Informatie groep 6, schooljaar `08 -`09

advertisement
Informatie groep 6, schooljaar 2016 -2017
In groep 6 hebben de leerlingen twee leerkrachten. Gerrit Toeters werkt op maandag,
dinsdag en woensdag voor de groep. Donderdag en vrijdag is Henny Tadema in de groep
werkzaam. Op woensdag en donderdag zijn we beide aanwezig. Degene die niet voor de
groep staat, vervult dan rt werk voor de groepen 5 en 6, houdt gesprekjes met de
leerlingen en doet allerlei andere zaken die in het belang zijn van de groep, de leerling.
We werken in groep 6 voortdurend aan een goed sociaal klimaat. Leerlingen moeten
weten dat er verschillen tussen hen bestaan, maar dat een ieder gelijkwaardig is.
We zijn veel bezig met gewenst gedrag. Hoe ga je met elkaar om, een ander helpen als
die iets moeilijk vindt, maar ook een ander met rust laten als dat even nodig is. Veel komt
al aan bod tijdens gesprekken rond Trefwoord. ‘ Grip op de groep’ en ‘Wij zijn een
groep’ zijn handleidingen om opdrachten uit te doen om te komen tot een goed sociaal
klimaat. Ook werken we met Methode B. Dit is een weerbaarheidstraining. Niet omdat er
problemen zijn, maar vanwege de preventieve werking. In het kader van eigenaarschap
hebben we een missie opgesteld. Hierbij ook afspraken gemaakt om dit te bereiken. Naast
de missie en afspraken hebben we ons ook doelen gesteld. Deze veranderen steeds tijdens
het schooljaar. Het zijn steeds 2 doelen: één op sociaal/emotioneel vlak en één op
cognitief gebied. De afspraken hebben de leerkrachten en de kinderen ondertekend, zodat
iedereen er op aangesproken kan worden.
Er bestaan verschillen in het verwerken van de leerstof. Verlengde instructie voor
leerlingen die dat nodig hebben, extra stof voor leerlingen die dat aankunnen. Werken
met dagtaak, weektaak, basisstof, keuzewerk. Leerlingen leren zelf verantwoordelijk te
zijn voor planning (waar begin ik mee) en uitvoering van het werk. (goed nakijken)
Leerkracht is niet altijd beschikbaar voor iedereen. (uitgestelde aandacht) Dit betekent dat
in de klas de BAS-blokjes erg belangrijk zijn. Ze worden gebruikt als hulpmiddel bij het
zelfstandig werken in alle groepen. Doorgaande lijn.
Godsdienst
Verschillen in achtergrond. Respect voor verschillen in geloofsbeleving en gewoonten.
We werken met de methode ‘Trefwoord’. Normen en waarden!
Lezen
In de bovenbouw is minder tijd beschikbaar voor (hardop) groepslezen. Thuis hardop je
ouders, broertje, zusje voorlezen blijft een goede oefening. Voor leerlingen die nog veel
oefening nodig hebben om de techniek van het lezen voldoende te beheersen werken we
1x per week met Lekker Lezen.
Om het tempo goed te houden doen we aan racelezen. Dit is in één minuut zoveel
mogelijk woorden lezen.
Elke ochtend wordt er gelezen in een zelf uitgekozen boek.
Ook wordt er voorgelezen in de klas. Niet alleen door de leerkracht, maar ook door de
leerlingen.
Begrijpend lezen : We werken met de methode Nieuwsbegrip. Nieuwsbegrip sluit elke
week aan bij actueel nieuws. Hierover komt dan een tekst met verschillende
vraagsoorten. Eén keer per week is er een basisles. In deze basisles ligt de nadruk op 1
strategie. Deze strategie komt ook weer aan bod als er geoefend wordt met een CITO
tekst, een verhaaltekst , gedicht, krantenbericht o.i.d.
Taal Actief (taal, spelling, woordenschat)
We werken met de vernieuwde methode Taal Actief. De methode bestaat uit een leergang
voor taal en één voor spelling. Beiden werken met instapkaarten waarop het doel staat
vermeld. De leerlingen kunnen in niveaus werken. Dit wordt aangegeven met 1,2 of 3
sterren. Er zijn 3 basisweken en in de 4e week wordt er getoetst. Na de toets/het dictee
wordt gekeken of het kind pluswerk aan kan of dat hij/zij extra oefenwerk nodig heeft. In
de taalmethode wordt aandacht gegeven aan 4 aspecten. Het onderdeel woordenschat
komt 1x per week aan bod en hierin komen in aansprekende verhalen veel lastige
woorden voor. Ook is hierbij aandacht voor spreekwoorden en zegswijzen. In het
onderdeel taal verkennen komen veel aspecten aan de orde. O.a. zinsbouw, leestekens,
woordsoorten, verkennen van werkwoorden, afkortingen. Het onderdeel spreken &
luisteren geeft de leerlingen de mogelijkheid hun mondelinge vaardigheden te
ontwikkelen.
Bij het onderdeel schrijven worden allerlei tekstsoorten geoefend, bijv. verhaal, betoog,
gedicht, brief, gebruiksaanwijzing.
In de spelling methode komen 2 categorieën per week aan bod. Hiernaast worden er 2
categorieën opgefrist. De leerlingen krijgen de woordpakketten mee naar huis om te
oefenen. De leerlingen die moeite hebben met spelling oefenen spelling ook op de
computer.
Rekenen
We werken met de (vernieuwde) methode Wereld in getallen. De zorgvuldige opbouw
van de leerlijnen is één van de sterke punten van deze methode.
Wereld in getallen sluit met nieuwe eigentijdse thema’s aan bij de belevingswereld van
kinderen. Herkenbare situaties en contexten worden gebruikt tijdens de lessen. Er wordt
eerst georiënteerd op een nieuw rekenaspect. Pas als de begripsvorming een feit is wordt
geoefend en ten slotte geautomatiseerd.
Niet iedere leerling leert even gemakkelijk en snel. Wereld in getallen houdt daar
rekening mee. De leerlingen werken met rekenboeken. Het rekenboek is een
omkeerboek; aan de ene kant zit het lesboek, waarin alle leerkrachtgebonden
instructielessen per week geordend zijn. Aan de andere kant zit het gedeelte met de
weektaken waar de leerlingen zelfstandig in kunnen werken tijdens het tweede deel van
de les op hun eigen niveau. De leerlingen die moeite hebben met het rekenen krijgen
verlengde instructie tijdens het eerste deel van de les. De snellere rekenaars werken
zelfstandig verder.
Er is in deze methode veel aandacht voor het automatiseren, waarbij de leerlingen op
verschillende manieren oefenen: mondeling, schriftelijk, op de computer, in spelvorm.
Wereld in getallen biedt 8 blokken aan. Elk blok duurt 4 á 5 weken. De laatste week van
een blok is er een toets, met daarna enkele dagen voor herhaling en verrijking. De toetsen
vormen het rapportcijfer voor rekenen.
Naast de methode besteden we extra aandacht voor de automatisering van de tafels.
Schrijven : Groep 6 afbouw steunlijn. Tot en met groep 7 verbonden schrift. Ook in
groep 6 schrijflessen. Niet om het te moeten leren, maar om een regelmatig handschrift te
ontwikkelen. Je houdt de leerlingen alert op het leesbaar en netjes schrijven.
Zaakvakken: In projectvorm. Groepsoverstijgend werken. Twee keer per jaar een
project alleen voor groep 6. Aan het begin van het schooljaar en een keer in de tweede
helft van het schooljaar.
Crea : Per groep georganiseerd. Tekenen, knutselen met verschillende materialen, maar
soms ook dans en drama. Op vrijdagmiddag zijn we hiermee aan de slag. Ook tijdens de
projecten komen creaopdrachten aan bod.
Muziek : We gebruiken de digitale versie van de methode Eigenwijs. De leerkrachten
hebben vorig schooljaar hiervoor workshops gevolgd. Verschillende leerkrachten zijn
gecoacht in hun muzikale vaardigheden door een docent van de muziekles. Dit jaar gaat
de begeleiding op school verder. Groep 6 doet mee aan de instrumenten carrousel: lessen
met een instrument door iemand van de muziekschool.
Bewegingsonderwijs : De gymlessen worden verzorgd door juf Mirjam (vakleerkracht)
Elke donderdag hebben de leerlingen een uur gym. Van 11.00 – 12.00 uur. Hierdoor
wordt er wat geschoven met de pauzetijden.
Verkeer: Bladen van Veilig Verkeer Nederland. Op voeten en fietsen.
Huiswerk
 De leerlingen in groep 6 krijgen met enige regelmaat huiswerk mee naar huis. Dit
kan zijn: werk dat op school niet afgekomen is of extra werk van een vakgebied
waarvoor extra oefening nodig is.
 Topografie: Alle provincies van Nederland komen aan bod. Eens per 3 weken
wordt een nieuwe provincie overhoord en ook plaatsen, gebieden en wateren van
eerder geleerde. Dan wordt ook het plakboek ingeleverd. De week voor de toets
wordt het plakboek mee naar huis genomen. Ouderbrief ook per mail over dit
vakgebied.
 Voor alle leerlingen: voorbereiding op presentaties, het maken van een werkstuk
en een boekverslag.
 Werkstuk en presentatie zijn aan elkaar gekoppeld. Zelfde onderwerp. Werkstuk
is de schriftelijke verwerking en een presentatie de mondelinge.
 Als een project is afgerond wordt dit getoetst. Soms is dit een presentatie, maar
soms ook een schriftelijke toets. Hiervoor krijgen de leerlingen dan een lesbrief
mee naar huis met de informatie over dat project.


Leerlingen kunnen hun huiswerk in een agenda noteren, maar dit is in groep 6 nog
niet verplicht. De leerlingen krijgen wekelijks hun weektaak mee naar huis.
Hierop staat ook het huiswerk voor de komende weken. Het is zinvol om als
ouder hier enig toezicht op te houden.
Huiswerk staat ook in een agenda op het bureau van de leerkracht.
Rapportcijfers overige vakken : toetsen volgens normering methode.
Computergebruik :
 Spelling voor leerlingen die extra oefening nodig hebben
 Per week ongeveer 30 minuten rekenen (automatiseren)
 Tijdens de projectmiddagen kan ook de computer gebruikt worden. (filmpjes/info
opzoeken)
 Voor zover de computer beschikbaar is kunnen er ook:
 eigen teksten gemaakt worden.
 extra oefeningen gedaan worden voor rekenen/spelling
De computer wordt dus ingezet waar mogelijk en/of nodig.
 Als ze beschikbaar zijn, worden ook I-pads/chromebooks ingezet.
Contact tussen school en thuis is belangrijk. Als de leerkracht het nodig vindt, wordt er
contact met u opgenomen. Vindt u een gesprek nodig, dan stellen we het op prijs dat u
contact met ons opneemt.
Download