No 11 Ik houd van de hervormde kerk no 11, of tegenwoordig het cultureel centrum no 11. Eigenlijk houd ik vooral van de klok. Ik woon er schuin tegenover. Als ik ’s nachts wakker lig, hoor ik door het open raam de klok. Die vertelt mij hoe lang ik wakker lig en hoe laat het dan is. Soms heb ik het idee dat ik heel lang wakker lig, maar de klok vertelt mij dat dat niet waar is. ’s Ochtends herinner ik mij meestal slechts één keer de klok te hebben gehoord, dus langer dan een half uur heb ik niet wakker gelegen en zodoende weet ik dat ik genoeg slaap heb gehad om de dag prima door te komen. Ook helpt de klok me gedurende de dag, als ik mijn paarden train en als ik les geef, en houdt mij zodoende bij de tijd. Geregeld ga ik op locatie les geven in Nederland en België. Ik kom op heel veel verschillende erven en iedereen maakt van zijn plekje een eigen paradijs. Mijn paradijs is in Valthermond. Als ik ’s avonds laat thuis kom en in het donker de paarden voer, geniet ik van de stilte en de koude avondlucht op mijn wangen. Ik sta mij te vergapen met mijn hoofd in mijn nek aan de lucht vol met sterren. Met een beetje geluk zie ik een vallende ster. Soms komt het silhouet van de uil langs. Dan vertelt de klok mij dat ik nu toch echt mijn mandje op moet gaan zoeken, zodat ik de volgende ochtend weer op tijd buiten ben om de paarden te voeren als de klok zeven uur slaat. Laat ik het gezegde een beetje aanpassen: zoals het klokje thuis klinkt, klinkt het nergens!