TOTALE COMMUNICATIE

advertisement
TOTALE
COMMUNICATIE
Definitie TC:
 Het tegelijkertijd en meer bewust gebruik
maken van alle uitingsvormen van
communicatie
TC kan worden gezien als een basishouding in de
omgang met mensen met een verstandelijke
beperking. We maken bewust gebruik van alle
uitingsvormen van communicatie en niet uitsluitend van
vocale communicatie (gesproken woord)
Verschillende
communicatiemiddelen:





Natuurlijke gebaren
Gezichtsuitdrukking
Lichaamstaal
Oogcontact
Tekeningen en pictogrammen.
TC voor wie?
 Iedereen met ernstige communicatieve
belemmeringen
 Mensen met een verstandelijke beperking
 Ontwikkeling loopt traag en onevenwichtig
 Haalbare niveau ligt laag, zeker op het vlak van
cognitief en sociaal functioneren
 Sprake van disharmonisch beeld (cognitief, sociaalemotioneel en senso-motorisch) en bijkomende
handicap (bijvoorbeeld: niet kunnen praten en het
hebben van een autisme spectrum stoornis)
Problematiek:
 De beperkte of disfunctionerende
communicatie bij een persoon met een
verstandelijke beperking en met het
autisme spectrum stoornis kan leiden tot
agressie en automutilatie als gevolg van
de frustratie niet begrepen te worden en
geen invloed te hebben op de omgeving.
Doel TC:
 Ontwikkelingsbevordering:
communicatieve vaardigheden van de
persoon en de omgeving te bevorderen.
Stappenplan TC:






Oriëntatie;
Diagnostiek;
Selectie communicatie-vormen;
Selectie van communicatie-inhoud;
Aanleren van communicatie-vormen;
Evaluatie.
ORIENTATIE
 Hulpverleners inzicht geven in TC, de tijd die
het in beslag neemt, de betrokkenheid en inzet
van begeleiders;
 Globaal beeld van communicatiemogelijkheden
en –belemmeringen in relatie tot gevolgen
dagelijkse situatie en van betrokkenheid / inzet
begeleiders;
 Wijzen op positieve gevolgen van TC (minder
probleemgedrag en prettiger werkklimaat).
DIAGNOSTIEK
 Uitvoerig en multidisciplinair;
 Schrijven van een communicatieplan.
COMMUNICATIEPLAN












Algemene gegevens;
Gegevens over mogelijkheden en beperkingen;
Testgegevens;
Logopedie;
Hoe communiceert de persoon met zijn omgeving?*
Wat begrijpt de cliënt van de communicatie in zijn omgeving?*
Ervaringsordening Timmers-Huigens**;
Functie van communicatie;
Korte omschrijving van het communicatieniveau
Hulpvragen en doelstellingen op het gebied van communicatie;
Werkwijze op het gebied van communicatie;
Evaluatie.
Communicatieniveau’s*
 Hoe communiceert de persoon met zijn
omgeving?*
 Wat begrijpt de cliënt van de communicatie
in zijn omgeving?*
 NIET-TALIG NIVEAU (non-symbolisch)
 VOOR-TALIG NIVEAU (pré-symbolisch)
 TALIG NIVEAU (symbolisch)
Ervaringsordening**
Timmers-Huigens
1.
2.
3.
4.
Lichaamsgebonden ordening
Associatieve ordening
Structurele ordening
Vormgevinde ordening
HOUDING HULPVERLENER
 Ondersteunend en begeleidend
 Veel geduld, individuele aandacht,
empathisch vermogen, letten op kleine
signalen (mimiek, lichaamhouding,
beweging en geluid)
 Omgeving moet beschikbaar zijn en in
handelen aansluitend op niveau en
belevingswereld van de gehandicapte
HOUDING HULPVERLENER
 Besef eigen communicatie-wijze en de
omstandigheden
 Bevorderen initiatief nemen en reageren
van persoon met verstandelijke
beperking
 Omgeving werkt uitlokkend en
stimulerend
 Moet noodzaak zijn tot communiceren
WERKWIJZE
 Stapsgewijs werken
 Veel herhalingen
 Concrete beloningen
MODEL LEREN OMGAAN
MET EIGEN AGRESSIE
 Hulpmiddel
 Inzicht verschaffen in de factoren van
een complexe situatie, die bepalend zijn
voor het al dan niet escaleren tot geweld
 Denkschema (4 vragen)
VRAGEN IN HET MODEL
 Hoe ga ik om met mijn eigen agressie in relatie
en interactie met mijn cliënt?
 Hoe gaat mijn cliënt om met eigen agressie?
 Wat moet ik of wil ik als hulpverlener met de
agressie of agressief-gewelddadige uitingen
van de cliënt?
 Kan ik cliënt constructief (positief) leren
omgaan met eigen energie?
AGRESSIE PROGRAMMA
ASPECTEN METHODE
 Plan van aanpak
 Doel: leren hanteren van de eigen agressie
 Leren omgaan met de frustratie achter de
agressie (ontbering, gevoel van angst,
algemeen gevoel van onbevinden enz.)
 Programma biedt samenhang van alle
activiteiten afgestemd op (be)handeldoelen en
mogelijkheden.
6 ASPECTEN
1.
2.
3.
4.
Fysieke regulatie van energie
Hanteren van frustratie
Herwaarderen agressieve uitingen
Blokkades om agressie te uiten
wegnemen
5. Sociale vaardigheden
6. Sociaal Communicatief Netwerk (SCN)
METHODE
Zelfbeïnvloedinggewenningzelfverplichting
Uitgangspunt is dat de cliënt een zelfbeeld
ontwikkeld heeft en inzicht heeft in zijn eigen
agressieve gedrag.
CONCLUSIE
 Agressie Programma Aspecten Methode
voor de meeste cliënten met een matig,
ernstig en diep verstandelijke beperking
en met een bijkomende handicap
waaronder autisme spectrum stoornis (en
het niet kunnen praten) niet geschikt zal
zijn om te gebruiken (i.v.m. niet het vermogen bezitten voor
goed zelfbeeld en zelfinzicht omtrent de agressief-gewelddadige uitingen).
VERSCHIL TC - MODEL
 Model is geschikt voor algemene hulpverlening, niet
zozeer de verstandelijke gehandicaptenzorg
(afhankelijk van niveau cliënt)
 APAM is gericht op het leren omgaan met je agressie
op basis van zelfbeeld en zelfinzicht
 TC verminderen probleemgedrag door het
tegelijkertijd en meer bewust gebruik te maken van alle
uitingsvormen van communicatie
 TC vooral toegepast in gehandicaptenzorg
 TC met name gericht op mensen met ernstige
communicatieve belemmeringen
 Model en APAM ontbreekt evaluatiemomenten
OVEREENKOMSTEN MODEL - TC
 METHODISCHE AANPAK
 ONTWIKKELINGSBEVORDERING
Download