Een eerste tussenevaluatie over de uitvoering van ons nieuwe

14-10-2016
Een eerste tussenevaluatie over de uitvoering van ons
nieuwe schoolconcept.
We zijn nu een paar weken aan het werk met onze nieuwe vorm van onderwijs. Het is een
intensieve periode van wennen, kijken wat goed gaat en bijstellen wat anders moet.
Dit geldt voor de kinderen in de eerste plaats, maar zeker ook voor de ouders en de
leerkrachten. Daarbij is het van belang dat we elkaar feedback geven over hetgeen we zien en
ervaren. Dat doen wij op de teamvergaderingen en unitoverleggen en op de ‘veranderdagen’
met Frank Coert, de begeleider in dit veranderproces.
Daarnaast zijn we ook heel blij met de feedback die we krijgen van ouders. Die komt via de
MR, er zijn ouders die met ons in gesprek zijn gegaan, tijdens de koffieochtend of van de
klankbordgroep. De klankbordgroep is een groepje ouders dat meedenkt en meepraat.
Ook de leerlingenraad denkt en praat mee. Dit groepje leerlingen gaan we versterken door uit
ieder leerjaar (uit leerjaar 6, 7 en 8) een leerling extra af te vaardigen.
Afgelopen maandag 10 oktober was de eerste ‘Veranderdag’ met Frank Coert. Samen met een
stagiaire (die overigens op Stella Nova in Zoetermeer heeft gewerkt en dus ervaringsdeskundig
is) hebben ze de hele dag meegelopen. Na schooltijd hebben we met elkaar besproken wat zij
hebben gezien; wat gaat al heel goed en waar moeten we bijstellen en in het laatste geval
vooral ook hoe gaan we dan bijstellen.
Er zijn al veel punten die heel goed gaan:







Na de zorgen die er voor de zomervakantie waren of de kinderen uit unit 1, met name de
allerjongsten, zich niet verloren zouden voelen, of ze wel voldoende gezien zouden worden
door de leerkrachten, zien we nu dat het proces juist daar heel goed verloopt. In de
basisgroepkringen heerst rust en is een grote betrokkenheid zichtbaar.
In het begin was het even wennen om bij de deur afscheid te nemen, maar dat verloopt
nu goed.
We zien nu hoe kinderen uit leerjaar 2 meegenieten van het onderwijs in leerjaar 3.
Terwijl er prachtig kleuteronderwijs wordt gegeven, waar ruimte is voor uitdagend en
ontdekkend leren.
Er zijn veel betrokken kinderen gezien. Kinderen die hard werken en ook veel doen.
Kinderen die ervan genieten dat ze zelf keuzes mogen maken.
Kinderen leren nu om zelf goed na te denken over hun leerdoelen. Wat moet ik in dit blok
leren en wat weet ik al. Wat kan ik al goed en waar heb ik nog instructie voor nodig. Dat is
een mooi bewustwordingsproces dat de motivatie verhoogt.
Als je klaar bent met je dagplanning, wat kun je dan oppakken? Er ontstaat nu ruimte voor
meer kinderen om gebruik te maken van topondernemers. Dat zijn opdrachten over
onderwerpen die verdiepend en uitdagend zijn.
Doordat de kinderen groepsdoorbrekend werken, zie je dat leerlingen uit bijv. leerjaar 8
een leerling uit leerjaar 6 even helpen. Dit gebeurt uit eigen beweging en werkt voor
beiden positief.
Vorig jaar waren we al begonnen met lessen omtrent natuur en techniek in kleine
groepjes. Dit jaar hebben we dat uitgebreid met kunst en cultuur. Daar genieten alle
kinderen van.
Het is winst dat er nu door meerdere collega’s (4 tot 6) naar de kinderen wordt gekeken.
Het overleg over de kinderen en het onderwijs is inhoudelijk zeer verdiepend.
1

Werken met Eurekamappen: er is een groep kinderen die standaard extra uitdagende
opdrachten nodig hebben Deze opdrachten zitten in hun Eureka map. Voor alle kinderen
geldt dat ze gebruik kunnen maken van alle materialen uit de Eureka kast. Deze kast staat
boven op het leerplein.
Er zijn ook punten ter verbetering:
Gedrag
 Er wordt op het leerplein en in de lokalen (met uitzondering van het stiltelokaal)
te luid gepraat, te veel heen en weer gelopen en te veel ‘theekransjes’ gehouden.
Unit 2:
De leerkrachten hebben de instructietafel nu bij de schuifdeur staan. Zo kunnen zij, terwijl ze
verlengde instructie geven, ook de kinderen op het leerplein in de gaten houden.
Unit 3:
De kinderen die niet rustig op het leerplein kunnen werken, moeten in het stiltelokaal verder
werken. Daar mag niet worden overlegd of gepraat. Voor alle leerkrachten geldt dat ze hier
heel strikt op gaan sturen.
De kinderen hebben allemaal hun laatje bij zich met alles wat ze nodig hebben voor het werk
dat ze gaan doen. Er mag niet meer heen en weer worden gelopen om iets te halen. Dus eerst
goed checken of je alles bij je hebt. De kinderen van unit 2 nemen niet hun lade mee, maar de
spullen die ze nodig hebben.
De leerkrachten van unit 3 stemmen onderling af wie waar toezicht houdt, zodat er altijd een
leerkracht voor de kinderen in beeld is. De kinderen worden direct aangesproken op
verstorend gedrag. Daarvoor maakt het niet uit welke leerkracht hen aanspreekt.
Tijdens de instructie mogen andere leerlingen niet in het instructielokaal komen. Dit bevordert
de concentratie en daarmee de betrokkenheid van de leerlingen die instructie krijgen.
Zelfstandig werken
 Is mijn kind wel in beeld?
De leerkrachten maken per groep een lijstje van de kinderen die extra zorg nodig hebben.
Deze worden gekoppeld aan de leerkrachten op verschillende dagen. Deze leerkrachten
houden die dag deze kinderen in het bijzonder in de gaten. Lopen een extra rondje, stellen hen
vragen, bekijken hun werk.
 Aan het begin van de dag wordt met de hele groep een dagplanning gemaakt.
Voor unit 2 geldt:
In de basisgroep maken de kinderen bij de start van de dag een keuze voor 2 of 3 opdrachten
die ze die dag gaan maken. Dit geven ze op hun weekplanning met een aparte kleur aan.
Voor unit 3 geldt:
’s Morgens wordt aan de hand van de weektaak met alle kinderen besproken wat de planning
is voor de dag. Iedereen krijgt een blad waarop ze voor zichzelf een dagplanning maken: naar
welke instructie ga ik? Welke taken ga ik maken? Waar ga ik werken om deze taken af te
krijgen? Aan het eind van de ochtend wordt d.m.v. rondes lopen en bekijken van werk
gecontroleerd of de doelen gehaald zijn.
 Wat als het werk niet af is?
Als het werk niet af is kan dat meerdere oorzaken hebben. Afhankelijk van de oorzaak wordt
er gekeken naar een oplossing. Het kan zijn dat er extra uitleg nodig is, het werk anders
gepland moet worden of dat het werk na schooltijd moet worden afgemaakt. In het laatste
geval wordt u als ouder ingelicht.
2
Je maakt de taak af waar je aan begonnen bent voordat je een nieuwe taak
begint.
Het is belangrijk om te leren doorzetten, ook als de opdracht misschien tegen valt. Als de
opdracht niet wordt begrepen, is er een leerkracht die kan helpen. Daartoe is het belangrijk
het vragenblokje te gebruiken of de leerkracht aan te spreken op het moment dat die in
haar/zijn ronde langs loopt. Als er niet in het stiltelokaal gewerkt wordt is er natuurlijk ook de
mogelijkheid om het aan een andere leerling te vragen.

 Wat ga ik doen als alles af en nagekeken is?
Op de weektaak staan naast de verplichte opdrachten ook keuze opdrachten. Daar kunnen de
kinderen ook iedere dag uit kiezen. Daarnaast is het zo dat het extra uitdagende materiaal
zoals de Topondernemers nu voor alle leerlingen beschikbaar is
 Met wie werk ik samen?
Het is nog een aandachtspunt om de kinderen te leren dat er ook met andere kinderen dan
hun vrienden en vriendinnen kan worden samengewerkt. Vooral de coöperatiever opdrachten
lenen zich voor meer sturing hierin.
Organisatie
 Als je je werkplek verlaat, schuif je je stoel aan en ruim je eventuele papiertjes
op.
Dit is voor ieder een punt van consequent aandacht aan geven.
 Werken met computers of andere devices.
Chromebooks en tablets worden alleen gebruikt in het stiltelokaal. We leren de kinderen om
verantwoordelijk te zijn voor een tablet en of computer, op te laden en netjes op te ruimen. Er
komt een lijst om een groepje kinderen te koppelen aan één van de devices. Voor dat digitale
leermiddel ben je verantwoordelijk met je hele groepje (zuinig zijn, opladen, opruimen enz.) Je
verdeelt de tijd met elkaar zodat iedereen een keer op de computer kan.
Het gebruik van tablets in unit 2 gebeurt in het 2A lokaal na overleg met de leerkracht.
Eureka werk en het werk met Kurzweil moet regelmatig op de computer gemaakt worden. Dit
werk kan op de computers worden gemaakt, die nog in de lokalen staan.
 Leswisselingen duren te lang.
Daar is de afgelopen weken al hard op getraind. Frank Coert heeft het maandag geklokt in unit
2 en het verliep daar in 2 minuten. Dit zal niet altijd zo zijn, maar de kinderen kunnen het dus
wel.
Unit 2: voordat ’s middags de kinderen naar huis gaan, worden de etuis gecheckt. Alle
schriften liggen in de laatjes zodat daar niet meer naar gezocht hoeft te worden. Dit scheelt al
veel tijd.
Als in unit 1 leerjaar 3 naar de leesinstructie gaat, kan zijn dat de kinderen uit de
andere basisgroep er nog niet zijn.
Het kan zijn dat er dan hooguit 5 minuten gewacht moet worden. Er wordt dan een
tussenactiviteit gedaan zodat deze tijd zinvol gebruikt wordt. Voor unit 1 is het soms heel
jammer om een basisgroep activiteit te moeten afbreken omdat de instructie in leerjaar 3
start. Het is soms heel goed mogelijk om de activiteit nog even door te laten lopen terwijl de
kinderen uit leerjaar 3 al naar de instructie gaan.

Nog wat praktische zaken bij unit 1 die bij de nieuwe inrichting worden
meegenomen:
Bij het lokaal van leerjaar 3 moeten ook wat werkplekken komen en is het beter om de
zandtafel en het grote constructiemateriaal een andere plek te geven. Nu geeft dit laatste

3
teveel geluid naast het lokaal van leerjaar 3. Als de school na de herfstvakantie opnieuw wordt
ingericht gaan we hier rekening mee houden.
In de gemeenschapsruimte zit de blokkenhoek te ver weg. Deze wordt verplaatst naar de plek
waar nu de teamtafel staat. De teamtafel verhuist dan naar de kant waar nu de blokkenhoek
is.
Communicatie
 Huiswerk
Het is niet de bedoeling dat het schoolwerk als huiswerk mee naar huis gaat. Als dus de
planning niet af komt, moet er gekeken worden waarom dat zo is. Zie boven genoemd punt bij
zelfstandig werken bij het punt ‘wat als het werk niet af is’. Als huiswerk wordt er gewerkt met
muiswerk en daarnaast kan het zijn dat er leerwerk meekomt voor zaakvakken of spelling.
 Zaakvakken
Dit schooljaar willen we gebruiken om te kijken hoe we de verschillende zaakvakken ook
kunnen laten passen binnen gepersonaliseerd leren. Dat betekent dat deze vakken meer
geïntegreerd worden (aardrijkskunde en geschiedenis) En er wordt gekeken in hoeverre de
actualiteit of de interesse van de kinderen hierin meegenomen kunnen worden. Voor nu is het
zo dat er gewerkt wordt vanuit thema’s. De kinderen gaan met verschillende opdrachten aan
de slag omtrent het gekozen thema. Dat kan getoetst worden met een toets of met een
werkstuk, muurkrant, spreekbeurt o.i.d.
 Social schools
Social schools is een ideaal middel om iedereen te informeren over wat er speelt in de groep.
We merken dat het in deze drukke tijd voor aantal collega’s zoeken is naar een momentje om
daar geregeld gebruik van te maken. Bij unit 3 is nu een verdeling gemaakt tussen de
leerkrachten zodat het er niet meer tussendoor kan schieten.
 Bij wie moeten de leerlingen zijn met een vraag?
De basisgroepleerkrachten zeggen ’s morgens tegen de leerlingen: Ik ben er vandaag voor
vragen die je hebt over van alles en nog wat. De vragen om uitleg van het werk kunnen
tijdens de instructie natuurlijk gesteld worden aan de leerkracht die de instructie geeft of aan
de leerkracht die langs loopt.
Tenslotte:
We hopen u hiermee inzicht te hebben gegeven in alle nieuwe ontwikkelingen en hoe het
proces verloopt. We stellen uw feedback zeer op prijs, dus er komt zeker nog een vervolg.
Wellicht dat u nog een punt van aandacht mist, laat dat dan even weten. Dan nemen we die de
volgende keer weer mee. Vaak kan er ook snel iets worden opgelost of verduidelijkt als u
direct contact opneemt met de leerkracht.
Na de vakantie gaan we de school helemaal opnieuw inrichten. Als alles compleet is en de
school helemaal klaar is, gaan we een datum prikken voor een nieuwe opening. Dan maken we
er een mooi feestje van.
4