingsperspectief: verkenning en analyse ............................................................................................. 5 4. Invulling van onze rol en positie .................................................................................................................... 7 5. Onze strategie ................................................................................................................................................ 9 6. Onze agenda ................................................................................................................................................ 11 Bijlage 1: Agendapunten 2017 - 2020................................................................................................................... 12 Bijlage 2: Illustratie van verscheidenheid aan landelijke initiatieven ................................................................... 14 Bijlage 3: Enkele voorbeelden van initiatieven in ons werkgebied ...................................................................... 16 1 1. Inleiding Aanleiding Klimaatverandering heeft ingrijpende maatschappelijke gevolgen. Nu al ervaren inwoners, ondernemers en overheden vaker hinder, overlast en schade. Dit is het meest zichtbaar in de vorm van wateroverlast. Maar ook de kans op langere periodes van droogte, een slechtere waterkwaliteit en hittestress nemen toe. Tegelijkertijd biedt klimaatverandering kansen. De landbouwproductiviteit in Nederland neemt toe vanwege een langer groeiseizoen. Verder is onze uitgangspositie relatief gunstig, vanwege de goede (water)infrastructuur in Nederland, ons gematigde zeeklimaat, en specifiek voor ons werkgebied de relatief hoge ligging. Behoud van een goed woon- en investeringsklimaat vereist wel dat we tijdig anticiperen op klimaatverandering. Net als bij andere waterschappen, lopen bij ons al veel maatregelgerichte initiatieven (zie bijlagen 2 en 3). Omdat klimaatverandering een integrale lange termijn aanpak op verschillende speelvelden vraagt, willen wij onze rol en positie bepalen. Daarmee borgen we dat we goed gesteld staan voor deze gezamenlijke uitdaging. Beleidscontext In het kader van het nationale Deltaprogramma hebben we afgesproken fasegewijs invulling te geven aan de omgang met klimaatverandering. De eerste mijlpaal is om dit in 2020 geborgd te hebben in het beleid en in het handelen van alle betrokkenen. De tweede mijlpaal is dat in 2050 sprake is van een klimaatbestendige inrichting. Deze afspraken hebben we overgenomen in het Waterbeheerplan Rijn en IJssel 2016-2021, inclusief de actie om een klimaatstrategie op te stellen. Eind 2016 stelde de ministerraad de Nationale Adaptatiestrategie vast. In de strategie worden alle gevolgen (breder dan alleen water) van klimaatverandering voor Nederland systematisch in beeld gebracht en risico’s benoemd waarvoor de komende jaren extra aandacht nodig is omdat ze grote gevolgen voor de samenleving kunnen hebben. In 2017 wordt de strategie verder uitgewerkt in een Uitvoeringsprogramma Klimaatadaptatie. In het voorjaar van 2017 wordt een Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie opgesteld. Hiermee willen de betrokken overheden, waaronder de waterschappen, een extra impuls geven aan de realisatie van een klimaatbestendig Nederland. In februari 2017 hebben IPO, VNG en UvW samen de investeringsagenda ‘Naar een Duurzaam Nederland’ aangeboden voor de kabinetsformatie van 2017 om met het Rijk tot nadere invulling te komen van de opgaven op het gebied van energietransitie, klimaatadaptatie en circulaire economie. Totstandkoming strategie Voor de ontwikkeling van deze strategie is gebruik gemaakt van de ervaringen uit de lopende programma’s en projecten en de inbreng en consultatie van onze belangrijkste partners (o.a. gemeenten, provincie Gelderland, LTO, Rijkswaterstaat, Natuurmonumenten en Vitens). Ook de inzichten uit de dagelijkse praktijk met inwoners en ondernemers in ons gebied hebben mede richting gegeven aan de strategie. Op 28 november 2016 zijn tijdens een informatieavond van het Algemeen Bestuur de beelden gedeeld over de verdeling van verantwoordelijkheden rond klimaatadaptatie, onze rol en positie in stedelijk gebied, in landelijk gebied en ten aanzien van de brede maatschappelijke effecten van klimaatverandering. De resultaten van deze avond geven richting aan deze notitie. 2 Doel van deze notitie Deze notitie voorziet in een overkoepelende strategie (waterschap breed) voor de wijze waarop wij ons positioneren, prioriteiten stellen, samenwerken en communiceren inzake de omgang met klimaatverandering. Het is een condensatiepunt in alle activiteiten die we ondernemen, geen startpunt. Het is de basis voor invulling van ons eigen handelingsperspectief in de periode 2017-2020 en onze bijdrage aan het gezamenlijke handelingsperspectief in ons gebied. Uitgangspunt is het vastgestelde beleid van ons waterschap1. Figuur 1. Mijlpalen in de omgang met klimaatverandering 1 Dit beleid is vastgelegd in (o.a.) de Watervisie 2030, het Waterbeheerplan 2016-2021, Samenwerkingsovereenkomst 2015-2021 Provincie Gelderland, Bestuursovereenkomst Zoetwatervoorziening Hoge Zandgronden 2016-2021 regio Oost en het (nationale) Bestuursakkoord Water 2011. 3 2. Klimaatverandering en rolopvatting Waterschap Rijn en IJssel Meer structureel invulling geven aan de omgang met klimaatverandering Wij doen als waterschap al veel op het gebied van klimaatverandering in de vorm van onderzoek en de uitvoering van pilots en projecten. Kenmerkend aan een groeiend aantal van deze initiatieven is de samenwerking van inwoners, ondernemers en overheden. De omgang met klimaatverandering (‘het handelingsperspectief’) vereist inhoud (kennis over effecten en maatregelen) en organisatie van het proces (verdeling verantwoordelijkheden, organisatie van de samenwerking, etc.). Als waterschap willen we de omslag maken van een maatregelgerichte (ad hoc) aanpak naar een meer structurele aanpak van klimaatadaptatie. Adaptatie: anticiperen op klimaatverandering door stapsgewijs mee te bewegen Gezien de onzekerheden kunnen we niet werken vanuit een eindbeeld voor 2050. Klimaatadaptatie vatten wij op als het actief anticiperen op klimaatverandering door stapsgewijs mee te bewegen op basis van voortschrijdend inzicht. Dat betekent bijvoorbeeld dat we bij investeringen de mogelijke consequenties van klimaatverandering in relatie tot de bijbehorende levenscyclus van de investering afwegen. Voor onszelf en in de advisering van onze partners. Wisselend schaalniveau Klimaatadaptatie speelt op alle schaalniveaus. In het stedelijk gebied gaat het om het gebouw/perceel, de wijk en dorp of stad. In het landelijk gebied gaat het om bedrijf/perceel en (deelstroom)gebied. Juist ook de kleine initiatieven kunnen bij bredere toepassing veel maatschappelijk rendement opleveren. Denk aan afkoppeling van de hemelwaterafvoer in stedelijk gebied en verbetering van de bodemstructuur in landelijk gebied. Verder is vanwege de grensoverschrijdende stroomgebieden het internationale schaalniveau van belang voor ons waterschap. Vanuit rol als watersysteembeheerder invulling geven aan klimaatadaptatie In de Watervisie 2030 (2013) en het Bestuursakkoord ‘Water verbindt’ (2015) hebben we als waterschap klimaatverandering als één van de speerpunten benoemd. We zien klimaatverandering als een maatschappelijk vraagstuk, waarin wij als watersysteembeheerder een rol hebben. Een rol die waterschap breed is en zich richt op onze taken op het vlak van waterveiligheid, watersysteem en waterketen. We bakenen onze rol af tot de watergerelateerde effecten (direct en indirect) van klimaatverandering. Werken aan klimaatadaptatie en -mitigatie We kunnen klimaatverandering niet tegenhouden. We zetten ons wel in om erger te voorkomen door mitigerende maatregelen te nemen. Als waterschap hebben we dat verwerkt in onze duurzaamheidsstrategie (2016). We zien dit als twee zijden van dezelfde medaille. Het klimaat verandert: de richting is helder, de omvang niet Het klimaat is veranderd en zal dat de komende decennia blijven doen. Het KNMI heeft vier klimaatscenario’s opgesteld (zie figuur 2). Hoewel de scenario's verschillen vertonen duiden ze alle vier op de volgende trends: 4 Hogere temperaturen Meer extreme neerslaggebeurtenissen1 Grotere kans op langere periodes van droogte Vaker hoge rivierafvoeren De extremen (te droog, te nat, hitte) nemen toe. Figuur 2. Klimaatscenario’s KNMI (2014) 3. Handelingsperspectief: verkenning en analyse Verdeling van verantwoordelijkheden Verschillende partijen hebben ieder hun eigen rol en verantwoordelijkheid in de omgang met klimaatverandering (zie figuur 3). In onze rol als watersysteembeheerder hebben we een brede verantwoordelijkheid voor het hele systeem van grond- en oppervlaktewater, waterveiligheid en afvalwaterinzameling en -zuivering. De verdeling van verantwoordelijkheden is sterk afhankelijk van de plek in het systeem. Figuur 3. Verantwoordelijkheden rond klimaatadaptatie Waar het onze eigen kunstwerken betreft (watergangen, keringen) is onze rol en verantwoordelijkheid helder. Buiten onze kunstwerken is de situatie complexer door de gedeelde verantwoordelijkheden van waterschap, gemeenten, provincie, ondernemers en inwoners. Denk bijvoorbeeld aan het stedelijk gebied, waar gemeenten gaan over de ruimtelijke ordening, het grondwater2 en de riolering, de inwoner gaat over zijn eigen terrein en wij als waterschap gaan over het stedelijk waterbeheer en de afvalwaterketen. De effecten van klimaatverandering vragen een integrale aanpak. We redden het niet alleen vanuit stedelijk water, ruimtelijke ordening of op het terrein van een inwoner. Het handelingsperspectief vraagt hier naast inhoud vooral ook organisatie van de samenwerking. Mate waarin het handelingsperspectief is ingevuld in ons gebied We zien een samenhang in de verdeling van verantwoordelijkheden en de mate waarin het handelingsperspectief in de omgang met klimaatverandering is ingevuld in ons gebied. Het onderstaande beeld is mede opgetekend in gesprekken met gemeenten, LTO, RWS, provincie Gelderland, Natuurmonumenten en Vitens. 2 Op grond van de grondwaterzorgplicht zijn gemeenten in stedelijk gebied het eerste aanspreekpunt voor grondwateroverlast. 5 Watergerelateerde effecten van klimaatverandering Effect Verantwoordelijkheid Handelingsperspectief ingevuld Speelveld Waterveiligheid ++ WRIJ Ja* Kunstwerken WRIJ/ Grensoverschrijdend (*beperkt) Wateroverlast regionaal systeem + WRIJ Ja* Kunstwerken WRIJ/ Grensoverschrijdend (*beperkt) Wateroverlast buiten watergangen WRIJ ++/ + Gedeeld Niet of beperkt Stedelijk gebied / Landelijk gebied Watertekort/ droogte ?/+ Gedeeld Niet of beperkt Stedelijk gebied / Landelijk gebied/ Waterkwaliteit ++/+ 1 3 2 Gedeeld Niet of beperkt Grensoverschrijdend Stedelijk gebied / Landelijk gebied/ Grensoverschrijdend Figuur 4. Analyse van de mate waarin het handelingsperspectief in ons gebied is ingevuld Het geheel van watergerelateerde effecten van klimaatverandering overziend, komen we tot de volgende conclusies (zie figuur 4): 1. Waar de verantwoordelijkheid primair bij ons als waterschap ligt voor inrichting, beheer en onderhoud van onze kunstwerken is de organisatie van het proces helder en wordt actief invulling gegeven aan het handelingsperspectief. We toetsen ons systeem, keringen en kunstwerken aan de vigerende normen en pakken aandachtspunten programmatisch op. Klimaateffecten zijn of worden hierin verwerkt. Inhoudelijk vraagt het handelingsperspectief voor onze waterkeringen en onze watergangen om een nadere uitwerking. Dat vindt plaats in respectievelijk de analyses ten behoeve van het dijkversterkingsprogramma (waterkeringen) en in de watersysteemperspectieven. 2. Waar sprake is van gedeelde verantwoordelijkheden van overheden en gebruikers is het handelingsperspectief nog niet of beperkt ingevuld. Hier is sprake van drie verschillende speelvelden, met elk hun eigen partijen en eigen opgaven: stedelijk gebied, landelijk gebied en grensoverschrijdende situaties. Invulling van het handelingsperspectief vraagt om een adequate invulling van de samenwerking, zodat partijen in gezamenlijkheid (als partners) hun verantwoordelijkheid kunnen nemen. Dit vindt al plaats in verscheidene samenwerkingsverbanden, o.a. tussen waterschap en gemeente, in regionaal verband (Waterberaad Achterhoek Plus) en in gebiedsprocessen (Baakse Beek). 3. Inhoudelijk ontbreekt een duidelijk handelingsperspectief m.b.t. de samenhang tussen de effecten op waterveiligheid, wateroverlast, droogte en waterkwaliteit op elk van de genoemde speelvelden. Invulling van het handelingsperspectief vraagt een inhoudelijke analyse. Dat vindt plaats in de ontwikkeling van watersysteemperspectieven per stroomgebied. 6 4. Invulling van onze rol en positie Positie kiezen vanuit onze formele taken Vanuit onze rol als watersysteembeheerder hebben we een brede verantwoordelijkheid voor het gehele systeem van grond- en oppervlaktewater, waterveiligheid en afvalwaterinzameling en -zuivering. De formele verantwoordelijkheid verschilt echter sterk per onderwerp. We kennen drie categorieën: - - - 1e categorie thema’s: formele taakverantwoordelijkheid met normen Zodra normen overschreden worden hebben we formeel een opgave. Voorbeelden zijn overstromingsrisico’s primaire keringen en regionale keringen, wateroverlast regionaal watersysteem en waterkwaliteit (KRW). 2e categorie thema’s: formele verantwoordelijkheid zonder normen Er is geen aanwijsbare grens of norm waarop een formele opgave ontstaat. Voorbeelden zijn droogte/ watertekorten en waterkwaliteit (buiten KRW). 3e categorie thema’s: geen formele verantwoordelijkheid De opgave ligt formeel gezien bij anderen maar kan indirect gevolgen hebben voor het watersysteem. Voorbeelden zijn wateroverlast in het stedelijk gebied als gevolg van water op straat en wateroverlast en droogte op percelen. Werken vanuit drie verschillende posities De combinatie van verantwoordelijkheidsverdeling bij klimaatadaptatie en onze formele taken leidt tot drie posities van waaruit wij kunnen werken aan klimaatadaptatie (zie figuur 5). Deze rolopvatting sluit aan op hetgeen verwoord is in het Bestuursakkoord, het vigerende Waterbeheerplan en de Watervisie 2030. Probleemeigenaar voor de thema’s die volledig onder onze verantwoordelijkheid vallen. We hebben hier grote invloed op de te nemen maatregelen, maar ook weinig keuzevrijheid of we wel of niet invulling geven aan die positie. We hebben een duidelijke opgave als bijvoorbeeld de keringen niet door de toetsing komen. Partner (mede-probleemeigenaar) voor de thema’s waarvoor een gezamenlijke verantwoordelijkheid geldt. In het stedelijk gebied zijn onze partners in eerste instantie de gemeenten; samen trekken we op met inwoners en bedrijven. In het landelijk gebied zijn dit in eerste instantie agrariërs, terreinbeheerders, Vitens, provincie en gemeenten. Voor grensoverschrijdende situaties zijn het in eerste instantie de naburige Duitse waterbeheerders en RWS. We nemen het niet over, maar doen het samen, vanuit een breder collectief belang. Partner zijn betekent dat we samenwerken op basis van gelijkwaardigheid. De organisatie van de samenwerking en de resultaten van de samenwerking vormen een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Als partner zijn we afhankelijk van de wil en inzet van de ander. Kortom, invulling geven aan de omgang met klimaatverandering vereist gedeeld commitment op basis van een gedeelde aanpak of strategie. Adviseur voor de thema’s waarvoor we geen formele verantwoordelijkheid hebben. Op basis van onze kennis als waterautoriteit kunnen we onze partners ondersteunen. We kunnen onze kennis actief aanbieden, maar deze zal alleen effectief zijn als er vraag is naar ons advies. 7 Onze positie Stedelijk gebied Landelijk gebied Stroomgebied/ grensoverschrijdende situaties Eigen verantwoordelijkheid Probleemeigenaar: Gedeelde verantwoordelijkheid Partner van: Geen directe verantwoordelijkheid Adviseur van: Watergangen stedelijk gebied, regionaal watersysteem, waterkeringen, afvalwaterzuivering Gemeenten Integrale aanpak RO, watersysteem (incl. grondwater) en waterketen Gemeenten Klimaatbestendige inrichting Bedrijven en inwoners Bewustwording en handelingsperspectief Regionaal watersysteem, waterkeringen o.a. provincie, gemeenten, agrariërs, TBO’s, Vitens Gebiedsgerichte aanpak van collectieve watergerelateerde klimaateffecten (agrarische) bedrijven Bewustwording en handelingsperspectief Regionaal watersysteem, waterkeringen Duitse partners en RWS Samenwerking gericht op kennisontwikkeling en afspraken over watergerelateerde klimaateffecten Figuur 5. Verantwoordelijkheden in onze rol als watersysteembeheerder (watersysteem, waterveiligheid, waterketen) bij klimaatadaptatie Focus op speelvelden We hebben deze drie posities binnen elk van de eerder geïdentificeerde drie speelvelden, ieder met een eigen aard van de opgave en een eigen set van spelers: - Stedelijk gebied Landelijk gebied Grensoverschrijdende situaties Afhankelijk van onze verantwoordelijkheid kunnen we tot op zekere hoogte kiezen of en hoe we op de verschillende speelvelden positie innemen vanuit onze rol als watersysteembeheerder. Met name daar waar we de positie als partner en adviseur hebben is sprake van leemtes in het handelingsperspectief. Bovendien betreft het belangrijke opgaven in de omgang met klimaatverandering; in stedelijk gebied kan klimaatverandering grote effecten hebben en grensoverschrijdende samenwerking is randvoorwaardelijk voor de effectiviteit van onze eigen maatregelen op het gebied van waterveiligheid, wateroverlast en droogte. 8 5. Onze strategie Adaptatie Klimaatverandering is een gegeven, dat we inmiddels al terugzien in de statistieken en ervaren in ons werk. De richting van de verandering is duidelijk, de omvang niet. Klimaatadaptatie vraagt daarmee een welbewust, maar geleidelijk meebewegen met klimaatverandering, voor inwoners, bedrijven en overheden. We voorkomen de klimaatverandering niet, maar we kunnen ons wel inzetten om erger te voorkomen door mitigerende maatregelen te nemen. Als waterschap hebben we dat verwerkt in onze duurzaamheidsstrategie. Het vormen twee zijden van dezelfde medaille in onze communicatie. Acceptatie en weerbaarheid: vaker hinder, overlast of schade Als gevolg van de toenemende kans op extremen zullen inwoners, ondernemers en overheden in ons gebied vaker hinder, overlast en schade ervaren. Ook al voldoet de inrichting van het watersysteem aan de afgesproken normen. Het is van belang dat eenieder zich daar bewust van is. Dat vormt de basis om de weerbaarheid van inwoners, ondernemers en overheden – binnen de eigen mogelijkheden - te vergroten. Een en ander komt al op gang gezien de berichtgeving van bijvoorbeeld verzekeringsmaatschappijen over de noodzaak tot verhoging van premies en van de verhoging van het risicobewustzijn bij ondernemers. Als onderdeel van het project waterbewustzijn werken wij verder uit hoe wij in ons werk en in onze communicatie bij kunnen dragen aan het collectief bewustzijn op dit vlak. Ieder zijn eigen verantwoordelijkheid binnen een gezamenlijke aanpak In de omgang met klimaatverandering heeft ieder zijn eigen rol en verantwoordelijkheden, dat geldt voor inwoners, bedrijven en overheden, waaronder wij als waterschap. In onze rol als watersysteembeheerder spelen we actief in op de effecten van klimaatverandering, niet alleen vanuit de positie van probleemeigenaar (o.a. regionale wateroverlast en waterveiligheid), maar ook als partner (o.a. integrale aanpak stedelijk en landelijk gebied) en als adviseur. De uiteindelijke ambities en inspanningen worden gezamenlijk bepaald in gesprekken tussen de partners. De kracht in die processen is om de maatschappelijke impact van de effecten van klimaatverandering en van de maatregelen centraal te stellen. We vertrouwen er op dat wij langs deze weg, vanuit onze taken en verantwoordelijkheden, de meeste maatschappelijke toegevoegde waarde realiseren in de omgang met klimaatverandering. Denken voorbij de norm Normen vormen een belangrijk (juridisch) referentiepunt op het gebied van wateroverlast. Zij geven geen antwoord op de omgang met extreme regenbuien in landelijk en stedelijk gebied. Die extremen vallen per definitie buiten de norm. Dat vereist dat we ook denken voorbij de norm. Bij de inrichting van onze watergangen en in het meedenken en adviseren over de ruimtelijke inrichting van de omgeving kijken we in de volle breedte hoe het systeem en het gebruik daarvan robuuster gemaakt kan worden om de risico’s op negatieve effecten van de toenemende extremen te beperken. We kijken vanuit een integrale benadering naar een optimale aanpak van de vermindering van de risico’s op wateroverlast én droogte én verslechtering van de (grond)waterkwaliteit in de context van het veranderende klimaat. Gezamenlijke klimaatstrategieën en –agenda’s Vanuit onze positie als partner willen wij op basis van gezamenlijke klimaatagenda’s voor het stedelijk gebied, het landelijk gebied en voor grensoverschrijdende situaties, in de periode 2017-2020 met onze partners komen tot een samenhangende en structurele omgang met klimaatverandering. In gesprek met onze partners bepalen we welke structuren we daarvoor willen en kunnen gebruiken. 9 Te denken valt o.a. aan verbreding van de samenwerkingsverbanden tussen waterschap en gemeenten die zijn ontstaan in het kader van het Bestuursakkoord Water (o.a. Waterberaad Regio Achterhoek Plus). Proces We werken langs verschillende sporen om als waterschap ons aandeel te leveren in de opgave om als gebied in 2020 structureel te werken aan klimaatadaptatie. Als probleemeigenaar pakken we onze eigen agendapunten op en maken we gebruik van een programmatische aanpak (programmering projecten op het vlak van o.a. waterveiligheid en wateroverlast indien normen worden overschreden). Onze opgaven vanuit onze rol als probleemeigenaar zijn mede bepalend voor de prioriteiten die we stellen voor onze inzet in de agendapunten voor onze posities als partner en adviseur. Als partner en adviseur werken we waar mogelijk (met beschikbare middelen en menskracht) samen met onze partners in stedelijk gebied, landelijk gebied en in grensoverschrijdende situaties. We doen dat niet vanuit een overkoepelende strategie, maar spelen actief in op de kansen die zich voordoen in onze omgeving. De vorm van samenwerking is vrij. Dat biedt ruimte om de samenwerking aan te gaan op een wijze die past bij onze partners en die ruimte biedt om in te spelen op waar op dat moment de energie zit. We gaan dan ook de samenwerking op verschillende niveaus aan; op strategisch niveau (gezamenlijk strategische kaders formuleren), op tactisch niveau (samenwerkingsverbanden aangaan) en op operationeel niveau (samenwerking in de uitvoering). Communicatie Bovengenoemde uitgangspunten vormen de basis voor onze communicatie. We werken communicatiestrategieën op maat uit voor de verschillende deelgebieden om vanuit een heldere rol en positie de samenwerking aan te gaan met inwoners, grondeigenaren en -gebruikers en overheden in ons gebied en over de grenzen. Daarbij wordt de verbinding gelegd met de communicatie over de duurzaamheidsstrategie. Overzicht en regie organiseren Wat onze inzet verbindt is dat het ten doel heeft om klimaatadaptatie in 2020 tot een structureel onderdeel van ons gezamenlijke werk te maken. Daar dragen zowel aansprekende projecten, als het gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen, als het borgen van gezamenlijke uitgangspunten aan bij. Wij maken een overzicht van deze initiatieven per speelveld en actualiseren dat periodiek om overzicht te krijgen en te behouden. We richten een ambtelijk-bestuurlijke regiegroep in die de voortgang van het proces bewaakt, met name voor onze posities als partner en adviseur. De regiegroep maakt het mogelijk dat bewuste keuzes worden gemaakt over onze inzet. Daarnaast draagt de regiegroep zorg voor bijsturing, zodat ons aandeel in het gezamenlijk proces optimaal bijdraagt aan het - vanuit de verschillende posities - structureel werken aan klimaatadaptatie in 2020. Deze werkwijze biedt de ruimte om de koers bij te stellen, bijvoorbeeld naar aanleiding van externe ontwikkelingen voortvloeiend uit Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie of het Uitvoeringsprogramma Nationale Adaptatie Strategie. Op die manier organiseren we flexibiliteit en wendbaarheid en werken we – ook in die zin – adaptief. Evaluatie en bijsturing Eind 2018 willen we deze werkwijze tegen het licht houden. We beoordelen of we met de voorgestelde werkwijze het gewenste resultaat kunnen behalen, of de geleverde inzet past bij de opgave en in hoeverre bijsturing gewenst is. Deze beoordeling zullen we vanuit de verschillende posities, en dus voor een deel met onze partners, doen. 10 6. Onze agenda Ons doel: bijdragen aan een stevig fundament voor klimaatadaptatie in 2020 Deze strategie vormt een condensatiepunt in alle activiteiten die we al ondernemen op het gebied van klimaatadaptatie. Het is geen startpunt. Deze strategie biedt de kaders om beter, vanuit een heldere rol en positie, onze bijdrage te leveren aan een stevig fundament om samen met inwoners, ondernemers en overheden vanaf 2020 structureel uitvoering te geven aan klimaatadaptatie in ons gebied. Agendapunten geven richting aan onze inzet We hebben agendapunten benoemd om richting te geven aan onze inzet vanuit onze verschillende posities in stedelijk gebied, landelijk gebied en grensoverschrijdende situaties. Een groot aantal van deze agendapunten wordt al opgepakt, met name voor onze positie als probleemeigenaar. Met name voor onze posities als partner en adviseur is de agenda bedoeld om het gesprek (meer) gericht aan te kunnen gaan. Belangrijke accenten voor onze inzet die tot uiting komen in de agendapunten zijn: - Verbreding van de bestaande samenwerkingsverbanden met klimaatopgaven Het gaat om een inhoudelijke verbreding, maar vooral ook om een verbreding van het speelveld. Denk bijvoorbeeld aan het versterken van de samenwerking op het vlak van ruimtelijke inrichting. - Kennis en ervaring ophalen en delen We willen een rol vervullen in het ontwikkelen en verspreiden van kennis en ervaring die in pilots en projecten met klimaatadaptatie wordt opgedaan in verschillende delen van ons gebied. Maar ook daarbuiten. In ons gebied is al sprake van coalities met buitenlandse steden, waarin wij participeren. Wij willen blijven inzetten op dit soort initiatieven om de kennis en ervaring die daaruit voorkomt te delen in ons gebied. Agendapunten 2017 - 2020 In bijlage 1 is een overzicht gegeven van de agendapunten waaraan we vanuit de verschillende posities gaan werken de komende jaren. Voor een belangrijk deel geven we daar op dit moment al invulling aan. We beseffen dat we de agendapunten voor onze rol als partner en adviseur in gezamenlijkheid moeten oppakken en daarin dus afhankelijk zijn van onze partners. In die context is ons streven de agendapunten in ons gebied in 2020 zoveel mogelijk geografisch gedekt te hebben. We doen dat door onze strategie actief uit te dragen en actief in te spelen op ontwikkelingen en kansen in het gebied, waarbij we prioriteit geven aan situaties die vanuit waterhuishoudkundig perspectief kritisch zijn in het licht van klimaatverandering. 11 Bijlage 1: Agendapunten 2017 - 2020 Onderstaand is een overzicht gegeven van de agendapunten waarvoor we zelf aan de lat staan en die we (min of meer) autonoom tot uitvoering kunnen brengen. Ook op deze agendapunten zoeken we de verbinding met onze partners. Programma’s Agendapunten vanuit positie als probleemeigenaar Watersysteem - Waterketen - Waterveiligheid - Werkprogramma ZON Waterschap Rijn en IJssel; geprogrammeerde WRIJprojecten gericht op watervoorziening (watertekort verminderen) Toetsing normering wateroverlast met inbegrip van klimaatverandering Watersysteemperspectieven; ontwikkelen integrale visie op water voor de lange termijn per stroomgebied, met inbegrip van een visie op de samenhang tussen de effecten van klimaatverandering op waterkwantiteit (te droog, te nat) en waterkwaliteit. Geeft richting voor de aanpak van concrete opgaven. Opstellen grondwatervisie met inbegrip van klimaatverandering Actualisatie onderhoudsbeleid met inbegrip van klimaatverandering Verkenning ‘20 jaar klimaatadaptatie WRIJ’ (door Van Hall Larenstein) Effectbepaling (effluent) RWZI’s in licht van klimaatverandering op het watersysteem (watervoorziening en waterkwaliteit) Koppeling waterketen en watersysteem met oog op klimaatverandering (verbreding samenwerking vanuit afvalwaterketen met gemeenten) Klimaatmitigatie (onderdeel duurzaamheidsstrategie): duurzame energie en circulaire economie Analyses ten behoeve van de dijkversterkingsprogramma’s Beoordeling primaire en regionale keringen met inbegrip van klimaatverandering Versterking van de primaire keringen via het HWBP Versterking van regionale keringen (buiten HWBP) In onderstaande tabel zijn de agendapunten weergegeven die we vanuit onze positie als partner of adviseur oppakken. In de tabel is per speelveld aangegeven wat we nu al doen, en op welke punten we onze inzet vanuit de positie van partner of adviseur - de komende periode gaan versterken. 12 Agendapunten vanuit positie als partner of adviseur Stedelijk gebied Wat doen we al? Waarop versterken we onze inzet? Stedelijke pilots waterbeschikbaarheid, Klimaat Actieve Stad, Climate Active Neighbourhoods Arnhem, Klimaatverandering is onderdeel van gezamenlijke initiatieven: - Watervisie Arnhem, - visies afvalwaterteams, - onderzoek wateroverlast Achterhoek-plus gemeenten - IJsselbiënnale 2017 Etc. Partner: organisatie samenwerking met gemeenten op vlak van ruimtelijke adaptatie: invulling geven aan integrale aanpak. Te starten bij gezamenlijke verkenning van de klimaatopgave. Adviseur: bijdragen aan klimaatbestendigheid in RO-beleid (omgevingsvisies), bijdragen aan handelingsperspectief voor gemeenten, ondernemers en inwoners. In te vullen met gemeenten. Landelijk gebied Onderzoek waterbeschikbaarheid Berkel (IMPREX), pilot klimaatadaptief brongebied Baakse Beek, samenwerking in Zoetwatervoorziening OostNederland (ZON), Vruchtbare Kringloop Achterhoek en Liemers, DAW-initiatieven, etc. Partner: klimaatadaptatie invullen in gebiedsprocessen (o.a. ZON, DAW) Adviseur: bijdragen aan klimaatbestendigheid in RO-beleid (omgevingsvisies), bijdragen aan handelingsperspectief voor o.a. (agrarische) ondernemers (o.a. VKA) Invulling van onze rol in gebiedsprocessen, mede in kader van de Realisatiestrategie ZON en het DAWproces. Stroomgebied/ grensoverschrijdende situaties Onderzoek waterveiligheid dijkring 48 met Duitse partners, Waterakkoorden met RWS, etc. Partner: opnemen klimaatverandering in grensverdragen met Duitsland en waterakkoorden met RWS. Gemeenschappelijke basis leggen voor toekomstige initiatieven. 13 Bijlage 2: Illustratie van verscheidenheid aan landelijke initiatieven Er is sprake van een grote verscheidenheid aan maatregelgerichte initiatieven rond klimaatadaptatie in Nederland, waarin de betreffende waterschappen op wisselende wijze betrokken zijn. Hieronder zijn enkel voorbeelden beschreven. Voor meer achtergrond, zie ook het landelijk portaal www.ruimtelijkeadaptatie.nl. De Klimaatactieve Stad (KAS) De Klimaatactieve Stad, kortweg KAS, is een beweging die een bijdrage wil leveren aan een leefbare stad waarin goed met water en klimaat wordt omgegaan. Het is een netwerk van 16 waterschappen en betrokken partners. Meer informatie: https://www.uvw.nl/publicatie/kas-de-klimaatactieve-stad/ Waterschap Vechtstromen Onder de vlag van ‘KAS’ draagt waterschap Vechtstromen (samen met Twentse steden) bij aan meer dan veertig projecten gericht op concrete maatregelen voor een duurzaam woon- en werkklimaat in de stad (water, energie, milieu, ruimtelijke ordening). Meer informatie: http://www.vechtstromen.nl/projecten/projecten/klimaatactievestad/ Subsidie voor klimaatbestendige maatregelen, Waterschap Aa en Maas De regeling heet: ‘Samen anders doen met water en groen‘. Waterschap Aa en Maas roept juist inwoners, verenigingen en bedrijven in dorpen en steden op om gezamenlijk aanpassingen te doen die de leefomgeving klimaatbestendig maken en verbeteren. Om dit te stimuleren, verstrekken zij vanaf 1 maart 2016 subsidie aan samenwerkende initiatiefnemers. De maximale subsidie per project is 30% van de projectkosten, met een maximum bijdrage van € 5.000,-. Meer informatie: http://www.aaenmaas.nl/pagina/over-aa-enmaas/beleid/klimaat.html Code Oranje – ambitie waterschap Peel en Maasvallei Naar aanleiding van extreme neerslag in het voorjaar van 2016 is Waterschap Peel en Maasvallei het programma Code Oranje gestart. In het programma is gezocht naar mogelijkheden om in de toekomst problemen te beperken en liever nog, te voorkomen. In oktober is het actieplan Code Oranje opgeleverd. Het rapport is opgebouwd op drie pijlers: ruimtelijke adaptatie, ontwikkelen en beheren van het watersysteem en werken in allianties. Meer informatie: http://www.wpm.nl/algemeen/taken-en-beleid/droge-voeten-envoldoende-water/code-oranje/code-oranje.html Rainproof Amsterdam Rainproof Amsterdam heeft als doel Amsterdam bestand maken tegen de steeds vaker voorkomende hoosbuien. Amsterdam Rainproof is een netwerk van diverse organisaties (62) die zich actief inzetten voor het regenbestendig maken van Amsterdam. Het netwerk biedt steun bij het rainproof inrichten van de stad, waarmee iedere organisatie op haar manier bijdraagt. Het netwerk is opgezet door de gemeente Amsterdam en Waternet. Meer informatie: www.rainproof.nl 14 Rotterdam Climate Initiative De Rotterdamse adaptatiestrategie (2013) zet de koers uit waarlangs Rotterdam zich wil aanpassen aan de veranderingen van het klimaat en laat zien hoe bewoners, bedrijven en stad maximaal kunnen profiteren. Deze strategie biedt het kader en de uitgangspunten voor een toekomstbestendige ontwikkeling van Rotterdam en zorgt ervoor dat voortaan bij elke (ruimtelijke) ontwikkeling vanaf het begin van het proces onderwerpen als waterveiligheid, bereikbaarheid en robuustheid van de stad als uitgangspunten worden meegenomen. Meer informatie: www.rotterdamclimateinitiative.nl Operatie Steenbreek Operatie Steenbreek werd in februari 2015 afgetrapt en is een initiatief van verschillende universiteiten en milieuorganisaties. Gemeenten die zich aanmelden betalen 5000 euro. Daarvoor krijgen ze onder andere een pagina op de landelijke website, toegang tot verschillende onderzoeken en delen ze mee in ervaringen van andere steden. Elke stad bedenkt zijn eigen acties. Het doel van de actie Operatie Steenbreek is om de burgers te enthousiasmeren om hun tuin te vergroenen. De negatieve gevolgen van verstening worden daarbij onder de aandacht gebracht. Meer informatie: www.operatiesteenbreek.nl 15 Bijlage 3: Enkele voorbeelden van initiatieven in ons werkgebied Ook in ons werkgebied is sprake van een verscheidenheid aan maatregelgerichte initiatieven, waarin we vanuit verschillende posities een rol vervullen. Hieronder zijn enkele voorbeelden opgenomen. Klimaat Adaptieve Stad (KAS) (2015) Onderzoek naar de effecten van klimaatverandering in Zutphen, Lochem en Arnhem in samenwerking met Alterra, Radboud Universiteit en WaterNext (2015) Pilots Zoetwatervoorziening (ZON) (2016 – 2017) Optimalisatie wateraanvoer en waterverdeling waterlopen Zutphen o.a. Leestenselaak Klimaatrobuuste inrichting bekensysteem stedelijk gebied Lochem Klimaatrobuuste inrichting watersysteem Westervoort Onderzoek waterbeschikbaarheid stroomgebied de Berkel (2016 – 2019) Het stroomgebied van de Berkel is geselecteerd als casestudie voor de ontwikkeling en toepassing van een risicobenadering voor de Nederlandse zoetwatervoorziening (omgaan met watertekorten). Het betreft een project binnen het Europese onderzoeksprogramma IMPREX. Voor verdere informatie: http://www.imprex.eu/ Klimaatpilot Brongebied Baakse Beek Naar aanleiding van de wateroverlast in Lichtenvoorde (2010) werken waterschap en gemeente Oost Gelre aan een optimalisatie van het watersysteem. De focus ligt daarbij op ‘te nat’. Maatregelen spelen op de korte termijn en zijn gericht op omleiding en retentie van water om herhaling van calamiteiten te beperken. Parallel zijn waterschap en gemeente, samen met provincie en LTO de initiatiefnemers van de pilot Klimaat Klaor ?!. Met deze pilot willen we samen met maatschappelijke partijen en inwoners op zoek gaan naar een aansprekende manier om het brongebied van de Baakse Beek op de lange termijn klimaatadaptief te maken. Doel is dat het brongebied een aantrekkelijke locatie blijft om te wonen, werken en recreëren. Het blikveld is daarbij breed; aandacht gaat uit naar zowel te nat, te droog, hittestress en andere verwachte klimaateffecten. Klimaatdag Achterhoek+ (2016) Bestuurlijke aftrap van de samenwerking tussen de partners (gemeenten en waterschap) in het Waterberaad Achterhoek+ aan de omgang met klimaatverandering. Werkgroep Wateroverlast en klimaatverandering Achterhoek+ (2016) Onderzoek waarin ‘werkmodules’ zijn ontwikkeld voor gemeenten om invulling te geven aan de omgang met klimaatverandering (o.a. klimaatparagraaf voor Omgevingsvisie) Arnhem Klimaatbestendig Met de gemeente Arnhem participeren we in het Europees project CAN (Climate Active Neighbourhoods) waarin geëxperimenteerd wordt met de wijkaanpak. In dit project wisselen steden binnen Europa hun ervaringen uit. De 'Arnhemse Aanpak'; hoe kan de gemeente zo effectief mogelijk alle wijkinitiatieven op het gebied van duurzaamheid ondersteunen. Specifiek gericht op hitte- en waterproblematiek. Arnhem Klimaatbestendig informeert en inspireert Arnhemmers om de stad samen klimaatbestendiger te maken. Meer informatie: http://www.nweurope.eu/projects/project-search/climate-activeneighbourhoods-can/ Visiedocument afvalwaterketen Olburgen (2016) Afvalwaterteam Olburgen (Rheden, Bronckhorts, Doesburg, WRIJ) heeft in haar Visiedocument Afvalwaterketen Olburgen 2030 een visie op de omgang met klimaatverandering uitgewerkt. 16