Uniform Verantwoordingsdocument SAN-leden SAN lid AGB code Invuller (naam, functie) Datum invullen Verantwoording over jaar Thema 1. Aanvragers %/ aantal ja nee toelichting / tekstvak Definitie aanvrager: De eerstelijns BIG geregistreerde zorgaanbieder, die het afgelopen jaar minimaal 50 orders diagnostisch onderzoek heeft aangevraagd, vallend onder de prestatie-omschrijvingen lab-onderzoek, beeldvormend onderzoek en functieonderzoek. Definitie DTO: Het Diagnostisch Toets Overleg (DTO) is een moment waarop spiegelinformatie over het aanvraaggedrag wordt besproken door het diagnostisch centrum met (een groep) aanvragers. In dit overleg wordt tevens inhoudelijke kennis over specifieke onderwerpen of analyses gedeeld. Het DTO is cyclisch van aard. A B 1 2 3 4 % van de aanvragers waarmee een DTO wordt doorlopen Hoeveel aanvragers hebben deelgenomen aan DTO? Hoeveel DTO’s zijn er gehouden? Wordt de aanvragerstevredenheid gemeten door middel van een vragenlijst? Zo ja; Welke vragenlijst wordt hiervoor gebruikt? Hoe vaak wordt de aanvragerstevredenheid gemeten? Wat is de gemiddelde aanvragerstevredenheid? Zo nee; Wat is de reden dat de aanvragerstevredenheid niet wordt gemeten? 1 C F G H I Kunnen aanvragers vakdeskundigen consulteren? Zo ja, op welke wijze kan dit? Rechtstreeks telefonisch, via terugbelafspraken, per mail of via een website? Voor klinische chemie? Voor medische microbiologie? Voor beeldvormende diagnostiek? Voor functieonderzoeken? Vind terugkoppeling naar aanvragers plaats van ondoelmatige aanvragen? Zo ja; Op welke wijze? Wat is het aantal aanvragers van het afgelopen jaar? Over alle aanvragers bezien in het afgelopen jaar, Wat is het gemiddeld aantal analyses per order per patiënt voor klinische chemie? Wat is het gemiddeld aantal analyses per order per patiënt voor medisch microbiologie? Wat is het gemiddeld aantal aanvragen voor beeldvormende diagnostiek? Wat is het gemiddeld aantal aanvragen voor functieonderzoeken? 2. Kwaliteit van zorg 1 2 3 4 D E ja nee geldig tot toelichting / tekstvak Toelichting kwaliteit: CCKL is de stichting voor bevordering van kwaliteit van het laboratoriumonderzoek en voor accreditatie van laboratoria in de gezondheidszorg. CCKL accrediteert het laboratorium op basis van de CCKL Praktijkrichtlijn en maakt gebruik van de SAN Praktijkrichtlijnen voor accreditatie van biometrie en beeldvormende diagnostiek. De accreditatiemogelijkheden volgens de CCKL Praktijkrichtlijn wordt vervangen door een accreditatie door de Raad van Accreditatie volgens de ISO 15189. Per 2015 worden alle herbeoordelingen en nieuwe beoordelingen volgens ISO 15189 uitgevoerd. Na 2017 komt de CCKL accreditatie volledig te vervallen. A Heeft de organisatie een accreditatie? Zo ja, welke? 1 2 3 Is er accreditatie voor klinische chemie? hematologie? POCT? Zo nee, audit gepland op …. Zo ja, welke accreditatie? 2 4 5 6 7 8 medische microbiologie? biometrie? beeldvormende diagnostiek? pathologie? overig? 3. Patiënten ja nee cijfer/ getal toelichting / tekstvak Toelichting patiënten: Diagnostische centra leveren hun dienstverlening aan patiënten. Middels de onderstaande drie indicatoren wordt gekeken naar de betrokkenheid van patiënten en naar het aantal contacten dat diagnostische centra per jaar hebben. A B C Wordt de patiënttevredenheid gemeten door middel van een vragenlijst? Zo ja; Welke vragenlijst wordt hiervoor gebruikt? Hoe vaak wordt de patiënttevredenheid gemeten? Wat is de gemiddelde patiënttevredenheid over de totale organisatie, over het afgelopen jaar? (cijfer 0-10) Zo nee; Wat is de reden dat de patiënttevredenheid niet wordt gemeten? Zijn de uitslagen van onderzoek digitaal beschikbaar voor patiënten met in achtnemening van de vigerende privacy wet- en regelgeving? Rapport meesturen indien beschikbaar Datum onderzoek: … Eventuele randvoorwaarden voor beschikbaarheid voor de patiënt: Hoeveel fysieke contactmomenten heeft de organisatie met patiënten per jaar? NB. Het gaat om het totale aantal contacten met patiënten, voor alle onderzoeken die door de organisatie worden uitgevoerd. Het gaat niet om unieke patiënten. Onderzoeken waarbij de patiënt meerdere keren ontvangen wordt (bijvoorbeeld bij het aan- en afkoppelen van een ambulante bloeddrukmeting) tellen als één contact. D Is bovenstaand aantal fysieke contactmomenten inclusief of exclusief trombosepatiënten? 3 E F Wordt door de organisatie diagnostiek decentraal aangeboden aan de patiënten? Zo ja; Over hoeveel locaties voor decentrale diagnostiek beschikt de organisatie? Welk percentage van de totale bloedafnames wordt aan huis verricht? Welk percentage van de locaties kent openingstijden buiten kantoortijden? Welke knelpunten met betrekking tot toegang zijn er? 4. Doelmatigheid van diagnostiek in de keten ...% ...% ja nee aantal toelichting / tekstvak Toelichting doelmatigheid: Een goede inbedding van de diagnostiek in de zorgketen draagt bij aan een doelmatige en betaalbare gezondheidszorg. Doelmatigheid van diagnostiek in de keten gaat over gepast aanvraaggedrag, over het delen van uitslagen in de keten en het werken volgens zorgstandaarden / LESA en andere ketenafspraken. A B 1 2 C D Zijn de uitslagen van diagnostisch onderzoek digitaal beschikbaar voor de aanvrager? Zijn de uitslagen van diagnostisch onderzoek digitaal beschikbaar voor tweede- en derdelijns aanbieders in het werkgebied en zijn hierover afspraken gemaakt? Zo ja, voor hoeveel van het totale aantal ziekenhuizen overige tweede- en derdelijns instellingen Werkt de organisatie volgens zorgstandaarden / LESA of andere ketenafspraken? Zo ja, geef hieronder aan welke; Zijn de drie belangrijkste ondoelmatigheden in de geleverde diagnostiek bekend? Zo ja, welke zijn dit? 1 2 3 Waar blijken deze ondoelmatigheden uit? 1 2 4 3 Welke maatregelen ter verbetering zijn voor deze ondoelmatigheden benoemd? 1 2 3 5. Innovatie getal toelichting / tekstvak Definitie innovatie: Alle activiteiten die gericht zijn op het operationaliseren van vernieuwingen in de diagnostiek (verbetering van de kwaliteit en/of klantbeleving en/of kosten. Innovaties kunnen zowel technologisch als niet-technologisch van aard zijn. Bij technologische innovatie gaat het om het vernieuwen dan wel sterk verbeteren van producten of diensten, of de processen waarmee producten en diensten worden voortgebracht. Van niet-technologische innovatie is bijvoorbeeld sprake bij vernieuwingen in sociale structuren (faciliteren van zelfmanagement) of in de infrastructuur van de diagnostiek. In het operationaliseren zit de kracht en dat is eigenlijk innovatie. A B C D Welke testen worden in Point of Care (POC) vorm uitgevoerd in en door de huisartsenpraktijk? Hoeveel apparaten zijn er per test uitgezet? Wat is per test het gemiddeld aantal testen per huisartsenpraktijk per jaar? Wordt zelfmanagement door de patiënt ondersteund? Zo ja, op welke wijze? 6. Substitutie A Zijn er regionale afspraken over substitutie gemaakt? Zo ja, welke afspraken zijn dit en met welke partijen zijn de afspraken gemaakt? Worden er diagnostische onderzoeken uitgevoerd die substitutie bevorderen? Zo ja, welke? Bijvoorbeeld inspannings-ECG, OSAS diagnostiek, diagnostiek bij atriumfibrileren? B 7. A Organisatie Voldoet de organisatie aan de Zorgbrede Governancecode? B C Voldoet de organisatie aan de bepalingen uit de WNT? Beschikt de organisatie over een WTZI-toelating? Zo nee, reden; Niet nodig voor organisatie 1 toelichting / tekstvak ja nee toelichting / tekstvak Indien nee; ….. 5 2 Toelating is wel aangevraagd, maar niet toegekend 8. A Financiën Wordt in de organisatie het Gemeenschappelijk Normenkader voor Financieel beheer toegepast? Zo ja, Gebruik het schema in de bijlage om aan te geven in hoeverre de organisatie aan het kader voldoet. NB toepassing wil nog niet zeggen dat volledig wordt voldaan, wat ook nog niet volledig hoeft volgens de beleidslijn hiervoor (zie http://www.rijksoverheid.nl/documenten-enpublicaties/kamerstukken/2013/11/27/gemeenschappelijk-normenkaderfinancieel-beheer.html) ja nee toelichting 6