Ouderpresentatie WELKE REKENDOELEN STAAN ER CENTRAAL DE KOMENDE PERIODE? Welkom Doel van de ouderpresentatie: - Leerkracht, ouders en kind werken samen aan een goede ontwikkeling van uw kind: Ouder-Kind Academie - Via deze ouderpresentatie lichten wij u in over de rekendoelen die we gaan behandelen de komende periode - We geven tips op welke manier u thuis kan aansluiten bij de doelen in de klas Welke factoren hebben invloed op de prestaties van onze leerlingen? De opbouw van de rekenmethode Onze rekenmethode is opgebouwd in 2 delen, namelijk deel A en B. Deel A is van augustus – eind januari en deel B is van februari – juli. Deze bestaan uit 4 blokken. Ieder blok bestaat weer uit 4 weken. Na die 4 weken volgt een toets. De opbouw is iedere week hetzelfde en dat is fijn! Zo wordt er iedere week aandacht besteed aan de volgende doelen: - Optellen en aftrekken (tot 1000) - vermenigvuldigen en delen (x en : sommen) - Geld - Tijd en meten Wat is er tot nu toe behandeld in ieder blok en wat staat de kinderen na januari te wachten? Wat gaan we de komende periode leren? klokkijken Belangrijk om te weten! De basis in groep 5 draait om het beheersen van de keersommen! Dit komt eigenlijk overal in terug. Zodra je de keersommen goed beheerst dan pas kan je leren delen 6x7=42 dus 42:6=7 Tijd In groep 3 hebben de kinderen al kennis gemaakt met de klok met wijzers, we noemen dit de analoge klok. Ze hebben geleerd wat hele uren en halve uren zijn. In groep 4 leerden ze wat kwartieren zijn en maakten ze kennis met de digitale tijden. In groep 5 gaan we verder met de digitale tijden. Maar ook hier geldt: je kan pas de digitale tijd goed leren als je de analoge klok begrijpt! https://www.youtube.com/watch?v=v7vNZc3Jm94 Ook de kalender valt onder tijd Geld Gepast betalen met komma getallen. €389,50 Hoe leg ik dit bedrag neer? Hoeveel briefjes en muntgeld heb ik hiervoor nodig? Geld teruggeven met bedragen van 100 euro De komma in geldbedragen (2 euro + 5 cent)= €2,05 https://www.youtube.com/watch?v=bC26LZH4400 meten centimeter, decimeter, meter, kilometer (cm, dm, m en km) Maar later ook kommagetallen zoals 2,40m en 2,04m gewicht: kilogram en gram inhoudsmaten: milliliter, deciliter en liter plattegronden aflezen Oppervlakte en omtrek Wat kunt u thuis doen? (1) Regelmatig vragen hoe laat het is. Of koop een (goedkoop) horloge, zodat uw kind er uit nieuwsgierigheid ook zelf op gaat kijken. Spelend leren werkt erg goed! Maak kinderen bewust van de tijd; zeg dat ze bijvoorbeeld nog 10 minuten mogen spelen. Hoe laat moeten ze dan beneden zijn? Of dat ze over 2 weken naar de tandarts moeten. Welke maand en dag is het dan? Samen een taart of cake bakken en uw kind alles laten afmeten. Grammen en liters. Dit is spelend leren en tevens ook de beste manier van leren. Wij als leraar kunnen nog zo vaak zeggen dat de letter L staat voor liter. Het dringt kinderen pas echt door als ze het zelf ervaren. Wat kunt u thuis doen? (2) Gaan jullie samen boodschappen doen, kleren kopen, cadeautjes kopen. Laat uw kind gepast betalen, of oefen met het terugkrijgen van geld. Als keersommen nog niet zo vlot verlopen, oefen dan samen met een kind. Een rekenmachine kan het voor een kind leuker maken of een poster op de deur van de w.c! Muiswerk: een programma dat precies weet waar uw kind moeite mee heeft en waar hij het beste mee kan oefenen. Dit kan samen of alleen en is erg leerzaam! Welke doelen staan centraal bij de overige vakken? Vandaag staat rekenen centraal. Presentatie maart: Begrijpend lezen Presentatie April: Spelling/woordenschat Presentatie Juni: Studievaardigheden/algemene ontwikkeling We geven u bij iedere ouderpresentatie een kort overzicht van de doelen die centraal staan bij de overige vakken Spelling Samenstellingen: Hijskraan, spiegelbeeld Woorden met een open lettergreep: Jager, probleem Woorden met ij en ei Woorden die eindigen op een –d: Hond, rugzak ijs, trein Woorden met au en ou Pauw, hout Woorden met een verdubbeling van Woorden met -ge garage de medeklinker Bakker, kennis Taal Alfabetiseren Slot, sleutel, sla, slecht Het lidwoord,werkwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord zoeken Zinnen maken met het wat-, waar, en wanneer-deel Verkleinwoorden zoals –etje en – kje Ringetje en koninkje Toepassen van leestekens zoals: de komma, het uitroepteken Verwijswoorden. Ali is boos op Siem. Hij praat nu niet meer met hem. Wie is hij en wie is hem? Gebiedende wijs Onderwerp en de persoonsvorm in een zin Zinnen in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd zetten Hoofdlettergebruik Begrijpend lezen Voorkennis ophalen, voorspellen Vragen stellen Ophelderen van onduidelijkheden Verwijswoorden Samenvatten Jeugdjournaal kijken Wereldoriëntatie Brandaan geschiedenis Zie de kaarten in de klas van uw kind Tijd van de jagers en boeren Tijd van de Grieken en Romeinen Tijd van de monniken en ridders Tijd van steden en staten Tijd van de ontdekkers en hervormers Meander aardijkskunde Provincies en hoofdsteden (Nederland, Europa) Plattegronden aflezen landbouw Dorpen en steden Strijd tegen het water Transport van producten Naut biologie De wereld om je heen Planten en dieren voeding en lichaam Techniek Weer en klimaat Vragen?