HRM BAROMETER 2016-2017 'HRM BAROMETER 2016-2017' IS EEN UITGAVE VAN DRIESSEN HRM. 4 SALARIS & ARBEIDSVOORWAARDEN Expert aan het woord Individualiseren arbeidsvoorwaarden neemt een enorme vlucht - Miriam Teunissen 44 Invoering IKB: een examen voor HRM - Marijn de Kort 48 WOORD VOORAF5 1 DUURZAME INZETBAARHEID Expert aan het woord Vitaliteit en levensstijl komende jaren belangrijkste pijlers duurzame inzetbaarheid - Jules Maussen 8 Onderzoek Kantar TNS 12 2 STRATEGISCHE PERSONEELSPLANNING Expert aan het woord Barrières bij de implementatie van strategische personeelsplanning - Julika Teerhuis 20 Klaar voor de zettabytes met HR-Analytics - Niels Noordeloos24 Onderzoek Kantar TNS 28 3VERZUIM Expert aan het woord Van ziekteverzuimbeleid naar een breder gezondheidsmanagement - Wendy Springvloet34 Onderzoek Kantar TNS 52 5ORGANISATIEONTWIKKELING INHOUD Onderzoek Kantar TNS 38 Expert aan het woord Welke rol moet HRM spelen bij organisatieveranderingen? - Sander van Deelen 60 Onderzoek Kantar TNS 64 6E-HRM Expert aan het woord Hoe e-HRM de wereld van HRM gaat veranderen - Juriaan van der Zwan70 Onderzoek Kantar TNS 74 7 RECRUITMENT & EMPLOYER BRANDING Expert aan het woord Recruitment 2.0: bouw aan een sterk werkgeversmerk - Rachel Janssen 78 Jong talent in de publieke sector laten slagen met traineeships - Koen de Rooij 82 Onderzoek Kantar TNS 87 DE TOEKOMST VAN HRM92 OVER DRIESSEN HRM97 COLOFON106 WOORD VOORAF ’s Ochtends vroeg de autoruiten krabben. Met regen en harde windstoten op de fiets. Wandelen in het bos op een heerlijke nazomerdag. Op het strand bakken bij 35 graden. Het weer in Nederland is wisselend, maar niet onvoorspelbaar. Meteorologen zijn beroepsvoorspellers van het weer. Nauwkeurig voor morgen, indicatief voor de volgende week, en trendsettend voor de komende jaren. Met de barometer als hulpmiddel voor hun voorspellingen. Maar hoe zit dat met HRM? Valt de toekomst van HRM te voorspellen? Voor u ligt de HRM Barometer waarin Driessen HRM, op basis van onderzoek van Kantar TNS (voorheen TNS Nipo) een poging doet om de toekomst van HRM te voorspellen. Alle door de publieke sector aangewezen belangrijkste thema’s passeren de revue en experts delen hun verwachtingen voor de komende jaren. Gebruik de HRM Barometer als benchmark. Om uw organisatie te vergelijken met andere organisaties in de overheid, het onderwijs, zorg & welzijn of cultuur. En laat u inspireren door de experts die hun visie op het thema geven. Veel leesplezier! Pieter Philippart hoofdredacteur HRM Barometer [email protected] 4 5 Hoofdstuk 1 DUURZAME INZETBAARHEID 6 7 DUURZAME INZETBAARHEID | Expert aan het woord "Duurzame inzet baarheid is een containerbegrip" Jules Maussen Vitaliteit en levensstijl komende jaren belangrijkste pijlers duurzame inzetbaarheid Er zijn weinig thema’s binnen HRM waarover de laatste jaren zo veel is geschreven als duurzame inzetbaarheid. Duurzame inzetbaarheid behoort natuurlijk ‘gewoon’ tot goed werkgeverschap, maar het is wel duidelijk dat het wegvallen van vroegpensioenregelingen en het opschuiven van de pensioengerechtigde leeftijd, een steentje hebben bijgedragen aan de grote belangstelling voor dit thema. Van Duurzame inzetbaarheid zijn diverse definities in omloop. De volgende spreekt ons het meest aan (Van der Klink e.a.: Duurzaam inzetbaar: werk als waarde, rapport in opdracht van ZonMw, 2010): ”Duurzame inzetbaarheid betekent dat werknemers in hun arbeidsleven door­lopend over daadwerkelijk realiseerbare mogelijkheden alsmede over de voor­ waarden beschikken om in huidig en toekomstig werk met behoud van gezondheid en welzijn te (blijven) functioneren. Dit impliceert een werk­ context die hen hiertoe in staat stelt, evenals de attitude en motivatie om deze mogelijkheden daadwerkelijk te benutten.” 8 Duurzame inzetbaarheid als organisatiedoelstelling Binnen duurzame inzetbaarheid onderscheiden we vier hoofdthema’s: 1. kennis & competenties 2.mobiliteit & flexibiliteit 3.gezondheid & vitaliteit 4.bezieling & welbevinden Via diverse vormen van beleid wordt daaraan in de praktijk vormgegeven. Denk daarbij aan mobiliteits-, loopbaan-, opleidings-, diversiteits- en vitaliteitsbeleid. Duurzame inzetbaarheid is het meest effectief wanneer het is opgenomen als organisatiedoelstelling én het management het belang ervan 9 uitdraagt. Uit het Nationaal Onderzoek Over Duur­zame inzetbaarheid 2016 dat uitgeverij Vakmedianet uit­voerde, blijkt dat het management die rol nog nadruk­ kelijker mag pakken. Aandacht voor leefstijl gaat een enorme vlucht nemen Duurzame inzetbaarheid is een containerbegrip: bijna alles wat je onder goed werkgeverschap kunt verstaan kun je wel onderbrengen bij duurzame inzetbaarheid. Voor de toekomst ver­ wachten we echter dat één onderdeel een grote vlucht gaat nemen: vitaliteit, en dan met name de leefstijlcomponent hierin. Bij vitaliteit hebben we het over levens­ energie, over lekker in je vel zitten. Bij vitaliteit is de fysieke energie de basis: je voelt je beter wanneer je in een gezond lijf zit. Daarnaast spelen emotionele en mentale (veer)kracht een rol: hoe ga je om met tegenslagen, kun je goed tegen stress en ben je in staat om goed te ontspannen? In een organisatie-medewerkerrelatie is er nog een belangrijke vitaliteitsbron: goed werkgeverschap. Werkplezier, werk­­zekerheid, fijne collega’s, waardering en ontwikkelmogelijkheden zijn hierbij sleutelwoorden. Vier redenen waarom organisaties zich gaan richten op leefstijl Om vier redenen verwachten we dat aan­ dacht voor leefstijl een vlucht gaat nemen: 10 - Vanwege het opschuiven van de pensioenleeftijd blijven medewerkers langer bij een organisatie werken. Organisaties zijn dus nog meer dan voorheen gebaat bij medewerkers die er een leefstijl op nahouden die leidt tot vitaliteit. - Bij bezuinigingen, die toch nog steeds aan de orde zijn in de publieke sector, moet met minder mensen hetzelfde werk worden gedaan. Organisaties zijn hierdoor afhankelijker van een kleinere groep mensen. Medewerkers die er een gezonde leefstijl op nahouden zijn vitaler en presteren beter. - De ‘reguliere’ HRM-instrumenten voor duurzame inzetbaarheid worden al benut. Beïnvloeding van de leefstijl is nog een van de gebieden waarop winst te behalen valt. Het is lange tijd een ‘nogo area’ geweest voor organisaties. - De tijdgeest is ernaar: de laatste jaren is er een toenemende belangstelling voor bewegen en gezonde voeding. We zien dat bij onszelf en de collega’s om ons heen, maar we zien het ook in marktonderzoek. Zo rapporteert de Rabobank in haar Cijfers en trends fitnesscentra 2015 het volgende: ‘De vraag naar sportbegeleiding, bewegings- en voedingsadviezen zal toenemen, mede ingegeven door het feit dat de medewerker meer moet betalen aan zijn eigen gezondheid en dus gezonder zal willen gaan leven.’ Leefstijl bevindt zich in privésfeer van medewerkers De toenemende belangstelling van orga­nisaties voor de leefstijl van hun medewerkers vinden wij een goede trend. Gezonde medewerkers presteren beter en organisaties die een gezonde leefstijl van hun medewerkers stimuleren en faciliteren vergroten hun aantrekkelijkheid als werkgever. De kunst is alleen om er niet in door te slaan. Leefstijl bevindt zich namelijk in de privésfeer van medewerkers. De toon en aanpak moeten hier dan ook op aangepast worden. Medewerkers niet verplichten, maar adviseren en ondersteunen. Een organisatie mag slechts dwingende instructies aan een medewerker geven wanneer de leefstijl een dusdanige invloed heeft op het functioneren van de medewerker dat deze niet meer naar de vereisten van de organisatie zijn functie kan uitoefenen. van stoppen met roken, alcohol­ vrij bier op de vrijdagmiddag­borrel, budget voor voedingsadviezen, regel­ matige health­checks, yoga incompany, mind­fulness-trainingen, intranet­pagina met BRAVO-tips, BRAVO-column in het personeelsblad etc.. Maar het allerbelangrijkste is natuurlijk dat je als organisatie gewoon een fijne werkgever bent! Dan is de aandacht voor de leefstijl van de medewerkers de slagroom op de taart. Jules Maussen senior HRM-consultant [email protected] Hoera voor BRAVO! Zeg je leefstijl, dan zeg je BRAVO. BRAVO staat voor Bewegen, Roken, Alcohol, Voeding en Ontspanning. Het zijn de terreinen waarop organisaties bewustwording bij medewerkers te­ weeg kunnen brengen én faciliteiten kunnen bieden. Een greep uit de mogelijkheden: gezondere keuzes in de kantine, hardloopclinics, korting op fit­ nessabonnement, bijdragen in kosten 11 DUURZAME INZETBAARHEID | Onderzoek Kantar TNS moeten bemoeien met de gezondheid van de medewerkers. Een overgrote meerderheid van 58% vindt van wel. In zorg & welzijn is dit maar liefst 67%. De focus van HRM voor de komende jaren Duurzame inzetbaarheid werd door maar liefst 56% van alle respondenten genoemd als één van de drie belangrijkste thema’s om de komende jaren op te focussen. Voor een kwart van de respondenten was het zelfs het belangrijkste thema. Hiermee staat duurzame inzetbaarheid met stip op 1 als thema voor de komende jaren. Meest opvallende conclusie is de focus van HRM op het geluk van de mede­ werker: bij maar liefst 52% heeft het geluk van de medewerker een centrale positie in de organisatie. Opvallend is dat overheid (met 39%) fors achterblijft bij de sectoren onderwijs (54%), zorg & welzijn (59%) en cultuur (56%). Geluk is breder dan alleen het werk. Hetzelfde geldt voor gezondheid. Bij uit­ stek een domein waar werkgevers voor­ zichtig mee omspringen. Toch vindt slechts 14% van de HRM’ers in de publieke sector niet dat werkgevers zich actief Het geluk van de medewerker heeft een centrale positie in onze organisatie: 70 67% 61% 50 52% 49% 40 30 20 0 10 20 30 40 50 60 70 Cultuur 56% Zorg & welzijn Cultuur Onderwijs 0 59% Overheid 54% Zorg & welzijn Het aanmoedigen van gezond eten op de werkvloer vindt maar liefst 70% een verantwoordelijkheid van de werkgever. Slechts 7% vindt van niet. Het onderwijs wijkt met ‘slechts’ 60% wel significant af van de andere sectoren. Onderwijs wijkt ook significant af van de andere sectoren bij het stimuleren van beweging. Waar binnen de overheid en zorg & welzijn meer dan 80% beweging wil stimuleren, is dit in het onderwijs ‘slechts’ 65%. Als het gaat over de gezondheid van medewerkers, is er direct een aanknopingspunt voor werkgevers waar ze op kunnen letten: overwerk. Dit is volgens de grote meerderheid van 74% slecht voor medewerkers. Over kortere werkdagen zijn HRM’ers verdeeld. 41% denkt dat dit leidt tot minder verzuim, 23% denkt van niet en de rest weet het niet. 10 39% Onderwijs 12 80 60 Werkgevers zetten in op gezondheid medewerkers Overheid Werkgevers moeten zich actief met de gezondheid van de medewerkers bemoeien: Gezondheid kent natuurlijk ver­schillende factoren. Het beïnvloedbare deel van fysieke gezondheid zit voor een groot deel in gezonde voeding en beweging. Zowel het stimuleren van gezond eten als het stimuleren van beweging, kan op enthousiasme rekenen onder HRM’ers. Ontwikkeling en mobiliteit belangrijke aandachtsgebieden Ontwikkeling en mobiliteit zijn van belang voor gelukkige medewerkers en nemen een centrale positie in bij het 13 82% 65% 73% Zorg & welzijn 81% Werkgevers investeren voldoende in ontwikkeling van medewerkers: 80 60 70 75% Cultuur 0 10 20 Gezond eten 30 40 50 60 70 54% 50 75% 80 90 40 60 52% 2% 8% 90 60% Onderwijs 100 Beweging 9% 9% 32% 30% 47% 49% 12% 11% 19% 24% 21% 50% 45% 50 46% 1% 5% Cultuur 75% Overheid Onze organisatie stimuleert mobiliteit: Zorg & welzijn thema duurzame inzetbaarheid. Toch denkt slechts 49% dat hun organisatie voldoende investeert in ontwikkeling van medewerkers. In de cultuursector is dit slechts 33%. Werkgevers moeten gezond eten en bewegen stimuleren: 40 33% 30 30 20 20 80 78% 74% 10 72% 9% 0 20 Cultuur 40% 34% Zorg & welzijn 45% Onderwijs 43% Overheid 0 50 40 Helemaal mee eens 10 0 Overheid Onderwijs Korte werkdagen leiden tot minder verzuim 14 16% 68% 60 30 10 Overheid 70 Onderwijs De invloed van overwerk op de gezondheid van medewerkers: Zorg & welzijn Cultuur Overwerk is slecht voor medewerkers Mobiliteit daarentegen wordt in 60% van de organisaties in het publieke domein gestimuleerd. Binnen de overheid is dit zelfs 66%. Mee eens Niet mee eens, niet mee oneens Mee oneens Helemaal mee oneens 15 Leeftijd wordt belangrijk in vergrijzende publieke sector De gemiddelde leeftijd van medewerkers neemt toe. In de publieke sector gaat dit nog net iets sneller dan in andere sectoren. Volgens 60% van de HRM’ers krijgen deze medewerkers dezelfde kansen in de organisatie als jongere medewerkers. Geen overtuigende cijfers, zeker niet in de overheid met slechts 53%. Oudere medewerkers hebben dezelfde kansen in de organisatie als jongere medewerkers: Overheid 53% Onderwijs 68% Zorg & welzijn 60% Cultuur 54% 0 10 Het generatiepact leidt tot verjonging in de overheid: 7% 3% 20 30 40 50 60 70 Reden wellicht om juist in de overheid te starten met het generatiepact. Maar leidt het generatiepact tot verjonging? Hiervan is slechts 37% overtuigd. 26% denkt van niet en de rest twijfelt. 23% 30% Helemaal mee eens 37% Mee eens Niet mee eens, niet mee oneens Mee oneens Helemaal mee oneens 16 Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 17 Hoofdstuk 2 STRATEGISCHE PERSONEELSPLANNING 18 19 STRATEGISCHE PERSONEELSPLANNING | Expert aan het woord Barrières bij de implementatie van strategische personeelsplanning Strategische personeelsplanning staat bij veel organisaties al jaren hoog op de agenda. Het nut of zelfs de noodzaak ervan wordt door velen gevoeld. De markt en het werk verandert. Organisaties moeten hier flexibel en tijdig op in kunnen spelen. Ook demografische ontwikkelingen, zoals ontgroening en vergrijzing, zijn aanleiding om na te denken over de mogelijke consequenties die dit voor een organisatie heeft. "Strategische personeelsplanning komt bij veel organisaties maar moeizaam op gang" 20 Julika Teerhuis Er zijn veel verschillende definities van strategische personeelsplanning in omloop. De definitie van Evers (2014) omschrijft wat ons betreft goed de belangrijke onderdelen in het proces: Strategische personeelsplanning is het continu voorbereiden, vormgeven en implementeren van beleid rondom de instroom, doorstroom en uitstroom van personeel, waardoor de personen met de juiste kwaliteiten, kosten en flexibiliteit op de juiste momenten aanwezig zijn op de juiste plaats in de organisatie, om de activiteiten uit te kunnen voeren, die benodigd zijn voor het behalen van de strategische doelen’ (Evers, 2014). De zeven barrières van strategische personeelsplanning Zoals gezegd staat strategische per­ soneelsplanning al jaren in de top 3 van HR. Toch merken we dat strategische personeelsplanning vaak als speerpunt op de lijst blijft staan. Strategische per­ soneelsplanning komt bij veel organisaties maar moeizaam op gang. Of er wordt wel mee gestart, maar vervolgens blijft het proces ergens steken. Hoe komt het dat strategische personeelsplanning zo lastig van de grond komt? 21 1 Geen goede organisatievisie en -strategie Strategische personeelsplanning ver­ eist een duidelijke visie op de lange termijn strategie van de organisatie. Deze visie dient gekoppeld te zijn aan externe economische, maatschappelijke en politieke ontwikkelingen. De organisatie zal keuzes moeten maken hoe ze omgaan met deze ontwikkelingen en een richting bepalen. Vervolgens moet in kaart worden gebracht wat dit voor de organisatie betekent. Als dit niet helder is, is het vrijwel onmogelijk om een vertaling te maken naar het gewenste personeelsbestand in de toekomst. 2 Complex proces Strategische personeelsplanning is een complexe HR-activiteit. Veel HRMafdelingen hebben er nog weinig tot geen kennis van en ervaring mee. Bij organisaties in de publieke sector wordt nog steeds veel tijd besteed aan de beheersmatige kant van HRM. Het analyseren en interpreteren van gegevens en het vervolgens strategisch omzetten in beleidsacties blijkt vaak lastige materie. HRM’ers zijn over het algemeen ‘mensen-mensen’, die vaak minder affiniteit hebben met cijfers. 3 Beperkte beschikbaarheid gegevens en data Voor strategische personeelsplanning is 22 het belangrijk dat er veel gegevens beschikbaar zijn om een voorspelling te kunnen doen over de beschikbaarheid van het reeds aanwezige personeel en het personeel dat op termijn gewenst is. Met de juiste cijfers (HR-analytics) kunnen standpunten onderbouwd worden en het belang van bepaalde beleids­keuzes worden aangetoond. Maar in de praktijk blijkt vaak dat niet alle benodigde informatie (eenvoudig) beschikbaar is. 4Geen goede voorbereiding Organisaties starten zonder een goede voorbereiding. Het proces van stra­ tegische personeelsplanning vraagt om een goede voorbereiding. Voordat gestart wordt moet eerst onderzocht worden wat de organisatie wil bereiken met strategische personeelsplanning. Op welk niveau wordt het toegepast? Hoever wil men vooruit kijken? Welke medewerkers uit de organisatie worden in het proces betrokken? Wie is verant­ woordelijk voor het proces? 5 Te weinig draagvlak of commitment Het proces van strategische personeels­ planning is een gemeenschappelijk proces van management en HR. We zien in de praktijk dat strategische personeelsplanning vaak nog wordt gezien als een taak van HR. On­voldoende commitment en betrokkenheid van het management kan ertoe leiden dat het proces vastloopt. 6Gebrek aan tijd en geld Strategische personeelsplanning is een tijdsintensief proces waar veel medewerkers in de organisatie bij betrokken dienen te worden. Het proces vraagt vooral veel tijd van HRM’ers en leidinggevenden in de organisatie. Uit de Personeelsmonitor Gemeenten 2015 blijkt dat tijdgebrek en te weinig capaciteit de belangrijkste barrière is die gemeenten tegenkomen bij de invoering van strategische per­ soneelsplanning. nog een uitdaging is. Belangrijk is dat men ervoor zorgt dat het geen een­ malige activiteit is, maar een cyclisch proces. Binnen die cyclus vindt continu afstemming plaats tussen de richting die de organisatie op wil en de samenstelling van het personeel. drs. Julika Teerhuis - Timmers HRM-consultant [email protected] 7 Andere prioriteiten Ook zijn er vaak andere HR-activiteiten die voorrang krijgen. We zien dat er in veel HR-teams nog ad hoc gewerkt wordt, zonder een duidelijk strategisch HRM-beleid. In die teams krijgen ad hoc problemen (korte termijn) voorrang op een omvangrijk en strategisch proces als strategische personeelsplanning (lange termijn). Het bovenstaande is geen uitputtende lijst van barrières voor strategische per­­­­soneelsplanning, maar een aantal van de barrières die wij in de praktijk tegen­ komen. Duidelijk is dat stra­tegische personeelsplanning voor veel organisaties 23 STRATEGISCHE PERSONEELSPLANNING | Expert aan het woord "In HR-Analytics komen meerdere vakgebieden samen" Klaar voor de zettabytes met HR-Analytics Niels Noordeloos In 2020 produceert de wereld 40 zettabytes aan digitale data per jaar. Als in dat jaar alleen al de data in West-Europa zou worden afgedrukt op papier, levert dat een stapel op zo hoog als 6,5 biljoen Eiffeltorens. In hoeverre is het in deze complexe wereld nog mogelijk om goede besluitvorming toe te passen? Hoe moeten wij als mensen omgaan met deze hoeveelheden? Bepaalde studies geven aan dat men bij complexe beslissingen het rationele orgaan moet uitschakelen en af moet gaan op het ‘slimme’ onbewuste; de ant­ woorden komen vanzelf bovendrijven. Het is echter de vraag of je als HRMverantwoordelijke bij de directie goed uitgelegd krijgt dat je het complete HRMbeleid inclusief het nieuwe loongebouw hebt gefundeerd zonder het gebruik van data-analyse. HRM keuzes onderbouwen met data Bij tactische en strategische koers­bepaling is het verstandig om een keuze ook te kunnen onderbouwen met ‘harde’ data. Het is daarbij een geruststellende gedachte dat HRM stevig kan leunen op een techniek die zijn waarde in andere vakgebieden, 24 zoals finance en marketing, inmiddels ronduit bewezen heeft: Ana­lytics. HR-analytics is het op een gestructureerde wijze verzamelen en analyseren van data om hiermee gefundeerde ant­­woorden te geven op de HRuitdagingen van de organisatie. In een ideale situatie wordt een koppeling gemaakt tussen HR-data (uit het HRsysteem), onderzoeksdata (bijvoorbeeld medewerkersbetrokkenheid) en bedrijfs­ data (zoals kwaliteitscijfers), om hiermee toekomstige investeringen in HRM te beargumenteren. HR-analytics is een veelzijdige discipline waar meerdere vakgebieden bij elkaar komen. Naast de verwachte statistiek, data-analyse en ICT zijn ook thema’s als bedrijfskunde, arbeids- en organisatiepsychologie (cog­- 25 nitieve processen) en alle HR-speciali­ teiten noodzakelijk. Een belangrijk thema is bijvoorbeeld het aantrekken van talent. De concrete uitdaging van de organisatie is hierbij de hoeveelheid (toekomstige) vacatures en de relatief lange matchingsperiode. Belangrijke vervolgvragen hierbij zijn: waar zitten de leemtes in het recruitmentproces? Welke wervings­ methodes leveren de best presterende medewerkers? En nemen we de juiste mensen aan voor de juiste kosten? Het is hierbij van cruciaal belang dat alle gegevens tot de grenzen van het vraagstuk inzichtelijk zijn. Als HR na het succesvol werven van een kandidaat de dataverzameling van het recruitmentproces stopt en geen koppeling maakt met de uiteindelijke prestaties die de nieuwe medewerker op de werkvloer laat zien, dan ontbreekt een cruciaal onderdeel van de data. HR-analytics begint bij probleemdefinitie Dit recruitmentvraagstuk geeft al een eerste inkijk in de noodzakelijk stappen bij HR-analytics. Analytics start altijd met een probleemdefinitie. Welk tactisch en strategisch vraagstuk wil men be­ antwoorden en welk analytisch vraag­stuk zit hierachter? Pas als deze fase geheel is afgerond, start men met het verzamelen 26 van data en wordt hetgeen gereed gemaakt voor validatie en analyse. De analyses worden tegenwoordig realtime middels fraaie geïntegreerde dashboards gepresenteerd. Na deze mooie visualisatie is het cyclische proces van HR-analytics echter nog niet ten einde; juist nu kan HR het verschil maken. Laat de verworven inzichten tot hun recht komen en integreer de resultaten in het toekomstige HRMbeleid. Als sluitstuk dienen de effecten van de HR-interventies uiteraard ook gemonitord te worden middels periodieke vergelijking. Wellicht dat een dergelijke werkwijze wat instrumenteel en arbeidsintensief aan­ voelt, maar zoals de procesomschrijving duidelijk maakt, zit de beloning in de staart. Steeds meer organisaties in de publieke sector erkennen dit en investeren structureel in deze techniek. De organisaties stappen dan over van het tijdperk van kengetallen, benchmarks en scorecards (met behulp van één databron) naar een nieuwe fase van verbanden leggen en oorzaken achterhalen (op basis van meerdere databronnen). Het is een transitie van de ‘wat’ naar de ‘waarom’. De adoptiefases van HR-analytics HR-analytics heeft daarnaast binnen organisaties op thema-gebied een aantal adoptiefasen. De eerste imple­men­tatie­ bundel heeft vaak betrekking op werving & selectie, training & opleiding en performance management. In een tweede fase gaat de aandacht naar de integratie van talentmanagement en formatieplanning waarbij de koppeling wordt gelegd met de strategische uitdagingen van de organisatie. In een laatste fase komen de voorspellende HRM-modules aan bod. Hierdoor is het bijvoorbeeld mogelijk om op basis van meerjarige ervaringscijfers het verloop bij specifieke afdelingen te voorspellen om hiermee preventieve werving & selectie acties uit te zetten. De verwachting is dat deze voorspellende onderdelen de komende jaren een sterke groei laten zien. In 2015 is het aantal organisaties dat gebruikmaakt van deze modules van 4% naar 8% gegroeid. data de afgelopen 5 jaar een enorme vlucht genomen. Dit heeft geleid tot een veelvoud aan functies en specialisaties binnen ‘database-marketing’. Door samenwer­king en afstemming maakt iedere marke­ teer gebruik van de data, zonder zelf een data-specialist te zijn. Niels Noordeloos MSc manager E-HRM Software [email protected] HRM geen affiniteit met data? In de regel heeft HRM minder affiniteit met data en analyses; men heeft immers niet voor niets voor een mensgericht vakgebied gekozen. Het gevaar hierbij is dat deze discipline een plek binnen de organisatie krijgt buiten de reikwijdte van HRM. Dat zou zonde zijn; net nu HRM steeds meer een strategische positie krijgt toebedeeld binnen organisaties. Door HR-analytics te omarmen kan de discipline verankerd worden in HRM-functies. En dat biedt louter voordelen. Maar moeten alle HRM’ers dan ineens verstand hebben van data? Het antwoord daarop is ‘Nee’. Binnen een vakgebied als marketing heeft 27 STRATEGISCHE PERSONEELSPLANNING | Onderzoek Kantar TNS Hand in hand met organisatiestrategie? Strategische personeelsplanning krijgt binnen onze organisatie te weinig aandacht en vorm: Overheid 50% Onderwijs Strategische personeelsplanning is volgens de HRM’er in de publieke sector het, op duurzame inzetbaarheid na, belangrijkste thema voor de komende jaren. Voor één op de vijf is het zelfs het belangrijkste thema. Maar wat is de huidige staat van personeelsplanning in het publieke domein? Binnen de overheid is men in staat om personeelsplanning en organisatie­ strategie aan elkaar te verbinden: meer dan de helft geeft aan dat personeels­ planning een direct afgeleide van de organisatiestrategie is. Slechts 15% van de HRM’ers in de overheid geeft aan dat dit niet het geval is. In de andere sectoren is dit in mindere mate het geval. Bij onderwijs en zorg & welzijn is dit in een derde van de gevallen zo, in de culturele sector in slechts 1 op de 5 gevallen. Strategische personeelsplanning is een directe afgeleide van de organisatiestrategie: Overheid 34% Zorg & welzijn 33% Cultuur 21% 0 28 10 20 30 40 50 Zorg & welzijn 38% Cultuur 39% 0 10 20 Ondanks dat de overheid de orga­nisatie­ strategie gebruikt voor stra­ tegische personeelsplanning, vindt de helft dat personeelsplanning te weinig aandacht krijgt in de organisatie. In het onderwijs (46%), zorg & welzijn (38%) en cultuur (39%) zijn de respondenten iets minder kritisch. Overheid wijkt af van andere sectoren 53% Onderwijs 46% 60 Ook uit andere resultaten blijkt de overheid af te wijken van andere sectoren. Zowel in positieve als in negatieve zin. Binnen de overheid wordt meer dan in de andere sectoren, gebruik gemaakt van HR-analytics om strategische perso­ neelsplanning te onderbouwen. Ook werkt men samen met andere organi­ saties op het gebied van strategische 30 40 50 60 personeelsplanning. Maar toch vindt maar liefst 72% van de respondenten dat de organisatie meer moet doen aan talentmanagement. Talentmanagent is ook in het onderwijs een thema waar organisaties meer aan kunnen doen. In zorg & welzijn en cultuur zijn de HRM’ers verdeeld. HR-analytics is in toenemende mate een belangrijk thema, maar voor strategische personeelsplanning wordt deze objectieve bron nog slechts beperkt ingezet door de HRM’ers in de publieke sector. Zorg en welzijn is te weinig bezig met personeelsplanning Juist zorg & welzijn, waar volgens 70% van de HRM’ers de personeelstekorten de komende jaren gaan toenemen, zou strategische personeelsplanning in 29 HR-analytics, talentmanagement en samenwerking: Onze organisatie zet HR-Analytics veelvuldig in voor het onderbouwen van Strategische personeelsplanning. 24% 19% 14% 11% 72% Onze organisatie moet meer doen aan talentmanagement. 55% 41% 40% Onze organisatie pakt Strategisch personeelsplanning in samenwerking met andere organisaties op. 34% 21% 19% 12% 0 10 20 Overheid 30 40 Onderwijs 50 60 Zorg & welzijn 70 80 Cultuur met personeelsplanning, ook vindt maar liefst 46% dat de sector als geheel zich hier te weinig mee bezig houdt. kunnen zetten om klaar te zijn voor de toekomst. Niet alleen vindt bijna 40% dat hun organisatie zich te weinig bezig houdt Strategische personeelsplanning in zorg & welzijn: Personeelstekorten in zorg & welzijn gaan de komende jaren toenemen. 5% Strategische personeelsplanning krijgt binnen onze organisatie te weing aandacht. 12% 0 Helemaal mee eens 30 Mee eens Helemaal mee oneens 45% 20% Zorg & welzijn is als sector te weinig bezig met Strategische personeelsplanning. Mee oneens 33% 50% 34% 20 40 15% 2% 23% 7% 47% 7% 60 80 100 Niet mee eens, niet mee oneens Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 31 Hoofdstuk 3 VERZUIM 32 33 VERZUIM | Expert aan het woord Van ziekteverzuimbeleid naar een breder gezondheidsmanagement Voor de HRM’er is het een droom: medewerkers die nooit meer ziek zijn. Meer productiviteit, minder kosten aan begeleiding, minder vervangingskosten en minder kosten voor verzekering van de WGA. En per saldo minder loonkosten. Je kunt immers met minder medewerkers hetzelfde werk doen. Maar we zijn (gelukkig) geen robots en hebben menselijke aardigheden en eigenaardigheden. Een daarvan is dat we ziek kunnen worden: ons lichaam en/of onze geest geven aan dat er een herstelproces op gang moet komen. "Gezondheids management is een uiting van goed werkgeverschap" Wendy Springvloet 34 Zowel vanuit goed werkgeverschap als vanuit financiële overwegingen zijn organisaties gebaat bij gezonde en vitale medewerkers. Het voorkomen en aanpakken van het ziekteverzuim zijn daarom van oudsher belangrijk voor werkgevers. Door voortschrijdend in­ zicht van organisaties én de invoering van de Wet Verbetering Poortwachter in 2002, hebben we een verschuiving gezien van beheer naar preventie. Het klassieke ziekteverzuimprotocol bestaat nog steeds, maar organisaties zijn steeds meer ge­focust op het voorkomen van verzuim en het kijken naar wat medewerkers nog wél kunnen nadat ze zich ziek hebben gemeld. De aandacht voor gezondheid bij orga­ nisaties en medewerkers is de afgelopen jaren flink gestegen. We schreven er al over in onze beschouwing over duurzame inzetbaarheid, waar we de groeiende belangstelling van organisaties voor de leefstijl van mede­werkers centraal zetten. Los daarvan zien c.q. verwachten we een verschuiving van ziekteverzuimbeleid naar gezondheids­management. 35 Succesvol invoeren gezondheidsmanagement Gezondheidsmanagement richt zich op het hele pakket aan instrumenten die de gezondheid van de medewerker beïnvloeden. Denk daarbij aan ziekte­­ verzuim, Arbo, psychosociale arbeidsbelasting en vitaliteit. Wij zien in organisaties vaak dat zij wel veel instrumenten inzetten die te maken hebben met gezondheid, welzijn en veiligheid van hun medewerkers, maar dat de samenhang ontbreekt. Gezondheidsmanagement gaat uit van een heldere visie op gezondheid en de rol van de organisatie én de medewerker hierin. Daarna worden de diverse instrumenten en hun onderlinge samenhang in beeld gebracht. Om gezondheidsmanagement succesvol in te voeren is een aantal zaken van belang: - Het wordt gedragen door de top van de organisatie Gezondheidsmanagement en de doel­ stellingen ervan worden geformuleerd, omarmd en uitgedragen door de top van de organisatie. De voorbeeldfunctie die zij hebben zal hierin ook uitgestraald moeten worden. - Inzicht in de resultaten met behulp van een nulmeting Om te weten of inspanningen succes hebben, zal de uitgangssituatie in beeld 36 gebracht moeten worden. Ziekte­ verzuimcijfers en gegevens uit een medewerkers­tevredenheidsonderzoek, die betrekking hebben op Arbo, zijn hiervoor goed bruikbaar. - Formeer een breed samengestelde werkgroep Gezondheid gaat de hele organisatie aan en vroegtijdig betrekken van alle betrokkenen bevordert een groot draagvlak. Denk hierbij aan een werkgroep met vertegenwoordigers van OR/medewerkers, MT en HR. Gezondheidsmanagement is niet alleen een uiting van goed werkgeverschap, maar het levert ook nog wat op. Uit onderzoek van John Griffith naar de effecten van integrale gezondheidsmanagementprogramma’s (2008) blijkt dat de return on investment hiervan 1 op 3,5 is. Laat medewerkers bewegen Vanaf 2012 zijn er alarmerende berichten over de negatieve effecten van langdurig zitten. Tegenwoordig horen we zelfs ‘zitten is het nieuwe roken’. Uit onderzoek van Van der Ploeg van de VU blijkt dat wie gemiddeld 8 of 9 uur per dag zit, 15% meer kans heeft om vroegtijdig te sterven. Bij 11 of meer uur per dag loopt dit percentage op naar 40%. Dat geldt zelfs wanneer je het langdurig zitten compenseert door ’s avonds na het werk een uur te gaan sporten. Met andere woorden, hier valt veel winst te behalen voor organisaties. Eind 2015 is er een ander onderzoek verschenen (van Pulsford en Hillsdon van de University of Exeter in samenwerking met het University College London) waaruit blijkt dat niet alleen zitten de boosdoener is, maar elke statische houding waarbij de energiebesteding laag is. Hier valt, volgens deze definitie, dus ook staan onder. We moeten dus meer bewegen; fysieke activiteiten zijn goed voor ons, ook op het werk. - Zorg voor sportief meubilair: vervang de bureaustoel door een zitbal of een fietsbureaustoel; - Houd je beweging bij door een app, bijvoorbeeld een stappenteller. Dit stimuleert om meer te bewegen. Wendy Springvloet MSc HRM-consultant [email protected] Er is dus duidelijk gezondheidswinst te behalen door meer aandacht te besteden aan bewegen tijdens het werk. Een aantal praktische tips voor uw medewerker kunnen helpen: - Parkeer je auto wat verder van je werkplek; - Heb je een vraag aan een collega? Loop gewoon even langs; - Haal regelmatig wat te drinken voor je collega’s en jezelf. Wanneer je veel water drinkt, moet je ook nog eens vaker naar het toilet. En die kun je natuurlijk ook op een andere verdieping bezoeken; - Houd bij lekker weer eens wandelend werkoverleg; - Ga lunchwandelen; - Neem vaker de trap in plaats van de lift; - Vergader aan statafels; 37 VERZUIM | Onderzoek Kantar TNS Het verzuim is de afgelopen jaren gestegen: Verzuim nog steeds een aandachtspunt Overheid 34% Onderwijs 35% Zorg & welzijn Verzuim is een thema waarop HRM niet zomaar het verschil kan maken. Het vraagt om onderzoek, analyse, beleid en samenwerking. Uit het onderzoek van Kantar TNS blijkt dat verzuim, na personeelsplanning en duurzame inzetbaarheid, een belangrijk speerpunt is voor de komende jaren. 40% van de HRM’ers gaat hier sterk op inzetten. Vooral in het onderwijs (49%) gaat dit de komende jaren aandacht krijgen. De meeste organisaties (60%) voeren actief beleid om verzuim terug te dringen. De cultuursector loopt hierin nog achter met iets minder dan de helft van de organisaties (46%) die actief beleid voert. Dat de cultuursector hierin achterloopt valt wellicht te verklaren doordat het verzuim hier de afgelopen jaren bij slechts 14% van de organisaties is gestegen. In het onderwijs en de overheid was dit bij meer dan een derde van de organisaties het geval. 28% Cultuur 14% 0 5 10 15 20 Bij terugdringen verzuim valt nog winst te behalen Dat het verzuim lager kan, daar is men het in de overheid en het onderwijs wel over eens. Bij maar liefst 70% van de overheidsorganisaties en 60% van 71% 60% 44% 67% 57% 54% 53% 60% 25% 26% Verzuim is meestal werkgerelateerd. 58% Cultuur 22% 12% 46% 0 0 38 10 20 30 40 40 Lager verzuim: Verzuim kan vaak voorkomen worden als leidinggevenden medewerkers eerder aanspreken op gedrag. 68% Zorg & welzijn 35 35% Onze organisatie voert actief beleid om verzuim terug te dringen: Onderwijs 30 de onderwijsinstanties geeft men aan dat het verzuim lager kan. In de sector cultuur en zorg & welzijn liggen deze cijfers beduidend lager. Respectievelijk 35 en 44 procent. Een belangrijk deel van de oplossing ligt volgens 58% van Het verzuim in onze organisatie kan lager. Overheid 25 50 60 70 80 10 Overheid 20 30 Onderwijs 40 50 60 Zorg & welzijn 70 80 Cultuur 39 de HRM’ers bij de leidinggevenden. Slecht 12% denkt niet dat verzuim kan worden voorkomen als de leidinggevende medewerkers eerder op gedrag aanspreekt. Het terugdringen van verzuim begint bij het achterhalen waar verzuim vandaan komt. Uit het onderzoek blijkt niet dat het verzuim werkgerelateerd is. Een relatief groot deel van 41% durft hier geen uitspraak over te doen. Na langdurig verzuim is een zorgvuldige re-integratie het domein waar de afdeling HRM een belangrijke rol speelt. De HRM’ers in alle sectoren zijn ervan overtuigd (62%) dat de re-integratie goed verloopt. Slechts 8% denkt van niet. Vooral in het onderwijs verloopt de re-integratie na langdurig verzuim goed. Wet Werk en Zekerheid maakt vervangingen nog lastiger De Wet Werk en Zekerheid (WWZ) heeft in het onderwijs vooral grote invloed op de vervangingen. Volgens een grote meerderheid (58%) maakt de WWZ ver­ vangingen in het onderwijs lastiger. In het onderwijs is het vervangingsbeleid de achilleshiel van de organisatie. Leerlingen en studenten moeten immers les krijgen. Bij slechts 33% van de orga­ nisaties worden vervangingen makkelijk opgevangen. Bij maar liefst 43% niet. Vervangingen van medewerkers binnen onze organisatie worden gemakkelijker opgevangen: Re-integratie van medewerkers verloopt meestal goed: 80 4% 70 29% 24% 27% 16% 71% 60 0 60% 56% 50 58% 10 20 Helemaal mee eens Mee oneens 30 40 Mee eens 50 60 70 80 90 100 Niet mee eens, niet mee oneens Helemaal mee oneens 40 De Wet Werk en Zekerheid maakt vervangingen in het onderwijs lastiger: 30 20 10 32% 26% 37% 4% 1% 40 Cultuur Zorg & welzijn Onderwijs Overheid 0 0 10 20 Helemaal mee eens Mee oneens 30 40 Mee eens 50 60 70 80 90 100 Niet mee eens, niet mee oneens Helemaal mee oneens 41 Hoofdstuk 4 SALARIS & ARBEIDSVOORWAARDEN SALARIS & ARBEIDSVOORWAARDEN | Expert aan het woord "De maatschappelijk trend van individualisering van arbeidsvoorwaarden vertaalt zich door naar de publieke sector" Miriam Teunissen Individualiseren arbeidsvoorwaarden neemt een enorme vlucht Rond de 25e van de maand was het zo ver: op de deurmat of in je postbakje verscheen een enveloppe met de vermelding ‘persoonlijk en vertrouwelijk‘. Snel kijken of er deze maand nog bijzonderheden waren, met name in de maanden waarin het vakantiegeld en de eindejaarsuitkering werden uitgekeerd. En dan de enveloppe goed opbergen, want het ging natuurlijk niemand iets aan wat je verdiende. Voor veel organisaties en medewerkers is dit een situatie van jaren geleden. Overigens met uitzondering van het laatste: een taboe op openheid over salarissen is er nog steeds. Zo voerde Jaap van Muijen, hoogleraar psychologie aan Nyenrode Business Uni­ versiteit, eind vorig jaar in samenwerking met Intermediair een nationaal onderzoek uit naar de salarissen van medewerkers. In het NRC constateerde hij dat salaris nog steeds een taboe is, omdat we in Nederland niet van ongelijkheid houden. Meer maatwerk en aansluiting op persoonlijke situatie Op het gebied van salarissen en arbeids­ voorwaarden nemen we één grote trend 44 waar: het individualiseren van arbeids­­voorwaarden. We zien dat de maat­ schappelijke trend van indivi­dualisering - het proces dat mensen meer als individu, dan als groep in de wereld staan - zich ook door vertaalt naar veel sectoren in de publieke sector. In de vorm van het Individuele Keuzebudget (IKB) zijn er diverse sectoren die dit al hebben ingevoerd, waaronder waterschappen, welzijn & maatschappelijke dienst­ verlening en provincies, of gaan invoeren (gemeenten). Het is eigenlijk best bijzonder dat we al zo lang een systeem van arbeidsvoorwaarden kennen dat voor iedere medewerker 45 hetzelfde is. Natuurlijk, de waarde ervan verschilt per persoon, maar de aanwending en uitbetaling ervan waren voor iedereen hetzelfde. In de verschillende IKB’s die we nu in de diverse sectoren zien, is er meer ruimte voor maatwerk gekomen. Medewerkers kunnen, in veel sectoren maandelijks, actief keuzes maken. Keuzes die passen bij hun persoonlijke omstandigheden, levens­fase en individuele behoeften. Zo beïnvloeden zij het maandelijkse inkomen. Medewerkers kiezen wan­ neer ze bijvoorbeeld hun eindejaars- en vakantiegelduitkering uitbetaald krijgen, of ze meer pensioen opbouwen binnen de fiscale mogelijkheden, sparen voor een opleiding, of ze genoeg hebben aan hun vakantiedagen of dat ze dagen bijkopen. Een aantal mogelijkheden bestond overigens al, maar het IKB voegt daar mogelijkheden aan toe en brengt ook de financiële consequenties in beeld. Dat brengt als voordeel met zich mee dat medewerkers inzicht krijgen in de waarde van bepaalde arbeidsvoorwaarden. Individualisering arbeidsvoorwaarden in breder perspectief De geschetste individualisering staat overigens niet op zich. We zien bij­ voorbeeld bij gemeenten dat een zogenaamde werktijdenregeling ver­plicht is geworden. Deze biedt mede­ 46 werkers meer ruimte om werk en privé met elkaar te combineren door een dagvenster aan te geven waarbinnen grote groepen medewerkers mogen werken. De andere kant van het verhaal is wel dat werkzaamheden binnen dit dagvenster (op doordeweekse dagen van 07.00-22.00 uur) niet voor een toelage voor onregelmatige dienst in aanmerking komen. Werken op tijden die voorheen niet standaard waren, wordt nu als ‘normaal’ beschouwd. Het is aan de organisatie en de medewerker vervolgens om een goede balans tussen werk en privé te bewaken. Zonder e-HRM geen individualisering arbeidsvoorwaarden IKB effectief invoeren zonder goede software is vrijwel onmogelijk. Mede­ werkers kunnen immers (zeer) regel­ matig aangeven op welke manier ze van hun budget gebruik willen maken. Een gunstig bijeffect van het invoeren van IKB is dus dat organisaties (meer) van e-HRM software gebruik gaan maken. En dat is ook een trend die we zien bij het toepassen van arbeidsvoorwaarden in organisaties. Organisaties realiseren zich steeds meer dat alle aandacht die niet naar administratieve processen gaat, besteed kan worden aan de andere drie rollen die HRM-expert Ulrich onderscheidt: relatiemanager, verandermanager en stra­tegisch partner. Dit geeft HR de mogelijk­ heid zich verder te ontwikkelen op tactisch en strategisch terrein. Ook vanuit kostenperspectief is het zinvol om meer gebruik te maken van e-HRM. Het is voor medewerkers, management en niet te vergeten de personeelsen salarisadministratie erg tijd- en daarmee kostenbesparend. Spencer (1995) becijferde dat van alle werk­zaamheden die HR verricht, namelijk personeels- en salarisadministratie, primaire HRM-processen (bijvoorbeeld W&S en beoordelen en belonen) en beleidsvorming, de eerstgenoemde 10% waarde toevoegt aan de organisatie, ter­wijl deze verantwoordelijk is voor 60% van de HRM-kosten. In de praktijk zien we dat organisaties vaak eenvoudig starten met e-HRM door de salarisstrook digitaal via een portal aan te bieden. De volgende stap kan dan zijn dat medewerkers hun eigen personeelsdossier digitaal kunnen inzien en declaraties en verlofaanvragen digitaal kunnen indienen. We verwachten dat organisaties in de toekomst steeds meer via de portal managementinformatie gaan genereren en gebruik gaan maken van Business Intelligence. Miriam Teunissen senior HRM-consultant [email protected] 47 SALARIS & ARBEIDSVOORWAARDEN | Expert aan het woord "De trend tot harmonisering van arbeidsvoorwaarden tussen gemeentelijke organisaties wordt voortgezet" Invoering IKB: een examen voor HRM Marijn de Kort Per 1 januari 2017 is het zover, het Individueel Keuzebudget (IKB) geldt voor alle gemeentelijke organisaties. Hiermee volgt de sector gemeenten de trend in de publieke sector. De waterschappen namen hierin het voortouw. Zij kennen een IKB sinds 2012. Inmiddels kennen ook de provincies en de sector welzijn een IKB. In dit artikel een karakterschets. Naast salaris krijgt iedere medewerker een vrij besteedbaar budget: het Individueel Keuzebudget (IKB). Geld uit verschillende regelingen die per 1 januari 2017 verdwijnen (o.a. vakantiegeld, einde­ jaarsuitkering, levensloopbijdrage en 14,4 uur verlof) is omgezet in een persoonlijk budget. De medewerker kan gedurende het jaar kiezen of hij of zij het IKB besteedt aan een doel of laat uitbetalen. Verschil, nut en noodzaak Ik hoor u denken. Wij kennen toch al een cafetariaregeling waarbij medewerkers arbeidvoorwaarden kunnen uitruilen met daarbij het eventuele fiscale voordeel? Wat is het verschil met het IKB? In gemeenteland bestaan al vele jaren cafetariamodellen. De modellen zijn gebaseerd op het huidige CAR-UWO 48 en de fiscale wet- en regelgeving. Door de grote mate van vrijheid voor organisaties om dit vorm te geven, is er een verscheidenheid aan uitruilregelingen ontstaan. De gemene deler hierin is dat medewerkers minimaal één keer per jaar de keuze hadden om aangewezen arbeidsvoorwaarden (o.a. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris, verlof) uit te ruilen tegen aangewezen doelen (o.a. verlof, reiskosten woon-werkverkeer, fiets). Waarin verschilt het IKB met de cafetariaregeling? - In het IKB kan de medewerker op ieder moment gedurende het jaar een keuze maken. - In het IKB hoeft de medewerker geen bron meer aan te wijzen voor de uitruil, dit is altijd het IKB. 49 Het IKB past hiermee in de tendens van de individualisering van de arbeids­voor­ waarden. Deze trend is ook duide­lijk te zien in de plannen om de pensioen­regelingen in Nederland anders vorm te gaan geven. Is het IKB in iedere gemeentelijke organisaties gelijk? De afspraken aangaande het IKB worden opgenomen in hoofdstuk 3 van de CARUWO met een zogenoemd standaard­ karakter. Dit betekent dat afwijkingen in het voordeel of het nadeel voor mede­ werkers niet zijn toegestaan, tenzij anders is aangegeven. Zo zijn er onder andere bindende afspraken gemaakt over: - de landelijke arbeidsvoorwaarden die worden omgezet in het IKB; - de landelijk geldende doelen; - dat een medewerker op ieder moment gedurende het jaar een keuze kan maken; - de vrijval van niet besteed budget. 50 lokaal niveau toe te staan om de verkoop van verlof te gebruiken als incidentele bron in het IKB. Vanuit administratief oogpunt is dit een logisch advies. Daarnaast is het de vraag of de medewerker het aanwenden van deze bron nodig heeft aangezien met het IKB-budget al een zeer groot aantal keuzes gemaakt kunnen worden. Zelden zal financiering met een extra individuele bron noodzakelijk zijn om een keuze, met eventueel samenhangend fiscaal voordeel, te kunnen maken. Het bovenstaande brengt met zich mee dat niet iedere gemeentelijke organisatie een gelijke IKB- regeling zal hebben. Aangezien er in vergelijking tot de huidige situatie minder lokale regelruimte is, zullen lokale IKB-regelingen meer op elkaar lijken dan de huidige cafetariamodellen. De trend tot harmonisering van arbeidsvoorwaarden tussen gemeentelijke organisaties wordt hiermee voortgezet. De lokale regelruimte aangaande het IKB zit in de mogelijkheid om lokale bronnen (artikel 3:28 lid 6 CAR nieuw) en lokale doelen (artikel 3:29 lid 2 CAR nieuw) toe te voegen. Deze mogelijkheid is echter beperkt. Zo mag de TOR (structurele toelage overgangsrecht) niet worden toe­ gevoegd als lokale bron aan het IKB. Examen voor de HRM-afdeling Daarnaast geeft de werkgeversorga­ni­satie aan dat het niet verstandig is om op Echter, de praktijk leert dat invoering een tijdrovende aangelegenheid is waarbij veel In grote lijnen moet de afdeling HRM de volgende stappen zetten: 1. Vorm de lokale cafetariaregeling om tot lokale IKB-regeling; 2.Breid de digitale portal uit; 3.Informeer de medewerkers over de gevolgen. vragen beantwoord moeten worden. Denk bijvoorbeeld aan: - Wat zijn de gevolgen voor de begroting? - Gaan wij het lokale bovenwettelijke verlof toevoegen als bron in het IKB? - Lopen wij nog risico’s op overschrijding van de vrije ruimte? - Wat zijn de gevolgen voor medewerkers bij de eenmalige uitbetaling van het opgebouwde vakantiegeld over 2016? - Welk medezeggenschapsorgaan moet instemming verlenen op de lokale IKB-regeling? - Is ons verlofsysteem geschikt voor het IKB? - Zien wij het IKB als kans of continuering van het huidige beleid? - Mogen politieke ambtsdragers deelnemen aan het IKB? - Hoe groot is de macht van de lokale medezeggenschap bij de invoering van het IKB? - Wanneer en hoe gaan wij communiceren? immers niet veel van een consument die een nieuw product uitprobeert. Je wilt meteen overtuigd worden. Marijn de Kort MSc e-HRM adviseur RAP [email protected] Om met vlag en wimpel te slagen, zijn er een paar kritische succesfactoren. Breng kennis en vaardigheden samen en maak met elkaar een projectplanning. Geef hierbij extra aandacht aan communicatie, maar zorg vooral dat er bij de lancering een perfect werkende portal aanwezig is. Een medewerker verschilt in dit opzicht 51 SALARIS & ARBEIDSVOORWAARDEN | Onderzoek Kantar TNS Salaris & arbeidsvoorwaarden een hygiënefactor? Salaris & Arbeidsvoorwaarden, van oudsher het belangrijkste HRMthema, krijgt de laatste jaren minder aandacht. Ook uit ons onderzoek blijkt dat slechts 39% dit als één van drie belangrijkste thema’s voor de komende jaren beschouwt. Na duurzame inzetbaarheid, verzuim en personeelsplanning en formatie. Misschien ook logisch als het proces loopt. Maar heeft HRM in de publieke sector salaris & arbeidsvoorwaarden inderdaad goed onder controle? In de meeste organisaties is deskun­digheid op het gebied van salaris & arbeids­ voorwaarden intern aanwezig. 80 50 70 50 76% 72% 44% 37% 65% 61% 46% 73% 40 56% 30 41% 20 30 46% 37% 20 10 29% 20 71% 40 58% 40 10 Niet mee eens, niet mee oneens 0 0 Cultuur Cultuur 2% Zorg & welzijn Mee eens Helemaal mee oneens 5% Onderwijs Helemaal mee eens Mee oneens Zorg & welzijn 11% Overheid Onderwijs 2% Cultuur Overheid 7% 5% Zorg & welzijn 0 13% 2% 7% Onderwijs 10 Overheid 30 80 60 70 55% Bij onze organisatie zijn arbeidsvoorwaarden altijd up-to-date na gewijzigde wet- en regelgeving: Deskundigheid op het gebied van salaris & arbeidsvoorwaarden is intern aanwezig: 60 50 Na gewijzigde wet- en regelgeving zijn de arbeidsvoorwaarden in 63% van de gevallen up-to-date. 70 Binnen onze organisatie is een juiste en tijdige betaling van salaris een vanzelfsprekendheid: 60 52 De voorwaarde voor goed werkgever­ schap is een juiste en tijdige betaling van het salaris. Dit is in de meeste gevallen een vanzelfsprekendheid. Desalniettemin zijn er in alle sectoren HRM’ers die hier niet volmondig ‘helemaal mee eens’ op kunnen antwoorden. 53 Medewerkers krijgen altijd en overal inzicht in hun gegevens De digitalisering van salaris & arbeids­ voorwaarden ten behoeve van de mede­ werkers is langzaam de standaard aan het worden. Van de publieke sector loopt de overheid nog voor op andere sectoren, maar ook daar gaat de digitalisering snel. Zo hebben medewerkers bij 70% van de organisaties altijd en overal inzicht in hun arbeidsvoorwaarden. Bij slechts 10% is dit niet het geval. In de helft van de gevallen kunnen medewerkers hun gegevens digitaal muteren. Hierin verschilt de overheid significant van de andere sectoren, waar het in 68% van de gevallen mogelijk is om eigen gegevens digitaal te muteren. In 62% van de organisaties in het publieke domein kunnen medewerkers ziekte, verlof, dossier, opleidingen etc. digitaal inzien. In de overheid is dit maar liefst bij 79% van de organisaties. Digitalisering arbeidsvoorwaarden: Overheid loopt voorop in ontzorgen management Steeds meer managers verwachten digi­ taal beheer en inzicht. In de publieke sector worden hier stappen in gezet: 64% van de managers kan digitaal aanvragen en declaraties accorderen. In de overheid is dit met 82% significant hoger dan in de andere sectoren. Management­informatie met betrekking tot hun mede­w erkers is voor 66% van de managers beschikbaar. Ook hierin wijkt de overheid positief af van het gemiddelde met 79%. Ontzorging managers: 79% Overheid 82% 71% Onderwijs 58% 90 70 60 61% Zorg & welzijn 80 61% 79% 77% 68% 69% 54% 52% 40 44% 44% 65% 59% 50 42% Cultuur 68% 47% 37% 30 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 Managers kunnen voor hen relevante managementinformatie met betrekking tot hun medewerkers raadplegen. Managers kunnen verlof aanvragen en declaraties digitaal accorderen. 20 Individueel Keuzebudget in de overheid 10 0 Overheid Onderwijs Zorg & welzijn Medewerkers hebben altijd en overal inzicht in hun arbeidsvoorwaarden. Medewerkers kunnen eigen gegevens digitaal muteren. Medewerkers kunnen ziekte, verlof, dossier, opleidingen etc. digitaal inzien. 54 Cultuur Per 1 januari 2017 wordt als onderdeel van de nieuwe cao Gemeenten 20132015 het individueel keuzebudget (IKB) bij gemeenten ingevoerd. Het IKB sluit aan bij de wens voor meer keuzevrijheid voor medewerkers en is daarmee een volgende stap in de modernisering van arbeidsvoorwaarden. In het IKB worden diverse op geld te waarderen arbeids­voorwaarden omgezet in een budget. De medewerker kan dit budget binnen de kaders naar eigen keuze(moment) besteden aan zelf te kiezen arbeids­voorwaardelijke doelen, zoals een opleiding, vrije tijd of geld. 55 De ondervraagde HRM’ers uit de overheid zijn overwegend positief (61%) over de ontwikkeling van het IKB binnen de overheid. Slechts 42% ligt op schema bij de invoering van het IKB. Individueel Keuzebudget: 50 45 45% 40 35 36% 30 32% 29% 25 20 17% 15 10 16% 13% 5 6% 6% 1% 0 Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens, niet mee ons Mee oneens Helemaal mee eens Onze organisatie ligt op schema voor de invoering van het Idividueel Keuzebudget. Het Individueel Keuzebudget in de overheid is een goede ontwikkeling. Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 56 57 Hoofdstuk 5 ORGANISATIEONTWIKKELING 58 59 ORGANISATIEONTWIKKELING | Expert aan het woord Welke rol moet HRM spelen bij organisatieveranderingen? De publieke sector heeft de afgelopen jaren een aantal flinke veranderingen doorgemaakt. Bezuinigingen op cultuur, markt­ werking in de zorg, decentralisaties in de overheid en aanpassingen in het onderwijsstelsel hebben impact op organisaties in het publieke domein. Achter deze organisaties zitten mensen die deze veranderingen moeten doorvoeren. De afdeling HRM kan een belangrijke rol spelen in het succes van deze organisatie­ veranderingen. "Organisatieontwikkeling gaat over respect voor mensen, tolerantie en begrip, democratie en participatie, zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid van het individu" Sander van Deelen 60 Organisatieontwikkeling in ontwikkeling Vanaf het begin heeft het vakgebied van organisatieontwikkeling theo­ rieën ‘van mensen en verandering’ ontwikkeld en toegepast in orga­ nisaties. Veel van de interventies, oor­ spronkelijk ontwikkeld door pioniers in het werkveld, stellen de menselijke waarde in de onderneming centraal. De afgelopen jaren heeft het werkveld wel de nodige kritiek gekregen. In de nationale en internationale literatuur komt steeds een aantal kritiekpunten op organisatieontwikkeling naar voren. Zo is de koppeling tussen het gebruik van organisatieontwikkeling interventies en het effect ervan op bedrijfsresultaten (te) zwak, is er geen duidelijk onderbouwde toegevoegde waarde, geen dui­delijke definitie en semantiek van organisatieontwikkeling en het ontbreekt aan een goede theorie over organisatieverandering. Organi­ satieontwikkeling speelt te weinig in op de actuele vraagstukken van opdrachtgevers. Er is te weinig borging van de kwaliteit van de organi­satieontwikkeling interventies 61 en van de organisatieontwikkeling prak­tijkbeoefenaar; ze doen eigenlijk maar wat. Er wordt te eenzijdig de nadruk gelegd op de zachte kant van organisaties, zoals percepties en attitudes, en te weinig balans gezocht met de harde aspecten, zoals structuren en processen. Organisatieontwikkeling is volgens sommigen te veel waarde gebonden, volgens anderen juist te weinig. Hoewel organisatieontwikkeling de afgelopen jaren de nodige kritiek heeft gekregen, hebben veel elementen van organisatieontwikkeling zich ontwikkeld tot organisatorische standaarden (rou­ tines): een betere communicatie, teambuilding, change management, survey-onderzoek, meeting design, feedback en het single en double loop leren, organisatie ontwerp, effectieve groepsprocessen, conflictoplossing, etc. Ondanks de veranderende uitdagingen, blijft een aantal onderwerpen een ‘constante factor’ in het werkveld van organisatieontwikkeling. Deze onder­ werpen zijn de sleutel tot succesvolle organisatieveranderingen. - Hoe bouwen aan een duurzame high-performance organisatie? - Hoe adequaat bouwen aan betrokken medewerkers? - Hoe afstemmen en integreren van diverse culturele elementen? - Hoe ervoor zorgen dat 62 communicatiekanalen blijven stromen? - Hoe de organisatie te helpen wendbaar (omgeving sensitief) en flexibel te worden? Meer samenwerking tussen organisatieontwikkeling en HRM In de afgelopen decennia zijn de orga­nisatieontwikkeling en de aca­de­mische gemeenschap trouw gebleven aan hun oorspronkelijke waarden, zoals respect voor mensen, tolerantie en begrip, democratie en participatie, zelfsturing en eigen verantwoordelijk­ heid van het individu. Wel paste organisatieontwikkeling hun benaderingen en methoden aan om de belangrijkste organisatie kwesties aan te pakken. Specialisten in het werkveld van organisatieontwikkeling geloven dat het menselijk kapitaal en de kwaliteit van de relaties tussen mensen en tussen mens en organisatie, meer dan ooit belangrijk zijn bij het voorspellen van het succes van de organisatie. Het werkveld organisatieontwikkeling moet met behoud van haar waarden gelijktijdig op zoek gaan naar innovatieve oplossingen voor de nieuwe uitdagingen voor orga­ nisaties. Ze moet hier nog meer de samenwerking en verbinding zoeken met het HRM-werkveld. HRM heeft de afgelopen jaren een grotere strategische rol verworven. Dit heeft geleid dat de HRM agenda is uitgebreid tot alle aspecten van de processen waarbij mensen/ medewerkers betrokken zijn. Daarnaast wordt van HRM een leidende proactieve rol verwacht bij organisatieontwerp en organisatieverandering. Organisatie­ ontwikkeling kan HRM een framework bieden waarbinnen zij hun kennis en vaardigheden kunnen toepassen. Daarnaast kan organisatieontwikkeling HRM-professionals gelijktijdig onder­ steunen bij: - transformatie - werk op organisatieontwerp - ontwerpen en leveren van leer interventies - het gezond en fit houden van organisaties voor toekomstige uitdagingen HRM en (lijn)management hand in hand voor succes HRM kan het beste effectieve orga­ nisatieontwikkeling ondersteunen via (lijn)managers; dit zijn de primaire beoefenaars van organisatieontwikkeling. Managers houden de ‘poortwachters’ rol, zij staan voor de bescherming en verbetering van het organisatieklimaat en de prestaties. HRM moet nauw samenwerken met managers en ze helpen om deze organisatieontwikkeling rol in te vullen. Zodat managers hun impact begrijpen bij de verbetering van het organisatieklimaat en de prestaties, en voor ogen houden dat een organisatie eerst een menselijk systeem is en daarna een technisch systeem. HRM moet waarborgen dat management eigenschappen bestaan uit transformationele en niet alleen transsectionele. Managers moeten werken aan hun vermogen (big) data te interpreteren en te vertalen in effectieve strategieën. Ze moeten ervoor zorgen dat hun organisaties relevant blijven voor hun belangrijkste stakeholders. Voldoende kennis hebben van Human Dynamics om ervoor te zorgen dat er flexibele en robuuste processen bestaan. Samen met medewerkers een organisatiecultuur weten te creëren die medewerkers ruimte geeft om te leren. Zodat zij mensen kunnen inspireren om samen slimme oplossingen te bedenken voor de veranderingen waar de publieke sector mee te maken heeft. Sander van Deelen HRM-consultant [email protected] 63 ORGANISATIEONTWIKKELING | Onderzoek Kantar TNS Organisatieontwikkeling behoeft aandacht Competenties organisatie: 80 70 71% 65% 60 Organisatieontwikkeling is een thema dat alleen weggelegd is voor HRM’ers die zich bezighouden met strategische vraagstukken. Desondanks is het voor 27% van de HRM’ers voor de komende jaren één van de drie belangrijkste thema’s. Voor 6% zelfs het belangrijkste thema. Vooral in de overheid en cultuur wordt dit thema de komende tijd belangrijk. Het functioneren van een organisatie valt of staat bij de mensen die er werken. De HRM’ers in de publieke sector zijn positief over de medewerkers, de managementkwaliteiten van de leidinggevenden en het besturingsmodel. Medewerkers beschikken over het algemeen over de juiste competenties voor hun baan (63%). Slechts 11% denkt dat medewerkers niet de juiste competenties hebben. Vooral in zorg & welzijn worden de competenties van medewerkers goed beoordeeld. 71% van de ondervraagden vertrouwt op de competenties van medewerkers. De overheid scoort met 50% het laagst en wijkt significant af van de andere sectoren. De managementkwaliteiten van de leidinggevenden kunnen op wat meer kritiek 64 rekenen van HRM’ers: 48% vindt dat ze die voldoende bezitten. Opvallend is dat 22% vindt van niet, de rest twijfelt. Vooral in de overheid is veel kritiek op de managementkwaliteiten van de leidinggevenden. Slechts 39% vindt deze van voldoende niveau en 33% vindt van niet. Hierin wijkt overheid ook weer significant af van de andere sectoren. Over het besturingsmodel zijn de HRM’ers overwegend positief (54%). Slechts 16% vindt dat dit niet aansluit bij de eisen die de omgeving stelt. In de cultuursector is dit slechts 5% en ook hier scoort de overheid weer slecht: 24% vindt van niet. 63% 55% 50 50% 49% 56% 53% 56% 54% 48% 40 39% 30 20 10 0 Overheid Onderwijs Zorg & welzijn Cultuur Onze medewerkers hebben de juiste competenties voor hun baan. Leidinggevenden binnen onze organisatie bezitten voldoende managementkwaliteiten. Het besturingsmodel van onze organisatie sluit voldoende aan op de eisen die de omgeving aan ons stelt. Publieke sector verdeeld over flexibiliteit bij piek en ziek HRM’er zijn verdeeld over de flexibiliteit van de organisatie bij piek en ziek: 48% vindt dat de organisatie flexibel genoeg is. Vooral in de overheid is men nog niet flexibel genoeg bij piek en ziek. In de cultuursector zijn de HRM’ers wel positief over de flexibiliteit van de organisatie bij het opvangen van tijdelijke onderbezetting. 65 Overheid 44% Onderwijs 47% Zorg & welzijn direct gevolg van deze bezuinigingen. Maar als je aan de HRM’ers in de culturele sector vraagt of het tot de gewenste organisatieveranderingen heeft geleid, dan is dit de mening van nog geen kwart van de HRM’ers. De culturele sector heeft de afgelopen periode te maken gekregen met ingrijpende organisatieveranderingen. De bezuinigingen op cultuur zijn groot ge­weest. Andere bronnen van inkomsten en ingrijpende veranderingen waren een Onze organisatie is flexibel genoeg bij piek en ziek: 50% Cultuur Bezuinigingen op cultuur hebben geleid tot de gewenste organisatieveranderingen: 56% 0 10 20 30 40 50 60 7% Organisatiecultuurprogramma ten behoeve van organisatieveranderingen De cultuur van de organisatie is essentieel voor het succes. Bij de implementatie van organisatieveranderingen worden organisatiecultuur programma’s geregeld inge- zet. Volgens 54% van de ondervraagden zijn deze programma’s van essentieel belang bij een dergelijke verandering. Vooral in de overheid (62%) is men overtuigd van deze methodiek. In de culturele sector is men minder positief: slechts 40% denkt dat dit essentieel is. 0 16% 10 20 Helemaal mee eens Mee oneens 32% 30 40 Mee eens 50 32% 60 70 80 14% 90 100 Niet mee eens, niet mee oneens Helemaal mee oneens Organisatiecultuurprogramma’s zijn van essentieel belang bij het implementeren en borgen van een organisatieverandering: Overheid 62% Onderwijs 49% Zorg & welzijn 57% Cultuur 40% 0 66 10 20 30 40 50 60 70 Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 67 Hoofdstuk 6 E-HRM 68 69 E-HRM | Expert aan het woord Hoe e-HRM de wereld van HRM gaat veranderen Aan de digitalisering van ons dagelijks leven zijn we gewend geraakt. We kopen digitaal, verkopen digitaal, bankieren digitaal en regelen onze overheidszaken digitaal. Als we deze ontwikkelingen vergelijken met de wereld van tien jaar geleden, zonder smartphones maar met acceptgiro’s en blauwe enveloppen, dan is er veel gebeurd. En als we naar de nabije toekomst kijken met zelfrijdende auto’s, robots die zorgoperaties kunnen uitvoeren en het steeds slimmer worden van kunstmatige intelligentie kunnen we ook nog veel verwachten. Ook op het vlak van (e-)HRM. "Om in een digitale wereld het verschil te kunnen maken wordt juist de menselijke benadering van cruciaal belang" Juriaan van der Zwan 70 Als we naar de rol van HRM kijken dan is deze de afgelopen decennia enorm veranderd. Het begon ooit met het faciliteren van personeelszorg aan medewerkers werkzaam aan de lopende band. Dit groeide de jaren erna naar het inzicht dat medewerkers de belangrijkste groep belanghebbenden in een organisatie zijn. Eind jaren tachtig van de vorige eeuw veranderden de denkbeelden rondom HR door economische, technologische, sociale en culturele veranderingen. Het Binnen het huidige werkveld van HRM kom je tegenwoordig grofweg drie niveaus tegen: NIVEAUROL TAAKINVULLING Strategisch Business Partner Strategische analyse van toekomstige personele behoefte, uitwerken beleidsscenario’s en ontwikkelen HRM-beleid. Tactisch Advies Uitwerken van beleidsplannen in personeelsinstrumenten, formatieplannen, procedures, etc. Operationeel Beheer Dagelijkse activiteiten m.b.t. in-, door- en uitstroom van medewerkers. 71 personeel werd vanaf toen daadwerkelijk gezien als een bepalende factor voor het succes van de organisatie. Hierdoor verschoof de ‘zorgkant’ naar aandacht voor management van personeel. Vanaf toen werd meer en meer gesproken in termen als Human Capital, Human Resources en Human Resource Management (HRM). Als de afdeling HRM wil acteren als strategisch partner van het management, directie en/of bestuur, dan is het gebruik van e-HRM onontbeerlijk. De resultaten van het onderzoek van Kantar TNS onder HRM’ers in de publieke sector onderschrijft dit. Tegenwoordig gebruiken 4 op de 5 organisaties e-HRM. Bijvoorbeeld als ondersteuning bij HRadministratie, HR-informatie, recruitment en het aggregeren van (strategische) stuurinformatie. Maar de ontwikkelingen op het gebied van e-HRM staan niet stil. Nu is het tijd om de volgende stap te maken. Voorbeelden van E-HRM: Integratie in intranet of internet Geen losstaande toepassingen, maar dezelfde look and feel voor alle informatievoorzieningen in de organisatie voor medewerkers, maar ook voor de flexibele schil. E-recruitment Sollicitanten Self Service. Vooral ondersteunend bij automatisch scoren op selectiecriteria en objectieve eisen. E-assessment Online selectie assessments E-onboarding Toepassen van game-elementen en simulaties tijdens de onboardingsfase van nieuwe medewerkers. E-benefits Online je beloning samenstellen. Voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld Individueel keuzebudget (IKB). E-development Online beschikbaar maken van tools waarmee medewerkers zichzelf kunnen ontplooien: loopbaanpaden, opleidingsmogelijkheden, ontwikkelingscriteria. E-learning Een interactief leersysteem waarmee plaats- en tijdsonafhankelijk onderwijs gegeven wordt. E-satisfaction Online uitvraag van medewerkerstevredenheid bij reorganisaties en op peilstokmomenten. E-informatie Alle vastgelegde informatie uit bovengenoemde modules geprojecteerd in slimme, heldere en doorklikbare cockpits en rapportages. Door bovenstaande onderdelen te ontwikkelen wordt e-HRM minder operationeel, maar steeds meer tactisch en strategisch ingezet. Dat is ook de plaats die e-HRM verdient. 72 Wordt HRM e-HRM? Als de wereld om ons heen steeds meer digitaal wordt, betekent dat ook iets voor HRM. Het wordt steeds meer digitaal gedreven, gefaciliteerd door steeds betere software die ondersteunt op de meer tactische en strategische vraagstukken. Zeker nu alles beschikbaar is in de cloud. Héél erg kort door de bocht worden HRM-activiteiten dan in veel gevallen omgezet naar e-HRM activiteiten. De factor Mens wordt belangrijker dan ooit In 2013 zei de CEO van de Chinese elektronicafabriek Foxconn: “We hebben een miljoen werknemers, in de toekomst hebben we een miljoen robots.” Hij verwacht in de toekomst alleen nog menselijke technici en ingenieurs nodig te hebben. Als dit op termijn algemeen gedachtengoed wordt, dan betekent dat enorm veel voor de factor mens in de organisatie. Kapitaal zal de plaats innemen van arbeid. Dat zal heel wat impact hebben op de rol van HRM. personeelsbestand, maar nog belangrijker inzicht in elke medewerker specifiek. De voorbeelden die hierboven genoemd worden, gaan vooral over de ontwikkeling van mensen. Dat is naast gemak en efficiency vooral de grootste toegevoegde waarde van de digitalisering van HRM. Het stelt organisaties veel beter in staat om het beste uit mensen te halen. Want mensen zijn en blijven belangrijk voor een organisatie. Zij leveren meerwaarde door hun creativiteit, empathie en passie. Dit zijn zaken die computers nu en zeker ook de eerstvolgende decennia niet of maar op zeer beperkte schaal kunnen nabootsen. Daar heb je dus mensen voor nodig. En zonder mensen geen innovatie. En zonder innovatie geen ontwikkeling naar een meer digitale wereld. Juriaan van der Zwan manager outsourcing [email protected] Om in een steeds meer digitale wereld het verschil te kunnen maken wordt juist de menselijke invulling, de menselijke benadering van cruciaal belang. Door e-HRM op de juiste manier geïntegreerd in te zetten kunnen veel processen efficiënter worden uitgevoerd. Daarnaast creëert deze aanpak overzicht en inzicht in het 73 E-HRM | Onderzoek Kantar TNS Het nut van e-HRM E-HRM onderschat? Maar wat is dan precies het nut van e-HRM? Waar moet het toe leiden. Veel HRM’ers (40%) geven aan dat ze door e-HRM meer kunnen focussen op strategische vraagstukken. 16% vindt van niet. In 45% van de gevallen leidt het tot een vermindering van de administratieve werkzaakheden. In slechts Al jaren wordt e-HRM gezien als de belangrijkste trend waar HRM’ers niet omheen kunnen. Uit het onderzoek van Kantar TNS blijkt dat e-HRM voor 13% van de HRM’ers één van de drie belangrijkste focusgebieden voor de komende jaren is. Voor slechts 2% het belangrijkste. Anno 2016 is een goed moment om hier eens de peilstok in de steken. Wat levert het nu precies op? En heeft het de verwachtingen waargemaakt? Onderschatting nut e-HRM wordt. Diegene die er wel een mening over hebben zijn gelijk verdeeld: 26% is het ermee eens, 24% mee oneens. Veel van de HRM’ers vinden het lastig om in te schatten of e-HRM onderschat Het effect van e-HRM: 80 70 78% 60 50 63% 57% 55% 51% 37% 38% 35% 30% 20 56% 52% 50 10 60% 60 0 40 36% Overheid Onderwijs Zorg & welzijn Cultuur Managementinformatie helpt mij als HRM’er om beleid te onderbouwen. Door e-HRM kan ik me meer focussen op strategische vraagstukken. 4% 14% 19% 4% 1% 19% 20% 4% 4% E-HRM leidt tot een vermindering van de (administratieve) werkdruk. 19% 22% 3% 3% 6% 20 29% 27% 30 10 41% 30 70 46% 45% 40 HRM onderschat het nut van e-HRM: 14% van de gevallen niet. Over managementinformatie door e-HRM is bijna iedereen onverminderd enthousiast. Slechts 7% ziet managementinformatie niet als een mogelijkheid om het beleid mee te onderbouwen. Vooral in de overheid slaat e-HRM aan. Zij zien op alle drie de onderwerpen significant meer voordeel dan de andere sectoren. 0 Overheid Onderwijs Helemaal mee eens Mee oneens 74 Mee eens Helemaal mee oneens Zorg & welzijn Niet mee eens, niet mee oneens Cultuur Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 75 Hoofdstuk 7 RECRUITMENT & EMPLOYER BRANDING "CV’s en vacatures sterven uit, inzet mobiele apparaten groeit" Rachel Janssen RECRUITMENT & EMPLOYER BRANDING | Expert aan het woord Recruitment 2.0: bouw aan een sterk werkgeversmerk Als HRM-professional ben je op zoek naar medewerkers die zo lang mogelijk toegevoegde waarde leveren voor de organisatie. Die toegevoegde waarde is namelijk essentieel voor de groei van de organisatie. Als je inzet op deze quality of hire wordt de cultural fit, gebaseerd op de organisatienormen en -waarden, alleen maar beter. Door talenten op deze manier te binden en boeien wordt ingezet op lange termijn kwaliteit. Het grootste probleem met de quality of hire wordt echter al snel duidelijk. Over het algemeen zijn organisaties niet bereid om drie keer de cost per hire te betalen voor één quality of hire. Terwijl uit onderzoek blijkt dat een outperformer - iemand die beter presteert dan de functie eist - vaak tot 20 keer meer oplevert dan een reguliere aanname. Waarom doen recruiters een jaar lang hun best om minder uit te geven aan werving, terwijl één bad hire al een grotere schadepost oplevert? Inmiddels groeit dit besef en is er een langzame transitie gaande, die wordt aangejaagd door Talent Management Systemen, waarbij HRMperformance en recruitmentsystemen aan elkaar gekoppeld worden. 78 Transformatie naar profit-centrum Voordat je start met het verbeteren van de quality of hire, is het goed te weten hoe je er momenteel voor staat. Er zijn wel 100 redenen te verzinnen waarom je de quality of hire niet zou kunnen uitrekenen. En toch kom je hiermee verder dan je in eerste instantie denkt: 1 Begin klein Start op een afdeling waar de resultaten van een individuele medewerker meet­ baar zijn. 2Turf Vraag een collega om de hires van een jaar geleden op basis van het HRMbeoordelingssysteem te categoriseren in 79 ‘bad hire’, ‘performer’ en ‘outper­former’. Zo krijg je al snel een overzicht. 3 Krijg zicht op de kosten en opbrengsten Probeer bij de afdeling financiën een inschatting te krijgen van de kosten en opbrengst van een gemiddelde mede­werker. Vraag ook wat een ‘outperformer’ gemiddeld meer oplevert en wat de kosten van een ‘bad hire’ zijn. 4Zoek verbanden Zet de bad hires en de outperformers op een rijtje en leg ze naast de werving- en selectieprocedure. Zie je een verband tussen de procedures bij de bad hires en die van de outperformers? Wie de focus verlegt van cost per hire naar quality of hire, ziet met enkele uren werk een volledig nieuwe recruitmentwereld opengaan. Resultaat dat gezien wordt aan de directie- of bestuurstafel. Aan de slag met quality of hire Als je eenmaal inzicht hebt in hoe je ervoor staat, kun je gericht aan de slag met het vergroten van de quality of hire. Als het goed is heb je meer inzicht in de successen en teleurstellingen en heb je een beeld gevormd van de manier waarop de organisatie werving- en selectieprocedures heeft ingericht. Wat kun je doen om de quality 80 of hire te vergroten en daarmee de kans op teleur­stellingen aanzienlijk te ver­kleinen? 1 Sterk werkgeversmerk Nu het aanbod op de arbeidsmarkt kleiner wordt, komt het ‘marketing persuasive problem’ om de hoek kijken: de moeite die het kost om talent te verleiden voor jouw organisatie te komen werken. Een sterk werkgeversmerk is niet alleen essentieel om talent aan te trekken, maar ook om talent blijvend aan de organisatie te binden. In de praktijk zien we nog steeds dat er vaak korte termijnacties worden ingezet in de vorm van directe werving. Gevolg hiervan is dat organisaties alleen nog maar meer moeite zullen hebben om talent aan te trekken. 2 Candidate journey Niet alleen het werkgeversmerk, maar ook vooral de kandidaat moet centraal staan bij alle recruitmentactiviteiten. Vaak is het eigen proces leidend en wordt tijdens de oriëntatie- en sollicitatieprocessen nauwelijks rekening gehouden met de beleving van de kandidaat (oftewel de ‘candidate journey’). Een gemiste kans, want hoe beter de relatie is, hoe beter de uiteindelijke match. Bovendien worden zo ook afgewezen kandidaten toch ambassadeurs voor je organisatie. 3 Zet in op referral Referral recruitment (‘via via’ werving) wordt steeds meer toegepast bij het werven van nieuwe medewerkers. Dit is niet zo vreemd, aangezien referral recruitment het meest succesvolle wervingsconcept is met een zo hoog mogelijk rendement: lage kosten, hoge kwaliteit kandidaten, snelle resultaten, eenvoudig, betrouwbare bron en minder verloop van personeel. Met de aankomende schaarste op de arbeidsmarkt en opkomst van social media zal referral recruitment alleen nog maar een hogere vlucht nemen. Recruitment van de toekomst Recruitment is volop in ontwikkeling en daarin speelt digitalisering een belangrijke rol. Zo sterven cv’s en vacatures langzaam uit en groeit de inzet van mobiele apparaten. Video-interviews zeggen meer dan men verwacht en ook swipen steeds meer mensen naar een nieuwe baan. Relatiesites zoals Tinder pionieren al langer met matchingstechnieken en deze methode neemt naar verwachting ook binnen recruitment een grotere vlucht in de toekomst. Digitale inspiratie: -Chatbots: een geautomatiseerde gesprekspartner die vragen van bijvoorbeeld sollicitanten beantwoordt. Dit ondersteunt werk­ gevers in het creëren van een goede candidate journey. - Virtual reality: Video’s waarin je 360° rond kunt kijken lijken ver weg, maar langzaamaan komen ze al in gebruik. Bedrijven als General Mills zijn al begonnen met het gebruik van deze technologie in recruitmentmarketing om potentiële sollicitanten te interesseren. De videobeelden genereren een wowervaring die afstraalt op het bedrijf. - Clearwater Report: video staat op doorbreken in de wervingswereld. Deze tool analyseert micro-expressies in het gezicht en kan daarmee iets zeggen over de persoonlijkheid van de kandidaat, zonder 100 vragen te stellen. Dit is wetenschappelijk onderbouwd. - Online assessments: Solliciteren kan tegenwoordig eenvoudig met 1 klik en met elk device. Maar we zoeken niet de snelste of beste sollicitant met het perfecte cv, we zoeken de beste wmo-consulent, beste onderwijzer of beste trainee op basis van prestaties of potentie. Daarnaast zegt tien jaar werkervaring niet zoveel, iemand met drie jaar ervaring kan beter zijn. Om die verschillen duidelijk te krijgen worden online assessments gebruikt. Rachel Janssen HRM-consultant [email protected] 81 "Een groep jonge enthousiastelingen bij elkaar zetten en er het predicaat traineeship op plakken is niet voldoende" RECRUITMENT & EMPLOYER BRANDING | Expert aan het woord Jong talent in de publieke sector laten slagen met traineeships Koen de Rooij Meer dan ooit zien organisaties in de publieke sector nut en noodzaak tot vernieuwing en innovatie. Dit valt echter moeilijk te forceren, aangezien vernieuwing voornamelijk ‘van binnenuit’ komt. Traineeships kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan deze interne vernieuwing. Wat maakt nu dat dit concept écht werkt? De ‘why (not)’ van traineeships Een weldoordacht traineeship kan als waardevol mobiliteits- en HRinstrument bijdragen aan diverse organisatiedoelstellingen. Denk aan het ontwikkelen van een sterke ‘employer brand’ en het stimuleren van een ‘push’ in de ontwikkeling en mobiliteit van huidige en bestaande medewerkers. Ook het lerend vermogen van de organisatie krijgt een stimulans. Het delen van kennis en ervaringen met collega’s kan leiden tot een snelle(re) adoptie van digitale tools en nieuwe samenwerkingsvormen. 82 In de praktijk blijkt dat lang niet alle traineeships in de uitvoering slagen. Belangrijkste oorzaken zijn het ontbreken van een duidelijke koppeling tussen het traineeship en de bredere organisatiedoelstellingen (‘het traineeship is een doel op zich’), te weinig regie en focus vanuit de (project)organisatie en een mismatch tussen de geworven traineeprofielen en de daadwerkelijke behoefte van de organisatie door een vertekend toekomstbeeld aan de voorkant. 83 Onze visie: persoonlijk en professioneel Een groep jonge enthousiastelingen bij elkaar zetten en er het predicaat traineeship op plakken is niet voldoende. Een succesvol traineeship kent een balans tussen ‘harde’ (professionele) en ‘zachte’ (persoonlijke) aspecten. Uitgangspunt van een publieke organisatie moet zijn om trainees optimaal te faciliteren in hun ontwikkeling. Enerzijds professioneel door hen vanuit een weldoordacht concept de organisatiecultuur over te brengen, inhoudelijke uitdagingen te geven, op te leiden en in een (regionaal) netwerk te laten opereren. Anderzijds persoonlijk door trainees coaching, ruimte, vrijheid en vertrouwen te geven om zelf vanuit hun eigen frisse blik een waardevolle bijdrage te leveren aan de organisatiedoelstellingen. Wie zijn die (potentiële) trainees? In onze visie kenmerkt deze generatie trainees zich als leergierig en continu op zoek naar feedback en inspirators die hen op nieuwe ideeën brengt. Als ‘digital natives’ groeien zij op in de 24/7 maatschappij waarin creatief, (digitaal) multidisciplinair denken belangrijk is. Ervaringen opdoen via verschillende, compacte (digitale) leervormen (‘hoe’) vinden zij belangrijker dan het aanleren van ‘te googelen’ kennis (‘wat’). ICT moet in het (samen)werken ondersteunen op 84 een manier die zij prettig vinden, ‘chooseyour-own-device’ is het motto. Wat maakt een traineeship succesvol, nu en in de toekomst? Voor een succesvol traineeprogramma zijn de volgende persoonlijke en professionele aspecten van belang: 1.Projectmatige aanpak met regie en focus Een traineeship zet je niet ‘zomaar’ even op. Veel initiatieven stranden door afwezigheid van een goede businesscase en een duidelijk projectplan dat draag­ vlak geniet in de organisatie. De basis vormt het formuleren van heldere uit­ gangs­punten en randvoorwaarden. Denk hierbij aan: - De koppeling naar bredere organisatiedoelstellingen en (HRM-)beleid. Hoe past een traineeship in het ‘grotere’ plaatje van organisatiedoelstellingen en bijbehorende HR-visie? - Het formeren van een compacte projectgroep, inclusief duidelijke toleranties (tijd, budget, kwaliteit). - De ‘scope’ van het traineeship, waaronder de focus (specialistische of juiste generalistische rollen?), structuur (verhouding ‘werktijd’ vs. leertijd’) en duur. - Het formaliseren van afspraken over zaken als het vaststellen van projecten waarop trainees ingezet worden inclusief ‘afnamegaranties’ door afdelingen/organisaties, rouleer- en contractmogelijkheden en begeleiding op en buiten de werkvloer. Zeker bij een regionaal traineeship met meerdere deelnemende organisaties zijn afspraken hierover essentieel. - Het vaststellen van het perspectief dat trainees kan worden geboden na afloop van het traineeship. Gaan we voor baanzekerheid of werkzekerheid? 2.Krachtig (leer)ontwerp met duidelijke bouwstenen Als het gaat om het ontwikkelen en opleiden van jonge professionals als de ‘kern’ van traineeships, geloven wij dat dit het beste vormt krijgt vanuit een zogenaamde 70-20-10 verhouding : - 70% ‘learning by doing’ (ervaring opdoen op de werkvloer) - 20% leren door of via anderen (individuele coaching, intervisie) - 10% leren in een ‘gekaderde leersetting’ (kennis- en vaardig­ heidstrainingen, gamificatie). Als het gaat om ‘soft-skills’ zijn net­ werken, community-building, ver­binding en impact maken en ondernemerschap creëren belangrijke kwaliteiten. Sta bij de opleiding rondom deze kwaliteiten en inhoudelijke thema’s uitgebreid stil bij de kennis en kunde die eigen collega’s kunnen inbrengen. Positief effect is vaak dat zij ‘geïnfecteerd’ raken met goede ervaringen met trainees. Dit draagt bij aan het commitment. 3.‘State of the art’ werving en selectie met aandacht voor employer branding Nadat de doelgroep zorgvuldig is be­ paald, volgt het werving- en selectie­traject. Een paar tips: - Organiseer als één van de stappen in het proces een evenement, waarbij met name ook aandacht is voor een reëel beeld van het traineeship en de organisatie waarin trainees terecht komen. Creëer een goede balans tussen inspanning (individuele opdracht, speeddate) en ontspanning (lunch, rondleiding, gesprek met directielid). - Kies voor een onderscheidende online wervingscampagne via social media, waarbij door inzet van video’s kandidaten persoonlijk kennis kunnen maken met de organisatie. Verrijk dit met persoonlijke verhalen van andere trainees of medewerkers. Storytelling werkt! - Integreer videosollicitaties als een eerste stap in het selectieproces, zeker wanneer je veel aanmeldingen 85 verwacht. Voor sollicitanten uit de doelgroep een moderne, verfrissende insteek die aansluit bij hun belevingswerelden voor de organisatie heel veel tijdswinst. 4. Het belang van onboarding Organisaties die weinig tijd en ener­ gie steken in het goed opvangen en begeleiden van trainees in de introductie/onboardingsperiode, hebben een grotere kans op vroegtijdig verloop. Ruim hier een aantal weken voor in en prikkel trainees door diverse activiteiten op inhoud (kennis van de diensten), organisatiecultuur en samenwerking. Identificeer daarnaast één of meerdere innovatieprojecten die de trainees als groep overstijgend kunnen aanpakken. Een eerste indruk kun je als organisatie maar één keer maken! 5. Ken je trainees In onze ervaring is een onmisbaar onderdeel van de professionele ont­wikkeling inzicht in de eigen effectiviteit. Waardevolle nulmeting is om vanuit een persoonlijkheidsvragenlijst en model (bijvoorbeeld Insights Discovery®) trainees inzicht te geven in hun eigen persoonlijkheid, werkstijl en drijfveren. Hierop kan steeds worden 86 teruggegrepen bij de plaatsing op projecten en individuele coaching, wat de motivatie en energiebalans van trainees ten goede komt. Geef daarbij vertrouwen en rugdekking. 6. Doe actief aan verwachtingsmanagement Essentieel gedurende de hele opzet en uitvoering van het traineeship blijft het managen van verwachtingen. Schets een duidelijk beeld van wat trainees van de organisatie mogen verwachten (en wat niet), maar maak ook duidelijk aan trainees welke verwachting de organisatie richting hen heeft op het gebied van prestaties, houding en gedrag. Hoe realistischer deze verwachtingen zijn, hoe groter de kans dat dit vroegtijdige uitval en ontevredenheid met het traject voorkomt. Evalueer tijdens het traineeship ook periodiek met trainees en stakeholders en durf tussentijds aanpassingen in het programma te maken op basis van voortschrijdend inzicht. Koen de Rooij MSc manager consultancy & opleidingen [email protected] RECRUITMENT & EMPLOYER BRANDING | Onderzoek Kantar TNS Werving en selectie nog niet ‘anno nu’ De afgelopen jaren had de publieke sector voor de meeste functies te maken met een ruime arbeidsmarkt. De komende jaren ontstaat er een steeds krappere arbeidsmarkt. Niet alleen ICT-professionals en leraren wiskunde, maar over de brede linie zal deze krapte merkbaar zijn. Recruitment en employer branding is daarom een thema dat de komende jaren hoger op de prioriteitenlijst komt. Op dit moment is dit bij slechts 9% één van de drie belangrijkste thema’s. Bij slechts 2% het belangrijkste thema. In de overheid is het overigens bij maar liefst 19% één van de belangrijkste thema’s. Werving en selectie: 82% Overheid 39% 75% Onderwijs 34% 76% Zorg & welzijn 31% 74% Cultuur 33% 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 Werving en selectie doet onze organisatie het liefst zelf. Onze HRM afdeling beschikt over de competenties om ‘recruitment anno nu’ op de juiste manier binnen de organisatie vorm te geven en uit te voeren. 87 HRM doet werving het liefst zelf, maar twijfelt of ze dit wel kan Onderdeel van HRM-beleid en in samenwerking met marketing Maar liefst 77% geeft aan dat de organisatie werving en selectie het liefst zelf doet. Binnen de overheid is dit zelfs 88%. Een kleine 4%, in het onderwijs overigens 8%, doet de werving en selectie liever niet zelf. Desondanks denkt slechts 34% van de HRM’ers dat ze de competenties hebben om ‘recruitment anno nu’ op de juiste manier binnen de organisatie vorm te geven en uit te voeren. De helft van de HRM’ers is ervan overtuigd dat employer branding in nauwe samenwerking met marketing opgepakt moet worden. Slechts 10% vindt van niet. Het verankeren van employer branding in het HRM-beleid kan ook op goedkeuring van 50% van de HRM’ers rekenen. Slechts 8% vindt dat dit niet thuishoort in het HRM-beleid. In de overheid is men hiervan significant meer overtuigd dan in de andere sector: maar liefst 63% vindt dat employer branding in het HRM-beleid hoort. Employer branding: 55% Overheid 63% 45% Onderwijs 47% 44% Zorg & welzijn 43% 47% Cultuur 49% 0 10 20 30 40 50 60 70 Employer branding vraagt om een nauwe samenwerking tussen HRM en Marketing. Employer branding moet onderdeel zijn van HRM-beleid. Dit artikel is gebaseerd op een representatief landelijk onderzoek onder 450 HRM’ers in de publieke sector, uitgevoerd door Kantar TNS . 88 89 DE TOEKOMST VAN HRM 90 91 De toekomst van HRM KENNIS DELEN VERMENIGVULDIGT DE VOORUITGANG De toekomstige rol van HRM wordt bepaald door een complex krachtenveld van technologische ont­ wikkelingen, sociaal-maatschappelijke trends en (juri­ dische) kaders waarbinnen mens én organisatie zich bewegen. In de exponentiële tijd waarin wij leven creëren deze krachten samen nieuwe mogelijkheden en oplossingen die enige tijd geleden nog ondenkbaar waren. Denk aan voorbeelden als muziek luisteren via Spotify of een kamer boeken via Airbnb. Inmiddels gemeengoed, maar enkele jaren geleden was dit nog onmogelijk. Er zijn ook voorbeelden te vinden die dichter bij de publieke sector liggen. Zo heeft de gerenommeerde universiteit Harvard sinds enkele jaren de mogelijkheid om gratis online colleges te volgen. En wie het Metropole Orkest live wil horen, hoeft niet meer naar een concertgebouw te gaan, maar kan via een eigen app live het concert streamen op elke plek ter wereld waar internet beschikbaar is. Bezit en beschikbaarheid Deze voorbeelden laten zien dat bezit minder belangrijk wordt en dat het in deze tijd meer gaat over beschikbaarheid en het delen van informatie en waarde. De verschuiving van ‘bezit’ naar 92 ‘beschikbaarheid’ wordt vooral versterkt door technologische ontwikkelingen die dit mogelijk maken. Zo creëerden we volgens Google in 2013 in twee dagen al evenveel data en informatie als in de tien jaren daarvoor. Deze is veelal gratis beschikbaar en kan eenvoudig worden gedeeld. De verschuiving van bezit naar beschikbaarheid zorgt daarnaast voor een belangrijke sociaalmaatschappelijk trend; de focus op het individu (individualisering) kan zich nog sterker ontwikkelen. Een individu wordt minder afhankelijk van een (beperkt) bezit maar heeft de beschikking over een steeds groter wordende mogelijkheid om kennis, informatie en zaken van ‘waarde’ direct te bereiken. Iedereen heeft dus meer mogelijkheden om zich te ontwikkelen dan ooit tevoren. Als alles kan, wat moet je dan kunnen? Echter in een tijd waarin het lijkt of alles kan, wil het nog niet zeggen dat iedereen alles moet kunnen. Sterker nog, het is als persoon niet mogelijk om in deze tijd van ongekende veranderingen alles bij te houden. Het gaat om het maken van keuzes en focussen op datgene waar je goed in bent. Dat geldt niet alleen voor mensen maar ook voor organisaties. Individueel maatwerk om het beste uit mens of organisatie te halen, het lijkt een utopie, maar als we naar diverse ontwikkelingen op het HR-vlak kijken lijkt niets minder waar. Een voorbeeld daarvan is de invoering van het Individueel KeuzeBudget (IKB) binnen de gemeenten of de welzijnsector. Medewerkers krijgen de persoonlijke vrijheid om keuzes te maken op basis van een persoonlijk budget dat beschikbaar wordt gesteld. En opleiding volgen, extra vrije tijd, een extra uitkering op een specifiek moment, het is allemaal mogelijk én per persoon te regelen. Voor organisaties is de uitdaging om deze mogelijkheden beschikbaar te maken en elke medewerker te faciliteren. Om bijvoorbeeld het IKB te laten werken is een goed geregeld gedigitaliseerd proces onontbeerlijk. Het aantal variabelen (mensen x mogelijkheden) is te groot om niet geautomatiseerd, digitaal te registeren en regisseren. Daarnaast ligt vanuit HR er ook een taak 93 "Het HR-vak bevindt zich in een ongekend spanningsveld tussen mens en techniek in een veranderend juridisch kader" in het communiceren en ondersteunen van verantwoordelijkheid. Het feit dat er in het geval van het IKB veel kan, betekent ook dat mensen de verantwoordelijkheid moeten nemen om een keuze te maken. Eenvoudig of complex in een digitale workflow Het voorbeeld van het IKB is slechts één van de vele voorbeelden waarin een proces vanwege werkbaarheid of efficiency gedigitaliseerd moet worden. De huidige stand van zaken in techniek is dat elke vorm van een repeterend proces, eenvoudig of complex, individueel of organisatiebreed ingericht kan worden als een digitale workflow. Van digitale sollicitatie tot aan dagelijks werk, het is nu al mogelijk om dat in één systeem te regelen. Van eenvoudige zaken als het wijzigen van een adres tot meer complexe zaken die per persoon en per cao kunnen verschillen. Voor degenen die nog twijfelen of deze mogelijkheden zo’n vlucht zullen nemen, bedenk dan dat een bekend ‘repeterend proces’ zoals de autorit naar het werk zeer waarschijnlijk binnen 5 jaar voor een aanzienlijk deel van werkend Nederland zal plaatsvinden via een zelfrijdende auto. 94 Focus op HRM Het HR-vak bevindt zich in een ongekend spanningsveld tussen mens en techniek in een veranderend juridisch kader. Doordat veel administratieve werkzaamheden gedigitaliseerd kunnen worden, verschuift de focus naar andere aandachtgebieden. Denk aan (persoonlijke) ontwikkeling van het personeelsbestand, maar ook aan meer de bedrijfskundige kant. Over een organisatie is steeds meer data beschikbaar. Als HR die om kan zetten in relevante management informatie of ‘Business Intelligence’, is dat een grote meerwaarde om richting te geven aan de organisatie. Op deze manier wordt de afdeling HRM meer een strategisch partner. De uitdagingen die er op HRM-gebied liggen zijn breed en soms lastig te verenigen in één HRM-afdeling binnen een organisatie. Maar denk dan nog eens aan de ontwikkeling van ‘bezit en beschikbaarheid’ hierboven. Misschien heb je niet alles in huis om alle uitdagingen het hoofd te bieden, bedenk dan dat er duizenden organisaties zijn in de publieke sector met wellicht dezelfde uitdagingen en deels ook oplossingen. Deel je uitdaging of oplossing en breng zo elkaar verder. Wij zijn overtuigd van de kracht van sterke digitale HRnetwerken waarin elke organisatie zijn informatie beschikbaar heeft en deze naar eigen inzicht kan delen. HRM zou een belangrijke focus moeten leggen op het delen van kennis om zo de vooruitgang van mens en organisatie te vermenigvuldigen, nu en in de toekomst. Bas van Leeuwen commercieel manager Administratie & Advies [email protected] 95 OVER DRIESSEN HRM Administratie & Advies 96 97 Over Driessen HRM | Administratie & Advies DIGITAAL WERKEN, MENSENTAAL SPREKEN gerelateerde processen efficiënt en overzichtelijk te maken. Driessen sluit nauw aan bij de ambitie en specifieke ontwikkelingsfase van haar klanten. Zo ondersteunt, ontwikkelt of ontzorgt Driessen publieke organisaties op het gebied van administratie, advies en e-HRM. We werken en leven in een wereld die zich razendsnel ontwikkelt. Onvermijdelijk hebben deze ontwikkelingen haar weerslag op de publieke sector in Nederland. In toenemende mate lijken publieke organisaties ‘caught in the middle’: toenemende druk vanuit de overheid en politiek gericht op standaardisatie, uniformiteit in wet- en regelgeving, protocollen, maakbaarheid en voorspelbaarheid versus een steeds dynamischer en flexibelere maatschappij die zich laat kenmerken vanuit kernwaarden als individualisme, zelfredzaamheid en pluriformiteit. De digitaal gedreven dienstverlening van Driessen richt zich op het personaliseren van de (HR-)administratie. Met individuele vast­ legging, autorisatie bij de bron, borging van de digitale processen en flexibele workflows vinden controles volledig geautomatiseerd plaats. Maar ondanks deze digitale gedrevenheid, geloven wij dat de menselijke component onontbeerlijk is. Hoe digitaler de wereld, hoe schaarser en waardevoller de menselijke component. Ook in de toekomst maken mensen het verschil. Software is een middel, geen doel op zich. Publieke organisaties willen een probleem oplossen of een doel bereiken, e-HRM helpt daarbij. Voor de publieke sector is lineaire ontwikkeling geen optie meer: als de buitenwereld zich sneller ontwikkelt dan publieke organisaties in staat zijn zich intern te ontwikkelen, dan staan ons in de toekomst nog grote uitdagingen te wachten. Daarom investeert Driessen in software én in mensen, zodat klanten altijd de oplossing of het beste advies krijgen. Persoonlijk en professioneel. Zo kan HRM in de publieke sector ervoor zorgen dat hun mensen iedere dag het verschil blijven maken. Management en medewerkers in de publieke sector moeten zich daarom aanpassen aan veranderende omstandigheden. De druk waarmee dit gepaard gaat, vraagt om verandervermogen van zowel de organisatie als van de medewerker. Voor HR de opgave om daarin een belangrijke faciliterende rol te spelen, zodat organisatie en medewerker in staat zijn snel en adequaat te reageren op veranderingen. Kortom, wij werken digitaal én spreken mensentaal. Door altijd op het juiste moment een antwoord te geven op uw HRM-vraag. Harold de Wit | Patrick Adriaansen directie Administratie & Advies [email protected] | [email protected] Voor deze strategische rol van HR is tijd en energie nodig. Driessen HRM helpt organisaties in de publieke sector daarbij door HR- 98 99 MENSEN MAKEN HET VERSCHIL Mensen maken het verschil, zeker in de publieke sector. Bij Driessen HRM willen wij mensen en organisaties in staat stellen om het beste uit zichzelf te halen. Daarbij richten wij ons op werkgevers en organisaties, werkenden en werkzoekenden en kijken naar de beste kansen voor iedereen. Dat doen wij voor meer dan 1.100 organisaties en 15.000 medewerkers binnen de overheid, het onderwijs, zorg & welzijn en de cultuursector. Wij bieden professioneel HRM-advies en ondersteuning met een persoonlijke aanpak. Wij brengen mens en werk bij elkaar, zorgen voor inzicht en informatie via een heldere administratie en maken HRM-werkzaamheden eenvoudiger met software die aansluit op de praktijk. Zo helpen wij om dagelijks het verschil te maken. Driessen HRM is voor het zesde jaar op rij gekozen tot Best Managed Company en in 2015 tot gouden FD Gazellen 100 101 DRIESSEN ADMINISTRATIE & ADVIES De publieke sector is in beweging. Driessen administratie & advies helpt mens en organisatie om richting te geven aan die beweging door HR-gerelateerde processen efficiënter en overzichtelijker te maken. Kennis van de sector, maar nog belangrijker, van uw organisatie is daarbij van groot belang. Daarom investeren wij in software én in mensen, zodat u altijd de oplossing of het beste advies krijgt dat professioneel en persoonlijk bij u past. Wij bieden direct HRM-advies en onder­steuning voor de publieke sector. Als specialist op het gebied van e-HRM verzorgen wij onder andere de per­ soneels- en salarisadministratie, maken HRM-kennissystemen op maat voor uw sector en bieden een compleet geautomatiseerd proces rondom tijdelijke vervanging van personeel. Wij zorgen ervoor dat een efficiënt en overzichtelijk proces meer oplevert dan alleen tijdwinst of kostenbesparing. Daarom richten wij rapportages en dashboards geheel naar uw wens in, zodat u de informatie krijgt die u helpt om richting te geven aan uw organisatie. - Personeels- en salarisadministratie - Financiële administratie -Uitkeringsadministratie - (e-)HRM advies en ondersteuning -Opleidingen -Vervangingsmanager -Analysemanager - HRM-kennissysteem RAP 102 103 DRIESSEN UITZENDEN & DETACHEREN DRIESSEN PROFESSIONALS ONZE DOCHTERONDERNEMINGEN Goede mensen brengen uw organisatie verder. Wij brengen mens en werk bij elkaar en zorgen ervoor dat u de beschikking heeft over de juiste personele capaciteit. Zo vinden wij uw flexibele medewerker, een nieuwe collega of een tijdelijke vervanger die ervoor zorgt dat het werk door kan gaan. We zijn een grote werkgever binnen de publieke sector. Goed werkgeverschap staat daarbij hoog­ in ons vaandel, want wij vinden dat mensen meer verdienen dan een correct salaris en een goed pensioen. Bij complexe vraagstukken kunt u soms wel wat ondersteuning gebruiken. De toenemende behoefte aan hoogopgeleide professionals valt samen met de behoefte voor het uitvoeren van tijdelijke opdrachten en projecten. Driessen Professionals ontzorgt als intermediair organisaties in de publieke sector met de administratieve, financiële en juridische zaken. En als u de juiste professionals niet kunt vinden? Dan krijgt u via Driessen Professionals toegang tot ons partnernetwerk met schaarse profielen. Medewerkers bewegen - Werving en selectie -ZZP-contractmanagement - Uitzenden en detacheren - Staffing professionals -Payroll - Flex- en vervangingspools - Marktplaats externe inhuur -Mobiliteit -Opleidingen 104 Mensium ondersteunt en ontzorgt organisaties binnen de publieke sector bij het begeleiden van medewerkers naar een nieuwe arbeidspositie. Of het nu gaat om een initiatief vanuit de medewerker of vanuit de organisatie: Mensium heeft alle kennis en ervaring in huis om medewerkers in hun kracht te zetten en te bewegen over hun eigen-, en indien gewenst, organisatiegrenzen heen. Mensium is een landelijk opererende organisatie, met circa 20 ervaren professionals en adviseurs. Sinds juli 2014 is Mensium een dochterorganisatie van Driessen HRM en is de dienst­ verlening volledig geïntegreerd met de dienstverlening van Driessen. Het gecombineerde aanbod beslaat het volledige HRM-spectrum, van instroom tot doorstroom en uitstroom. Werk maken van arbeidsmarktoplossingen The Solutions Factory brengt mens en werk bij elkaar via digitale arbeidsmarktoplossingen op maat. De ideale persoon voor een project of beschikbare werkplek kan zich zo­ wel binnen als buiten de organisatie bevinden. Om deze persoon snel te vinden zijn inzicht in persoonlijke capaciteiten, kosten en beschikbaarheid noodzakelijk. The Solutions Factory ondersteunt organisaties in de publieke sector met e-HRM software die HRM-pro­ fessionals in staat stelt om intern of extern de juiste mens(en) te vinden voor een specifieke vacature, project of opdracht. Met een veelzijdig team van specialisten zorgt The Solutions Factory voor de arbeidsmarktoplossing die het beste werkt. 105 COLOFON Wij danken iedereen die een bijdrage aan dit magazine heeft geleverd - - - - - - - - - - - Bas van Leeuwen Jules Maussen Julika Teerhuis - Timmers Juriaan van der Zwan Koen de Rooij Marijn de Kort Miriam Teunissen Niels Noordeloos Rachel Janssen Sander van Deelen Wendy Springvloet Visie - Harold de Wit - Patrick Adriaansen Onderzoeksbureau - Kantar TNS Hoofdredactie - Pieter Philippart Eindredactie - Lieke Jansen - Noortje de Vries Vormgeving Studio Driessen HRM 106 107 ‘HRM barometer 2016-2017’ is een uitgave van Driessen HRM, 1e druk oktober 2016. Deze uitgave is met grote zorg samengesteld. Desondanks kunnen er geen rechten aan worden ontleend. 108