ASS Céline Mercier Inhoudstabel In het artikel wordt ook ADHD besproken maar dit is niet van toepassing op ons werk. Autismespectrumstoornis (ASS) Symptomen Verwijzen Beleid Diagnose Meer over ASS Autisme spectrum stoornis Spectrum = verschijningsvormen Pervasieve aandoening = in alle domeinen aanwezige ontwikkelingsstoornis Vanaf geboorte aanwezig DSM-IV onderscheidt 3 Autismespectrumstoornissen: autisme PDD-NOS stoornis van Asperger Symptomen stoornis in de ontwikkeling van wederkerige sociale relaties tekortkoming in ontwikkeling van verbale en nonverbale communicatie verbeeldend vermogen beperkte en stereotiepe gedragspatroon Vier kerndomeinen : 1. Stoornis in de ontwikkeling van wederkerige sociale relaties tekortkomingen in kijk- en wijsgedrag weinig of geen oogcontact Lichaamshouding is stijf 2. Tekortkoming in ontwikkeling van verbale en non- verbale communicatie gebrek of vertraging in spraakontwikkeling gebrek aan verbale communicatie compenseren ze niet met gebaren herhaling van woorden of woorddelen(perseveratie) en tot napraten (echolalie) 3. verbeeldend vermogen ontbreekt het symbolische spel: het‘alsof-spel’ opgaan in hun fantasie niet inleven in de belevingswereld van ander 4. beperkte en stereotiepe gedragspatroon repeterende lichaamsbewegingen, bv: fladderen met de armen rituelen zonder functie interessegebied is beperkt en kan aandacht volledig in beslag nemen Diagnose moeilijk te stellen → veel symptomen overeenkomen met andere psychiatrische aandoeningen vroegtijdige diagnose van belang kinderen van 2 à 3 jaar die niet sociaal glimlachen afwijkend oogcontact geen alsof-spel spelen geen interesse in andere afwezigheid van interactionele gebaren Bv: zoals wijzen, zwaaien en brabbelen op 12 maanden Verlies van verworven taalvaardigheden Beleid geestelijke gezondheidszorg: via Bureau Jeugdzorg (BJZ) Sociaal Pedagogische Dienst Kinderpsychiater juiste tweedelijnsbehandeling voorspelbare dagbesteding onderzoeken effectiviteit verschillende intensieve gedragstherapeutische interventiemethoden Neuroleptica: positief effect op agitatie en het beperkte gedrag, SSRI’s: effect op angsten en compulsief gedrag Begeleiding door de huisarts autistische kinderen te kampen met psychosociale stress belastbaarheid ouders en andere kinderen in kaart brengen niet eenvoudig voldoen aan behoeften kind met ASS reacties als lachen en knuffelen toont het kind niet andere kinderen in gezin minder aandacht → zorg autistisch kind kinderen met autisme genezen niet → wel nieuwe vaardigheden aanleren niet-verbale IQ en de taalbeheersing → belangrijkste voor later conclusie Huisarts: centrale rol in herkennen en verwijzen kennis van normale ontwikkeling en alarmsymptomen van autisme besluiten af te wachten of snel door te verwijzen ernst en aanwezigheid van comorbiditeit een belangrijke rol bij de keuze naar wie te verwijzen bij vermoeden van autisme wordt verwezen naar BJZ of MEE BJZ of MEE: begeleiding van gezinnen met kind met ass is belangrijk om zicht te houden op belasting van systeem