Jezus, onze heerlijke obsessie - 4. Efez.3:8 Mij, de allerminste van alle heiligen, is de genade geschonken om de ondoorgrondelijke rijkdom van Christus te verkondigen. A: De volharding van Christus. 2Tess.3:5 En de Heere moge uw harten richten op de liefde van God en op de volharding van Christus (HSV). Openb.3:10 Omdat u het woord van Mijn volharding hebt bewaard …… (HSV). Een zeer bijzonder aspect aan het karakter van Jezus is dat Hij nooit roemt over Zijn unieke eigenschappen, maar daar is één uitzondering op; Jezus benadrukte van Zichzelf dat Hij zachtmoedig en nederig van hart was (Matt.11:29). Deze zelfde houding zien wij ook bij Mozes die nooit roemde over zichzelf, maar ook deze ene uitzondering op zichzelf maakte, en beschreef dat er niemand op de hele wereld zo nederig was als hij (Num.12:3). Jezus en Mozes hadden deze ene karaktereigenschap van nederigheid gemeenschappelijk, en het was juist deze eigenschap die hen succesvol maakte in hun bediening om het volk van God naar het beloofde land te brengen. Mozes moest het volk Israël naar zijn aardse bestemming brengen, en Jezus moest Zijn wereldwijde volk – de gemeente van Christus – naar zijn zowel hemelse als aardse bestemming brengen. De zachtmoedigheid van Jezus spreekt van Zijn volharding in de doelstellingen van de Vader voor Zijn leven op de aarde; Jezus had deze volharding nodig in Zijn nederigheid tijdens Zijn eerste aanwezigheid op de aarde. God heeft in de hemel geen volharding nodig, omdat Hij in de hemel geen obstakels heeft; maar als Mens kwam Jezus dezelfde obstakels en weerstand tegen, waarmee alle mensen te maken hebben. Volharding heeft te maken met het zoeken van Gods aangezicht in geloof zonder op te geven, en het dienen in kleine zaken te midden van frustrerende omstandigheden, gebrek aan medewerking, en vele andere irriterende zaken zoals gebrek aan financiën, gebrek aan waardering, een gebrekkige gezondheid, teleurstellende relaties enzovoort. Het is een tijd waarin men verborgen wordt gehouden voor het oog van de mensen, terwijl de gunst van God schijnbaar ingehouden wordt en de zaken niet goed lijken te verlopen. Dit alles heeft echter met een zéér hoog doel te maken, want het is Gods doel om de aarde te vullen met vrijwillige liefde en nederigheid, die voor eeuwig zullen blijven. God wil heersen over de aarde in partnerschap met mensen die kiezen voor vrijwillige liefde en nederigheid; daarom is het één van de hoogste doelen van Jezus in de menselijke geschiedenis om de aarde te vullen met nederigheid. De dienende mens zal de grootste van allen zijn in morele deugd, in een positie van autoriteit, en partnerschap met God in intimiteit. Matt.23:11 De belangrijkste onder jullie zal jullie dienaar zijn. In de bekende profetie van Daniel 7 over de wereldwijde heerschappij van de Messias wordt deze wereldwijde heerschappij van Jezus verbonden aan het nederig dienen van mensen in deze eeuw en in de toekomende eeuw. De zachtmoedigen zullen het leiderschap over de aarde beërven (Matt.5:3), ten dele al op onzichtbare wijze in deze tijd, maar zeer duidelijk zichtbaar in volheid in het Millennium (Openb.20:6), en in de eeuwigheid (Openb.22:5). Zij zullen deel krijgen aan de heerschappij van Jezus in navolging van Zijn houding tijdens Zijn eerste aanwezigheid op de aarde. Matt.20:28 Zoals de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en Zijn leven te geven als losgeld voor velen. De volkeren zullen de nederigheid van Jezus zien bij Zijn triomfantelijke terugkeer tijdens Zijn tweede komst naar de aarde; Zijn majesteit en glorie zullen een demonstratie zijn van Zijn macht in Zijn overwinning over alle volkeren. Maar Jezus zal dit doen zonder een spoor van trots, want Hij zal het leiderschap over alle naties van de aarde overnemen met een hart vol nederigheid en de promotie van nederigheid in anderen. Ps.45:4-5 Gord Uw zwaard aan de heup, o Held, het teken van Uw majesteit en glorie. Treed op in Uw glorie en begin de strijd voor waarheid, deemoed en recht. In de toekomende eeuw zullen de heiligen van God nóóit zondigen, maar ook zullen wij nooit 1 automatisch wandelen in liefde en nederigheid, want liefde en nederigheid vereisen per definitie een vrijwillige keuze. Ik begrijp niet alle dynamische aspecten die in de toekomst zullen samenwerken met ons opstandingslichaam zonder een spoor van zonde in ons leven in de tegenwoordigheid van God. Maar onze vrije wil zal niet verdwijnen, want het zal de nederigheid van Jezus zijn die ons voor eeuwig zal inspireren. De rustplaats van de Vader op de aarde zal voor eeuwig aanwezig zijn in de context van een koninkrijk van mensen die in nederigheid zullen leven. Daarom is het Gods doel om de aarde te vullen met voortdurende vrijwillige liefde en nederigheid. Jes.66:1-2 Dit zegt de HEER: De hemel is Mijn troon, de aarde Mijn voetenbank. Waar zouden jullie een huis voor Mij kunnen bouwen? En wat zou Mij als rustplaats dienen? Dit alles heb Ik met eigen handen gemaakt, zo is dit alles ontstaan, spreekt de HEER. Toch sla Ik acht op wie verdrukt wordt (letterlijk: de nederige), op mensen met een gebroken geest, op ieder die huivert voor Mijn woorden. Openb.21:3 Gods woonplaats is onder de mensen, Hij zal bij hen wonen. Zij zullen Zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn. B: De verborgen Messias in Jesaja 49. Jes.49:1-12 Eilanden, hoor Mij aan, verre volken, luister aandachtig. Al in de schoot van Mijn moeder heeft de HEER Mij geroepen, nog voor ze Mij baarde noemde Hij Mijn naam. 2 Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield Me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte Me tot een puntige pijl, Hij stak Me weg in Zijn pijlkoker. 3 Hij heeft Me gezegd: Mijn dienaar ben Jij. In Jou, Israël, toon Ik Mijn luister. 4 Maar Ik zei: Tevergeefs heb Ik Me afgemat, Ik heb al Mijn krachten verbruikt, het was voor niets, het heeft geen zin gehad. Maar de HEER zal Me recht doen, Mijn God zal Me belonen. 5 Toen sprak de HEER, die Mij al in de moederschoot gevormd heeft tot Zijn dienaar om Jakob naar Hem terug te brengen, om Israël rond Hem te verzamelen, dat Ik aanzien zou genieten bij de HEER en dat Mijn God Mijn sterkte zou zijn. 6 Hij zei: Dat Je Mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal Je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die Ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt. 7 Dit zegt de HEER, de bevrijder, de Heilige van Israël, tegen Hem die smadelijk veracht wordt, die door vreemde volken wordt verafschuwd, die dienaar is van vreemde heersers: Koningen zullen dit zien en opstaan, vorsten buigen diep voorover, omwille van de HEER, die betrouwbaar is, de Heilige van Israël, die Jou heeft uitgekozen. 8 Dit zegt de HEER: In het uur van Mijn genade geef Ik Je antwoord, op de dag van de redding zal Ik Je helpen. Ik zal Je behoeden, Ik neem Je in dienst voor Mijn verbond met de mensen, om het land weer op te richten, om het verlaten erfgoed in eigendom terug te geven, 9 om tegen gevangenen te zeggen: Ga in vrijheid! en tegen wie in het duister verblijft: Kom te voorschijn! Langs wegen zullen zij weiden, op iedere kale heuvel vinden ze weidegrond. 10 Ze zullen dorst noch honger lijden, de zinderende hitte zal hen niet kwellen en de zon zal hen niet steken, want Hij die zich over hen ontfermt, zal hen leiden en naar waterbronnen voeren. 11 Ik effen al Mijn bergen tot een weg, Ik zal Mijn paden plaveien. 12 Kijk! Zij daar komen van ver, en kijk, zij uit het noorden, en uit het westen, en zij uit het land van Syene. B1: De verborgen glorie van Jezus. In dit hoofdstuk van het boek Jesaja doet de profeet verslag van een dialoog tussen God de Vader en God de Zoon; dit gesprek geeft ons inzicht in de volharding van Jezus als Mens en hoe Hij antwoord gaf aan de Vader. Het centrale doel van de Vader met de eerste komst van Jezus als Mens naar de aarde was om Jezus verborgen te houden (Jes.49:2), waarbij de eeuwige glorie van Jezus onzichtbaar bleef. Slechts tijdens één gebeurtenis werd de sluier rond de glorie van Jezus weggenomen, en dat was in Matt.17:1-8 toen Jezus drie van Zijn apostelen Petrus, Jacobus en Johannes meenam naar de top van de berg Hermon. Terwijl ze daar aanwezig waren, werd de glorie van Jezus openbaar gemaakt (vers 2). En Petrus schreef daar later het volgende over. 2Petr.1:17 Want Hij ontving van God de Vader eer en luister, toen de stem van de Majesteitelijke luister tegen Hem zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Hem vind Ik vreugde. 2 Maar de glorie van Jezus zal niet volledig bekend gemaakt worden aan alle naties van de aarde vóór Zijn tweede komst naar de aarde, want dan zal Hij voor eeuwig over de aarde heersen met het hart van een dienaar die de dienaar van vreemde heersers wordt genoemd (Jes.49:7). Het woord dienaar wordt maar liefst vier keer in Jes.49 genoemd, namelijk in vers 3, 5, 6 en 7, en wordt verbonden met de verborgenheid van Jezus in vers 2. Jes.49:1-4 richt de aandacht op de eerste komst van Jezus, en Jes.49:5-12 richt de aandacht op de glorie van Jezus bij Zijn tweede komst. Jes.49:1-2 Al in de schoot van Mijn moeder heeft de HEER Mij geroepen, nog voor ze Mij baarde noemde Hij Mijn naam. Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield Me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte Me tot een puntige pijl, Hij stak Me weg in Zijn pijlkoker. Jes.49:7 Dit zegt de HEER, de bevrijder, de Heilige van Israël, tegen Hem die smadelijk veracht wordt, die door vreemde volken wordt verafschuwd, die dienaar is van vreemde heersers: Koningen zullen dit zien en opstaan, vorsten buigen diep voorover, omwille van de HEER, die betrouwbaar is, de Heilige van Israël, die Jou heeft uitgekozen. Jesaja kreeg vier belangrijke profetieën over de Dienaar van de Heer, namelijk in Jes.42:1-4, 49:1-12, 50:4-9 en 52:13-53:12; in al deze vier profetieën speelt de nederigheid van Jezus een ongelooflijk grote rol. Een van de belangrijke boodschappen van Jezus aan de hele menselijke geschiedenis is Zijn volharding in nederigheid. Jezus werd op twee manieren door de Vader verborgen gehouden. Jes.49:2 Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield Me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte Me tot een puntige pijl, Hij stak Me weg in Zijn pijlkoker. In de eerste plaats werd Jezus verborgen gehouden in de schaduw van Gods hand en in de tweede plaats werd Hij weggestoken in de pijlkoker van God. Verborgen gehouden worden betekende voor Jezus dat de volheid van Zijn eeuwige glorie, grote macht en bestemming onzichtbaar bleven voor de mensen tot aan de door de Vader bestemde tijd om Zijn Zoon openbaar te maken als de Koning der koningen aan alle naties van de aarde. De Vader verborg Zijn zoon op verschillende manieren, eerst 30 jaar vanaf Zijn geboorte tot aan het begin van Zijn menselijke bediening, daarna 3,5 jaar in Zijn bediening, en vervolgens nog eens 2000 jaar tot aan Zijn tweede komst. B2: Jezus is als dienaar van God de ideale Israël. Jes.49:3 Hij heeft Me gezegd: Mijn dienaar ben Jij. In Jou, Israël, toon Ik Mijn luister. Jacob, de zoon van Isaak en de kleinzoon van Abraham, was de eerste persoon in de geschiedenis van de mensheid die de naam Israël ontving, nadat hij met God geworsteld had (Gen.32:25-32). Aan het einde van de worsteling veranderde God zijn naam Jacob in die van Israël (vers 29), omdat hij met God en mensen gestreden en gewonnen had. Letterlijk betekent de naam Israël “vorst van God”. In Jes.49:3 krijgt de Messias als persoon ook de naam Israël, omdat Jezus in Zijn dienstbaarheid de ideale belichaming is van alles waartoe God het volk Israël en alle naties van de aarde geroepen heeft. De profetie van Jesaja in Jes.49 geeft ons een profetisch inzicht in hoe Jezus Zijn leven en bediening als Mens tijdens Zijn eerste komst naar de aarde beschouwde. We zien twee verschillende opvattingen over de bediening van Jezus, namelijk zinloos in de ogen van mensen maar glorieus in de ogen van de Vader. Jes.49:3-4 Hij heeft Me gezegd: Mijn dienaar ben Jij. In Jou, Israël, toon Ik Mijn luister. Maar Ik zei: Tevergeefs heb Ik Me afgemat, Ik heb al Mijn krachten verbruikt, het was voor niets, het heeft geen zin gehad. Maar de HEER zal Me recht doen, Mijn God zal Me belonen. Dit gedeelte beschrijft Jezus niet als iemand die klaagt, maar als iemand die vertrouwt op Gods waardering van Zijn leven. Mensen concludeerden dat Jezus Zijn kracht tevergeefs had gebruikt, omdat Hij niets zichtbaars had bereikt tijdens Zijn 33 jaar durende bediening (vers 4a). Maar God de Vader zag het leven van Jezus als glorieus (vers 3), en Jezus vertrouwde op de uiteindelijke beloning van de Vader (vers 4b). Het woord ‘maar’ in vers 4 creëert een contrast tussen Zijn schijnbaar mislukte werk in de ogen van mensen en Zijn glorieuze werk in de ogen van de Heer, wat Hem aanzien gaf bij God Zelf. 3 Jes.49:5 Toen sprak de HEER, die Mij al in de moederschoot gevormd heeft tot Zijn dienaar om Jakob naar Hem terug te brengen, om Israël rond Hem te verzamelen, dat Ik aanzien zou genieten bij de HEER en dat Mijn God Mijn sterkte zou zijn. Dit zijn twee verschillende opvattingen over de betekenis van het leven van een dienaar van God, waarmee elke dienaar van de Heer te maken krijgt, en waartussen hij moet kiezen. Jezus had volledig vertrouwen, dat God Zijn leven als glorieus succesvol zag, want voordat Jezus nog maar één preek gehouden had of één persoon genezen had, vond de Vader al groot plezier in de voorafgaande 30 jaren van Zijn leven in nederigheid en verborgenheid. Gedurende die 30 jaren had Jezus niets bereikt dat in de ogen van mensen succesvol was; Hij had Zijn kracht gebruikt voor dingen die geen enkel respect afdwongen bij mensen, maar wel voor het liefhebben en dienen van Zijn Vader en van de mensen om Hem heen. Matt.3:17 En uit de hemel klonk een stem: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Hem vind Ik vreugde. B3: Jezus en Zijn roeping voor het volk Israël en alle volkeren. Jes.49:5-6 Toen sprak de HEER, die Mij al in de moederschoot gevormd heeft tot Zijn dienaar om Jakob naar Hem terug te brengen, om Israël rond Hem te verzamelen, dat Ik aanzien zou genieten bij de HEER en dat Mijn God Mijn sterkte zou zijn. Hij zei: Dat Je Mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal Je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die Ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt. Het was de glorieuze roeping van Jezus om het volk Israël bij de God van Israël terug te brengen, maar dat was slechts het begin van Zijn roeping. De Vader riep Jezus om dienaar te zijn voor het volk dat Hem verachtte en verafschuwde (vers 7), maar Jezus voelde Zich niet beledigd toen Israël Hem afwees; Hij bleef een dienaar voor het volk tot aan het einde toe. En in het 1000-jarige vrederijk zal Jezus de heerser over alle vorsten van de aarde zijn (Openb.1:5), maar Jesaja beschrijft Hem als de dienaar van de koningen der aarde. Jes.49:7 Dit zegt de HEER, de bevrijder, de Heilige van Israël, tegen Hem die smadelijk veracht wordt, die door vreemde volken wordt verafschuwd, die dienaar is van vreemde heersers: Koningen zullen dit zien en opstaan, vorsten buigen diep voorover, omwille van de HEER, die betrouwbaar is, de Heilige van Israël, die Jou heeft uitgekozen. Dit betekent dat de heerschappij van Jezus als Koning der koningen (Openb.17:14, 19:16) over alle koningen der aarde (Openb.1:5) gekenmerkt zal worden door Zijn dienstbaarheid aan alle koningen. Alle koningen der aarde zullen met stomheid geslagen worden, wanneer zij ontdekken dat de Koning der koningen de grootste van alle dienaren is, die in Zijn grote heerschappij over hen altijd klaar zal staan om hen te dienen. Dezelfde houding van Jezus vinden we ook in Joh.13:1-17, toen Jezus als de Heer en Meester over Zijn volgelingen hen de voeten waste (Joh.13:13-14). Jezus toonde in dit voorbeeld, dat ware autoriteit wordt gekenmerkt door een geest van dienstbaarheid; dat liet Hij duidelijk zien in het voorbeeld van de voetwassing. Zo zullen ook alle koningen van de aarde verbijsterd staan, wanneer zij ontdekken dat de Koning der koningen voor altijd hen wil dienen in hun kleine koningschap over hun eigen volk; en om die reden zullen ze Jezus aanbidden. Ps.72:11 Laten alle koningen zich neerwerpen voor Hem, alle volkeren Hem dienstbaar zijn. Ps.102:16 Alle volkeren zullen de naam van de HEER vrezen, alle koningen van de aarde Zijn majesteit eren. Ps.138:4 Laten alle koningen op aarde U loven, Heer. Zie ook Ps.148:11, Jes.60:10-11,62:2, Openb.15:4, 21:24. C: Jezus’ volharding in nederigheid. Hebr.2:17-18 Daarom moest Hij in alles gelijk worden aan Zijn broeders en zusters; alleen dan zou Hij in aangelegenheden tussen God en Zijn volk een barmhartige en betrouwbare hogepriester zijn, die verzoening bewerkt voor hun zonden. Juist omdat Hij zelf op de proef werd gesteld en het lijden volbracht heeft, kan Hij ieder die beproefd wordt bijstaan. Jezus had alleen volharding nodig gedurende Zijn tijd op de aarde, waar Hij verleiding en lijden onderging in alle dingen waar wij als mensen mee te maken hebben, inclusief het verzet van mensen, moeilijke omstandigheden en menselijke beperkingen (2Kor.4:10, 4 Hebr.4:15, 5:7-9, 12:1-3. Jezus verdroeg het verlies van reputatie, vrienden, geld, succes en mogelijkheden in de ogen van mensen (Ps.69:8-10), maar Hij bleef geduldig toen de Vader Hem verborgen hield, en Hij bleef geduldig toen mensen zich tegen Hem verzetten. Joh.15:25b Zij hebben Mij zonder reden gehad. 1Petr.2:21-23 Dat is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u daarmee een voorbeeld gegeven. Treed dus in de voetsporen van Hem die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam. Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, Hij leed en dreigde niet, Hij liet het oordeel over aan Hem die rechtvaardig oordeelt. De primaire kwestie in volharding is om voortdurend betrouwbaar en ijverig te zijn in vele kleine dingen, en nederig van geest te zijn wanneer we geconfronteerd worden met allerlei gebrek, zwakheid, weerstand en zelfs vijandigheid. Hebr.12:1-3 … moeten ook wij de last van de zonde, waarin we steeds weer verstrikt raken, van ons afwerpen en vastberaden de wedstrijd lopen die voor ons ligt. Laten we daarbij de blik gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof: denkend aan de vreugde die voor Hem in het verschiet lag, liet Hij zich niet afschrikken door de schande van het kruis. Hij hield stand en nam plaats aan de rechterzijde van de troon van God. Laat tot u doordringen hoe Hij standhield toen de zondaars zich zo tegen Hem verzetten, opdat u niet de moed verliest en het opgeeft. Jezus waardeert enorm de vele kleine dingen die wij voor Hem doen in onze zwakheid maar met een hart vol liefde voor Hem, en Hij zal ons in de toekomende eeuw daarvoor rijkelijk belonen (Matt.25:21). Volharding heeft te maken met de dagelijkse spanning en verleiding, maar ook met het voltooien van ons werk in plaats van op te geven. Het voltooien van ons levenswerk in de door God aan ons gegeven taak spreekt over het ijverig volharden ondanks de onbeduidendheid, zwakheid en weerstand. Jezus voltooide Zijn werk (Joh.4:34, 5:36, 17:4, 19:30), en ook Paulus voltooide zijn werk (Hand.20:24+27, 2Tim.4:7-8) en bad voor de gelovigen, dat ook zij hun werk zouden voltooien in de kracht van God. Kol.1:10-11 Dan zult u leven zoals het past tegenover de Heer, Hem volkomen welgevallig. U zult vrucht dragen door al het goede dat u doet, uw kennis van God zal groeien en u zult door Zijn luisterrijke macht de kracht ontvangen om alles vol te houden en alles te verdragen. 2Tess.1:11 Daarom bidden wij altijd dat onze God deze roeping in ere doet houden, dat Hij u door Zijn kracht de vaste wil geeft het goede te doen en u door uw geloof al het mogelijke tot stand laat brengen. D: Geloof en volharding. Kol.3:1-4 Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. Wanneer Christus, uw leven, verschijnt, zult ook u samen met Hem in luister verschijnen. Ons eeuwige leven en onze eeuwige glorie zijn verborgen in Christus, en het is nog niet aan ons of aan anderen geopenbaard wat wij in de eeuwigheid zullen zijn (1Joh.3:2a), want dat gaat pas gebeuren wanneer Jezus bij Zijn tweede komst aan de wereld wordt geopenbaard. En we weten dat wij dan, wanneer Hij verschijnen zal, aan Hem gelijk zullen zijn (1Joh.3:2b). Onze volmaakte bestemming zal pas gezien worden in de eeuw die komen gaat, maar het vraagt om geloof om te leven vanuit deze waarheid. Geloof betekent dat wij vertrouwen dat God nu naar ons kijkt, dat Hij waardering heeft voor de kleine dingen die wij doen, dat Hij ons ten dele in deze tijd zal belonen, en dat Hij ons volledig zal belonen in de eeuw die komen gaat. Maar zonder geloof is het onmogelijk deze levensstijl vol te houden. Hebr.11:6 Zonder geloof is het onmogelijk God vreugde te geven; wie Hem wil naderen moet immers geloven dat Hij bestaat, en wie Hem zoekt zal door Hem worden beloond. In God geloven is onlosmakelijk verbonden met werken voor God, omdat het geloof ons ondersteunt in onze relatie met God. Het is van fundamenteel belang voor Gods werk in en door ons om te geloven dat de onzichtbare God naar onze kleine daden kijkt, en dat zij voor Hem belangrijk zijn, ook wanneer Zijn antwoord nog uitgesteld wordt. Joh.6:28-29 Wat moeten we doen? Hoe doen wij wat God wil? Dit moet u voor God doen: geloven in Hem die Hij gezonden heeft. 5 God aanschouwt zorgvuldig zelfs onze kleinste activiteiten, omdat zij onze liefde voor Hem demonstreren; en niets van wat wij doen zal door Hem vergeten worden. Hebr.6:10-12 Want God is niet zo onrechtvaardig dat Hij vergeet wat u hebt gedaan, hoeveel liefde u aan Zijn naam hebt betoond door sinds jaar en dag steun te verlenen aan gelovigen. Het is onze vurige wens dat ieder van u tot het einde toe dezelfde ijver aan de dag blijft leggen, totdat alles waarop wij hopen verwezenlijkt zal zijn, en dat u niet achterblijft, maar in het spoor treedt van hen die dankzij hun standvastig geloof ontvangen hebben wat hun was beloofd. E: De superieure kracht van Gods zwakheid. 1Kor.1:25-29 Want het dwaze van God is wijzer dan mensen, en het zwakke van God is sterker dan mensen. Denk eens aan uw roeping, broeders en zusters. Onder u waren er niet veel die naar menselijke maatstaf wijs waren, niet veel die machtig waren, niet veel die van voorname afkomst waren. Wat in de ogen van de wereld dwaas is, heeft God uitgekozen om de wijzen te beschamen; wat in de ogen van de wereld zwak is, heeft God uitgekozen om de sterken te beschamen; wat in de ogen van de wereld onbeduidend is en wordt veracht, wat niets is, heeft God uitgekozen om wat wél iets is teniet te doen. Zo kan geen mens zich tegenover God op iets beroemen. In de westerse cultuur worden zwakheid en nederigheid als negatief gezien, maar Jezus kwam tot ons in de verborgen vorm van een onbekende timmerman in een klein stadje in het onderontwikkelde noorden van Israël. Nederigheid is niet louter en alleen een gewenste karaktertrek, het is wie God is en hoe Hij transformatie onder de volken op de aarde gaat teweegbrengen. Vele gelovigen hebben alleen oog voor de kracht van God die met macht over de aarde heerst, zonder dat zij zien dat God regeert met een macht die voortvloeit uit Zijn nederigheid. Daarom willen zij alleen groeien in macht om te heersen in deze tijd in plaats van te groeien in nederigheid om met Jezus te heersen in de eeuwigheid. Het gebruik van macht is een veel te zwakke methode om naties op de aarde te veranderen; zij zullen alleen blijvend veranderd worden door een menigte mensen die een relatie met Jezus hebben in een nederige levensstijl. Alleen de ware kracht van Gods nederigheid kan dit teweeg brengen. Velen vragen zich af waarom God niet veel meer spreekt en meer van Zijn macht laat zien, maar Gods verborgenheid en nederigheid zijn een belangrijk onderdeel van Zijn boodschap en het ware karakter van Zijn koninkrijk. In deze tijd luistert God meer dan Hij spreekt en wacht Hij meer op een liefdevolle uitnodiging dan dat Hij haast maakt de macht in de naties over te nemen door een demonstratie van Zijn macht. F: Gods dienaren als Zijn gescherpte pijlen. Jes.49:2 Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield Me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte Me tot een puntige pijl, Hij stak Me weg in Zijn pijlkoker. God maakt van ons pijlen voor Zijn boog met het doel ons weg te schieten in de strategische momenten van Zijn koninkrijk. Elke persoon is door God uniek geschapen als een pijl die voor een speciaal doel gemaakt is, en wij moeten het doel omarmen dat God speciaal voor ons gemaakt heeft. Een pijl heeft verschillende specifieke doelen in verschillende seizoenen van iemands leven; het schieten van deze pijl is niet beperkt tot een podium-bediening, maar geschikt voor elke taak die God ons geeft. Een pijl begint als een stuk hout in een boom, en er is een hardhandig proces nodig voordat het stuk boom in een scherpe pijl veranderd is. Een dikke tak wordt van de boom afgesneden, van zijn bladeren ontdaan, van zijn schors gestript, beroofd van zijn vruchten, in heet water ondergedompeld om de schors er nog gemakkelijker af te kunnen trekken en om het hout rechter te kunnen maken door er druk op uit te oefenen. Spanning verandert ons niet, maar het maken van de juiste keuzes in een tijd van spanningen resulteert in verandering. Een pijl heeft drie onderdelen, namelijk de kop van de pijl, de schacht en de veren. Het maken van natuurlijke pijlen spreekt van vele geestelijke principes. Iedere gelovige moet door elk van deze processen heengaan, voordat hij of zij het juiste doel bereikt waarvoor God als een vakman hem heeft gemaakt. Efez.2:10 Want Hij heeft ons gemaakt tot wat wij nu zijn: in Christus Jezus geschapen om de weg te gaan van de goede daden die God heeft voorbereid. 6 De schacht van de pijl moet recht gemaakt en geschaafd worden, voordat hij gebruikt kan worden; wanneer er maar enige vorm van kromming in de schacht zit, zal hij nooit het doel raken, want een kromme schacht maakt een pijl nutteloos. Een geschaafde schacht spreekt van zuiver karakter; dit betekent dat ons karakter gelouterd wordt, zodat het zuiver is. De schacht moet het proces van louteren, schaven en polijsten altijd gewillig ondergaan, want hij wordt geschikt gemaakt door een gedetailleerd en pijnlijk proces. Het hout is van oorsprong vaak kronkelig en vol met knoesten, waardoor het noodzakelijk is om het hout eerst recht te maken en de knoesten te verwijderen. Om een pijl effectief te maken moet hij een pijlkop hebben; deze wordt meestal van metaal of van steen gemaakt, wat niet het originele materiaal van de pijl is. De pijlkop is scherp genoeg om door de verdediging van de vijand te dringen, want het geeft de pijl een doorborende kracht. Dit spreekt van de zalving van de Heilige Geest op het Woord van God. Het is niet genoeg om alleen een Goddelijk karakter te hebben zonder de manifeste tegenwoordigheid van God; een rechte pijl heeft geen enkele waarde zonder een scherpe pijlkop. Om recht te kunnen vliegen heeft een pijl ook veren nodig, want deze geven richting en stabiliteit aan de vlucht van de pijl; dit spreekt van diepgeworteld zijn in de kennis van Gods woord. Een pijl die gebruikt wordt in de oorlog moet eerst uitgetest worden voordat de oorlog begint. De kop moet eerst geslepen worden, omdat hij stomp geworden is tijdens vorige veldslagen. Zo moeten wij voortdurend opnieuw gevuld worden met de Heilige Geest, want de zalving van gisteren is niet goed genoeg voor vandaag. Jes.49:2 Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield Me verborgen in de schaduw van Zijn hand; Hij maakte Me tot een puntige pijl, Hij stak Me weg in Zijn pijlkoker. God de Vader verborg Jezus op twee verschillende manieren. De Vader maakte de mond van Jezus eerst tot een scherp zwaard en verborg Hem daarna in de schaduw van Zijn hand; en als tweede maakte Hij Jezus tot een puntige pijl, en verborg Hem toen in Zijn pijlkoker. Dit spreekt van twee verschillende stadia van verborgen worden in Gods plan voor ons leven. De pijlkoker draagt de pijlen en beschermt ze; de pijlkoker lijkt op een donkere lege koker, totdat wij de wijsheid van God begrijpen. Het seizoen van de pijlkoker kan de moeilijkste tijd in ons leven worden, omdat Gods dienaar al gepolijst is door op de juiste manier te reageren op Gods handelen gedurende vele jaren, en hij al gewend is geraakt om door de Heer gebruikt te worden. De pijlen zijn klaar om weggeschoten te worden, maar verborgen zijn in de pijlkoker is moeilijk, wanneer we gewend geraakt zijn aan Gods genade in ons leven en in onze bediening. Mensen gaan met ons om op basis van onze positie en bediening en onze zalving; ons geloof wordt getest wanneer wij verborgen zijn in de pijlkoker. Het is veelvoorkomend in de Bijbel dat dienaren van God verschillende seizoenen van deze verborgenheid ondergaan. Jezus is de Zoon van God die dit patroon van leven laat zien, want Hij werd slechts ten dele geopenbaard na Zijn waterdoop; Hij is ons grote voorbeeld. Jozef, Mozes, Jozua, David, Elia, Elisa, Paulus en Timotëus gingen door verschillende seizoenen van voorbereiding heen. Jozef werd verborgen gehouden onder Gods hand in twee verschillende seizoenen van gevangenschap (Gen.37:36, 39:20). Toen werd hij in een plotseling moment door God als een pijl afgeschoten, doordat God aan de farao van Egypte een droom over de toekomst gaf en Jozef vervolgens de uitleg gaf (Gen.40). Jozef kreeg in beide seizoenen een promotie na een periode van loutering, maar pas nadat hij onbegrip door anderen aanvaard had en trouw bleef aan zijn God. Ook wij moeten leren dat een succesvolle voorbereiding gepaard gaat met onbegrip van medegelovigen of ongelovigen. Paulus zat verschillende keren in de gevangenis, nadat hij gezalfd was met de Heilige Geest. David, Elia en Jeremia kenden seizoenen van voorrecht bij de koning, maar ondergingen daarna seizoenen van vervolging en verborgenheid. In ons leven is er altijd sprake van een belofte van God, maar ook de juiste tijd van de belofte (Hand.7:17); wanneer de belofte en de juiste tijd voor de belofte bij elkaar komen, is er plotselinge vervulling van Gods plan, want de seizoenen van ons leven zijn in Gods hand. Ps.31:15 Mijn tijden zijn in Uw hand, red mij uit de hand van mijn vijanden (NBG’51). G: De meest verbazingwekkende eigenschap van God is Zijn nederigheid. Matt.11:29 Neem Mijn juk op je en leer van Mij want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. 7 Joh.14:9b Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien. De waarheid van Jesaja 49 is diep geworteld in een karaktereigenschap van God die door vele gelovigen over het hoofd wordt gezien en nooit wordt ontdekt in de Bijbel, en dat is de nederigheid van God. Het concept van een nederige God is volledig afwezig in de religies van de wereld door de hele menselijke geschiedenis heen, want religieuze mensen zonder een levende relatie met God kunnen zich geen enkel begrip vormen van de nederigheid van God. Maar ook vele christenen kunnen zich geen enkel beeld vormen van deze eigenschap van God, omdat zij meestal over God denken in termen van alomtegenwoordigheid, almacht en alwetendheid. Zelfs sommige Bijbelvertalers van de Nieuwe Bijbelvertaling hebben moeite gehad teksten over de nederigheid van God letterlijk te vertalen, vergelijk de verschillende vertalingen maar eens over de volgende twee teksten. Ps.18:35 (NBG’51) Ook gaaft Gij mij het schild uws heils, en uw rechterhand ondersteunde mij, uw nederbuigende goedheid maakte mij groot. Ps.18:36 (NBV) U was het schild dat mij redde, uw rechterhand ondersteunde mij, uw woord maakte mij sterk. Ps.113:5-6 (NBG’51) Wie is als de HERE, onze God, die zeer hoog woont, die zeer laag neerziet, in de hemel en op de aarde? Ps.113:5-6 (NBV) Wie is gelijk aan de HEER, onze God, die hoog daar boven zijn woning heeft, die zijn oog richt naar beneden, wie in de hemel en op de aarde? De tekst in Ps.18 zegt in het Hebreeuws dat Gods nederigheid ons groot maakt, maar deze gedachte is blijkbaar voor de Bijbelvertalers van de NBV te schokkend geweest, zodat ze er maar iets anders van gemaakt hebben. De tekst van Ps.113 zegt in het Hebreeuws letterlijk dat God Zichzelf vernedert door in de hemel en op de aarde te kijken, en vanuit nederigheid berooide mensen uit het stof omhoog heft en uit het vuil omhoog tilt. Het is de nederigheid van God die ons verhoogt, en dat is een gedachte die menselijk gezien bijna niet te begrijpen is. Want onze nederigheid komt voort uit onze zwakheid, maar Gods nederigheid komt voort uit Zijn grootheid en Zijn verlangen om ons te laten delen in Zijn grootheid. Wanneer wij de nederigheid van God leren begrijpen, brengt dat bewondering, vertrouwen en inspiratie in ons tot stand; want Gods liefde en Zijn nederigheid zijn twee eigenschappen die samen tot uitdrukking komen. De enige karaktereigenschap die Jezus over Zichzelf proclameerde was Zijn nederigheid (Matt.11:29), en in Joh.14:9 stelde Jezus dat wie Hem gezien heeft, die heeft ook de Vader gezien. Dus in de nederigheid van Jezus zien we tegelijkertijd de nederigheid van de Vader, en Jezus riep Zijn volgelingen op om van Zijn nederigheid te leren. Iedereen kan nederigheid en zachtmoedigheid leren, armen zowel als rijken, in het paleis of in de gevangenis, met respect behandeld of voortdurend mishandeld, want Jezus is ons grote voorbeeld. Jezus bekleedde Zichzelf niet met nederigheid om een taak op de aarde te vervullen, want deze nederigheid is een wezenlijk onderdeel van Zijn eeuwige natuur. In Zijn eeuwige bestaan als de Zoon van God en de tweede Persoon van de Drie-Eenheid is Jezus altijd een Dienaar geweest, en in Zijn menswording is Hij niets geworden dat Hij daarvoor nog niet was. Jezus geniet van nederigheid, want dat is een essentieel aspect van Zijn wezen en karakter. Daarom verklaarde Jezus ook tegen Zijn volgelingen dat een dienaar de grootste van allen is, en Jezus Zelf zal voor eeuwig de grootste Dienaar zijn met de meeste nederigheid. God heeft een relatie met ons op basis van nederigheid, en Jezus gebruikt Zijn macht om ons te kunnen dienen in nederigheid. Matt.20:26-28 Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, zal de anderen moeten dienen, en wie van jullie de eerste wil zijn, zal jullie dienaar moeten zijn, zoals de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en Zijn leven te geven als losgeld voor velen. In Joh.13 waste Jezus de voeten van Zijn leerlingen, en daarmee toonde God de essentie van Zijn wezen door Zijn Zoon heen. Want toen Jezus Zijn mantel aflegde en Zichzelf omgordde met een doek en neerknielde voor zondige mannen om hun vuile voeten te wassen, openbaarde Jezus de knielende God. In de wereldreligies zoeken mensen alleen naar machtige goden die zij moeten dienen, maar wij kunnen de waarheid over God en Zijn eeuwige glorie alleen begrijpen, wanneer wij Hem zien als een knielende Dienaar die Zich 8 neerbuigt voor gebroken mensen om hun vuile voeten te wassen, en zelfs meer dan dat. Door Zijn leven aan het kruis te geven kon Jezus niet alleen vuile voeten maar ook vervuilde harten reinigen door Zijn bloed (1Joh.1:7). En in het 1000-jarige vrederijk zal Jezus nog steeds een Dienaar zijn voor hen die in deze tijd in nederigheid en verwachting hebben geleefd. Luc.12:37 Gelukkig de knechten die de Heer bij Zijn komst wakend aantreft. Ik verzeker jullie: Hij zal Zijn gordel om doen, hen aan tafel nodigen en hen bedienen. De naties zullen bij de tweede komst van Jezus Zijn nederigheid zien in Zijn triomfantelijke tocht, waarin Hij de heerschappij over de naties zal overnemen met het zwaard in Zijn hand, maar met een hart vol nederigheid (Ps.45:4-5). Nederigheid is essentieel voor wie God is, wat Hij doet en wat Hij voor eeuwig wil zegenen; daarom is de superioriteit van nederigheid onvermijdelijk en de vorming van nederigheid in de gelovigen van essentieel belang. Want God wordt aangetrokken door nederigheid, en dat kan ook van mensen en engelen gezegd worden. De schoonheid van Gods nederigheid wordt gegeven aan hen die daarnaar op zoek zijn, want daarmee wordt hun leven mooi gemaakt. Ps.149:4 Ja, de HEER vindt vreugde in Zijn volk, Hij kroont de nederigen met de zege. H: De nederigheid van God in de menswording van Jezus. 1Tim.3:16 Ongetwijfeld is dit het grote mysterie van ons geloof: Hij is geopenbaard in een sterfelijk lichaam…… Er is een groot mysterie aanwezig in de menswording van Jezus, namelijk dat Hij God is die geopenbaard is in vlees en bloed; dit is een van die Bijbelse waarheden die wij moeten vasthouden zonder dat wij in staat zijn om het mysterie te begrijpen. De mens Jezus Christus is de belangrijkste expressie van de nederigheid van God op aarde, en Gods nederigheid kwam het beste tot uitdrukking toen Jezus mens werd en stierf aan het kruis van Golgota. Dit geeft ons inzicht in wat er werkelijk in Zijn hart leeft. Fil.2:5-8 Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. Hij die de gestalte van God had, hield Zijn gelijkheid aan God niet vast, maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens verschenen, heeft Hij Zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood, de dood aan het kruis. Jezus bezat als de eeuwige Zoon van God het voorrecht om deel te hebben aan de Godheid met alle daaraan verbonden Goddelijke privileges zoals alwetendheid en almacht, en als de Zoon van God had Jezus het volste recht om deze privileges te gebruiken. Jezus zag het dan ook niet als een oneerlijk toe-eigenen van iets dat Hem niet toebehoorde, want Hij had het volste recht om gebruik te maken van deze Goddelijke vermogens. Hij was in de gestalte van God en beschouwde het niet als een beroving om aan God gelijk te zijn, want Hij was zelf ook God. Maar Hij vernederde Zichzelf door de vorm van een slaaf aan te nemen en aan de mensen gelijk te worden vanwege een hoger doel. En daarmee weerspiegelde Hij veel belangrijkere maar minder zichtbare eigenschappen van God, met name de nederigheid van God, want deze eigenschap was voor de engelen in de hemel verborgen. Jezus werd een dienaar van de mensen, maar daarin was Hij nog steeds gelijk aan God; door een slaaf te worden liet Hij de diepten van Gods nederigheid zien. Juist omdat Hij volledig aan God gelijk was, benadrukte Jezus dat Hij dan ook als God wilde handelen, en dáárom werd Hij een slaaf. Jezus handelde niet in strijd met de Goddelijke natuur door een slaaf te worden, maar juist in harmonie met Gods natuur. Toen Jezus mens werd, bleef Hij nog steeds volledig God in Zijn wezen en karakter, want de volheid van God woonde in Hem (Kol.2:9). Maar wel gaf Hij de privileges van de Godheid op, met name alwetendheid, alomtegenwoordigheid en almacht. Als Zoon van God nam Jezus niets van de Vader af door gebruik te maken van Zijn Goddelijke privileges, want deze behoorden Hem toe, omdat Hij zelf ook God was. Maar als Mensenzoon nam Jezus niets van Zichzelf af door géén gebruik te maken van Zijn Goddelijke privileges, want Hij wist dat Hij in de opstanding weer volledig gebruik zou mogen maken van Zijn rechten als Zoon van God. Maar als de Mensenzoon maakte Jezus geen gebruik van Zijn Goddelijke rechten om zo bespaard te blijven voor afwijzing, pijn en vernedering. Hoewel Hij de Schepper van hemel en aarde was, onderwierp Hij zich vrijwillig aan menselijke ervaring als honger, dorst en eenzaamheid. Door 9 Zijn rechtmatige Goddelijke privileges te verloochenen en een nederige dienaar van mensen te worden verloochende Jezus niet Zijn ware identiteit, want Hij bleef waarachtig aan Zichzelf als de Zoon van God. Als Mensenzoon eiste Jezus geen eerbied van mensen, geen respect voor Zichzelf en geen juist begrip van wat Hij deed; Hij ontdeed Zichzelf van Zijn ware reputatie in de ogen van de mensen. Hij omarmde een levensstijl waarin iedereen Hem onderschatte en Zijn motieven miskende; de mensen wisten nooit hoe groot Zijn kracht en autoriteit was. Wanneer mensen naar Jezus keken, zagen ze niets uitzonderlijks aan Hem, want Jezus nam met vrede in Zijn hart volledig genoegen met de plaats van een gewone man zonder enige status of positie of natuurlijke aantrekkelijkheid. Hij zocht nooit naar enige waardering voor wat Hij deed, want Hij koesterde een totaal gebrek aan zelfpromotie. Jes.53:2-3 Als een loot schoot Hij op onder Gods ogen, als een wortel die uitloopt in dorre grond. Onopvallend was Zijn uiterlijk, Hij miste iedere schoonheid, Zijn aanblik kon ons niet bekoren. Hij werd veracht, door mensen gemeden, Hij was een man die het lijden kende en met ziekte vertrouwd was, een man die Zijn gelaat voor ons verborg, veracht, door ons verguisd en geminacht. Jezus zocht als een nederige dienaar contact met de mensen zonder te laten zien hoe groot Zijn alwetendheid en almacht waren; Hij leefde als een arm mens zonder te laten zien hoe onvoorstelbaar groot Zijn Goddelijke rijkdommen waren. De eeuwig heilige God heeft geen ambitie om hoger te gaan, groter te worden of meer macht te hebben, want Zijn hoogheid is oneindig, Zijn grootheid is onmetelijk en Zijn almacht is niet te bevatten. Maar God kan wel de expressie van Zijn liefde en nederigheid groter maken door Zichzelf te delen met mensen die in vernedering leven en Zijn liefde niet verdienen. Jezus gaf expressie aan de glorie van de Vader in Zijn nederigheid; Hij verloor Zijn Goddelijke identiteit niet door mens te worden, maar in Zijn menszijn gaf Hij expressie aan het ware karakter van God. Het feit dat God ons liefheeft en zo vurig naar ons verlangt is onmetelijke nederigheid. Wij zijn als mensen terecht gefascineerd door de transcendente almacht van God, omdat Zijn almacht zo vreemd voor ons is. Maar Gods onbeschrijflijke liefde en nederigheid bewerken in ons juist dezelfde liefde en nederigheid, en alleen zo krijgen wij deel aan de Goddelijke natuur. Joh.17:24 Vader, U hebt hen aan Mij geschonken, laat hen dan zijn waar Ik ben. Dan zullen zij de grootheid zien die U Mij gegeven hebt…… Openb.3:21 Wie overwint zal samen met Mij op Mijn troon zitten…… Jezus verheerlijkte God door openlijk de goedheid van de Vader te demonstreren, een liefde die vernederde mensen wil verhogen tot een positie in de eeuwige glorie van de Godheid. Efez.2:4-7 Maar omdat God zo barmhartig is, omdat de liefde die Hij voor ons heeft opgevat zo groot is, heeft Hij ons, die dood waren door onze zonden, samen met Christus levend gemaakt. Ook u bent nu door Zijn genade gered. Hij heeft ons samen met Hem uit de dood opgewekt en ons een plaats gegeven in de hemelsferen, in Christus Jezus. Zo zal Hij, in de eeuwen die komen, laten zien hoe overweldigend rijk Zijn genade is, hoe goed Hij voor ons is door Christus Jezus. De openbaring van Gods glorie omvat ook het zien van Hem die zo hoog verheven was, maar zo laag afdaalde om ons zo dichtbij te kunnen brengen, omdat wij zo geliefd zijn. De hoogverheven God vernederde Zichzelf vanwege zulk een groot verlangen naar een intiem partnerschap met ons. Jezus verlangt naar aanbidding en dankbaarheid gebaseerd op een partnerschap dat geworteld is in de diepste niveaus van intimiteit. Wij zijn gefascineerd door Zijn macht, overweldigd door Zijn nederigheid en gerustgesteld door Zijn liefde. Want de nederigheid van God komt het beste tot expressie in alles wat Hij doet met betrekking tot het verhogen van zwakke menselijke wezens om hen te laten delen in Zijn heerschappij. Ps.113:5-8 Wie is gelijk aan de HEER, onze God, die hoog daar boven Zijn woning heeft, die Zijn oog richt naar beneden, wie in de hemel en op de aarde? Hij verheft uit het stof wie berooid is, uit het vuil tilt Hij op wie alles ontbeert. Hij laat hem wonen bij hooggeplaatsten, bij de hoogsten van Zijn volk. Als de eeuwige Zoon van God was Jezus oneindig rijk en bezat Hij alle autoriteit, voordat Hij een mens werd, maar Hij bezat ons niet (Joh.17:24); Hij was zo rijk maar werd doelbewust arm, zodat wij deel zouden krijgen aan Zijn rijkdommen. 10 2Kor.8:9 Tenslotte kent u de liefde die onze Heer Jezus Christus heeft gegeven: Hij was rijk, maar is omwille van u arm geworden opdat u door Zijn armoede rijk zou worden. Wanneer het Jezus’ doel was geweest om Zijn macht te tonen, dan zou Zijn menswording een ontkenning van Zijn ware identiteit zijn geweest; maar Hij kwam niet als een dienaar om Zijn positie te bewijzen maar om Zijn hart aan ons te openbaren. Juist omdat Jezus aan God gelijk was, kwam Hij om te dienen en Zichzelf als een losprijs te geven voor ondankbare mensen. Er was niets anti-goddelijks in het wassen van de voeten van Zijn volgelingen, want Hij voelde Zich volledig op Zijn gemak in een dergelijke handeling. Jezus is er niet op uit om Zijn macht te bewijzen, maar om onze harten te winnen in liefde. Hij kwam niet in de eeuwige glorie van de transcendente God, maar in het mysterie van Gods nederigheid; want de God van eeuwige glorie wil een intieme relatie met mensen zonder hen af te schrikken vanwege Zijn grootheid. Hij kan ons versteld doen staan met een demonstratie van Zijn macht, maar Hij kan geen relatie met ons hebben zonder Zijn nederigheid te openbaren. En zo kwam Jezus als de dienaar van Jes.49 en bleef Hij tijdens Zijn eerste komst naar de aarde volledig verborgen in de wil van de Vader. En zolang wij in dit leven op de aarde aanwezig zijn, zal ook onze ware identiteit verborgen blijven in Christus; pas bij de tweede komst van Jezus zal Zijn glorie volledig openbaar worden, en zal ook onze eeuwige glorie zichtbaar worden. Kol.3:1-4 Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. Wanneer Christus, uw leven, verschijnt, zult ook u, samen met Hem, in luister verschijnen. 1Joh.3:1-2 Bedenk hoe groot de liefde is die de Vader ons heeft geschonken! Wij worden kinderen van God genoemd, en dat zijn we ook. Dat de wereld ons niet kent, komt doordat de wereld Hem niet kent. Geliefde broeders en zusters, wij zijn nu al kinderen van God. Wat we zullen zijn is nog niet geopenbaard, maar we weten dat we aan Hem gelijk zullen zijn wanneer Hij zal verschijnen, want dan zien we Hem zoals Hij is. V.v.d.B. 11