De Kruisiging van Jezus

advertisement
IN NAAM VAN ALLAH, DE MEEST BARMHARTIGE, DE MEEST GENADEVOLLE
”De Kruisiging van Jezus”
Allereerst wil ik u laten zien wat de Qor’aan hier over zegt. Er staat geschreven:
”En (wegens) hen uitspraak: "Wij hebben de Masîh Îsa' (Messias Jezus), zoon van Maryam
(Maria), gedood."
Maar zij doodden hem niet, en zij kruisigden hem niet, maar iemand die voor hen op hem leek.
En voorwaar, degenen die daar van mening over verschillen, twijfelen daar onderling over.
Zij hebben daargeen kennis over, zij volgen slechts vermoedens, en zij zijn er niet van
overtuigd dat zij Îsa' (Jezus) gedood hebben.
Maar Allah heeft juist tot Zich opgeheven.
En Allah is Almachtig, Alwijs.”
(Qor’aan An-Nisâ’4 aya 157 & 158)
U kunt lezen dat ze slechts vermoedens volgenden. Als je de Bijbel leest, wordt dit bevestigd.
De kruisiging en de opstanding vormen de basis van het Christendom. Maar wat als Jezus
(Îsa’) niet gestorven is aan het kruis? Dan verdwijnt de grond onder de voeten van de
Christenen. Dan verdwijnt de basis van het hele geloof. Dan is het geloof leeg, zonder inhoud.
Dit kunnen we lezen in de Bijbel in 1Korintiërs 15:14. In de Bijbel kunnen we ook lezen dat
de Profeet Jezus (Îsa’) niet gestorven is. Echt waar, het staat duidelijk beschreven. Alles wat
ik in dit stuk vertel, komt uit de Bijbel, dus u kunt het zelf nakijken. Ik heb zelf niets
verzonnen, ik heb alleen de Bijbel gelezen…..
Bewijzen tegen de 'kruisiging' & 'de opstanding' van Jezus
De vertellingen over de kruisiging en opstanding zijn verhalen die men via via hoorde.
Vandaar dan ook de verschillen in de vertellingen. Dat ze (de discipelen) er persoonlijk niet
bij zijn geweest staat in Marcus. Daar staat ”…En zij lieten Hem alleen en vluchtten
allen…” (Marcus 14:50).
De discipelen die alles later te horen kregen (van), dachten dat hij dood was en geloofden niet
dat hij leefde:
"…En toen zij hoorden, dat hij leefde en door haar gezien was, geloofden zij het niet..."
(Marcus 16:11)
Ik vermoed dat zij het niet geloofden omdat zij de Christelijke leerstelling met betrekking tot
de wederopstanding kenden.
Dat God Jezus (Îsa’) tot Zich opgeheven heeft, dat is een wonder. Iedereen verwachtte dat
Jezus (Îsa’) zou sterven, maar hij (Îsa’) stierf niet. Een wonder. Daardoor zijn ook de
bespottingen, vernederingen, de pijn en folteringen hem bespaard gebleven. Jezus (Îsa’)
verdient respect, geen vernederingen en pijniging.
Eerst gaan we eens kijken wat de Bijbel zegt over de opstanding, het opgewekt worden. Kijk
naar 1Korintiërs. Daar staat: ”…Er wordt een natuurlijk lichaam gezaaid, en een
geestelijk lichaam opgewekt…” (1Korintiërs 15:44)
Dus geen vlees, botten en bloed. Maar een geestelijk lichaam wat je niet kunt betasten. Dit
moeten we even goed onthouden.
Nu de opstanding van Jezus (Îsa’).
Lees de volgende stukjes uit de Bijbel maar eens.
Als eerste. Het is een geschiedkundig feit dat een eeuw na Jezus (Îsa’) veel christenen niet in
een 'kruisiging' geloofden. De kruisiging is later door de kerk als een dogma (geloofsartikel)
gepresenteerd waar iedere christen in moest geloven. In de brief van Paulus is hij zo zeker van
de opstanding van Jezus (Îsa’) dat hij het Christendom voor een valse godsdienst uitmaakt,
indien deze beweerde dat Jezus niet is opgewekt. Hij zei:
”Als er geen opstanding van de doden is, is ook Christus niet opgewekt, en als Christus
niet is opgewekt, is wat wij verkondigen een holle klank en uw geloof van nul en gener
waarde. Dan blijkt zelfs dat we over God een valse verklaring hebben afgelegd, doordat
we in Gods nadeel getuigd hebben dat hij Christus heeft opgewekt, iets wat hij niet
gedaan kán hebben als er geen opwekking van de doden bestaat. Want als de doden niet
worden opgewekt, is ook Christus niet opgewekt. En als Christus niet is opgewekt, is uw
geloof van geen enkel waarde en zit u nog in zonde gevangen.” (I Korintiërs 15:13-17)
Wij moslims menen echter dat Jezus (Îsa’) niet aan het kruis is gestorven en dat er ook geen
opwekking heeft plaatsgevonden. Wederopstanding wordt in de Indjïl (Bijbel) als de
opwekking van de geest beschreven, waarbij er geen stoffelijk lichaam meer is. Toen Jezus
(Îsa’) uit de dood werd opgewekt, was dit niet het geval. In de volgende tekst richt Paulus een
vraag tot de mensheid die hij uiteindelijk zelf beantwoordt:
"Maar, zal iemand zeggen, hoe worden doden opgewekt? En met wat voor lichaam
komen zij? Dwaas! Wat gij zelf... Zo is het ook met de opstanding der doden. Er wordt
gezaaid in vergankelijkheid, en opgewekt in onvergankelijkheid; ... Er wordt een
natuurlijk lichaam gezaaid, en een geestelijk lichaam opgewekt..."
(I Korintiërs
15:35-45)
In het Evangelie volgens Lucas 20:35-36 spreekt Jezus (Îsa’) ook over de opwekking van
een geestelijk lichaam. Hierin vermeldt Jezus (Îsa’) dat geesten gelijk zullen worden aan de
Engelen; zij zullen niet hoeven te trouwen en zij zullen geen voedingstoffen nodig hebben om
in leven te blijven.
Dit is dus de Christelijke leer met betrekking tot de opwekking. Zoals we uit de Bijbel lezen is
Jezus na de kruisiging dood gegaan en uit de dood opgewekt. Volgens het Evangelie moet een
opgewekt iemand een geestelijk lichaam hebben. Had Jezus (Îsa’) na zijn opwekking een
geestelijk lichaam?
Wat zegt het Evangelie hierover?
Lees Mattheüs: ”…Laat na de sabbat, tegen het aanbreken van de eerste dag der week,
ging Maria Magdalena en de andere Maria het graf bezien. En zie, er kwam een grote
aardbeving, want een engel des Heren daalde uit de hemel neder en kwam nader, en hij
wentelde de steen weg en zetten zich daarop. Zijn uiterlijk was als een bliksem en zijn
kleding wit als sneeuw. En de bewakers werden door vrees voor hem bevangen en zij
werden als doden. Doch de engel antwoordde en zeide tot de vrouwen: Weest gij niet
bevreesd; want ik weet, dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is hier niet, want Hij is
opgewekt, gelijk Hij gezegd heeft; komt, ziet de plaats, waar Hij gelegen heeft. En gaat
terstond op weg en zegt zijn discipelen, dat Hij is opgewekt uit de doden. En zie, Hij gaat
u voor naar Galilea; daar zult gij Hem zien. Zie, ik heb het u gezegd. En zij gingen
terstond weg van het graf, met vrees en blijdschap, en liepen haastig voort om het zijn
discipelen te berichten. En zie, Jezus kwam haar tegemoet en zeide: Weest gegroet. Zij
naderden Hem en grepen zijn voeten en zij aanbaden Hem…” (Mattheüs 28:1-10)
Samenvatting: Maria Magdalena en de andere Maria, twee personen dus.Toen ze bij het graf
aankwamen lag de steen nog op zijn plaats. Ze zagen dat een engel de steen verplaatste. Ze
kwamen Jezus (Îsa’) tegen en grepen hem vast. Ze herkende Jezus (Îsa’) en hij zag er niet uit
als een geest.
Lees dan nu Marcus: ”…En toen de sabbat was, kochten Maria Magdalena en Maria, (de
moeder) van Jacobus, en Salome specerijen om Hem te gaan zalven. En zeer vroeg op de
eerste dag der week gingen zij naar het graf, toen de zon opging. En zij zeiden tot
elkander: wie zal ons de steen afwentelen van de ingang van het graf? En toen zij
opzagen, aanschouwden zij, dat de steen afgewenteld was; want hij was zeer groot. En
toen zij in het graf gegaan waren, zagen zij een jongeling zitten aan de rechterzijde,
bekleed met een wit gewaad, en ontsteltenis beving haar. Hij zeide tot haar: Weest niet
ontsteld. Jezus zoekt gij, de Nazarener, de gekruisigde. Hij is opgewekt, Hij is hier niet;
zie de plaats, waar zij Hem gelegd hadden. Maar gaat heen, zegt zijn discipelen en
Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galilea…” (Marcus 16:1-8)
Samenvatting: Maria Magdalena, Maria (de moeder van Jacobus) en Salome, drie personen
dus. Toen ze bij het graf aankwamen was de steen al verplaatst. Ze kwamen Jezus (Îsa’) nu
niet tegen. Maar één engel.
Lees nu Lucas: ”…En op de sabbat rustten zij naar het gebod, maar op de eerst dag der
week gingen zij reeds vroeg in de morgenstond met de specerijen, die zij gereedgemaakt
hadden, naar het graf. Zij vonden de steen van het graf afgewenteld, en toen zij er
ingegaan waren, vonden zij het lichaam van de Here Jezus niet. En het geschiedde,
terwijl zij daarover in verlegenheid waren, dat, zie, twee mannen in een blinkend
gewaad bij haar stonden. En toen zij zeer verschrikt werden en haar aangezicht ter
aarde neigden, zeiden dezen tot haar: Wat zoekt gij de levende bij de doden? Hij is hier
niet, maar Hij is opgewekt…” (Lucas 23:56b tot 24:12)
…En zij herinnerden zich zijn woorden, en teruggekeerd van het graf, deelden zij dit alles
mee aan al de anderen. Dit waren dan Maria Magdalena, en Johanna, en Maria (de moeder
van Jakobus).
Samenvatting: Zij waren Maria Magdale, en Johanna, en Maria (de moeder van Jakobus).
Toen ze bij het graf kwamen was de steen al verplaatst. Niet één Engel maar twee Engelen.
Ook hier kwamen zij Jezus (Îsa’) niet tegen.
Drie verschillende verhalen over de opstanding. Waarom? Omdat deze verhalen via via zijn
overgeleverd. Men heeft horen vertellen. Dus de verschillen van de kruisiging en de
opstanding laten zien, dat dit vermoedens zijn, zoals de Qor’aan ook zegt: ”…en zij, die
hierover van mening verschilden zijn zeker in twijfel, zij hebben er geen kennis van
doch volgen slechts een vermoeden…”
Maar dit is nog niet alles.
Lees nu maar eens het vers Johannes, ook een verhaal over de opstanding en weer andere
feiten.
…En op de eerste dag der week ging Maria Magdalena vroeg, terwijl het nog donker
was naar het graf en zij zag de steen van het graf weggenomen. IJlings kwam zij dan bij
Simon Petrus en bij de andere discipel, dien Jezus liefhad, en zeide tot hen: Zij hebben
de Here weggenomen uit het graf en wij weten niet, waar zij Hem hebben neergelegd…
…En Maria stond buiten dicht bij het graf, wenende. Terwijl zij dan weende, boog zij
zich voorover naar het graf, en zij zag twee engelen zitten, in witte klederen, een aan het
hoofdeinde en een aan het voeteneinde, waar het lichaam van Jezus gelegen had. En zij
zeiden tot haar: Vrouw, waarom weent gij? Zij zeide tot hen: Omdat zij mijn Here
weggenomen hebben en ik weet niet, waar zij Hem neergelegd hebben. Na deze woorden
keerde zij zich om en zag Jezus staan, maar zij wist niet, dat het Jezus was. Jezus zeide
tot haar: Vrouw, waarom weent gij? Wie zoekt gij? Zij meende, dat het de hovenier was,
en zeide tot Hem: Heer, als gij Hem weggedragen hebt, zeg mij dan, waar gij Hem hebt
neergelegd en ik zal hem wegnemen. Jezus zeide tot haar: Maria! Zij keerde zich om en
zeide tot Hem in het Hebreeuws: Rabboeni, dat wil zeggen: Meester! Jezus zeide tot
haar: Houd Mij niet vast, want ik ben nog niet opgevaren naar de Vader; maar ga naar
mijn broeders en zeg hun: Ik vaar op naar mijn Vader en uw Vader, naar mijn God en
uw God… (Johannes 20:1:18)
De reden waarom Jezus (Îsa’) hier in deze tekst zegt: "... Houd Mij niet vast...", duidt aan
dat hij een stoffelijk lichaam had en dat hij misschien pijn had. Dode lichamen kennen echter
geen pijn.
De zin: "...want ik ben nog niet opgevaren naar de Vader..." betekent dat zijn geest nog
niet uit zijn stoffelijk lichaam is getreden.
Samenvatting: Nu ging Maria Magdalena alleen naar het graf. Wederom was de steen al
verplaatst. Twee engelen. Voordat Maria het graf inging, zijn Simon Petrus en de andere
discipel binnen geweest. Ze mocht Jezus (Îsa’) niet vast houden (in Mattheüs 28:9 wel).
Maria zag Jezus (Îsa’) maar herkende hem niet. Ze dacht dat Jezus (Îsa’) de hovenier was.
Iets nieuws is hier ineens, dat Jezus (Îsa’) niet herkenbaar was. Hij was vermomd als tuinman
(hovenier). Waarom? Omdat hij niet dood was, dus als mensen hem zouden herkennen, dan
zou hij als nog gedood kunnen worden. Als hij opgewekt zou zijn, dan konden ze hem niet
meer doden.
Lees Lucas ”…Want zij kunnen niet meer sterven…” (Lucas 20:36)
In Lucas kun je ook lezen dat Jezus onherkenbaar was, dus vermomd. Er staat: ”…zodat zij
Hem niet herkenden…” Ook is het feit, dat ze normaal met deze man (Jezus (Îsa’), die ze
niet herkende konden praten, een bewijs dat Jezus (Îsa’) er uit zag als een mens en niet als een
geest. Een opgewekt lichaam is een geestelijk lichaam hebben we gelezen, maar zo zag Jezus
(Îsa’) er niet uit…
De volgende tekst, waarin ze Jezus (Îsa’) ontmoeten, is in tegenstrijd met de beschrijving van
de opwekking in de Bijbel:
Kijk ook naar wat Jezus zelf zegt in Lucas: ”…En terwijl zij hierover spraken, stond Hij
zelf in hun midden; en zij werden ontzet en verschrikt en meende een geest te
aanschouwen. Doch Hij zeide tot hen: Waarom zijt gij ontsteld en waarom komen er
overwegingen op in uw hart? Ziet mijn handen en mijn voeten, dat Ik het zelf ben;
betast Mij en ziet, dat een geest geen vlees en beenderen heeft, zoals gij ziet, dat Ik heb.
(En bij dit woord toonde Hij hun zijn handen en voeten). En toen zij het van blijdschap
nog niet geloofden en zich verwonderden, zeide Hij tot hen: Hebt gij hier iets te eten? Zij
reikten Hem een stuk van een gebakken vis toe. En Hij nam het en at het voor hun
ogen…” (Lucas 24:36-41)
Jezus (Îsa’) zegt dat een geest geen vlees en beenderen heeft. Jezus (Îsa’) zegt ook dat hij wel
vlees en beenderen heeft. Hij zegt ook "betast mij en ziet". Toen ze hem nog niet helemaal
geloofden at hij. Hij at. Deze tekst ontkent de wederopstanding van Jezus (Îsa’) en daarmee
ook zijn kruisiging. Door de vis te eten is het alsof Jezus (Îsa’) in Lucas 36-41 duidelijk wil
maken dat er geen kruisiging had plaatsgevonden….
Waarom at hij? Om te bewijzen dat hij leefde als mens en niet als een geest. Dus als het
lichaam van Jezus (Îsa’) een natuurlijk lichaam is, met vlees en beenderen en dat hij eet, wil
dit dus zeggen dat zijn lichaam geen geestelijk lichaam is. In 1Korintiërs 15:44 hebben we
gelezen dat een opgewekt lichaam een geestelijk lichaam is. Dus de conclusie die we moeten
trekken is dat Jezus (Îsa’) niet opgewekt is en dus niet gestorven is aan het kruis.
Dus Jezus (Îsa’) zegt dat hij niet gestorven is, de Christenen zeggen dat hij wel gestorven is.
Wie heeft er nu gelijk, de Christenen of Jezus (Îsa’)?
Wat zegt Jezus (Îsa’) nog meer over dit onderwerp. Lees Mattheüs: ”…Meester, wij zouden
wel een teken van U willen zien. Maar Hij antwoordde hun en zeide: Een boos en
overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken ontvangen dan het teken
van Jonas (Yôenoes), de Profeet. Want gelijk Jonas (Yôenoes) drie dagen en drie nachten
in de buik van het zeemonster was, zo zal de Zoon des mensen in het hart der aarde zijn,
drie dagen en drie nachten…” (Mattheüs 12:38-41)
Dus het teken (het wonder) van Jezus (Îsa’) is hetzelfde teken (wonder) als dat van Jonas
(Yôenoes).
Dit gedeelte bevat twee interessante feiten. Het eerste is dat Jezus (Îsa’) zegt dat hij drie
dagen en drie nachten in zijn graf zou verblijven. Als we kijken wat in de Bijbel geschreven
staat, lezen we dat Jezus (Îsa’) gekruisigd is op goede vrijdag, één dag voor de sabbat
(zaterdag). In de Bijbel lezen we dat Jezus (Îsa’) "opgewekt" zou zijn op de eerste dag van de
week, één dag na de sabbat, dus op zondag. Als we dan de dagen en nachten tellen dat Jezus
(Îsa’) in zijn graf zou zijn verbleven, dan tellen we één dag en twee nachten. Jezus (Îsa’) zegt
drie dagen en drie nachten, in de Bijbel staat één dag en twee nachten. Wederom de vraag,
wie heeft gelijk, Jezus (Îsa’) of de Bijbelschrijvers?
Nu het tweede, duidelijkere feit dat Jezus (Îsa’) niet gestorven is. Jezus (Îsa’) zei dat zijn
teken hetzelfde zal zijn als het teken van Jonas (Yôenoes). Gelijk Jonas (Yôenoes) drie dagen
en drie nachten in de buik van het zeemonster was, zo zal Jezus (Îsa’) ook drie dagen en drie
nachten in zijn graf zijn. We gaan nu kijken naar het teken van de Profeet Jonas (Yôenoes).
Het teken van Jonas (Yôenoes)
Ik zal de belangrijke gedeelten van dit hoofdstuk nu in een samenvatting opschrijven.
De Profeet Jonas (Yôenoes) vluchtte weg van het aangezicht des Heren. Hij vertrok met een
schip de zee op. God liet het daarom stormen op zee, waardoor het schip ballast kwijt moest.
De mensen op het schip waren er van overtuigd dat deze storm een bestraffing van God was,
en wilde weten wie van de aanwezige schuldig was voor dit onheil. Jonas (Yôenoes) gaf toe
dat hij de schuldige was en hij zei: "Neemt mij op en werpt mij in de zee, en de zee zal
ophouden tegen u te woeden". Eerst probeerden zij Jonas (Yôenoes) nog te redden, maar
tenslotte namen zij Jonas (Yôenoes) op en wierpen hem in zee. Jonas (Yôenoes) verteld dat de
wateren hem omringden en zijn leven bedreigden. Toen zond God een grote vis en deze vis
slokte Jonas (Yôenoes) op. Daar verbleef Jonas (Yôenoes), in het ingewand van de vis, voor
drie dagen en drie nachten. En Jonas (Yôenoes) bad tot de Here, zijn God. Toen sprak God tot
de vis en deze spuwde Jonas (Yôenoes) uit op het droge.
"Toen antwoordden hem enige der schriftgeleerden en Farizeeën en zeiden: "Meester,
wij zouden wel een teken van u willen zien." Maar hij antwoordde hun en zei: Een boos
en overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken ontvangen dan het
teken van Jonas (Yôenoes), de Profeet. Want gelijk Jonas (Yôenoes) drie dagen en drie
nachten in de buik van het zeemonster was, zo zal ook de zoon des mensen in het hart
van de aarde zijn, drie dagen en drie nachten." (Evangelie volgens Mattheüs 12:38-40)
Dit hoofdstuk in de Bijbel over de Profeet Jonas (Yôenoes) verteld over het teken, het wonder
van Jonas (Yôenoes). Wat is dit wonder? Als we goed lezen zien we dat Jonas (Yôenoes)
leefde, toen men hem in zee wierp. Hij melde zich immers als vrijwilliger. Dus Jonas
(Yôenoes) leefde. In het water verdronk hij niet. Hij zegt zelf: "Wateren omringden mij, zij
bedreigden mijn leven". Dus Jonas (Yôenoes) leefde. Toen de vis hem opslokte, bad Jonas
(Yôenoes) tot God. Aangezien dode mensen niet bidden, is dit een teken dat Jonas (Yôenoes)
leefde in de buik van de vis. Dus Jonas (Yôenoes) leefde. Een wonder, een wonder, een
wonder.
Wie het verhaal van Jonas (Yôenoes) kent, weet dus dat Jonas (Yôenoes) een aantal dagen
levend in de buik van een grote vis heeft gelegen. En Jezus (Îsa’) heeft gezegd: "Gelijk
Jonas drie dagen en drie nachten in de buik van het zeemonster was, zo zal de Zoon des
mensen in het hart der aarde zijn, drie dagen en drie nachten". Dus wat Jonas overkomen
is, zo zal het Jezus (Îsa’) ook overkomen. Aangezien Jonas levend in de buik van het
zeemonster verbleef, zo zal ook Jezus (Îsa’) levend in het hart der aarde zijn. Levend!
Nu de Christenen zeggen dat Jezus (Îsa’) gestorven was, echter Jezus (Îsa’) zegt dat hij
leefde. Opnieuw de vraag, wie heeft er gelijk, Jezus (Îsa’) of de Christenen?
Jezus (Îsa’) is op vrijdag in de vroege middag gevangen genomen door de Romeinen en in de
namiddag aan het kruis gehangen. Hij is kort erna begraven. Toen Maria (en de andere)
zondag naar zijn graf gingen, konden zij hem echter niet meer vinden. Hij was er niet!
En wanneer we de tijd waarin Jezus (Îsa’) afwezig is geweest uitrekenen, komen we uit op 2
nachten en 1 dag en niet op 3 dagen en 3 nachten!
De Christenen spreken over een wederopstanding van Jezus na drie dagen en drie nachten. Hij
zou voor die periode dood gaan en weer tot leven komen. Jonas (Yôenoes) is echter niet dood
gegaan, hij leefde in de buik van de grote vis.
Volgens de Bijbel heeft Jezus (Îsa’) echter niet drie dagen en drie nachten in de aarde
gelegen. Zijn tijdelijke dood wordt dus weersproken en daarmee ook de kruisiging.
Wie heeft deze geschiedenis geschreven?
Wanneer we het Evangelie Marcus lezen, vragen we ons af wie de geschiedenis van de
zogenaamde kruisiging heeft geschreven. Hierin wordt namelijk verteld dat alle leerlingen
van Jezus (Îsa’) waren gevlucht:
"En zij lieten hem alleen en vluchtten allen." (Marcus 14:50)
Al zijn discipelen vluchtten, voordat de soldaten die door de hoofdpriesters begeleid werden,
hem gevangen namen. Zij waren dus geen ooggetuigen van het verdere verloop van de zaak.
De discipelen waren op de hoogte van het feit dat Jezus (Îsa’) gevangen zou worden
genomen. In Lucas 22:30 beloofde Petrus Jezus (Îsa’) dat hij bereid was met hem te strijden
tot de dood. In het Evangelie volgens Marcus lezen wij echter dat ook hij weg liep.
De discipelen waren de vroomste en de meest betrouwbare mensen rondom Jezus. Zij hebben
deze geschiedenis echter niet geschreven. In hoeverre kunnen wij andere mensen geloven die
dus geen getuigen waren van deze gebeurtenis?
Conclusie
We concluderen dat het verhaal over de kruisiging van Jezus (Îsa’) zeer twijfelachtig is.
We hebben duidelijk gezien, dat Jezus (Îsa’) niet gestorven is, en dus niet is opgewekt. Wat
zegt de Bijbel daarover: lees 1Korintiërs: ”…En indien Christus niet is opgewekt, dan is
immers onze prediking zonder inhoud, en zonder inhoud is ook uw geloof…”
(1Korintiërs 15: 14-15)
Nu is aangetoond dat Jezus (Îsa’) niet gestorven is aan het kruis en dus ook niet opgewekt, we
zien dus dat de hele basis van het Christendom niet klopt…
Tot slot wil ik eindigen zoals ik ben begonnen:
”En (wegens) hun uitspraak "Wij hebben de Masîh 'Îsa (Jezus), zoon van Maryam
(Maria), gedood." Maar zij doodde hem niet en zij kruisigden hem niet, maar iemand
die voor hen op hem leek.
En voorwaar, degene die daar van mening over verschillen, twijfelen daar onderling
over. Zij hebben daar geen kennis over, zij volgen slechts vermoedens, en zij zijn er niet
van overtuigd dat zij 'Îsa (Jezus) gedood hebben…
…Maar Allah heeft hem juist tot Zich opgeheven. En Allah is Almachtig, Alwijze…
(Soerah 'An Nisâ' ayât 157 & 158)
Ik hoop dat ik alles duidelijk en zonder fouten opgeschreven heb. Mocht ik fouten gemaakt
hebben, vraag ik Allah (swt) daar vergeving voor. Ik wens iedereen veel succes bij het maken
van de juiste conclusies.
Nogmaals, alles staat in de Bijbel, er komt niets van mijzelf.
Er is geen andere God dan Allah, en Mohammed is zijn Boodschapper.
Asjhadoe allâ ilâha illallâh wa asjhadoe anna Moehammadan 'abdoehoe wa
rasoeloehoe"
Wa alaikoem salaam wa Rahmatoellahi wa Barakatoeh
Oegtikoem fie dien Selima el Adel
Bron: salaam.nl & Abdullah Bekx
Download